de brochure Meldcode Huiselijk Geweld en

Download Report

Transcript de brochure Meldcode Huiselijk Geweld en

Meldcode Huiselijk Geweld
en Kindermishandeling in het
middelbaar beroepsonderwijs
> Colofon
© 2016 Nederlands Jeugdinstituut
Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk,
fotokopie, microfilm of op enige andere wijze zonder voorafgaande schriftelijke toestemming.
Auteurs Vincent Fafieanie en Rally Wagemans
Fotografie Marsel Loermans, Martine Hoving, Flickr-accounts Learningtour en lottevanboxem
Vormgeving Punt Grafisch Ontwerp
De Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling is een
landelijk stappenplan dat gevolgd wordt zodra er vermoedens
zijn van huiselijk geweld of kindermishandeling. Gebruik van de
meldcode geeft professionals houvast bij het signaleren en in gang
zetten van interventies opdat het geweld stopt. Alle professionals
die met jeugdigen werken, zoals de (jeugd)gezondheidszorg, het
onderwijs, de kinderopvang, de jeugdzorg, de maatschappelijke
ondersteuning en politie en justitie zijn verplicht de Meldcode
Huiselijk Geweld en Kindermishandeling te gebruiken bij
vermoedens van geweld in huiselijke kring. Zij zijn daarnaast
verplicht zich zo nodig te scholen in het gebruik van de meldcode.
Gemeenten zijn verplicht een regionaal meldpunt huiselijk geweld
en kindermishandeling in te richten, dat de naam ‘Veilig Thuis’
draagt. In dit meldpunt worden de activiteiten van het eerdere
Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) en de Steunpunten
Huiselijk Geweld samengevoegd.
Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in het middelbaar beroepsonderwijs
3
In deze notitie laten we zien dat voor het implementeren
zedenmisdrijf geldt een meldplicht aan het bestuur, dat
van de meldcode in het middelbaar beroepsonderwijs
met de Vertrouwensinspectie moet overleggen.
geen nieuwe structuren of procedures nodig zijn. De
gangbare ondersteuningsstructuur is hiervoor voldoende.
Criteria voor de inspectie
We plaatsen de verplichte stappen van de meldcode in
In het kader van haar toezichthoudende taak zal de
deze ondersteuningsstructuur waarna we enkele voor het
inspectie scholen op drie punten bevragen, om te bepalen of
onderwijs specifieke aandachtspunten nader toelichten.
zij voldoen aan hun plicht met betrekking tot de meldcode:
• het beschikken over een meldcode;
Naast deze notitie is een toolkit beschikbaar die helpt bij
het implementeren van de meldcode. De toolkit bestaat
uit het landelijk basismodel Meldcode, ondersteunend
trainingsmateriaal, een checklist voor managers en
• de randvoorwaarden voor toepassing ervan, waaronder
de deskundigheidsbevordering van personeel;
• de feitelijke toepassing van de meldcode.
dient als handreiking voor het opstellen van een code
Verplichte meldcode is iets anders dan een
meldplicht
voor de eigen organisatie of beroepsgroep. Hierin
Scholen zijn verplicht een meldcode te hebben en toe te
beschrijft elke organisatie concreet en nauwkeurig
passen. Dat betekent niet dat er ook een meldplicht bestaat
over welke doelgroep het gaat, wat de rol van de
met betrekking tot huiselijk geweld. Bij een meldplicht
beroepskracht is, wie wanneer welke stappen zet en
moet de professional zijn vermoeden van geweld melden
welke functionarissen men desgewenst kan raadplegen.
bij andere instanties, bijvoorbeeld bij een Meldpunt Veilig
risicotaxatie-instrumenten. Het basismodel Meldcode
Thuis. Die verplichting bestaat niet bij de meldcode HGKM.
Omdat er momenteel veel verschillende benamingen
Door te werken met een meldcode blijft de beslissing om
bestaan (MDO, ZAT, ondersteuningsteam), kiezen we
vermoedens van huiselijk geweld en mishandeling wel
er in deze handreiking voor om te spreken over het
of niet te melden, berusten bij de professional. In het
multidisciplinaire overleg (MDO) wanneer het een overleg
onderwijs kan die afweging worden gemaakt samen met de
betreft tussen school en externe partners.
partners uit het multidisciplinaire overleg.
