Beantwoording vragen 4 oktober

Download Report

Transcript Beantwoording vragen 4 oktober

Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober
2016: Windpark Hartelbrug II
Bijgaand treft u de beantwoording van de 47 schriftelijk gestelde vragen op de informatieavond van 4
oktober 2016. Zoals beloofd zullen deze antwoorden gedeeld worden met de Buren van Botlek op 1910-2016 en zijn de antwoorden ook beschikbaar op een vervolginloopbijeenkomst van 31 oktober a.s.
Alle vragen en antwoorden zijn gecategoriseerd naar onderdelen ‘Beleid’ (= B), ‘Externe Veiligheid’ (=
EV), ‘Geluid’ (= G), ‘Gezondheid’ (= GH), ‘Lichthinder’ (= L), ‘Initiatiefnemer, XL Wind’ (= I),
‘Planologie’ (= P) en ‘Procedure’ (= PR). Alle antwoorden zijn in samenspraak met DCMR, XL Wind en
gemeente Rotterdam tot stand gekomen.
Onderdeel Beleid
Vraag:
B.1.
Waarom zijn er geen molens binnen de gemeentegrenzen van Rotterdam?
Antwoord:
B.1.
De meeste windturbines binnen de gemeente Rotterdam liggen op gronden van het Havenbedrijf
Rotterdam. Daarnaast is op dit moment een concept-Plan MER gereed waarin extra zoeklocaties
staan waarbij er zich tien zoeklocaties binnen de Rotterdamse gemeentegrenzen bevinden. In
samenspraak met de regiogemeenten zal volgend jaar uit deze Plan MER duidelijk moeten zijn welke
locaties technisch en milieukundig het meest geschikt zijn. Ook Rotterdam zal een regionaal aandeel
moeten leveren waarbij er extra turbines binnen de gemeentegrenzen zijn te verwachten. Dit om te
voldoen aan de regionale taakstelling die door het rijk is opgelegd.
Vraag:
B.2.
Hoe kan het zijn dat windmolens wel zijn toegestaan en zonnepanelen niet in Heenvliet/Geervliet?
Antwoord:
B.2.
Het rendement van zonnepanelen ten opzichte van windturbines is een stuk lager. Zonne-energie is
eveneens een duurzame vorm van energie-opwekking. Vanuit het perspectief van business-case leent
windenergie zich meer als alternatieve energiebron dan zonneenergie. Overigens is het gemeentelijk
beleid om zoveel mogelijk gebruik te gaan maken van duurzame energiebronnen, dus zowel
windenergie als zonneenergie op plekken waar dit mogelijk is.
Vraag:
B.3.
Wat is er anders aan Hartelpark II ten opzichte van Hartelpark I omdat er nu windmolens ontmanteld
worden?
Antwoord:
B.3.
De windturbines op de gronden van het Havenbedrijf Rotterdam (Hartelbrug I) worden gefaseerd
afgebroken en er komen geen nieuwe windturbines voor in de plaats. In het nieuwe
bestemmingsplan Botlek Vondelingelplaat zijn geen nieuwe windturbines op deze locatie als
bestemming opgenomen. Naar verwachting zijn alle windturbines medio 2017 verwijderd door XL
Wind.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
1
1
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
B.4.
Waarom is er gekozen voor onderzoekslocaties 21 en 22 als mogelijke locaties voor toekomstige
windenergie?
Antwoord:
B.4.
Vraagsteller doelt op de concept Plan MER die momenteel door de provincie Zuid-Holland in de maak
is. In deze concept Plan MER heeft de provincie een lijst opgesteld met eventueel mogelijke locaties
waar windturbines gerealiseerd kunne worden in de toekomst. Dit betreft alle zoekgebieden die nog
ruimtelijk, landschappelijk en stedenbouwkundig afgewogen moeten worden door alle individuele
gemeenten onderling en met elkaar. Doel is om uiteindelijk de regionale taakstelling te bewerkstelligen
in samenspraak met alle gemeenten in de voormalige stadsregio Rotterdam. Pas medio 2017 is meer
duidelijk over de definitieve voorkeurslocaties. Op dat moment zullen er ook peilingen op draagvlak
door gemeenten plaatsvinden. Mocht uit deze peilingen blijken dat er alsnog zoeklocaties ongeschikt
zijn, dan zullen er nieuwe locaties onderzocht moeten worden, zodanig dat tijdig aan de regionale
taakstelling is voldaan.
