Orde van dienst - Emmauskerk Middelharnis

Download Report

Transcript Orde van dienst - Emmauskerk Middelharnis

Goede Vrijdag

Kruispasen ‘Gij die ons draagt’

Exoduskerk 25 maart, 19.30 uur Voorganger: ds. Gerda Silvis-Andringa Lector(en): Ronald van Reede en Margreeth Spek-Vollmer Organist: Piet Westhoeve M.m.v. gelegenheidskoor In de hal ontvangt ieder een orde van dienst en een steentje Er hangt geen antependium; de tafel is leeg. Er is gedempt licht

We vervolgen de dienst in stilte

verstilling eerst klinkt er muziek en dan wordt het stil lied: 121 – Ik sla mijn ogen op en zie 1 Ik sla mijn ogen op en zie de hoge bergen aan, waar komt mijn hulp vandaan? Mijn hulp is van mijn Here, die dit alles heeft geschapen. Mijn herder zal niet slapen. 2 Uw wankele voeten zet Hij vast, als gij geen uitkomst ziet: uw wachter sluimert niet! Zijn oog wordt door geen slaap verrast, Hij wil, als steeds voor dezen, Israëls wachter wezen. 3 De Heer brengt al uw heil tot stand, des daags en in de nacht houdt Hij voor u de wacht. Uw schaduw aan uw rechterhand: de zon zal u niet schaden, de maan doet niets ten kwade. 4 De Heer zal u steeds gadeslaan, Hij maakt het kwade goed, Hij is het die u hoedt. Hij zal uw komen en uw gaan, wat u mag wedervaren, in eeuwigheid bewaren. gebed voor de Goede Vrijdag v Bij U schuilen wij in het licht van deze dag. Hoor ons, God, en blijf ons niet ver. a Hoor ons en kom ons te hulp! v Gij, onze wal tegen nacht en ontij! In uw handen, Heer, bevelen ook wij ons leven. 1

a Hoor ons en kom ons te hulp! v Behoed ons in de schaduw van uw vleugels als wij hier waken en bidden met Hem, uw Zoon, die tot in de dood aan U vasthield. a Hoor ons en kom ons te hulp!

gedicht: Wie in Gods schaduw wonen wil, Sytze de Vries moment van stilte

Dragende Handen

D E S CHRIFTEN

lied: refrein 25b – Houd mij in leven, wees Gij mijn redding (eerst koor, daarna allen) lezing uit de Tora: Exodus 12,21-28 21 Toen riep Mozes de oudsten van Israël bij elkaar. ‘Elke familie moet een lam of een bokje kiezen, ‘zei hij, ‘en dat moet worden geslacht als pesachoffer. 22 Laat ieder daarna een bos majoraantakken nemen, die in de schaal met bloed dopen en het bloed aan de bovendorpel en aan de beide deurposten strijken. Ga dan tot de morgen de deur niet uit, 23 want de HEER zal door Egypte heen gaan om het te straffen. Maar ziet hij bij een deur bloed aan de bovendorpel en aan de posten, dan zal hij die deur voorbijgaan, hij zal de doodsengel geen toestemming geven om uw huizen binnen te gaan en u te treffen. 24 Dit voorschrift blijft voor u en uw kinderen voor altijd van kracht. 25 Ook als u eenmaal in het land bent dat de HEER u zal geven, zoals hij heeft beloofd, moet u dit gebruik in ere houden. 26 En als uw kinderen dan vragen: “Wat betekent dit gebruik?” 27 antwoord dan: “Wij brengen de HEER een pesachoffer omdat hij de huizen van de Israëlieten voorbij is gegaan toen hij de Egyptenaren strafte; ons heeft hij gespaard.”’ Toen knielden de Israëlieten en bogen ze zich diep neer, 28 en ze deden wat de HEER aan Mozes en Aäron had bevolen. lied: refrein 25b – Houd mij in leven, wees Gij mijn redding (eerst koor, daarna allen) lezing uit de Brieven: Hebreeën 10,19-25 19 Broeders en zusters, dankzij het bloed van Jezus kunnen we zonder schroom binnengaan in het heiligdom, 20 omdat hij voor ons met zijn lichaam een weg naar een nieuw leven gebaand heeft, door het voorhangsel heen. 21 We hebben nu een hogepriester die dienst doet in het huis van God; 22 laten we God dan naderen met een oprecht hart en een vast geloof, nu ons hart gereinigd is, wij van een slecht geweten bevrijd zijn en ons lichaam met zuiver water is gewassen. 23 Laten we zonder te wankelen datgene blijven belijden waarop we hopen, want hij die de belofte heeft gedaan is trouw. 24 Laten we opmerkzaam blijven en elkaar ertoe aansporen lief te hebben en goed te doen, 25 en in plaats van weg te blijven van onze samenkomsten, zoals sommigen doen, elkaar juist bemoedigen, en dat des te meer naarmate u de dag van zijn komst ziet naderen.

lied: refrein 25b – Houd mij in leven, wees Gij mijn redding (eerst koor, daarna allen) 2

lied: Die de mensen heeft geroepen (tekst H. Jongerius, melodie: lied 801) Die de mensen heeft geroepen tot het koninkrijk van God, heeft zich op geen kracht beroepen die hem vrijsprak van hun lot.

