Factsheet met achtergrondinformatie (PDF voor

Download Report

Transcript Factsheet met achtergrondinformatie (PDF voor

Factsheet veilig werken op
hellende daken
Bij de Inspectie SZW zijn over een periode van 13 jaar bijna 2000
ernstige ongevallen onderzocht waarbij het slachtoffer van of door een
dak of vloer viel. In 22% van deze ongevallen ging het om een hellend
vlak, zoals een daklicht of dakconstructie, waarvan het merendeel in
aanbouw of onder reconstructie was. 288 slachtoffers hebben daarbij
permanent letsel opgelopen en 134 zijn overleden. Gemiddeld
overlijden er dus 10 personen door een val van dak of vloer per jaar.
De ongevallen vonden plaats tijdens de volgende werkzaamheden:
• een dak/platform/verdieping construeren (48%)
• werkzaamheden op een dak, platform of vloer (28%)
• staan of lopen over een dak, platform of vloer (18%)
• plaatsen of verwijderen van randbeveiliging (3%)
• klimmen (2%)
• Inventariseer de dragende en niet-dragende delen (zoals
dakkoepels, lichtstraten, niet dragende beplatingen, panlatten etc.).
• Bepaal wijze van beveiliging (randbeveiliging, goed afdekken van
sparingen, loopbruggen, afzettingen, markeringen (toegestaan
indien werkzaamheden > 4 meter van de dakrand).
• Bepaal hoe werknemers zich veilig naar, van en over het dak
verplaatsen.
• Zorg dat op veilige wijze materialen en gereedschappen naar
boven worden gebracht: neem geen materialen en gereedschap
mee op de ladder. Zorg voor mechanisch transport!
• Zorg voor de juiste pbm (beschermende kleding, schoenen en
helm).
De belangrijkste oorzaken daarbij waren:
• belasting van oppervlak dat daar niet voor is bedoeld (52%)
• falende randbeveiliging (25%)
• falende lichaamscontrole/ balans (19%)
• falende staat van dak, werkplatform of vloer (3%)
De meeste ongevallen worden veroorzaakt doordat een oppervlak
wordt belast dat daar niet voor is bedoeld. Het slachtoffer betreed
dan dus delen van het dak, die niet beloopbaar zijn.
Voornaamste risico’s bij werken op een hellend dak
• Werken op hoogte: werken op een dak is één van de grootste
risico’s op een ongeval.
• Lichamelijke belasting: de lichamelijke belasting wordt onder
meer bepaald door het type dak, de staat van het dak en de
toepassing van arbeidsmiddelen.
• Gevaarlijke stoffen: bij de sloop van oude daken en bij het op maat
maken van de dakpannen en leien kan schadelijke stof vrijkomen
en bij het aanbrengen van dakbedekkingen kan worden gewerkt
met brandbare stoffen.
• Klimaat: op een dak sta je blootgesteld aan zon (uv-straling), koude
en wind.
• Machines en gereedschappen: gevaar van bewegende delen en elektrocutie.
• Straling: bij werken in de buurt van zendmasten. Aandachtspunten bij werkvoorbereiding
Inventariseer en plan de werkzaamheden en bepaal welke
beveiligingen noodzakelijk zijn.
Aandachtspunten hierbij:
• Zorg voor een goede bereikbaarheid van het dak. Bijvoorbeeld door
een trappenhuis of steiger.
• Stel vast bij welke weersomstandigheden niet kan worden gewerkt
(regen, harde wind, vorst, sneeuw).
• Voorkom vallende objecten: bescherm derden (afzettingen, netten,
constructies).
• Organiseer voorlichting, instructie voor start werk en begeleiding
met controle op uitvoering tijdens het werk. Voor de voorlichting
en instructie worden de TRA (Taak Risico Analyse) en het V&G-Plan
voor het desbetreffende project gebruikt.
Denk bij persoonlijke valbeveiliging aan de volgende zaken/
verplichtingen
• Eerst moeten maatregelen worden getroffen bij de bron, zoals
randbeveiliging.
• Bij individuele beveiliging moet in de eerste plaats worden gekozen
voor gebiedsbegrenzing waarbij gewerkt wordt aan een vaste lijn.
• Individuele valbeveiliging is alleen toegestaan wanneer
bronmaatregelen, collectieve valbeveiligingen (zoals valnetten) of
