Transcript Themakaart Kleuren

Plancius-programma
CED-Groep
Themakaart
Kleuren
Aankleding van de klas
-Maak in de klas een kleurenhoek. Bijvoorbeeld met een regenboog. Of zet een
kleurenrad (uit het spel twister) neer. Gebruik gekleurde ballonnen en ballen. Hang deze
op of maak een grabbelbak.
Dagopening
-Kies voor elke dag een kleur. Hang de kleur van de dag (bijvoorbeeld een gekleurd A4)
op een duidelijke plek, bijvoorbeeld in een lijstje midden in de kring.
-Begin de dag door leerlingen te begroeten en kledingstukken met de kleur van de dag
aan te wijzen. Of geef een gekleurd voorwerp door en ga zo alle namen van de leerlingen
langs.
Activiteiten
-Gebruik bij activiteiten voorwerpen in de kleur van de dag. Bij verstopactiviteiten
verstopt u bijvoorbeeld de ene keer allemaal rode voorwerpen, een andere dag allemaal
blauwe.
-Knutsel met de leerlingen met gekleurde materialen. Laat hen schilderen en kijk daarbij
naar hun voorkeuren voor kleuren.
-Tips voor activiteitenkaarten, waar u gekleurde voorwerpen bij kunt gebruiken:
Toveren, Piepschuimbak, Kegelen, Lekker opvallend.
Verzorgingsmoment
Trek met aankleden kledingstukken van verschillende kleuren aan. Benoem de kleur. Let
op of de leerling een voorkeur laat zien voor bepaalde kleuren.
Eten en drinken
Kies etenswaren in een kleur: rode aardbeien, tomaten, ketchup. Of oranje wortelen,
hagel, kokosbrood. Groene komkommer, spinazie, bieslook.
Laat de leerlingen de verschillen proeven.
Buitenactiviteit/bewegingsactiviteit
Ga buiten op zoek naar de kleur van de dag. Zoek groen gras, groene blaadjes en groene
aanplakbiljetten. Of zoek rode bessen, rode fietsen en auto's.
Dagsluiting
Sluit de dag af met de kleur van de dag. Laat de kleur zien en laat de leerlingen in het
lokaal aanwijzen welke dingen de kleur van de dag hebben. Leg de kleur van de dag
plechtig weg en vertel dat er de volgende dag een nieuwe kleur zal zijn.