Vraag:
B.5.
Waarom krijgt Wind XL de vrijheid t.o.v. vergunning en omwonenden?
Antwoord:
B.5.
XL Wind heeft geen vrijheid gekregen. Zie ook PR 5 verderop in dit document. Het klopt dat de
windturbines ondanks het ontbreken van een geldige omgevingsvergunning mogen draaien, maar
daarnaast is ook een maatwerkvoorschrift gesteld ter bescherming van de belangen van de
omwonenden en op dat maatwerkvoorschrift vindt ook toezicht en handhaving plaats. Zo heeft XL
Wind al eens een dwangsom verbeurd. Tot slot geldt dat het formele vergunningentraject nu weer is
opgepakt en dat de uitkomst daarvan wel degelijk bepalend is voor de verdere positie van XL Wind.
B.6.
Waarom geen zonnepanelen in plaats van windmolens?
Antwoord:
B.6.
Zie het antwoord op vraag B.2.
Vraag:
B.7.
Is er niet ruimte genoeg op de Maasvlakte voor plaatsing van windturbines?
Antwoord:
B.7.
Zie het antwoord op vraag B.1.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
2
2
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Onderdeel Externe Veiligheid
Vraag:
EV.1.
Veiligheid : industrieloodsen nabij windturbines: kan dit?
Antwoord:
EV.1.
Het risico van het plaatsen van windturbines nabij industrieloodsen is onderzocht in het
trefkansenonderzoek dat onderdeel uitmaakt van de informatie die door de initiatiefnemer is
aangeleverd. Naast de aanwezigheid van de loodsen is hierbij tevens gekeken naar bijvoorbeeld de
aanwezigheid van tankauto’s (o.a. verlading bij veembedrijf De Rijke). Uit dit trefkansenonderzoek
blijkt dat er geen belemmeringen zijn om de windmolens in de nabijheid van de industrieloodsen te
plaatsen.
Vraag:
EV 2.
Gaat het wel goed met de veiligheid van windturbines in relatie tot aanvliegroute van vliegtuigen van
Rotterdam/The Hague International Airport.
Antwoord:
EV 2.
Windpark Hartelbrug II ligt niet binnen de aanvliegroute van Rotterdam/The Hague Airport. Vliegtuigen
vliegen ter plaatse dusdanig hoog dat de veiligheid niet in het geding is.
Onderdeel Geluid
Vraag:
G.1.
Is het aanvaardbaar dat ondanks het plaatsen van een rolluik voor mijn slaapkamerraam er nog
steeds overlast van geluid is?
Antwoord:
G.1.
Voor het geluid van de industrie in de Botlek en voor de generator-brom die momenteel nog door de
transformator van de windturbines geproduceerd wordt, hebben rolluiken slechts een geringe
isolatiewaarde. Het kan daarom dat het plaatsen van een rolluik niet tot een vermindering van de
geluidoverlast voor u heeft geleid.
Over de aanvaardbaarheid van de overlast kan worden gezegd dat het geluid van de industrie enkele
dB(A)'s lager is dan de grenswaarde. De geluidoverlast van de industrie afkomstig van de Botlek past
binnen de normen van het Activiteitenbesluit.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
3
3
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
G.2.
Waarom wordt er geen rekening gehouden met nachtploegendiensten en mensen die overdag
moeten slapen i.r.t. geluidsoverlast/slagschaduw?
Antwoord:
G.2.
In het Activiteitenbesluit staan normen voor geluid en slagschaduw. Nachtdiensten zijn op dit moment
niet aangemerkt als bijzondere lokale omstandigheid. Daarom is het niet mogelijk op deze grond
daarvan af te wijken.
Vraag:
G.3.
Hoe kan het zijn dat het geluidsniveau acceptabel is volgens DCMR terwijl je zomers niet meer
fatsoenlijk in je achtertuin kunt zitten vanwege het harde achtergrondgeluid?
Antwoord:
G.3.
De DCMR bepaalt niet of het geluidsniveau acceptabel is, maar heeft tot taak de wet toe te passen.
De geluidnormen zijn opgenomen in het Activiteitenbesluit. Het geluidniveau van deze windturbines
valt daarbinnen.
