groninger torenklokken op reis

Download Report

Transcript groninger torenklokken op reis

GRONINGER TORENKLOKKEN OP REIS
de klok in zijn of haar dorp. In mijn jeugd was dat de klokkenslag van de
Mariakerk in Uithuizermeeden. Later die van de Martinikerk in Bolsward
en nu de Andreaskerk in Hattem. Het mooist vind ik de klok die op zondagmorgen haar geluid doet klinken in de stilte.
kerk Eppenhuizen met lijkenhuisje annex duiventil
Teun Juk
We kennen allemaal het gezegde: hij heeft de klok horen luiden, maar
weet niet waar de klepel hangt. Met andere woorden, hij weet er wel iets
over, maar kent de juiste toedracht niet. Zo is het ook een beetje met de
‘verdwenen’ middeleeuwse klokken van Eppenhuizen en Weiwerd. Ooit
hadden beide dorpen een middeleeuwse kerk met een grote middeleeuwse klok. Beide middeleeuwse
kerken zijn eind 19de eeuw afgebroken en de oude torenklokken
hangen nu in een toren in het
Noord-Hollandse Schagen. Wie het
geluid van de oude klokken wil
horen, moet dus weten in welke
Schagense kerk de klepel hangt.
Waarom verdwenen de klokken uit
het Groningerland en in de toren
van welke kerk hangen ze nu?
Over deze geschiedenis gaat mijn
bijdrage.
Klokken in de Bijbel
In de Bijbel zijn geen vermeldingen te vinden over torenklokken.
Wel komen we in het Oude Testament een aantal berichten tegen
over kleine klokjes of belletjes. Zo
lezen we in Exodus 28:31-35 over
het bovenkleed dat Aäron moet
dragen wanneer hij dienst doet in
de tempel. Op de hele zoom van dit kleed waren om en om granaatappels en gouden belletjes aangebracht. In totaal maar liefst 34 belletjes.
Bij zowel het binnengaan als het naar buiten komen moest het geluid
van de belletjes te horen zijn, anders zou hij sterven. In Exodus 39:25
gaat het over een mantel voor de eredienst met om en om gouden klokjes, zoals de Heer aan Mozes had bevolen. In Zacharia 14: 20 gaat het
over bellen van paarden. Die dag (op het einde der tijden wanneer het
profane heilig is geworden) zal er op de bellen van de paarden staan:
‘Aan de Heer gewijd!’
Klokken in de kerk / in de toren
Kleine klokken kennen we ook in de Rooms-katholieke Kerk. Hier wordt
de sanctus-klok of misbel met de hand geluid door een misdienaar tijdens de Mis. Dit klokgelui vindt plaats wanneer de dienstdoende geestelijke de hostie omhooghoudt en daarna de miskelk en na het uitspreken van de woorden van wijding. De klok rinkelt om de gelovigen op het
wonder te wijzen dat het brood en de wijn zijn veranderd in het lichaam
en het bloed van Christus.
In zowel de Joodse als de Rooms Katholieke traditie wordt zo de ontmoeting met God respectievelijk Christus aangekondigd.
Wanneer de eerste kerkklokken in torens zijn gehangen weten we niet
precies. In ieder geval waren er rond 550 klokken in Frankrijk. In Groningerland stammen de oudste klokken uit de 13de en 14de eeuw.
Adolph Rots en wijlen Harry de Olde schreven in 2005 een prachtig boek
over de Groninger torenklokken: ’So menichmael ghij hoort den helderen clockenslach’. Op de klok van Uithuizermeeden volgt dan: “Gedenk
aandachtiglijk aan uwen jongsten dag”.
