Liturgie doopdienst

Download Report

Transcript Liturgie doopdienst

Nu schijnt ons deze wereld pas
der mensen vaderland:
een leven dat verborgen was
ontvangen we uit zijn hand.
Verbonden met Jezus
Ten onder ging de sterke dood,
ten onder in de vloed;
nu straalt ons in het morgenrood
zijn toekomst tegemoet.
't Is feest, omdat Hij bij ons is,
de Heer die eeuwig leeft
en die in zijn verrijzenis
alles herschapen heeft.
Dankgebed
Inzameling van de gaven in drie rondgangen
1. Diaconie; 2. Pastoraat en eredienst; 3. Onderhoud Jozefkerk
Zingen, staande: Heer Jezus, die ons hebt bezocht ( Lied 654: 5 en 6 )
Heer Jezus, die ons hebt bezocht,
Gij opgang uit den hoge,
die onze ziel hebt vrijgekocht,
dat zij U dienen moge,Gij herder die 't verlorene zoekt,
de hemel heeft ons niet vervloekt:
God is om ons bewogen.
Zing dan de Heer, stem allen in
met ons die God lof geven:
Hij schiep voor ons een nieuw begin,
hoeveel wij ook misdreven.
Hij riep ons uit de nacht in 't licht
van zijn genadig aangezicht.
In Christus is ons leven!
Zegen, beantwoord met driemaal gezongen ‘Amen’.
Kerkdienst op zondag 3 april 2016
in de Jozefkerk te Assen
waarin de Heilige Doop wordt bediend aan
Danaé Tel
Chiel Gerrit Zoet
Na afloop van de dienst is er gelegenheid de doopouders
geluk te wensen, voor in de kerk.
Er is ook koffie, thee en fris. Van harte aanbevolen!
Wij wensen u en jou een goede en gezegende zondag toe.
8
organist:
Johan Gerkes
voorganger: ds. Ron Koopmans
Zingen voor de dienst:
Zingen: De Heer is onze reisgenoot ( Lied 646 )
O hoogt’ en diepte, looft nu God ( Gez. 461: 1, 2, 3 en 4, Liedboek ’73 )
solo
O hoogt' en diepte, looft nu God,
aanbidt zijn heiligheid!
Zijn woord werd nimmer nog gepeild,
zijn weg is majesteit.
O wondre liefd', o wijsheid Gods,
toen zond' ons 't licht benam,
hebt Gij 't verlossend pad gebaand:
een tweede Adam kwam.
De liefde is zo wijs en goed:
wat eens in Adam viel,
ons menselijke vlees en bloed,
wordt leven weer en ziel.
Zo valt een lange weg ons licht,
de schrift opent een vergezicht
en brengt verdwaalden dicht bij huis,
verloren zonen komen thuis.
Ja, meer dan ziel en leven zijn
gegund aan bloed en vlees:
God-zelf zal in ons wezen zijn,
zijn ademende Geest!
Van U zijn alle dingen ( Gez. 465: 1 en 5, Liedboek ’73 )
Van U zijn alle dingen,
van U, o God en Heer,
van U de zegeningen
die 'k biddende begeer.
Gij wilt mijn weg omringen
met liefde wijs en teer.
Wat wij ooit goeds ontvingen,
het is van U, o Heer.
U zal ik eeuwig eren,
die eeuwge goedheid zijt!
U blijve, Heer der heren,
geheel mijn hart gewijd.
Wat kan ik niet ontberen
wanneer uw hand mij leidt,
wat vuriger begeren
dan uwe heerlijkheid!
U zij de glorie ( Lied 634 )
U zij de glorie, opgestane Heer,
U zij de victorie, U zij alle eer!
Alle menselijk lijden hebt Gij ondergaan
om ons te bevrijden tot een nieuw bestaan:
U zij de glorie, opgestane Heer,
U zij de victorie, U zij alle eer!
Licht moge stralen in de duisternis,
nieuwe vrede dalen waar geen hoop meer is.
Geef ons dan te leven in het nieuwe licht,
wil het woord ons geven dat hier vrede sticht:
U zij de glorie, opgestane Heer,
U zij de victorie, U zij alle eer!
2
De avond daalt, blijf bij ons Heer!
Hij zet zich aan de tafel neer
en breekt het brood en schenkt de wijn,
die gast, het moet de gastheer zijn!
Wij keren naar Jeruzalem,
ons brandend hart verneemt zijn stem,
Hij deelt met ons het daag'lijks brood,
de Heer is onze reisgenoot.
Prediking
Orgelspel
Zingen: Ik zeg het allen, dat Hij leeft ( Lied 642: 1, 2, 3, 4 en 8 )
Ik zeg het allen, dat Hij leeft,
dat Hij is opgestaan,
dat met zijn Geest Hij ons omgeeft
waar wij ook staan of gaan.
Ik zeg het allen, en de mond
van allen zegt het voort,
tot over 't ganse wereldrond
de nieuwe morgen gloort.
