Transcript bijlage-ontmoetingsdag-aag-spoor

Bijlage: Ontmoetingsdag 12 november 2016, Railzicht Amersfoort
Reisfaciliteiten oud-werknemers
Geschiedenis: Voorheen was de regeling dat iedere oud NS’er een NS-reisvervoersbewijs kreeg.
Zelfs voor de hele Benelux. Er gold een beperkte eigen bijdrage. Voorwaarde was dat je direct uit
dienstverband en met pensioen ging. Deze regeling was tot 2002. Daarna werd de regeling anders.
Vanaf 2003 kwam er een andere regeling i.v.m. de belastingwetgeving. Reizen verstrekken aan
gepensioneerden is niet zakelijk en moet beschouwd worden als loon.
Daarom kwam er een nieuwe regeling
20 vrije reisdagen per jaar door middel van coupons. En de weekenden en feestdagen vrij reizen.
Het tarief voor de loonheffing was het laagste (gemiddeld tarief 26%.) Deze loonheffing was als
eigen bijdrage te betalen. 1,5 miljoen euro werd uitgetrokken voor de reisfaciliteiten van
gepensioneerden. NS wilde eigenlijk inhaken op de OV-chipkaart die in 2005 ingevoerd zou
worden. Dat werd echter veel later.
Deze regeling met de coupons heeft 10 jaar bestaan tot in 2014 de OV-businesscard-dal werd
ingevoerd. De inhoud van de regeling bleef ongewijzigd. Niet meer op coupons maar via systeem.
Men moest echter voortaan in- en uitchecken. De 20 vrije reisdagen werden door het systeem
bijgehouden.
Een nieuwe wijziging op de belastingwetgeving zorgde ervoor dat NS in 2015 de
Werkkostenregeling moest gaan uitvoeren. Er mocht maar een klein deel van de loonruimte
besteed worden (1,2% van de loonsom) en alles dat meer was betekende voor NS 80% belasting
betalen daarover.
Het effect daarvan zou betekenen dat de eigen bijdrage meer dan 6 keer zo hoog werd.
Daarom werd de regeling ingevoerd dat een ieder die voor 400 Euro mocht reizen, dat als loon
werd beschouwd.
In hetzelfde jaar werden metingen verricht: toen bleek dat 20% van de kaarten niet werd gebruikt.
Daarom is de regeling opnieuw tegen het licht gehouden om te kijken hoe men dat ten goede kon
laten komen aan de oud werknemers. Uitgangspunten van de regeling bleef: bijdrage zo laag
mogelijk. Variabel en eventueel verruiming van de regeling. Zoveel mogelijk alleen in dal-uren.
En op basis van aannames een “budget” verstrekken.
Daar kwam de huidige regeling uit: 7 keuzedagen (vanaf 60 jaar), 300 euro reisbudget voor de
daluren. Reizen in spits moet men zelf betalen. Vrije keuze voor 1e of 2e klas. Ook voor partner.
Begin 2015 was er veel protest.
Er was onduidelijkheid over de verrekening (keuzedagen/spits).
NS gaf toen aan dat op basis van meetgegevens geëvalueerd zou worden.
In september 2015 waren de evaluatiegegevens.

Meetgegevens gaven een heel laag gebruik aan.

Klein deel besteedt het volledige pakket.

En een fors deel gebruikt de kaart niet.

Dus was er ruimte om de bestedingsruimte uit te breiden.

De wens weekend vrij en weer vaste waarde wilde NS niet.
De volgende regeling kwam met ingang van 2016

Vrij reizen in weekenden en op zon- en feestdagen.

Keuze 1e of 2e klas

Budget voor dal-uren op werkdagen van 400 euro p.p.

Tevens kwamen daarmee de 7 vrije keuzedagen en het vrij reizen in de middagspits op
keuzedagen te vervallen.
De eigen bijdrage werd geïnd via inhouding op het pensioen
Hoe de verrekening plaatsvond:

Reizen in het weekend en op zon- en feestdagen: geen inhouding.

Bij gebruik in dal-uren meer dan 400 euro: het meerdere wordt netto ingehouden op het
pensioen.

Upgrade naar 1e klas: netto inhouding op het pensioen.

Reizen in de spits: netto inhouding op het pensioen.
Er zijn 17000 kaarten verstrekt.
Spoorweg Pensioen Fonds
Het spoorwegpensioenfonds had op 31 augustus 2016 een dekkingsgraad van 102%. Dat is dus
minder dan de minimum dekkingsgraad van 105 % en een stuk lager dan de 110% waaronder niet
geïndexeerd mag worden.
Een verhoging hoeven wij voor volgend jaar dus nog niet te verwachten. Met de actuele stand van
31 oktober 2016 wordt door het pensioenfonds bekeken wat er moet gebeuren. Wel heeft het
pensioenfonds in 2015 een herstelplan ingediend. Er zal bekeken worden of dit plan aangepast
moet worden.