Geweld in huiselijke kring
Beroepsgeheim en meldrecht
De meldcode Huiselijk Geweld1 en Kindermishandeling2
Hulpverleners die hulp, zorg, steun of een andere begelei-
(HGKM) heeft betrekking op alle vormen van geweld
ding bieden, hebben vaak een beroepsgeheim. Hierdoor
in de huiselijke situatie, zoals mishandeling, seksueel
mag de hulpverlener geen informatie over de cliënt aan
geweld, genitale verminking, eergerelateerd geweld,
anderen geven. Behalve als de cliënt daarvoor toestem-
huwelijksdwang en ouder(en)mishandeling en
ming geeft. De cliënt kan zich hierdoor vrij voelen om alles
verwaarlozing. (Kinder)mishandeling komt voor in
te vertellen. Maar het kan in het belang zijn van de cliënt
verschillende vormen, zoals lichamelijke en psychische
als een hulpverlener vertrouwelijke gegevens uitwisselt
mishandeling, lichamelijke en psychische verwaarlozing,
met anderen. Daarom is in de wet meldcode HGKM een
seksueel misbruik en getuige zijn van huiselijk geweld.
meldrecht voor huiselijk geweld opgenomen. Een meld-
De meldcode HGKM heeft tot doel jeugdigen (zowel
recht houdt in dat professionals met een beroepsgeheim
kinderen als jongvolwassenen), die te maken hebben
(vermoedens van) huiselijk geweld mogen melden bij Veilig
met een vorm van geweld of mishandeling, eerder
Thuis. Ook zonder toestemming van de betrokkenen.
passende hulp te bieden, zodat een einde komt aan de
en handvatten aan professionals voor signalering en het
Basismodel meldcode huiselijk geweld en
kindermishandeling
verder handelen bij (vermoedens van) huiselijk geweld en
Het basismodel biedt een stappenplan voor het handelen
kindermishandeling. Intimidatie of geweld (waaronder
bij signalen of vermoedens van huiselijk geweld en
ongewenste intimiteiten) door beroepskrachten zijn niet
kindermishandeling. Die stappen zijn:
opgenomen in de meldcode. Naast de Meldcode HGKM
1. in kaart brengen van signalen;
kent het onderwijs ook de meld- en aangifteplicht bij
2. collegiale consultatie en zo nodig raadplegen van Veilig
(bedreigende) situatie. Hiertoe biedt de meldcode stappen
seksueel geweld en seksuele intimidatie binnen het
Thuis: het advies- en meldpunt huiselijk geweld en
onderwijs. Deze wet verplicht scholen tot een zorgvuldig
kindermishandeling. Of een deskundige op het gebied
omgaan (met een vermoeden van) strafbare feiten,
van letselduiding;
gepleegd binnen de schoolsituatie. Bij vermoeden van een
3. gesprek met de betrokkene(n);
1 Voor het begrip huiselijk geweld sluit het basismodel aan bij de definitie in de Wet maatschappelijke ondersteuning.
2 In het basismodel is voor het begrip kindermishandeling aansluiting gezocht bij de begripsomschrijving in de Jeugdwet.
4
Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in het middelbaar beroepsonderwijs
4. wegen van het huiselijk geweld of de mishandeling.
En bij twijfel altijd Veilig Thuis raadplegen;
5. beslissen over zelf hulp organiseren of melden.
huiselijk geweld of het melden aan Veilig Thuis is het
multidisciplinaire overleg de aangewezen plek. Hier
kunnen de signalen van de school gedeeld worden met de
zorgpartners om tot een afgewogen aanpak te komen.
Beroepsgroepen en organisaties kunnen het basismodel
als ‘onderlegger’ gebruiken voor het opstellen van hun
eigen meldcode.
De ondersteuningsstructuur in het
middelbaar beroepsonderwijs (mbo)
De meldcode huiselijk geweld en kinder­
mishandeling in de ondersteunings­route van
het mbo
Onderstaand zijn de stappen van het basismodel van
de meldcode HGKM vertaald naar het mbo. Van de
Bij de inpassing van de meldcode in de ondersteunings­
opeenvolging van de beschreven stappen kan worden
structuur van het mbo wordt duidelijk dat het niet
afgeweken op grond van specifieke factoren. Zo kan er
alleen gaat om kindermishandeling. Het gaat ook om
vanuit de begeleidingsrelatie al eerder contact zijn met
mishandeling van jongvolwassenen en volwassenen. Om
ouders dan bij stap 3. Of kan vanuit de weging van de ernst
die reden gebruiken we vanaf nu de term mishandeling in
van een signaal na stap 1 via consultatie direct worden
plaats van kindermishandeling.
overgegaan tot melding.