7
Eén van hen, die Kleopas heette, antwoordde:
‘Bent u dan de enige vreemdeling in Jeruzalem die niet weet wat daar deze
dagen gebeurd is?’ Jezus vroeg hun: ‘Wat dan?’ Ze antwoordden: ‘Wat er
gebeurd is met Jezus uit Nazareth, een machtig profeet in woord en daad in de
ogen van God en van het hele volk. Onze hogepriesters en leiders hebben hem
ter dood laten veroordelen en laten kruisigen. Wij leefden in de hoop dat hij
degene was die Israël zou bevrijden, maar inmiddels is het de derde dag sinds
dit alles gebeurd is. Bovendien hebben enkele vrouwen uit ons midden ons in
verwarring gebracht. Toen ze vanmorgen vroeg naar het graf gingen, vonden ze
zijn lichaam daar niet en ze kwamen zeggen dat er engelen aan hen waren
verschenen. De engelen zeiden dat hij leeft. Een paar van ons zijn toen ook
naar het graf gegaan en troffen het aan zoals de vrouwen hadden gezegd, maar
Jezus zagen ze niet.’
Zingen: Heer, ‘k wil komen in uw nabijheid ( Opwekking 334: 2 )
Heer, ‘k wil komen in uw nabijheid.
Uit de schaduwen in uw heerlijkheid.
Door het bloed mag ik U toebehoren.
Leer mij, toets mij, uw stem wil ik horen.
Schijn in mij, schijn door mij.
Kom, Jezus kom, vul dit land met uw heerlijkheid.
Kom Heil’ge Geest, stort op ons uw vuur.
Zend uw rivier, laat uw heil heel de aard’ vervullen.
Spreek, Heer, uw woord: dat het licht overwint.
Schriftlezing: Lucas 24: 25 - 35
Toen zei Hij tegen hen: ‘Hebt u dan zo weinig verstand en bent u zo traag
van begrip dat u niet gelooft in alles wat de profeten gezegd hebben?
Moest de Messias al dat lijden niet ondergaan om zijn glorie binnen te gaan?’
Daarna verklaarde Hij hun wat er in al de Schriften over Hem geschreven stond,
en Hij begon bij Mozes en de Profeten. Ze naderden het dorp waarheen ze op
weg waren. Jezus deed alsof Hij verder wilde reizen. Maar ze drongen er sterk
bij Hem op aan om dat niet te doen en zeiden: ‘Blijf bij ons, want het is bijna
avond en de dag loopt ten einde.’ Hij ging mee het dorp in en bleef bij hen.
Toen Hij met hen aan tafel aanlag, nam Hij het brood, sprak het zegengebed uit,
brak het en gaf het hun. Nu werden hun ogen geopend en herkenden ze Hem.
Maar Hij werd onttrokken aan hun blik.
Daarop zeiden ze tegen elkaar: ‘Brandde ons hart niet toen Hij onderweg met
ons sprak en de Schriften voor ons ontsloot?’ Ze stonden op en gingen meteen
terug naar Jeruzalem, waar ze de elf en de anderen aantroffen, die tegen hen
zeiden: ‘De Heer is werkelijk uit de dood opgewekt en Hij is aan Simon
verschenen!’ De twee leerlingen vertelden wat er onderweg gebeurd was en hoe
Hij zich aan hen kenbaar had gemaakt door het breken van het brood.
6
Woord van welkom en Mededelingen
Aanvangslied, staande gezongen: Psalm 118: 1 en 9
Laat ieder 's Heren goedheid prijzen,
zijn liefde duurt in eeuwigheid.
Laat, Israël, uw lofzang rijzen:
zijn liefde duurt in eeuwigheid.
Dit zij het lied der priesterkoren:
zijn liefde duurt in eeuwigheid.
Gij, die de Heer vreest, laat het horen:
zijn liefde duurt in eeuwigheid.
Dit is de dag, die God deed rijzen,
juich nu met ons en wees verblijd.
O God, geef thans uw gunstbewijzen,
geef thans het heil door ons verbeid.
Gezegend zij de grote koning
die tot ons komt in 's Heren naam.
Wij zegenen u uit 's Heren woning,
wij zegenen u al tezaam.
Stil Gebed, Votum en Groet
Zingen: Klein Gloria
Ere zij de Vader en de Zoon en de Heilige Geest, als in de beginne,
nu en immer, en van eeuwigheid tot eeuwigheid. Amen.
( daarna gaan we zitten )
Over de Doop
Als wij in de gemeente van Christus de doop bedienen, doen wij dat in opdracht
van Jezus. Jezus droeg zijn apostelen op: “ga de wereld in, en maak alle volken
tot mijn leerlingen, door mensen te dopen in de Naam van de Vader en van de
Zoon en van de Heilige Geest, en hen te leren zich te houden aan alles wat Ik
jullie geboden heb”. Jezus kwam om alle gerechtigheid te vervullen. Zo heeft Hij
zichzelf bij het begin van zijn weg laten dopen door Johannes in de Jordaan,
één met zijn volk. Hij is ons voorgegaan, in zijn doop en in zijn dood, en ieder
die in de naam van Jezus Christus gedoopt is, is door de doop met Hem
begraven en, zoals Christus uit de dood is opgewekt door de macht van de
Vader, met Hem opgestaan tot een nieuw leven. In de doop dragen wij het
merkteken van onze Heer. Hij heeft een nieuw begin gemaakt, eeuwig duurt zijn
trouw. Dit hartsgeheim van de Kerk geldt ook voor de kinderen: voor Israël was
het ondenkbaar om bij de bevrijding uit Egypte, de kinderen achter te laten in dat
land van duisternis en slavernij; zij namen hen mee door de Schelfzee en de
woestijn, op weg naar het beloofde land; zij wisten hun kinderen gesteld onder
Gods opdracht en belofte; zij onderwezen hun kinderen in het geheim van
Pasen, en leerden hun de liederen van bevrijding.