Onderdeel Gezondheid
Vraag:
GH 1.
Wat is de grond om een MER-beoordeling na te laten zonder de volksgezondheid mee te nemen?
Antwoord:
GH 1.
In de m.e.r.-beoordeling is volksgezondheid meegenomen door de aspecten te beoordelen die van
invloed zijn op mensen, namelijk geluid en slagschaduw. De hinder van geluid en slagschaduw en de
gecumuleerde belasting vallen binnen de normen uit het Activiteitenbesluit.
Het RIVM concludeert in haar rapport (RIVM rapport 200000001/2013, “Windturbines: invloed op de
beleving en gezondheid van omwonenden”) dat er geen bewijs is voor een relatie tussen windturbines
en gezondheidsklachten. U kunt het rapport kosteloos downloaden en bestuderen:
http://www.rivm.nl/dsresource?objectid=rivmp:236473&type=org&disposition=inline&ns_nc=1
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
4
4
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
GH 2.
In welke mate worden de brede gezondheidsrisico's meegenomen in de afwegingen (denk aan COPD
en laagfrequent geluid)?
Antwoord:
GH 2.
Gezondheidsrisico’s zijn meegenomen in de hinderaspecten geluid en slagschaduw. Er is geen apart
onderzoek gedaan naar COPD en laagfrequent geluid. Er is namelijk geen aanleiding om aan te
nemen dat er een relatie is tussen COPD en de windturbines. Op grond van studies elders in
Nederland is geconcludeerd dat geen sprake kan zijn van verhoogde fijnstofconcentraties in Heenvliet
en Geervliet als gevolg van de aanwezigheid van de windturbines Zie ook beantwoording vraag GH 3.
hierna en GH 5. over fijnstof. Eventuele gezondheidsrisico's die een gevolg zijn van laagfrequent
geluid, zijn onderdeel van de geluidnorm voor windturbines in het Activiteitenbesluit.
Vraag:
GH 3.
Er zijn onderzoeken gedaan; maar hoe zit het met de neerslag van fijnstof veroorzaakt door de
windturbines?
Antwoord:
GH 3.
De DCMR heeft naar onderzoeken in vergelijkbare situaties gekeken. Op grond van studies elders in
Nederland is geconcludeerd dat geen sprake kan zijn van verhoogde fijnstofconcentraties in Heenvliet
en Geervliet als gevolg van de aanwezigheid van de windturbines: de schoorstenen van de
belangrijkste industriële fijnstofbronnen staan op ten minste 2-3 km afstand van het windpark
Hartelbrug II. Uit genoemde studies valt af te leiden dat bij wind vanuit het industriegebied in de
richting van Heenvliet en Geervliet (die overigens maar een zeer beperkt deel van de tijd optreedt) er
geen sprake kan zijn van een geconcentreerde pluim fijnstof die in de zogturbulentie van de
windmolens naar beneden afgebogen zou kunnen worden.
Vraag:
GH 4.
Is verstrooiing fijnstof wel eens gemeten in de nacht bij oosten- en of noordoostenwind?
Antwoord:
GH 4.
Er is voor het windpark Hartelbrug II nooit aanleiding geweest om de verspreiding van fijnstof te
meten, omdat uit studies elders in Nederland is geconcludeerd dat geen sprake kan zijn van
verhoogde fijnstofconcentraties in Heenvliet en Geervliet als gevolg van de aanwezigheid van de
windturbines. De schoorstenen van de belangrijkste industriële fijnstofbronnen staan op ten minste 2-3
km afstand van het windpark Hartelbrug II. Uit de eerdere studies in Nederland valt af te leiden dat bij
wind vanuit het industriegebied in de richting van Heenvliet en Geervliet (die overigens maar een zeer
beperkt deel van de tijd optreedt) er geen sprake kan zijn van een geconcentreerde pluim fijnstof die
in de zogturbulentie van de windmolens naar beneden afgebogen zou kunnen worden. Dit geldt zowel
’s nachts als overdag.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
5
5
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
GH 5.
Is er onderzoek naar de gevolgen voor de volksgezondheid gedaan?
Antwoord:
GH 5.