Daar waar de kerk de ziel van een dorp symboliseert, is de klok de stem
van een dorp. Iedereen heeft wel een bepaald gevoel bij het luiden van
8 Protestantse Kerkbode
Zadeldaktorens met klok
In de middeleeuwen stond er bij de kerk van Eppenhuizen, op de plek
waar nu het lijkenhuisje staat, een vrijstaande zadeldaktoren. Dit is op
de zuidoostkant van het kerkhof. De oudste verbeelding van kerk en
toren vinden we terug op de Frieslandkaart van Jacob van Deventer uit
1545. Ook op de Coenderskaart uit ca. 1680 is de toren te vinden. We vinden hem terug op de oudste kadastrale minuutplannen uit 1828. Toentertijd hing in de toren een klok die gegoten is in 1478. Naar het gebruik
in die tijd zal de klok in de directe omgeving van de kerk door de klokgieter zijn gegoten. Wanneer deze toren werd gebouwd, is uit historische bronnen niet bekend. Evenmin weten we of de klok uit 1478 een
voorganger heeft gehad. Wat we wel weten is dat bij de sloop van kerk
en toren in 1881 de oude klok werd verkocht aan Van Bergen te Heiligerlee. De klok werd in 1882 met paard en wagen naar het Boterdiep
gebracht en vandaar per trekschuit via Groningen naar Heiligerlee verscheept en kwam daar aan op 7 juni 1882. Als onderdeel van de deal
leverde klokgieter Van Bergen de nieuwe gegoten klok die werd opgenomen in de dakruiter van de nieuw gebouwde kerk. Deze klok heeft een
diameter van 65 cm. Op de klok staat: GEGOTEN DOOR A. H. V. BERGEN/
TE HEILIGERLEE 1882.
Op de wierde van Weiwerd stond eeuwenlang een kerk met een forse
westtoren voorzien van een zadeldak. De kerk stond onder bescherming
van de heilige Pancratius. Omstreeks 1758 maakte de bekende cartograaf H. Teysinga er een prachtige tekening van. Op de oudste kadastrale kaart staan kerk en kerkhof van
Weiwerd aangegeven. De tekening
laat een kerk met een inspringende westtoren en een recht gesloten
koor zien. Als gevolg van de
afbraak van de kerk in 1872 en de
nieuwbouw in 1877 werden de
grote en kleine klok overbodig en
eveneens verkocht aan Van Bergen
te Heiligerlee. Van Bergen leverde
in 1877 een ‘nieuwe’ klok, volgens
overlevering afkomstig uit Finsterwolde. Deze mogelijk 14de eeuwse
klok heeft als opschrift: O REX
GLORIE VENI CUM PACE. KIALINGUS, PLEBANUS, RENICUS ET
WIBRANDUS, ADVOCATI. Het is
een klok zonder afbeeldingen.
In de Rooms-Katholieke traditie is
het gebruikelijk dat de klok voor
de verdwenen kerk van Weiwerd ingebruikname werd gezegend. De
bisschop of zijn vertegenwoordiger wast de klok met heilig water, zalft hem met olie aan de binnen- en
buitenkant. Ook wordt er een wierookvat met brandende wierook onder
geplaatst. Daarbij werd uitgesproken dat de klok mag helpen om de
gelovigen bijeen te roepen, kwade geesten weg te jagen en op te roepen tot gebed. Daarbij werden klokken onder bescherming gesteld van
een heilige, soms de beschermheilige van de kerk maar soms ook
een andere heilige. De klok van
Eppenhuizen was gewijd aan
Maria, de moeder Gods; terwijl
ook de heilige Nicolaas als
beschermheilige van de kerk er op
verbeeld staat. De grote klok van
Weiwerd had geen opschrift. De
historisch bekende kleine klok is
van na de Reformatie. Of die een
kleine voorganger heeft gehad
weten we niet.
Naar Schagen
De oude middeleeuwse klokken
van Eppenhuizen en Weiwerd hangen tegenwoordig in de Christoforuskerk aan de Molenstraat in het
Noord-Hollandse Schagen. Deze
Rooms-Katholieke kerk werd
gebouwd in de jaren 1880-1882.
Daarbij werden kosten nog moeite
de koper van de klokken (in 1882):
Christophorus Fredericus Philiponna,
deken en pastoor van Schagen
de klok wordt uit de toren in Schagen gehaald
gespaard om deze decanale kerk het uiterlijk van een kathedraal te
geven. Het oog was dus wat groter dan de maag. Uiteindelijk bleek dat
er onvoldoende geld was om nieuwe klokken en een nieuw orgel te
kopen. Vandaar dat de plaatselijke pastoor op zoek ging naar “tweede
hands” klokken.
