Transcript Tornooireglement Orkesttornooi 2016

Tornooireglement
Orkesttornooi 2016
Departement Cultuur
Dienst Bibliotheken en Kunsten
Inleiding
Op verschillende zondagen in oktober en/of november 2016 organiseert de provincie Antwerpen
een tornooi voor Antwerpse niet-professionele orkesten. Het doel van dit tornooi is de orkesten
te stimuleren om de kwaliteit van hun uitvoeringen te verhogen.
Artikel 1 – Definitie
Onder orkesten wordt in dit reglement verstaan: de amateurorkesten, zijnde harmonie-, fanfareen symfonieorkesten, brassbands, bigbands en instrumentale ensembles met een
minimumbezetting van twaalf personen.
Artikel 2 – Voorwaarden voor deelname
Om aan het tornooi te kunnen deelnemen, moeten de orkesten aan volgende voorwaarden
voldoen:
a)
b)
c)
d)
e)
hun zetel en hun lokaal in de provincie Antwerpen hebben;
op de inschrijvingsdatum ten minste twee jaar actief zijn;
een permanente werking hebben;
bestaan uit en optreden met minstens 12 spelende leden (dirigent niet inbegrepen);
optreden met eigen leden, die minimum sedert vijf maanden deel uitmaken van de
vereniging (zie ook artikel 5 en artikel 7).
Artikel 3 - Jury
Het optreden van de orkesten wordt beoordeeld door een jury, aangesteld door de deputatie.
Deze jury bestaat uit een voorzitter, ten minste vier deskundige musici en een secretaris.
De jury beoordeelt de uitvoeringen aan de hand van volgende criteria : samenspel, homogeniteit,
toonzuiverheid, ritmiek, klankgehalte, nuancering, interpretatie, presentatie en keuze van het
programma.
Zij klasseert de orkesten volgens kwaliteitsniveau en kent binnen de afdeling punten toe. Zij
maakt tevens een schriftelijk verslag met opmerkingen betreffende de uitvoering.
Tegen de door de juryleden uitgebrachte beoordeling van de uitvoeringen is geen beroep
mogelijk.
Artikel 4 - Afdelingen
De orkesten die geslaagd zijn, worden geklasseerd in afdelingen naargelang de kwaliteit van de
uitvoering van hun programma.
De afdelingen zijn de volgende, van laag naar hoog:
-derde afdeling;
-tweede afdeling;
-eerste afdeling;
-afdeling uitmuntendheid;
-ereafdeling;
-superieure afdeling.
Binnen de afdeling worden punten toegekend, gaande van 50% tot 100%. Deze punten worden
niet meegedeeld, wel de klassering binnen de behaalde afdeling:
- van 50% t.e.m. 69%: met voldoening
- van 70% t.e.m. 84%: met onderscheiding
- van 85% t.e.m. 89%: met grote onderscheiding
- van 90% tot en met 94%: met grootste onderscheiding
- vanaf 95%: met felicitaties van de jury.
De verworven klassering geldt vier jaar. Het is de orkesten toegelaten reeds vóór het vervallen van
hun klassering aan het tornooi deel te nemen.
Artikel 5 Inschrijving
Uiterste inschrijvingsdatum: 15 maart 2016. Onvolledige of laattijdige kandidaturen worden niet
aanvaard.
Info en inschrijvingsformulieren:
Provincie Antwerpen
Departement cultuur
t.a.v. cultuurloket
Koningin Elisabethlei 22
2018 Antwerpen)
T: 03 240 66 30 | [email protected]
www.provincieantwerpen.be
orkesttornooi
Het inschrijvingsdossier dient gestuurd te worden naar bovenstaand adres en dient volgende
documenten te bevatten:
a) De volledig ingevulde en ondertekende infofiche.
b) Het volledig ingevulde en ondertekende inschrijvingsformulier.
c) De volledig ingevulde en ondertekende naamlijst van de uitvoerende leden: per
instrumentengroep in alfabetische volgorde, met vermelding van het specifieke instrument
(piccolo, escornet, basklarinet, …).
Na 1 mei 2016 (5 maanden voor het tornooi) kunnen aan deze naamlijst geen namen meer
toegevoegd worden. Er wordt geen enkele uitzondering toegestaan.
Een jeugdorkest als voorbereiding op het hoofdorkest dient bij de inschrijving ook de
ledenlijst van het hoofdorkest toe te voegen. Maximum 20% van het jeugdorkest mag
bestaan uit leden van het hoofdorkest.
d) Bij eerste deelname, enkele bewijsstukken die aantonen dat het orkest de laatste twee
jaar actief was (programmaboekje, affiche, …).
e) Een repertoirevoorstel met bijbehorende originele directiepartituren (één exemplaar
van elk voorgesteld werk; zie ook artikel 7).
f) Indien
het
voorgaande
jaar
een
subsidie
ontvangen
werd:
de
ingevulde
verantwoordingsfiche kwaliteitsbevordering (zie ook subsidiereglement koren en
orkesten).
Het bestuur èn de dirigent dienen bij de inschrijving schriftelijk te verklaren kennis te hebben
genomen van het subsidiereglement koren en orkesten en het orkesttornooireglement 2016 en zich
aan de voorschriften ervan te onderwerpen.