Die door mensen is verworpen om het koninkrijk van God, heeft zich nimmer opgeworpen meer te dragen dan ons lot.

Die de mensen heeft gesproken van het koninkrijk van God, is tot op het bot gebroken aan de schandpaal van de spot.

Die door mensen is gekruisigd om het koninkrijk van God, werd de levende getuige: stem en aangezicht van God.

lezing uit het Evangelie: Lucas 23,26-56 Lucas 23,26-32 26 Toen Jezus werd weggeleid, hielden de soldaten een zekere Simon van Cyrene aan, die net de stad binnenkwam. Ze legden het kruis op zijn rug en lieten het hem achter Jezus aan dragen. 27 Een grote volksmenigte volgde Jezus, evenals enkele vrouwen die zich op de borst sloegen en over hem weeklaagden. 28 Jezus keerde zich echter naar hen om en zei: ‘Dochters van Jeruzalem, huil niet om mij. Huil liever om jezelf en je kinderen, 29 want weet, de tijd zal aanbreken dat men zal zeggen: “Gelukkig wie onvruchtbaar is, gelukkig de moederschoot die niet gebaard heeft en de borst die geen kind h eeft gezoogd.” 30 Dan zullen de mensen tegen de bergen zeggen: “Val op ons neer!” en tegen de heuvels: “Bedek ons!” 31 Want als dit gebeurt met het jonge hout, wat zal het verdorde hout dan niet te wachten staan?’ 32 Samen met Jezus werden nog twee anderen, beiden misdadigers, weggeleid om terechtgesteld te worden. moment van stilte Lucas 23,33-43 33 Aangekomen bij de plek die de Schedelplaats heet, werd hij gekruisigd, samen met de twee misdadigers, de een rechts van hem, de ander links. 34 Jezus zei: ‘Vader, vergeef hun, want ze weten niet wat ze doen.’ De soldaten verdeelden zijn kleren onder elkaar door erom te dobbelen. 35 Het volk stond toe te kijken. De leiders hoonden hem en zeiden: ‘Anderen heeft hij gered; laat hij nu zichzelf redden als hij de messias van God is, zijn uitverkorene!’ 36 Ook de soldaten dreven de spot met hem, ze gingen voor hem staan en boden hem zure wijn aan, 37 terwijl ze zeiden: ‘Als je de koning van de Joden bent, red jezelf dan!’ 38 Boven hem was een opschrift aangebracht: ‘Dit is de koning van de Joden’. 39 Een van de gekruisigde misdadigers zei spottend tegen hem: ‘Jij bent toch de messias? Red jezelf dan en ons erbij!’ 40 Maar de ander wees hem terecht met de woorden: ‘Heb jij dan zelfs geen ontzag voor God nu je dezelfde straf ondergaat? 41 Wij hebben onze straf verdiend en worden beloond naar onze daden. M aar die man heeft niets onwettigs gedaan.’ 42 En hij zei: ‘Jezus, denk aan mij wanneer u in uw koninkrijk komt.’ 43 Jezus antwoordde: ‘Ik verzeker je: nog vandaag zul je met mij in het paradijs zijn.’ moment van stilte Lucas 23,44-49 44-45 Rond het middaguur werd het donker in het hele land omdat de zon verduisterde. De duisternis hield drie uur aan. Toen scheurde het voorhangsel van de tempel doormidden. 46 En Jezus riep met luide stem: ‘Vader, in uw handen leg ik mijn geest.’ Toen hij dat gezegd had, blies hij de laatste adem uit. 47 De centurio zag wat er gebeurd was en loofde God met de woorden: ‘Werkelijk, deze mens was een rechtvaardige!’ 48 De mensen die voor het schouwspel samengekomen waren en de gebeurtenissen hadden gadegeslagen, keerden terug naar huis, terwijl ze zich op de borst sloegen. 49 Alle mensen die Jezus gekend hadden waren op een afstand blijven staan, ook de vrouwen die hem vanuit Galilea gevolgd waren en alles hadden zien gebeuren. moment van stilte 3

