Transcript ELEX - Classica Vlaanderen

EUROCLASSICA ECCL – European Certificate for Classics 2016
www.eccl-online.eu
ELEX Latin Level 1/Vestibulum
Auteur: (© Euroclassica 2016/John Bulwer, Verenigd Koninkrijk)
Chairwoman: Sarah Breslin, Executive Director of the European Centre for Modern
Languages (ECML)
http://edl.ecml.at/tabid/1772/EventID/10179/Default.aspx.
www.euroclassica.eu
25 jaar
15 jaar EDL / Council of Europe
Oostenrijk
België
Bosnië en Herzegovina
Bulgarije
Kroatië
Tsjechië
Denemarken
Finland
Frankrijk
Duitsland
Griekenland
Hongarije
Italië
Litouwen
Luxemburg
Nederland
Polen
1
Portugal
Roemenië
Rusland
Servië
Spanje
Zweden
Zwitserland
Macedonië
Het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland
Ecoles Européennes
Elk juist antwoord levert je één punt op. Je wint een gouden medaille als je
een score behaalt van 37-40 punten, een zilveren medaille als je een score
behaalt van 33-36 punten en een bronzen medaille als je een score behaalt van
29-32 punten. De winnaar zal een certificaat ontvangen met een zegel van
EUROCLASSICA, ondertekend door de voorzitter van EUROCLASSICA en
de directeur van ECCL. (Duur: 40 minuten)
2
Daedalus and Icarus
Daedalus heeft lang verbannen geleefd op het eiland Kreta en wil terugkeren naar Athene
met zijn zoon Icarus. Hij gebruikt zijn talent als vakman om een ontsnappingsplan uit te
dokteren.
Daedalus erat artifex, qui multos annos in insula Creta habitabat.
Iam Athenas redire cupiebat, sed rex iussit eum in Creta manere.
“Rex,” inquit Daedalus, “quamquam terram et mare regit, caelum
non tenet.” Daedalus alas facere coepit. Multas pennas cera
colligavit. Alae bonae erant. Ubi alae paratae erant, alteras alas
filio,
6 Icaro nomine, fecit. Non sine filio effugere cupivit. “Noli volare
7 prope mare”, inquit, “neque prope solem. Inter utrumque vola, et
8 nullum periculum tibi erit.”
9 Ubi et pater et filius se in caelum sustulerunt, multas horas iter
10 laeti fecerunt. Tum puer altius volare coepit. Sol ceram mollem
11 fecit, et omnes pennae in mare deciderunt. Decidit Icarus
1
2
3
4
5
12 quoque. Ubi pater respexit, filium non vidit.
VOCABULARIUM: WOORDEN DIE NIET TERUGGEVONDEN KUNNEN
WORDEN IN EC-WOORDLIJST 1
ala, -ae f.
altius
artifex, artificis m.
colligo,-as, -are, -avi, -atum
coepit
cera,-ae f.
Creta,ae f.
Daedalus
decido, -is.-ere, decidi
habito, -as,-are,-avi,-atum
hora,-ae f.
Icarus
mollis,-e
noli + volare
penna,-ae f.
quamquam
vleugel
hoger
artiest, vakman
samenbinden
begon
was
het eiland Kreta
Daedalus
vallen
wonen
uur
Icarus
zacht
niet + imperatief van volare
veer
hoewel
3
rego,-is,-ere, rexi, rectum
respicio,-is,-ere, respexi,
respectum
se … sustulerunt
utrumque
volo,-as,-are,-avi,-atum
heersen, regeren
omkijken, rondkijken
zich optilden, zich verhoffen
beide
vliegen
Tekstbegrip
1.
Hoe lang verbleef Daedalus op Kreta?
a.
b.
c.
d.
2.
Wie beval hem te blijven?
a.
b.
c.
d.
3.
Enkele jaren
Vele jaren
Vier jaar
Vele maanden
De koning
Athena
De Kretenzers
De goden
Waarover heerst de koning volgens Daedalus?
a. De aarde en de hemel
b. De hemel en de zee
c. De aarde en de zee
4.
Waarover heerst hij niet?
a.
b.
c.
d.
5.
De aarde
De hemel
De aarde en de zee
De zee
Hoe wil hij ontsnappen?
a.
b.
c.
d.
Al zeilend
Al lopend
Al vliegend
Al zwemmend
4
6.
Hoe maakt hij de vleugels?
a. Door de veren samen te
binden met was
b. Door de veren vast te
hechten met nagels
c. Door de vleugels van vogels
te gebruiken
d. Door houten vleugels te
maken
7.
Hoeveel paar vleugels maakt hij?
a.
b.
c.
d.
8.
Welke instructies geeft hij aan zijn zoon?
a.
b.
c.
d.
9.
Eén
Twee
Drie
Vier
Dicht bij de zee vliegen
Niet dicht bij de zee vliegen
Dicht bij de zon vliegen
Niet dicht bij de zon en de
zee vliegen
Hoe zou hij veilig zijn?
a. Wanneer hij dicht bij de zee
vliegt
b. wanneer hij dicht bij de zon
vliegt
c. Wanneer hij tussen de twee
vliegt
10.
Hoelang vliegen ze?
a.
b.
c.
d.
Vele uren
Een heel ange tijd
Maar even
Enkele uren
5
11.
Hoe vliegt Icarus?
a.
b.
c.
d.
12.
Te laag
Te hoog
Net goed
Te snel
Wat gebeurt er?
a. De vleugels worden nat
door de zee
b. De vleugels brengen hem in
veiligheid
c. De was smelt en de vleugels
vallen naar beneden
d. De was smelt maar de
vleugels blijven vast
13.