gebiedsbegrenzing niet mogelijk zijn, of als het aanbrengen grotere
gevaren op levert dan de werkzaamheden zelf, zoals bij zeer
kortdurende werkzaamheden (inspecties). De noodzaak om af te
wijken van collectieve beveiliging moet zijn aangetoond
(bijvoorbeeld door middel van een TRA).
• Bij het gebruik van individuele valbeveiliging kan ernstig letsel
ontstaan. De BHV moet daarom afgestemd worden op deze
werkwijze. Aandachtspunten tijdens het werken op
hellende daken
Collectieve voorzieningen
Let op of de aanwezige beveiliging (nog) in orde is. In de praktijk
blijkt dat de tijdelijke randbeveiliging vaak niet wordt gebruikt,
onvolledig is of is verwijderd. Zorg dat de opgang/ toegang tot vloer,
dak of bordes vrij is van obstakels en voorzien van randbeveiliging.
Randbeveiliging is in principe samengesteld uit leuningwerk
(dubbele leuning en kantplank).
Bij de onderzochte ernstige ongevallen bleek dat in ruim een kwart
van de gevallen de randbeveiliging ontbrak, of de randbeveiliging
incompleet of onvoldoende was. Hieruit blijkt het grote belang van
regelmatige controle op de werkplekken (bijvoorbeeld met behulp
van de Veiligheidsindex).
• NEN-EN 353-2:2002 Persoonlijke beschermingsmiddelen tegen
vallen - Deel 2: Meelopende valbeveiliger met flexibele ankerlijn
• NEN-EN 354:2010 Persoonlijke beschermingsmiddelen tegen
vallen – Veiligheidslijnen
• NEN-EN 1263-1:2012 Veiligheidsnetten - Deel 1: Veiligheidseisen,
beproevingsmethoden
• NEN-EN 1263-2:2012 Veiligheidsnetten - Deel 2: Veiligheidseisen
voor het ophangen van veiligheidsnetten
Meer informatie
• Controlelijsten Handboek Arbeidsmiddelen (www.arbouw.nl)
• A-blad Hellende daken
• Arbouw-adviezen Werken op hellende daken (www.arbouw.nl)
• Arbouw-advies Veilig werken op hoogte (www.arbouw.nl)
• Website www.werkveiligophoogte.nl
• Toolbox en A-blad Werken met ladders/trappen (www.arbouw.nl)
• Toolbox en A-bladen (Rol)steigers (www.arbouw.nl)
• Website Veiligheidsindex Bouw (VI) (www.veiligheidsindex-bouw.nl)
Persoonlijke beveiliging
Aandachtspunten voor het gebruik:
• gekozen beveiliging (gebiedsbegrenzer of valbeveiliging) is
voorzien van een CE-markering en in goede staat
• materialen en verankeringen worden periodiek gecontroleerd of
waar nodig gekeurd
• ergonomisch afgestemd op de werknemer
• gebruik conform gebruiksaanwijzing
• banden zijn strak om het lichaam aangetrokken
• werknemer is deskundig m.b.t. het gebruik
• BHV is adequaat (getrainde bedrijfshulpverleners in de nabijheid)
• er is permanent toezicht bij het gebruik van persoonlijke
valbeveiliging
• controleer bevestiging van de lijn en let er op dat door de keuze
van het bevestigingspunt het bereik (in geval van
gebiedsbegrenzing) of de valhoogte (in geval van persoonlijke
valbeveiliging) wordt beperkt
• wees alert op de pendule werking in geval van persoonlijke
valbeveiliging
• let op bij persoonlijke valbeveiliging: door de lengte van de vallijn
en schokdemper heeft een valbeveiliging pas vanaf een hoogte
van 6,5 meter zin ( 1,75 m lijnlengte + 2,00 m schokdemper + 1,75
m lichaamslengte + 1 m reserve = 6,5 m vrije ruimte)
Let op: Na een val moet de veiligheidsgordel of het harnas
worden vernietigd. Apparaten moeten worden
gecontroleerd door de leverancier.
Relevante wet- en regelgeving
Arbobesluit:
• artikel 3.16 (Voorkomen valgevaar)
• artikel 7.23 (Gebruik van arbeidsmiddelen voor werken op hoogte,
zoals ladders, steigers en trappen).
Warenwetbesluit PBM
NEN-normen:
• NEN-EN 341:2011 Persoonlijke beschermingsmiddelen tegen
vallen- Reddingsafdalingsmaterieel
• NEN-EN 353-1:2002 Persoonlijke beschermingsmiddelen tegen
vallen - Deel 1: Meelopende valbeveiliger met starre ankerlijn
Postbus 213
3840 AE Harderwijk
T 0341 46 62 00
F 0341 46 62 11
[email protected]
www.arbouw.nl
Voor vragen over arbeidsomstandigheden:
www.vraagarbouw.nl