In de m.e.r.-beoordeling is volksgezondheid meegenomen door de aspecten te beoordelen die van
invloed zijn op mensen, namelijk geluid en slagschaduw. De toegestane mate van hinder van
windturbines is bepaald aan de hand van de normen uit het Activiteitenbesluit en de gecumuleerde
belasting. Het RIVM concludeert in haar rapport (RIVM rapport 200000001/2013, “Windturbines:
invloed op de beleving en gezondheid van omwonenden”) dat er geen bewijs is voor een relatie
tussen windturbines en gezondheidsklachten.
Onderdeel Lichthinder
Vraag:
L 1.
Waarom is ondanks belofte de windturbines van XL Wind niet voorzien van speciale niet-reflecterende
/glimmende verflaag waardoor er minder lichtschitteringen zijn?
Antwoord:
L 1.
De bladen van de windturbines zijn voorzien van een coating die zodanig ruw is dat deze nietreflecterend is. Dat neemt niet weg dat invallend zonlicht op de rotorbladen kan worden
waargenomen. De verflaag is overigens niet reflecterend of glimmend, maar mat. Bij hele felle
zonneschijn kan dit soms een hinderlijk effect veroorzaken.
Onderdeel ‘vragen aan initiatiefnemer, XL Wind’
Vraag:
I 1.
Waarom zijn er nog geen dempers geplaatst op de windturbines?
Antwoord:
I 1.
Omdat is geconstateerd dat de windturbines onder bepaalde omstandigheden een specifiek geluid
produceren dat volgens fabrikant Enercon niet bij het windturbinetype hoort, is in samenwerking met
Enercon onderzoek gedaan naar de oorzaak. De oplossing bestaat uit het vervangen van onderdelen
door verbeterde onderdelen waarmee het geluid wordt gedempt. Deze maatregel zorgt naar
verwachting voor vermindering van de hinderlijkheid van het geluid van de windturbines, vanwege het
wegvallen van de specifieke tonen die in de huidige situatie worden waargenomen.
Dit is een tekortkoming die pas aan het licht nadat de windturbines volledig in productie waren
genomen. De werkzaamheden voor vervangen van onderdelen per turbine worden in overleg met de
fabrikant uitgevoerd. Naar verwachting nemen de werkzaamheden circa 4 weken per turbine in
beslag. Om logistieke redenen zijn de werkzaamheden begonnen bij windturbine 8.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
6
6
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
I 2.
Heeft XL Wind wel eens goed met bewoners gesproken over de overlast die wordt ervaren?
Antwoord:
I 2.
XL Wind en gemeente Rotterdam betreuren de gebrekkige publicatie van het inmiddels vernietigde
besluit, de commotie die is ontstaan naar aanleiding van deze procedurefout en de hoeveelheid
klachten die zijn ingediend vanwege de ervaren overlast.
Geconcludeerd kan worden dat de toenmalige gemeente Bernisse onvoldoende heeft kunnen
participeren in het proces van het convenant ‘Realisatie Windenergie in de Rotterdamse haven (2009)’
waarin locaties voor de ontwikkeling van windenergie zijn onderzocht en benoemd.
Dit neemt niet weg dat gemeente Rotterdam ook bij een juiste procedure tot de onderbouwde
conclusie had kunnen komen dat de locatie Hartelbrug II een geschikte locaties is voor de
ontwikkeling van windenergie. In dat kader is van belang dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de
Raad van State het beroep van gemeente Bernisse tegen het bestemmingsplan ‘Botlek
Vondelingenplaat’ (2013), waarin het windpark is bestemd, heeft afgewezen en gemeente Rotterdam
in het gelijk heeft gesteld.
Gemeente Rotterdam bereidt thans een vergunning voor waarin enkele voorschriften zijn opgenomen.
Daarnaast volgen ten aanzien van geluid vergaande voorschriften uit het maatwerkbesluit. Voor XL
Wind is van belang dat zij zich houdt aan de voorschriften van de vergunning, zoals zij dat ook al doet
ten opzichte van de vernietigde vergunning. Het is aan DCMR en gemeente om te controleren of XL
Wind zich aan de vergunning houdt en indien nodig handhavend op te treden. Voor afhandeling van
klachten in verband met overlast is DCMR de aangewezen partij.
Onderdeel Planologie
Vraag:
P 1.
Hoe zit het met de status van beschermde kernen van Geervliet en Heenvliet in relatie tot wetgeving?