3
Zo heeft de Kerk sinds de dagen van de apostelen ook aan kinderen de doop
bediend. Het is dan ook de taak van heel de Gemeente, en in het bijzonder van
de ouders, om voor de kinderen de liefde te belichamen van God, die ons uit de
duisternis geroepen heeft tot zijn wonderbaar licht.
Zingen, staande: Ik geloof dat God mijn Vader ( mel. Lied 103c )
Ik geloof dat God mijn Vader, bron van al het goede is,
die van hemel en van aarde Schepper, Herder, Hoeder is:
Hij zal weiden, medelijden, teder als een moeder is.
Ik geloof dat Jezus Heer is, die zachtmoedig binnenrijdt,
aan Wie alle dank en eer is: zaad, tot ondergang bereid,
opgestaan en opgevaren keert Hij weer in heerlijkheid.
Ik geloof: de Geest, de Trooster, en één Kerk, de ware bruid,
de vergeving van de zonden, Paaslicht dat ons graf ontsluit.
Eeuwig samen zing ik: Amen, roep ik, God, uw glorie uit.
De dopelingen worden binnengebracht, onder orgelspel
Doopgebed
Antwoord van Jeffry en Jarina Tel; Henri en Ellen Zoet
Bediening van de Heilige Doop aan
Danaé Tel
Chiel Gerrit Zoet
Zingen, staande: Ga met God ( Lied 416: 1, 2 en 3 )
Ga met God en Hij zal met je zijn,
jou nabij op al je wegen
met zijn raad en troost en zegen
Ga met God en Hij zal met je zijn.
Ga met God en Hij zal met je zijn:
bij gevaar, in bange tijden,
over jou zijn vleugels spreiden.
Ga met God en Hij zal met je zijn.
Ga met God en Hij zal met je zijn:
in zijn liefde je bewaren,
in de dood je leven sparen.
Ga met God en Hij zal met je zijn.
Zingen: Verbonden met vader en moeder
Verbonden met vader en moeder, natuurlijk het meest met die twee,
maar ook met de andere mensen vier jij hier dit feest met ons mee.
Je hebt al een naam, maar je krijgt er één bij op dit feest
want jij wordt gedoopt in de naam van de Vader, de Zoon en
de Heilige Geest.
Je bent al een tijd bij de mensen, je naam is bij ons al vertrouwd
en dus is het tijd om te vieren, dat God die je kent van je houdt.
Je hebt al een naam, maar je krijgt er één bij op dit feest
want jij wordt gedoopt in de naam van de Vader, de Zoon en
de Heilige Geest.
Overhandiging Doopgeschenk,
door de kinderen en ouderling dhr. Johan Sjoers
De kinderen gaan met licht en bijbel naar de nevendienst
Zingen: Wij gaan voor even uit elkaar
Wij gaan voor even uit elkaar en delen nu het licht;
dat licht vertelt ons iets van God, op Hem zijn wij gericht.
Wij geven Gods verhalen door en wie zich openstelt
ervaart misschien een beetje licht door wat er wordt verteld.
Straks zoeken wij elkaar weer op en elk heeft zijn verhaal.
Het licht verbindt ons met elkaar. Het is voor allemaal!
Doopvragen ( de ouders staan )
Gebed om de opening van het Woord
Gelooft u in God de Vader, de Almachtige, Schepper van hemel
en aarde, en in Jezus Christus, zijn eniggeboren Zoon, onze Heer,
en in de Heilige Geest?
Erkent u, dat onze kinderen in de Doop het teken en zegel van
Gods liefde ontvangen, en daarom als leden van de Gemeente
gedoopt worden?
Belooft u uw kinderen in dit geloof van de Kerk op te voeden, en hen
te laten delen in de gemeenschap van de Gemeente en het onderricht
van de Christelijke Kerk?
4
Schriftlezing: Lucas 24: 13 - 24
Diezelfde dag gingen twee van de leerlingen op weg naar een dorp dat Emmaüs
heet en zestig stadie van Jeruzalem verwijderd ligt. Ze spraken met elkaar over
alles wat er was voorgevallen. Terwijl ze zo met elkaar in gesprek waren, kwam
Jezus zelf naar hen toe en liep met hen mee, maar hun blik werd vertroebeld,
zodat ze hem niet herkenden. Hij vroeg hun: ‘Waar loopt u toch over te praten?’
Daarop bleven ze somber gestemd staan.
5