Transcript Dagsluiting
Plancius-programma CED-Groep Dagmoment: Dagafsluiting/Weggaan Spelontwikkeling Aan het einde van de dag is er vaak nog een klein moment waarin de leerling zich kan vermaken voordat hij naar huis gaat. Geef bijvoorbeeld een (speelgoed)voorwerp mee voor tijdens het wachten op de taxi. Hiervoor kunt u werken aan doelen rondom spel. Houd hierbij wel rekening dat de leerling aan het einde van de dag moe kan zijn. Een aantal voorbeelden van doelen om aan te werken met een voorbeeldmatige aanpak: • Verkent een speeltje/voorwerp door het uitvoeren van handelingen die niets te maken hebben met de aard van het voorwerp Bied de leerling een voorwerp aan. Geef hem de tijd om dit zelf te verkennen. Houd het eventueel zo nu en dan weer in het blikveld van de leerling of geef het in de handen wanneer de aandacht van de leerling er vanaf dwaalt. • Ontdekt meerdere mogelijkheden van een voorwerp Geef de leerling een voorwerp in handen. Wanneer de leerling er telkens dezelfde handeling mee uitvoert, laat u er een andere handeling mee zien. Doet de leerling het na? Reageer enthousiast wanneer de leerling een andere handeling ermee verricht. • Laat zijn voorkeur op dat moment zien voor voorwerpen/materialen Zet twee of drie vorowerpen/materialen voor de leerling neer. Pakt hij op eigen initiatief een materiaal? Schuif indien de leerling geen actie onderneemt één van de materialen dichterbij. Pakt de leerling het nu? En als u iets anders dichtbij de leerling brengt? Zorg er aan het begin voor dat bij de materialen iets zit waar de leerling een duidelijke voorkeur voor heeft. Probeer het daarna met nieuwe materialen. Reageer enthousiast wanneer de leerling een materiaal kiest. • Imiteert eenvoudige spelbewegingen Zing een gedag-liedje waarbij u zwaai-bewegingen maakt. Doet de leerling u na? Reageer dan enthousiast door sneller te zwaaien. • Reageert op spelimenging door een volwassene Laat de leerling zelfstandig spelen. Speel zelf even mee, bijvoorbeeld dat u met een autootje botst wanneer de leerling met autootjes speelt. Hoe reageert de leerling hierop? • Speelt hetzelfde spel als de leerling naast hem Geef twee leerlingen hetzelfde spel(materiaal). Reageer enthousiast wanneer de leerling er dezelfde handeling mee uitvoert als degene naast hem. Benoem wat de leerlingen doen.