Lucas 23,50-56 50 –51 Er was ook een man die Josef heette en afkomstig was uit de Joodse stad Arimatea. Hij was een raadsheer, een goed en rechtvaardig mens, die de komst van het koninkrijk van God verwachtte en niet had ingestemd met het besluit en de handelwijze van de raad. 52 Hij ging naar Pilatus en vroeg hem om het lichaam van Jezus. 53 Nadat hij het lichaam van het kruis had gehaald, wikkelde hij het in linnen doeken en legde het in een rotsgraf dat nog nooit was gebruikt. 54 Het was de voorbereidingsdag, de sabbat was bijna aangebroken. 55 De vrouwen die met Jezus waren meegereisd uit Galilea, volgden Josef naar het graf om het te bekijken en om te zien hoe Jezus’ lichaam er werd neergelegd. 56 Daarna gingen ze naar huis en bereidden ze geurige olie en balsem. Op sabbat namen ze de voorgeschreven rust in acht. moment van stilte lied: 586 – Zie de mens: 1k, 2 a, 3k, 4a 2 Weerloos heeft hij heel zijn leven zich aan anderen gegeven - weergaloos is hij alleen. 3 Die hem ooit op handen droegen zijn dezelfden die hem sloegen en die vroegen om zijn dood. 4 Maar nog is zijn hart bewogen om hun blinde onvermogen - stervende pleit hij hen vrij. meditatieve tekst

Christus die ons draagt

G EBEDEN

lied: 852 – U komt mij lieve God: 1k, 2a, 3a, 4a 4 2 U daalt het duister in, U deelt mijn angst en pijn, zo dodelijk bedroefd

als maar een mens kan zijn, 3 een man van smarten die ter aarde valt en schreit, een lotgenoot, een vriend,- o Heer die bij mij zijt, 4 ik bid U, laat het licht dat doorbrak in uw smart, de zon die Pasen heet, ook dagen in mijn hart.

voorbeden telkens afgesloten met: v ... zo bidden wij: a Heer, verhoor ons.

muziek

Kruis dat ons draagt

K RUISMEDITATIE

v Aanschouw dit kostbaar kruis. a Komt laten wij aanbidden.

lied: 256 – Blijf met uw genade bij ons aanklacht onder het kruis v Waar was jij, toen men Hem gekruisigd had? Waar was jij, toen men Hem hing aan het kruis? a zingen refrein Lied 547 – Kyrie eleison, wees met ons begaan Kyrie eleison, wees met ons begaan, doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan. v Waar was jij, toen de zon niet langer wilde schijnen? Waar was jij, toen Hij in zijn graf gelegd werd? 5

a zingen refrein Lied 547 v Kyrie eleison, wees met ons begaan, doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan. Waar was jij, toen Hij uit de doden opstond? Waar was jij? a zingen refrein Lied 547 Kyrie eleison, wees met ons begaan, doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan. v Waar was jij? Ieder is in de gelegenheid om het steentje bij het kruis neer te leggen Onderwijl wordt gezongen: koor: Iona 19 – Verborgen blijft hoe Gij geneest 1 Verborgen blijft hoe Gij geneest, de klacht hoort of de lijdenskreet, maar Gij voltooit, geloven wij, waar wij voor staan in hoop en vrees. Uw handen aan het kruis, bebloed, zij dragen ieder door de dood. ze helen, hoeden, steunen ons en wiegen kind'ren in de schoot. 2 De pijn die niet verdwijnen wil, de last, de schuld die aan ons kleeft, de vrees voor wat er komen gaat - dit dragen wij steeds met ons mee. Maar ook is daar de liefde die het onverhoopte leed verzacht, de vijand doodsangst weer verzoent, het spookverleden van de nacht. 3 Daar roepen mensen: 'Werk je mee? Niet zonder jou beginnen wij!' Je voelt de hand die schept en redt in goede vrienden, zo nabij. God, dat uw Geest ons overkomt; zij heelt ons hart en ziel en lijf, en wie verward is brengt zij thuis: uw uitgeleefde volk verrijst.

koor, daarna allen: Christus, wij aanbidden U (melodie: Taizé – Adoramus te o Christe) 6 2 3 In uw hand leggen wij nu onze last.

Als uw kruis tonen wij nu pijn en hoop.

moment van stilte lof op het kruis: Lied 873 – Zingen wij God onze lof 1 e keer k, 2 e keer a, 3 e keer k, 4 e keer k en a Lied 575 – Jezus, leven van ons leven: 1, 3 en 6 3 Die gewillig waart ten dode, in het duister van de pijn U ten offer hebt geboden, hoe verlaten moest Gij zijn, troosteloos aan 't kruis gehangen opdat wij uw troost ontvangen. Duizend, duizendmaal, o Heer, zij U daarvoor dank en eer. 6 Dank zij U, o Heer des levens, die de dood zijt doorgegaan, die Uzelf ons hebt gegeven ons in alles bijgestaan, 7

dank voor wat Gij hebt geleden, in uw kruis is onze vrede. Voor uw angst en diepe pijn wil ik eeuwig dankbaar zijn.

Stilte die ons draagt

slotgebed lied: 256 – Blijf met uw genade bij ons stilte

we verlaten in stilte de kerk om te waken in de nacht, wachtend op verhalen van licht, bevrijding en toekomst

8