Klokgieter A.H. van Bergen adverteerde in 1882 met drie klokken, ondermeer in het nieuwsblad De Noord Brabander. Via via werd Christophorus Fredericus Philiponna, deken
en pastoor van Schagen op deze
klokken geattendeerd. De dekenpastoor toog op 14 juni 1882 naar
Heiligerlee om de klokken te bekijken en kocht deze voor een bedrag
van f1,50 per kilo. Op 16 juni 1882
berichtte de deken-pastoor dat hij
het aanbod van Van Bergen had
geaccepteerd. De toren waar de
klokken zouden komen te hangen
is buitenwerks 7 meter en drie
steens dik. Inwendig dus een ruimte van 5,6 – 5,7 meter.
De drie klokken die de parochie
van Schagen kocht, waren afkomstig uit de kerken van Eppenhuizen, Midsland en Weiwerd.
Van de drie klokken was de klok
van Weiwerd de grootste met een
diameter van 122 cm. De klok heeft
de Christophoruskerk in Schagen
een gewicht van 1170 kg en stamt
vermoedelijk uit de 14de eeuw. Opmerkelijk is dat het schoolmeesterrapport van Weiwerd uit 1828 alleen melding maakt van een klok in Weiwerd met opschrift uit 1604: Joach: M. Ripperda. Wilrick Eltkens, Rotger
Evers. Johannes Artopaers Pastor den 29 Mei Anno 1604. Ik vermoed
dat de schoolmeester alleen de klok met opschrift heeft genoteerd en
niet heeft vermeld dat er nog
een klok was, maar dan zonder opschrift. In Groningerland waren meer kerken met
twee klokken, zoals bijvoorbeeld Leens, Pieterburen, Uithuizermeeden (vóór de torenbrand van 1896), Usquert,
Zandeweer en Zuidbroek.
Van deze drie was de klok van
Eppenhuizen uit 1478 de kleinste. De klok weegt 302 kg en
vijf klokken in Schagen; midden: die uit Wei- heeft een diameter van 0,79
werd. Rechtsboven: die uit Eppenhuizen cm. Dat is dus 14 cm groter
dan de klok die nu in de dakruiter hangt. Dit bevestigt dat de nieuwe dakruiter te klein was voor de
oude klok.
De klok van Midsland Terschelling – de Willibrordusklok - tot slot stamt
uit 1512 en weegt 960 kg.
In 1883 werd de kerk te Schagen ingewijd. De klok van Eppenhuizen
wordt er aangeduid als Maria en Liudger. Over het klokkenensemble
schreef Lambooij: “De drie klokken in de toren van de Christoforuskerk
staan niet direct bekend om hun fraaie samenklank. Eerlijk gezegd
‘wringt’ de harmonie nogal …Ze zijn ook wel eens spottenderwijs vergeleken met een kijvende vader en moeder en een onecht kind! Worden
ze afzonderlijk geluid dan zijn de klanken veel beter te verdragen. Waarom deze klokken indertijd dan toch geplaatst zijn is gauw gezegd: ze
waren goedkoop”.
Opschrift klok
Op de middeleeuwse klok van
Eppenhuizen staat de volgende
tekst: DOMINUS BARTOLDUS
BRUNTINCK KERCKHER, FOLKARDUS ENDE IPO KERCKVOGHEDE
WEREN, HERMAN MI GOTEN
HAFT. MARIA ICK HEITE, DE VAN
EPPINGEHUSEN LETEN MI GHETEN ANNO DOMINI MCCCCLXXVIII. Op de klok vinden we afbeeldingen van de heilige Nicolaas aan
de voorzijde en Maria met het kind
Jezus aan de achterzijde. Met daarbij de teksten SANCTE NICOLAUS
en AVE MARIA GR. Uit het
opschrift blijkt dat de klok ter ere
van Maria, de moeder Gods is
gegoten. De prominente verbeelding van de heilige Nicolaas wijst
erop dat de kerk eertijds aan deze
de klok uit 1882 in de dakruiter van de
heilige was gewijd. Op de klok zijn
kerk van Eppenhuizen
in totaal acht heiligen verbeeld,
onder wie Catharina, Barbara, Agnes en Liudger. Verder wordt duidelijk
dat Eppenhuizen toentertijd een eigen pastoor en twee kerkvoogden
had. In 1478 kreeg ook de kerk van Ulrum een nieuwe klok gegoten door
klokgieter Herman.