Antwoord:
P 1.
Het feit dat beide kernen een bijzondere status hebben is onderkend en meegenomen in de afweging
rond het wel of niet toestaan van de windturbines. Uiteindelijk heeft de afdeling Bestuursrechtspraak
van de Raad van State geoordeeld dat de windturbines geen afbreuk doen aan dat bijzondere
karakter. Zie de uitspraak van https://www.raadvanstate.nl/uitspraken/zoeken-in-uitspraken/tekstuitspraak.html?id=81791&summary_only=&q
Vraag:
P 2.
Past deze ontwikkeling in het beeldkwaliteitplan?
Antwoord:
P 2.
Zie het antwoord op vraag P 1.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
7
7
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
P 3.
Op welke manier is het plaatsen van windmolens onderzocht voor wat betreft de impact op het
persoonlijke dorpsleven?
Antwoord:
P 3.
In de m.e.r.-beoordeling is meegewogen dat er bijzondere lokale omstandigheden voor geluid zijn. Dit
is reden geweest om voor de windturbines maatwerkvoorschriften op te nemen. Bij bepaalde
windrichtingen zijn de geluidniveaus zodanig beperkt dat het niveau van het omgevingsgeluid in de
nacht niet wordt overschreden.
Vraag:
P 4.
Hoe is de leefbaarheid meegenomen en gemeten in de onderzoek (vooraf en nadien)?
Antwoord:
P 4.
Zie hierbij het antwoord op vraag P 3.
Vraag:
P 5.
Is er geen nieuwe bestemmingsplanprocedure nodig omdat de fundering van de turbines in het water
is gebouwd?
Antwoord:
P 5.
De windturbines zijn gerealiseerd op locaties waar het geldende bestemmingsplan ze toestaat. Of de
fundering in het water staat is daarbij niet relevant en leidt ook niet tot de conclusie dat een nieuw
bestemmingsplan gemaakt zou moeten worden.
Vraag:
P 6.
In welke mate heeft Rotterdam rekening gehouden met het negatieve advies van het waterschap om
in de waterkering de fundering te bouwen?
Antwoord:
P 6.
Zie hierbij het antwoord op vraag P 5.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
8
8
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
P 7.
Waar in Nederland staan dergelijke molens op zo'n korte afstand tot woningen, waarom geen kleinere
windmolens?
Antwoord:
P 7.
Het hier gebruikte type windturbines is enerzijds noodzakelijk in verband met het gewenste rendement
van de windturbines. Anderzijds geldt dat in het kader van de bestemmingsplanprocedure nadrukkelijk
aandacht is besteed aan de vraag of ze op de nu gekozen afstand van de kernen van Geervliet en
Heenvliet acceptabel zijn en het antwoord dat de Raad van State daar op gaf is “ja”.
Onderdeel procedure (vergunningenprocedure en mer-procedure)
Vraag:
PR 1.
MER -> zijn er alternatieven. Moet een beoordelaar een alternatief zoeken?
Antwoord:
PR 1.
Het bevoegd gezag (de gemeente Rotterdam) beoordeelt in een m.e.r.-beoordelingsprocedure of er
belangrijke nadelige gevolgen zijn voor het milieu. De Wet milieubeheer geeft niet aan dat het
bevoegd gezag moet beoordelen of er alternatieven zijn. Het bestemmingsplan geeft aan dat
windturbines op deze locatie mogelijk zijn. De locatie staat daarmee niet ter discussie. De rechter
heeft de windturbines in bedrijf gelaten, alleen de procedure moet opnieuw worden gevoerd. Wel
beoordeelt het bevoegd gezag of de effecten verminderd kunnen worden, door het toepassen van
maatregelen. Voor het Windpark Hartelbrug II geldt daarom dat het toepassen van maatregelen
beperkt is tot de techniek aan de windmolens zelf. Daarom kan het bevoegd gezag alleen aan deze
windturbines maatregelen opleggen.
Vraag:
PR 2.
Ecologie -> hierin onderzocht effecten op vleermuizen. Er is geen rapportage over effect op mensen
Antwoord:
PR 2.
Het effect van windturbines op mensen is onderzocht bij de hinderaspecten geluid en slagschaduw.
De hinder van geluid en slagschaduw en de gecumuleerde belasting vallen binnen de normen uit het
Activiteitenbesluit.