Artikel 6 – Uit te voeren programma
De kandidaat-orkesten dienen een repertoire voor te stellen met een duurtijd van 35 à 45
minuten. Ook kunnen bepaalde delen uit een werk voorgesteld worden. Van elk voorgesteld werk
(of deel van het werk) moet de afzonderlijke duurtijd vermeld worden.
Uit dit repertoire stelt de jury een programma samen van ongeveer 20 minuten.
Het repertoire dient aan volgende voorwaarden te voldoen:
a) uit werken van verschillende componisten bestaan;
b) voor ten minste een derde uit werken van Vlaamse componisten bestaan;
c) bij voorkeur origineel voor de betreffende bezetting geschreven zijn;
d) voldoende afwisseling vertonen qua karakter en duurtijd;
e) geen bij de vorige deelname uitgevoerd werk bevatten;
f) de werken moeten een ongeveer gelijke moeilijkheidsgraad vertonen.
De jury kan een orkest verzoeken andere werken voor te stellen.
Orkesten die een recent werk (maximum drie jaar oud in het jaar van de inschrijving) van een
Vlaamse componist uitvoeren of een creatie brengen van een werk van een Vlaamse componist,
ontvangen hiervoor in het jaar van deelname een extra subsidie (zie artikel 8).
Om hiervoor in aanmerking te komen, dienen de orkesten de uitvoering of de creatie van het
betreffende werk uitdrukkelijk aan te vragen bij de inschrijving. Tevens dienen zij te bewijzen dat
het betreffende werk maximum drie jaar oud is in het jaar van de inschrijving of dat het
betreffende werk door hen zal gecreëerd worden (bijvoorbeeld door opgave van de datum van
aangifte bij een auteursrechtenvereniging, een datum van uitgave, een verklaring van de
componist).
De jury beslist na de uitvoering van het recente werk of het orkest in aanmerking komt voor deze
extra subsidie.
Artikel 7 - Optreden
De orkesten worden ten laatste drie maanden vóór hun optreden op de hoogte gesteld van datum
en plaats van optreden, alsook van het uit te voeren programma. Bij afwezigheid verbeuren zij
alle rechten en voordelen die voortvloeien uit het deelnemen aan het tornooi.
De orkesten die na de aanvaarding van hun kandidatuur niet optreden op de hen toegewezen
zitting, worden de eerstvolgende twee jaren uitgesloten van deelname aan het tornooi.
Alleen de leden, vermeld op de definitieve naamlijst worden tot de uitvoering toegelaten. Zij
dienen de controle door het provinciebestuur op basis van hun identiteitskaart te aanvaarden.
Personen die niet op de naamlijst voorkomen (zelfs bij vergissing), worden niet tot de uitvoering
toegelaten.
Het stemmen van de instrumenten dient te gebeuren vóór de controle van de identiteitskaarten.
In uitzonderlijke gevallen kunnen een aantal leden van de oorspronkelijke bezetting vervangen
worden. Elk deelnemend orkest kan maximaal 10% van het aantal ingeschreven leden
vervangen. Een altsax kan vervangen worden door een altsax, een esbas door een esbas, enz.
Hiervoor dient een aanvraag ingediend te worden, ten laatste twee weken voor het optreden.
Wanneer een muzikant na de inschrijving van instrument verandert, dient dit vóór het optreden
schriftelijk te worden meegedeeld. Voor een eventuele vervanging van deze muzikant geldt het
oorspronkelijke instrument.
Indien een muzikant op de lijst staat met 2 of meerdere instrumenten, komt enkel het eerste
instrument in aanmerking voor een eventuele vervanging.
Ten minste 80% van de ingeschreven leden dient aan de uitvoering deel te nemen. De
minimumbezetting van 12 personen (zie artikel 1 en 2) dient echter gerespecteerd te worden.
Op de dag van het tornooi dient de jury nog in het bezit gesteld te worden van twee bijkomende
directiepartituren van elk uit te voeren werk.
Boetes die mogelijk voortvloeien uit het onrechtmatig gebruik van kopieën zijn ten laste van de
orkesten.
Elk orkest mag zijn optreden beginnen met een werkje van maximum 3 minuten om in te spelen.
Na elke namiddagzitting en na elke avondzitting vinden er een proclamatie en een korte
nabespreking plaats.
De auteursrechten betreffende de op de provinciale orkesttornooien uitgevoerde programma’s
zijn ten laste van de provincie en worden rechtstreeks betaald aan het auteursrechtenbureau.
Artikel 8 – Subsidiëring (zie ook Subsidiereglement koren en orkesten, artikel 6)
De subsidiebedragen werden door de deputatie vastgesteld op:
Derde afdeling
Tweede afdeling
Eerste afdeling
Afdeling uitmuntendheid
Ereafdeling
Superieure afdeling
600
720
840
960
1080
1200
EUR
EUR
EUR
EUR
EUR
EUR
Extra subsidie uitvoering recent Vlaams werk: 60 EUR
Artikel 9
De verenigingen nemen alle risico’s op zich en ontslaan de provincie Antwerpen van alle
aansprakelijkheid voor eventuele schadelijke gevolgen die zouden voortvloeien uit het deelnemen
aan dit tornooi, overkomen hetzij aan de vereniging, hetzij aan de leden.
Artikel 10
De deputatie doet uitspraak over alle klachten en gevallen van niet-naleving van het reglement,
alsook over alle gevallen die niet voorzien zijn in dit reglement.