De ondersteuningsstructuur in het mbo kent diverse
Ook geldt het volgende: het basismodel Meldcode HGKM
functionarissen die achtereenvolgens ingeschakeld
gaat uit van het al dan niet wegnemen van zorgen en niet
worden wanneer de problematiek van studenten gezien
enkel het wel of niet bevestigen van signalen om tot een
zwaarte en complexiteit daarom vraagt:
volgende stap over te gaan. Het kan natuurlijk zijn dat na
• Loopbaanbegeleiders en taakdocenten-zorg verzorgen
een stap de signalen niet bevestigd zijn, bijvoorbeeld na
de basisbegeleiding;
• Meer specialistische begeleiders zoals begeleiders
een gesprek met de student en/of ouders. Maar dat hoeft
niet te betekenen dat de zorgen van de onderwijs­k racht
vanuit het servicecentrum, schoolmaatschappelijk
verminderd zijn. Als de zorgen nog steeds bestaan, kan dat
werkers, vertrouwenspersonen en GGD-artsen of
juist reden zijn om de volgende stap toch te zetten.
verpleegkundigen bieden aanvullende, meer specifieke
vormen van begeleiding;
• Het intern zorgteam zorgt voor ‘smalle’ multi­
disciplinaire weging en afstemming;
• Het multidisciplinaire overleg zorgt voor ‘brede’ ­
multi­disciplinaire weging en afstemming.
Voor weging en hulpverlening bij mishandeling en
Zorg voor verslaglegging van genomen stappen, acties,
gebeurtenissen en feiten. Leg signalen vast, evenals
(de uitkomsten van) gesprekken die over signalen
zijn gevoerd en de besluiten. Deze informatie is nodig
wanneer men bij stap vijf besluit om over te gaan tot een
melding bij Veilig Thuis.
Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in het middelbaar beroepsonderwijs
5
Stap 1: Signaleren en in kaart brengen van signalen
• de student uitnodigt om daarop te reageren;
Docenten, baliemedewerkers, loopbaanbegeleiders,
• en pas na deze reactie zo nodig komt met een
vertrouwenspersonen, schoolmaatschappelijk werkers,
interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en
conciërges en veiligheidsfunctionarissen. Zij kunnen
wat hem in reactie daarop verteld is.
allemaal te maken krijgen met signalen van huiselijk geweld
of mishandeling. Die signalen zijn meestal niet eenduidig.
Wanneer de signalen in het gesprek met de student
Veel signalen kúnnen wijzen op mishandeling, maar ook
bevestigd worden, of de zorgen blijven bestaan, dan
te maken hebben met andere dingen. Het is dus zaak om
volgt stap 4. De melder wordt hierover geïnformeerd.
zorgvuldig om te springen met de interpretatie van signalen
Wanneer de signalen niet herkend worden en de zorgen
en het is belangrijk deze signalen te delen met collega’s.
zijn weggenomen, dan wordt de melder geïnformeerd en
Signalen zijn mogelijk te verbinden met reeds beschikbare
worden voorlopig geen verdere stappen ondernomen.
informatie uit de overdracht met de voorgaande school en
eventuele gegevens uit de intake. De beroepskracht legt de
Als het vermoeden bestaat dat de student het contact
signalen vast, evenals (de uitkomsten van) gesprekken die
met school zal verbreken of zich, als mogelijke dader,
hij/zij over de signalen voert, de stappen die hij/zij zet en de
zal afreageren op het slachtoffer, kan worden afgezien
besluiten die hij/zij neemt.
van een gesprek met de student. Dan volgt, na overleg
met de zorgcoördinator, direct bespreking in het
Stap 2: Collegiale consultatie
multidisciplinair overleg (stap 4).