Wat gebeurt er met Icarus?
a. Hij wordt gered door Zeus
b. Hij stort neer en verdrinkt
in de zee
c. Hij wordt in veiligheid
gebracht
d. Hij wordt gered door zijn
vader
Grammatica
14.
Welk woord staat in de accusatief?
a.
b.
c.
d.
15.
Rex
Terram
Nomine
Filio
Welk woord is een infinitief?
a.
b.
c.
d.
Volebat
Paratae
Effugere
Tenet
6
16.
Welk van onderstaande werkwoordsvormen is een imperfectum?
a.
b.
c.
d.
17.
Op regel 7 is het werkwoord “vola” een …
a.
b.
c.
d.
18.
zelfstandig naamwoord
werkwoord
bijwoord
bijvoeglijk naamwoord
Waarbij hoort “laeti”?
a.
b.
c.
d.
20.
indicatief
imperatief
infinitief
participium
Op regel 10 is ”laeti“ een ...
a.
b.
c.
d.
19.
Habitabat
Colligavit
Facere
Fecit
vader
zoon
vader en zoon
hemel
Op regel 10 is ”altius” een …
a.
b.
c.
d.
bijvoeglijk naamwoord
bijwoord
een zelfstandig naamwoord
een voorzetsel
7
Interpretatie
21.
Waar bevindt Icarus zich op dit schilderij van Bruegel?
“De Val van Icarus” Pieter Bruegel de Oudere, Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van
België - Brussel
a. In de lucht in het midden van het
schilderij
b. In de zee links onderaan op het
schilderij
c. In de zee rechts onderaan op het
schilderij
d. Op het land in het midden van het
schilderij
22.
Denk je dat in dit verhaal ...
a. Icarus het niet verdiende te sterven
b. zijn vader beter op hem had moeten
letten
c. het gevaarlijk is om dicht bij de zee te
vliegen
! Kies één antwoord en beargumenteer.
……………………………………………………………………………………………………………………………………
1 punt indien het uitgekozen antwoord goed beargumenteerd is
8
Algmene kennis
23.
Met welke figuur uit de Griekse mythologie wordt Hillary Clinton vergeleken?
a.
b.
c.
d.
24.
Medusa
Cassandra
Medea
Helena van Troje
Wat is de correcte vorm voor de afkorting SPQR?
©John Bulwer
9
a.
b.
c.
d.
25.
Senatui PopuloQue Romano
Senatus PopulusQue Romanus
Senatu PopuloQue Romano
Senatus PopuliQue Romani
Post meridiem betekent ‘na de middag’. Hoe formuleer je ‘voor de middag’?
a.
b.
c.
d.
26.
ante meridiem
ad meridiem
ab meridie
apud meridiem
Welke taal is géén Romaanse taal (afgeleid van het Latijn)?
a.
b.
c.
d.
27.
Frans
Italiaans
Hongaars
Portugees
Waar vind je de culina terug?
a.
b.
c.
d.
28.
in villa
in templo
in foro
in theatro
Waar kan je de actores aan het werk zien?
a.
b.
c.
d.
29.
in villa
in templo
in foro
in theatro
Waar kan je de statuae deorum publiekelijk vereren?
a.
b.
c.
d.
in villa
in templo
in foro
in theatro
10
30.
Elke Griekse god of godin heeft een Romeins equivalent. Drie van onderstaande
godenparen zijn fout. Welk godenpaar is correct?
a.
b.
c.
d.
31.
Hephaestus
Artemis
Hermes
Aphrodite
=
=
=
=
Jupiter
Juno
Mars
Venus
Wanneer werd Pompeï vernietigd door de vulkaan ‘Vesuvius’?
©John Bulwer
a.
b.
c.
d.
32.
59 n. Chr.
69 n. Chr.
79 n. Chr.
89 n. Chr.
Waar begroeven de Romeinen hun doden en bouwden ze gedenktekens voor hun
voorouders?
a. Op het forum
b. Langs de wegen weg van de
stad
c. Op het platteland
d. In hun tuinen
11
33.
Waar liet je je kleren achter in thermis?
a.
b.
c.
d.
34.
Wie van onderstaande personen was GEEN keizer van Rome?
a.
b.
c.
d.
35.
in apodyterio
in caldario
in frigidario
in tepidario
Tiberius
Marcus Aurelius
Nero
Romulus
Wanneer iets ad infinitum doorgaat, gaat het …
a. oneindig door
b. door tot het stopt
c. naar een bepaalde plaats
waar het stopt
d. rond in een cirkel
36.
Waarom heeft dit ijsje een toepasselijke naam?
©www.magnumicecream.com
a.
b.
c.
d.
Omdat het overgoten is met chocolade
Omdat het groot is
Omdat het duur is
Omdat het er lekker uitziet
12
37.
Welk bekend kinderboek zien we hieronder afgebeeld?
©bolchazy.com
a.
b.
c.
d.
38.
Winnie De Poeh
Alice in Wonderland
Pippi Langkous
Max en de Maximonsters
Julius Caesar werd vermoord op de ‘Iden’ van maart. Wanneer vallen de ‘Iden’ van
maart?
© craziestgadgets.com
a.
b.
c.
d.
1 maart
7 maart
15 maart
31 maart
13
39.
De Romeinse domus werd beschermd door de huisgoden. Hoe worden zij
genoemd?
a.
b.
c.
d.
40.
Lares et Penates
Dryades
Di Inferi
Musae
Waar kon je de gladiatoren zien vechten?
a.
b.
c.
d.
in theatro
in palaestra
in foro
in amphitheatro
14