Klokken opnieuw uit de toren
Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn zowel de klokken van Schagen als
die van Eppenhuizen en Weiwerd door de Duitsers gevorderd en uit de
toren gehaald.
De middeleeuwse klokken te Schagen kregen het merkteken: 7/’43 M
909. Het was de bedoeling om ze om te smelten ten behoeve van de
oorlogsvoering. De klokken van Schagen werden vervolgens op transport gesteld, ingescheept en vervoerd over het IJsselmeer. Ter hoogte
van Urk zonk het schip. Na de oorlog werd de lading gelicht en keerden
de klokken terug naar Schagen. De klok van Midsland werd uitgeleend
aan de Hervormde kerk te Schagen en heeft daar van 1947 tot 1955 in de
toren gehangen. De twee voormalige Groninger klokken keerden direct
op hun oude plek terug.
Ook de ‘nieuwe’ klok van Eppenhuizen werd op transport gesteld en na
de oorlog teruggevonden. De gemeente Kantens kreeg in januari 1946
het bericht dat de klok bewaard was gebleven. Op 21 januari 1946 werd
hij teruggebracht en vervolgens weer in de toren gehangen. Tot op de
dag van vandaag hangt deze klok in de dakruiter.
Ook de klok van Weiwerd keerde na de oorlog terug. In 1984 werd de
kerk van Weiwerd helaas gesloopt in verband met de verwachte groei
van de industrie rond Delfzijl. De klok uit 1604 werd uit de toren genomen en kreeg een nieuwe plek in de kerk van Farmsum. De groei van de
industrie kwam echter niet. Zo bleef Weiwerd achter met een kerkhof
zonder kerk.
Bij de restauratie van de klokkenstoel in Schagen in 2003 is de klok van
Midsland teruggegaan naar Terschelling. Daar staat hij nu al weer enige
jaren voor in de Willibrordkerk uit 1880, in afwachting van een andere
plek.
Er zijn in Schagen in 2003 drie andere klokken, gegoten in 1958 en
afkomstig uit de gesloten Petrus en Pauluskerk bij Haarlem, bijgeplaatst.
Anno 2016 hangt de in 1478 gegoten klok van Eppenhuizen nog steeds
samen met de 14de eeuwse klok van Weiwerd en de drie klokken uit
1958 in de toren van Schagen. De twee oude Groningers kunnen het als
ensemble prima vinden met de jonge Hollanders.
Tot slot
De middeleeuwse klokken van
Eppenhuizen en Weiwerd zijn
uiteindelijk
Rooms-Katholiek
gebleven. In de jaren 1478-1594
hing de Mariaklok in de toren
van de roomse Sint Nicolaaskerk van Eppenhuizen. Dat gold
ook voor die van Weiwerd, maar
dan al vanaf de 14de eeuw. Met
de Reductie van Groningen (in
1594) kwamen de klokken onder
protestants luidregiem. Als
gevolg van de afbraak van hun
middeleeuwse kerken, verdwenen ze uit het Groningerland. Sinds 1883 hangen ze (weer) in een
Rooms-Katholieke kerk. Of hun reis hiermee ten einde is, weten we niet.
We zien een forse krimp van het aantal Rooms-Katholieke parochies en
protestantse gemeenten in Nederland. Kerken worden afgebroken of
krijgen een andere bestemming. Wie weet keren beide klokken ooit nog
weer naar huis terug.
Teun Juk (Hattem) is lezer van de kerkbode
Protestantse Kerkbode 9