Signalen bespreken, zeker als het gaat over huiselijk
geweld of mishandeling, zorgt voor betere oordeels­
Stap 4: Wegen van de aard en ernst van het huiselijk
vorming en bovendien voor toenemende deskundigheid
geweld of mishandeling
binnen het team. Het is dus zaak om signalen te delen
De signalen en vermoedens worden besproken met de
met collega’s. In eerste instantie is dat de taakdocent-
zorgcoördinator ter voorbereiding van bespreking in het
zorg (of de zorgcoördinator). De taakdocent-zorg doet
multidisciplinaire overleg. Bespreking in het interne
navraag bij andere, bij de student betrokken, collega’s.
zorgteam, onderdeel van de gangbare ondersteunings­
Wanneer de signalen bevestigd worden, of de zorgen
route, kan overgeslagen worden. Wanneer duidelijk is
blijven bestaan, dan volgt stap 3: het bespreken van de
dat multidisciplinair overleg wenselijk is, wordt direct
signalen met de student. Er wordt besloten wie dat gaat
gekozen voor de ‘brede’ weging in het multidisciplinaire
doen en het gesprek wordt voorbereid met een ter zake
overleg. Het multidisciplinaire overleg bespreekt de
deskundige (bijvoorbeeld de schoolmaatschappelijk
signalen, het ingewonnen advies bij collega’s en de
werker of de vertrouwenspersoon). Ook kan advies
informatie uit het gesprek met de student. Gezamenlijk
worden ingewonnen bij Veilig Thuis. De melder wordt over
wordt de zwaarte, de aard en de ernst van de vermoedens
stap 3 geïnformeerd en er wordt hiervan een aantekening
gewogen. De aanwezige kennis en ervaring wordt
gemaakt in het zorgdossier.
gebundeld en vormt de basis voor de gezamenlijke aanpak.
Wanneer de signalen niet herkend worden en de zorgen
Stap 5: Beslissen
zijn weggenomen, dan wordt de melder geïnformeerd en
Het multidisciplinaire overleg organiseert en coördineert
worden voorlopig geen verdere stappen ondernomen.
de noodzakelijke hulp en geeft handelingsadviezen
aan de school. Daarnaast overleggen de partijen in het
Stap 3: Gesprek met de student
multidisciplinaire overleg of er gemeld wordt bij Veilig
De loopbaanbegeleider of de taakdocent-zorg bespreekt
Thuis en zo ja, door wie. Met Veilig Thuis wordt besproken
de signalen en vermoedens met de student. Door te
wat het multidisciplinaire overleg, binnen de grenzen
vragen naar de mogelijke oorzaken van het gedrag van
van de gebruikelijke werkzaamheden, zelf kan doen om
de student kunnen zorgen verduidelijkt, ontkracht of
de student en andere gezinsleden tegen het risico van
bekrachtigd worden. De schoolmaatschappelijk werker,
huiselijk geweld of mishandeling te beschermen. In het
vertrouwenspersoon of andere functionarissen met
multidisciplinaire overleg wordt afgesproken wie de
ervaring op dit terrein kunnen ondersteunen bij het
student en/of ouders informeert over de uitkomsten van de
gesprek of voeren het gesprek met de student zelf.
bespreking en de eventuele melding bij Veilig Thuis.
In het gesprek met de student gaat het er om dat de
Op de volgende pagina leggen we in een stroomschema de
loopbaanbegeleider of taakdocent-zorg:
relatie tussen de stappen in het basismodel meldcode en
• het doel van het gesprek uitlegt;
de zorgstructuur in het mbo.
• de signalen, dit wil zeggen de feiten die zijn vastgesteld
en de waarnemingen die zijn gedaan, bespreekt;
6
Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in het middelbaar beroepsonderwijs
Stroomschema
Stap 1 Signaleren en noteren
Docent/loopbaanbegeleider vermoedt huiselijk of
relationeel geweld
Bevestiging
Signalen niet herkend.
signalen
Stap 2 Collegiale consulatie
Blijf student
terugkoppelen.
Docent/loopbaanbegeleider delen vermoedens
observeren.
met collega’s en taakdocent zorg.
Ja
Bevestiging?
Ja
Nee, zorgen zijn
weggenomen
Nee, maar zorgen blijven bestaan
Stap 3 Gesprek met student
Docent/loopbaanbegeleider of deskundigen
vragen student naar oorzaak signalen/gedrag om
zorgen te delen en na te gaan waar gedrag/signalen vandaan komen.