Vraag:
PR 3.
Heeft u zich beroepen op gebruik van noodwetten?
Antwoord:
PR 3..
Nee. Het windpark is op de gebruikelijke wijze getoetst aan geldende ruimtelijke en milieuwetgeving.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
9
9
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
PR 4.
Wat is de rechtsgrond om een inrichting te laten draaien zonder vergunning?
Antwoord:
PR 4.
De rechtsgrond voor het draaien van de windturbines zonder dat er sprake is van een rechtsgeldige
vergunning is gelegen in de eerdere uitspraken van rechtbank en afdeling Bestuursrechtspraak.
Beiden oordeelden dat de vergunning niet op correcte wijze was verleend, maar dat het economisch
belang van XL Wind zodanig groot is dat de windturbines afgebouwd en in gebruik genomen mochten
worden (uiteraard mits aan alle andere geldende eisen zou worden voldaan).
Vraag:
PR 5.
Wordt de gestapelde overlast niet berekend (dus overlast gecumuleerd in de onderzoeken)?
Antwoord:
PR 5.
De samenhang en mogelijke cumulatie van milieueffecten met andere relevante ruimtelijke
ontwikkelingen zijn beoordeeld per milieuaspect.
Vraag:
PR 6.
Had er bij het wijzigen van het bestemmingsplan geen uitgebreide MER uitgevoerd moeten worden?
Antwoord:
PR 6.
Er is voor het bestemmingsplan Botlek-Vondelingenplaat een uitgebreide m.e.r.-procedure doorlopen.
Vraag:
PR 7.
Is het aspect 'bijzondere lokale situatie' wel goed meegewogen in de MER-procedure?
Antwoord:
PR 7.
Zie hierbij het antwoord op vraag P 3.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
10
10
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
PR 8.
Hoe kan het dat de nieuwe procedure van de omgevingsvergunning zo lang heeft geduurd (nl. 2,5
jaar?
Antwoord:
PR 8.
Om te beginnen is eerst het hoger beroep dat was ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank
afgewacht. Nadat de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State op 4 maart 2015 uitspraak
had gedaan, was duidelijk dat een nieuw besluit genomen diende te worden. Vervolgens heeft XL
Wind, als aanvrager, een aantal onderzoeken opnieuw uit laten voeren. Nadat alle informatie actueel
was, is het project getoetst aan de geldende regels en dit heeft ertoe geleid dat op 16 september 2016
een ontwerpbesluit ter inzage is gelegd.
Vraag:
PR 9.
Wie heeft de aanzet genomen om het bestemmingsplan te wijzigen?
Antwoord:
PR 9.
Het bestemmingsplan Botlek-Vondelingenplaat dat de komst van de windturbines mogelijk maakt is
één van de bestemmingsplannen die door de gemeente Rotterdam zijn vastgesteld in het kader van
de uit de Wet ruimtelijke ordening voortvloeiende actualiseringsopgave. Op basis van die wet mogen
bestemmingsplannen namelijk maximaal 10 jaar oud zijn omdat een bevoegd gezag anders geen
leges kan heffen indien bouwplannen tot ontwikkeling komen. In het bestemmingsplan is de toen al
bekende windmolenontwikkeling meegenomen omdat dit op basis van jurisprudentie de gangbare weg
is: wanneer een nieuw bestemmingsplan wordt opgesteld, dient daarbinnen rekening gehouden te
worden met lopende ontwikkelingen.
Vraag:
PR 10.
Staan de maatwerkvoorschriften definitief vast?
Antwoord:
PR 10.
Nee, daar loopt op dit moment nog een procedure over.
Vraag:
PR 11.
Gelden de maatwerkvoorschriften bij elke windrichting overdag?
Antwoord:
PR 11.
De Maatwerkvoorschriften gelden alleen in de nachtelijke uren (tussen 22.50 en 7.00 uur), bij
zuidelijke windrichtingen tussen 90 en 310 graden.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
11
11
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
PR 12.
Waarom reageert DCMR niet adequaat op acute klachten?
Antwoord:
PR 12.
Als er een klacht wordt ingediend, gaat de DCMR niet standaard ter plaatse kijken en/of meten. Bij
geluidmetingen is het noodzakelijk dat een geluidspecialist met speciale apparatuur aanwezig is.
Waarnemingen op het gehoor of met een indicatieve meting geven slechts een beeld van de
omstandigheden, maar geven geen basis om op te kunnen handhaven. Bij de metingen die zijn
uitgevoerd (februari 2015, juli 2015, november 2015 en september 2016) gedroeg het geluid zich
conform het akoestisch rapport: het geluidniveau bleef onder de norm. Als gevolg daarvan is geen
handhaving mogelijk.
Vraag:
PR 13.
Is DCMR bereid om meer menskracht in te zetten op het moment dat er meer wind en dus meer
geluidsoverlast van windturbines wordt verwacht?
Antwoord:
PR 13.
De DCMR moet controleren of het maatwerkvoorschriften worden nageleefd. De
maatwerkvoorschriften gelden alleen in de nachtelijke uren (tussen 22.50 en 7.00 uur), bij zuidelijke
windrichtingen tussen 90 en 310 graden. Voor het uitvoeren van geluidcontroles conform de
maatwerkvoorschriften worden, op basis van de weersvoorspellingen, door de DCMR momenten
geselecteerd waarop de meeste overlast wordt verwacht. Doordat de maximale geluidproductie van
de windturbines bekend is, is ook bekend wat de maximale geluidoverlast kan zijn. De DCMR ziet
daarom geen meerwaarde in het inzetten van extra menskracht op momenten buiten de
maatwerkvoorschriften.
Vraag:
PR 14.
In de presentatie zegt u: "geen overtredingen van gemeente Rotterdam" maar hoe zit dat met een
boete van € 10.000,--?
Antwoord:
PR 14.
Hier lijkt sprake te zijn van een misverstand. In de presentatie is namelijk aangegeven dat in eerste
instantie enkele overtredingen zijn geconstateerd, dat XL Wind toen ook een dwangsom heeft moeten
betalen, maar dat sindsdien geen overtredingen meer zijn geconstateerd.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
12
12
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
PR 15.
Is er handhaving geweest naar aanleiding van de boete aan XL Wind van € 10.000,- en waar is deze
terecht gekomen?
Antwoord:
PR 15.
Naar aanleiding van de overschrijding heeft handhaving plaatsgevonden door de boete te innen. De
gemeente Rotterdam heeft als bevoegd gezag het geldbedrag ontvangen.
Vraag:
PR 16.
Hoe verhouden de windturbines zich tot de vaarweg van 50 meter, is dit wel goed onderzocht?
Antwoord:
PR 16.
De windmolens staan op een afstand van 55 meter tot de vaarweg. Daarmee wordt voldaan aan
beleidsregel uit het Handboek risicozonering windturbines: windturbines moeten minimaal 50 meter uit
de vaarweg worden geplaatst.
Vraag:
PR 17.
Is bij toekenning planschade ook nog beroepsmogelijkheid open of mag dat dan niet meer?
Antwoord:
PR 17.
Eventuele planschadeclaims worden beoordeeld op basis van het bestemmingsplan dat de plaatsing
van de windturbines mogelijk maakt. Eventuele beroepsprocedures tegen de nu voorliggende
omgevingsvergunning staan hier los van.
Vraag:
PR 18.
Hoe kan het dat de windturbines al ruim tweeënhalf jaar draaien zonder geldende vergunning?
Antwoord:
PR 18.
Zie het antwoord op vraag P4.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
13
13
Beantwoording vragen informatiebijeenkomst 4 oktober 2016: Windpark Hartelbrug II
Vraag:
PR 19.
Waarom is de klachtenafhandeling door DCMR zo slecht?
Antwoord:
PR 19.
Op de website van de DCMR houdt DCMR een dossier bij voor u met de laatste informatie over
toezicht en handhaving bij windpark Hartelbrug II. Als u een klacht indient, kunt u aangeven dat u
hierover terugkoppeling wilt. Door een fout in het software-systeem heeft u de afgelopen maanden
van ons geen terugkoppeling per email ontvangen. In deze maanden zijn geen relevante
ontwikkelingen geweest op het gebied van toezicht en handhaving.
Tot zover de beantwoording van de 47 gestelde vragen op de informatieavond Hartelbrug II van 4
oktober jl.
Gemeente Rotterdam, 19 oktober 2016
14
14