Ja
Bevestiging?
Ja
Nee, zorgen zijn
weggenomen
Nee, maar zorgen blijven bestaan
Stap 4 Wegen aard en ernst
Signalen delen met zorgcoördinator en bespreking
in multidisciplinair overleg voorbereiden. Partners
in het multidisciplinair overleg wegen signalen en
Terugkoppelen naar
student (ouders) en
signaleerder.
stellen een aanpak vast na dit overleg.
Stap 5 Beslissen
Terugkoppelen naar
Partners in het multidisciplinair overleg beslissen
student (ouders) en
na weging signalen. Melding bij Veilig Thuis dan
signaleerder.
wel hulp multidisciplinair overleg-partner en
coördinatie hulp.
Melding
Hulpverlening door multi­
Veilig Thuis
disciplinair overleg (partners)
Hulpverlening door multi­
disciplinair overleg (partners)
geen effect: alsnog melding.
Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in het middelbaar beroepsonderwijs
7
8
Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in het middelbaar beroepsonderwijs
Aandachtspunten en dilemma’s
Melden bij Veilig Thuis
Hoewel de stappen van de meldcode huiselijk geweld en
Als in het multidisciplinaire overleg wordt vastgesteld
kindermishandeling eenvoudig in te passen zijn in de
dat er reële vermoedens bestaan van mishandeling of
bestaande ondersteuningsroute, zijn er wel enkele punten
huiselijk geweld maar (verdere) inzet van hulpverlening
die specifieke aandacht vragen.
geen verbetering brengt, zal besloten worden tot een
melding bij Veilig Thuis. Een melding bij Veilig Thuis
Signaleren in de school
wordt in principe op naam gedaan. Veilig Thuis zal in
Mishandeling en huiselijk geweld, loverboys, eer­
het daaropvolgende contact met de student/ouders
gerelateerd geweld of ouder- en ouderenmishandeling
kenbaar maken wie de melding heeft gedaan. De melder
zijn beladen onderwerpen waarvoor direct betrokkenen
kan dan te maken krijgen met afwijzende en soms
zich vaak schamen en zwijgen. Het komt dan ook niet
agressieve reacties van student/ouders met als gevolg
vaak voor dat jongeren uit zichzelf met hun begeleiders
een volledig gebrek aan medewerking. Docenten en/of
hierover spreken. Men spreekt hier ook wel van het
begeleiders van scholen zijn daarom vaak terughoudend
horen-zien-en-zwijgen-syndroom, wat niet alleen speelt
als het gaat om een melding bij Veilig Thuis. Het risico
voor de direct betrokkenen maar ook voor zogenaamde
bestaat namelijk dat de schoolloopbaan in het gedrang
‘omstanders’, zoals professionals in het onderwijs. Ook
komt en dat daardoor de problemen alleen maar groter
zij aarzelen vaak om (vermoedens van) huiselijk geweld
worden. Het is om die reden aan te bevelen om één van
of mishandeling ter sprake te brengen. Daarom is het
de partners in het multidisciplinaire overleg te vragen
van belang om bij mogelijke signalen altijd te overleggen
de melding te doen. Soms is lastig te bepalen wie dat het
met collega’s of zorgfunctionarissen in de school.
beste kan doen omdat ook hulpverleners van buiten de
Handelingsverlegenheid is begrijpelijk, maar niets doen
school belang kunnen hebben bij het in stand houden
is geen optie.
van een vertrouwensrelatie met de student/ouders. In
sommige gevallen heeft een beroepskracht, zoals een
Communiceren met ouders
docent, huisarts of maatschappelijk werker, op grond
De ouders/verzorgers van elke student zijn de eerste
van wettelijke regels het recht om anoniem te blijven ten
samenwerkingspartners voor de school. Het actief in
opzichte van het gezin. Namelijk wanneer bekendmaking
gesprek gaan met student en ouders/verzorgers wordt
van de identiteit van de melder:
belangrijker, naarmate er sprake is van extra zorgen.
• een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of
Vooral bij gevoelige onderwerpen als (vermoedens van)
mishandeling en huiselijk geweld is het noodzakelijk bij elke
stap in gesprek te blijven met de student en zijn omgeving
(ouders/verzorgers). Indien de student minderjarig is zal
hierover normaal gesproken een gesprek met de ouders
voor andere (minderjarige) kinderen in het gezin;
• een bedreiging vormt of kan vormen voor de melder
zelf of zijn/haar collega’s, of
• de vertrouwensrelatie tussen de melder en het gezin
verstoort of kan verstoren.
worden gevoerd. Vanaf 16 jaar dient de student hiervoor
toestemming te geven. Kloppen de vermoedens, (h)erkent
Ook dit zal in het multidisciplinaire overleg besproken
men de signalen, is opschaling noodzakelijk, is de geboden
worden en beargumenteerd worden voorgelegd aan
hulp effectief? Wanneer student/ouders gaan meewerken
Veilig Thuis. Als met de melder is afgesproken dat de
bij het zoeken van een oplossing, maakt dat de kansen op
melder anoniem blijft voor het gezin, dan zorgt Veilig
succes aanmerkelijk groter.
Thuis ervoor dat deze informatie zo in het dossier wordt
opgeslagen. De student/ouders kunnen dan uit het dossier
Let wel: Een gesprek met (een van) de ouders kan echter
de identiteit van de melder niet achterhalen.
achterwege blijven in verband met de veiligheid van de
student of die van anderen. Er kunnen goede redenen
De melding wordt onderbouwd met zoveel mogelijk
zijn om aan te nemen dat de student risico loopt bij het
feiten en gebeurtenissen die geconstateerd zijn door
bespreken van de zorgen met de ouders. Dat is vooral
de school en de zorgpartners. Het multidisciplinaire
aan de orde als er door de student rechtstreeks met de
overleg stemt bij de melding met Veilig Thuis af wat zij
loopbaanbegeleider of een taakdocent-zorg is gesproken
na de melding, binnen de grenzen van hun gebruikelijke
over een bedreigende thuissituatie. Ook rondom eer­
werkzaam­heden, zelf kunnen doen om de student en
gerelateerd geweld is alertheid rondom het bespreken met
de gezinsleden tegen het risico van huiselijk geweld of
ouders van belang. Bij vermoedens hiervan is bespreken
mishandeling te beschermen of escalatie te voorkomen.
met ouders vaak niet helpend. Hierover kan deskundig
Veilig Thuis is verplicht om de melder te informeren
advies worden ingewonnen bij Veilig Thuis of via
over de stappen die zijn gezet om de situatie voor de
www.fier.nl.
student te verbeteren. Daarbij geldt als regel dat de mate
waarin de melder betrokken is bij het gezin, bepalend
Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in het middelbaar beroepsonderwijs
9
is voor de hoeveelheid informatie die Veilig Thuis aan
de melder verstrekt. Wanneer er door inzet vanuit het
multi­disciplinaire overleg hulpverlening op gang komt
die het gewenste resultaat oplevert, is een melding bij
Veilig Thuis niet nodig. Het gaat immers primair om het
aanpakken van het probleem en niet om het registreren
van het aantal gevallen van mishandeling en huiselijk
geweld. Uiteraard is het wel noodzakelijk om vast te
stellen dat mishandeling en huiselijk geweld zijn gestopt.
Zo niet, dan is melding bij Veilig Thuis weer aan de orde.
Mogelijkheden tot preventie
Mishandeling of huiselijk geweld begint niet van de een
op de andere dag. Door tijdig signaleren van opvoedings­
onmacht kan soms erger worden voorkomen. Ook
voor­lichting over dit onderwerp, het weerbaar maken van
jongeren en jonge moeders bij problemen in de relatie, het
onder de aandacht brengen van de vertrouwenspersoon of
Veilig Thuis, kan voorkomen dat de stap naar geweld als
enige uitweg uit een moeilijke situatie wordt gezien.
Nuttige informatie
Het basismodel voor de meldcode is te vinden op
www.meldcode.nl.
Voor advies of hulp is Veilig Thuis telefonisch te bereiken
via 0800-2000 (gratis en 24/7 bereikbaar). Informatie is te
raadplegen op www.vooreenveiligthuis.nl.
10
Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in het Middelbaar Beroepsonderwijs
Nederlands Jeugdinstituut
T 030 230 6344
Postbus 19221
E [email protected]
3501 DE Utrecht
www.nji.nl