`Tientallen mensen per jaar krijgen onterecht etiket zelfdoding`

Download Report

Transcript `Tientallen mensen per jaar krijgen onterecht etiket zelfdoding`

ZATERDAG 13 FEBRUARI 2016
ZATERDAG 13 FEBRUARI 2016
10
Regionaal
Interview
van de week
Bescheiden
kantoortje
Miep Smitsloo
[email protected]
Er zijn dagen dat de cameraploegen zo ongeveer over
elkaar heen buitelen om in
zijn kantoor aan de Leidse
Herenstraat even een ’quote’
te halen. Sébas Diekstra mag
regelmatig aanschuiven bij
actualiteitenprogramma’s en
talkshows op tv. Sterker nog:
hij onderhandelt met een
commerciële omroep over een
eigen serie waarin ’cold cases’
centraal staan: onopgeloste
(zelf)moorden en ongelukken
waarvan de dossiers zijn gesloten, maar die nu opnieuw
worden onderzocht.
Tientallen wanhopige ouders
van vermeende zelfdoders
kloppen bij hem aan, in de
hoop de waarheid over het
overlijden van hun kind boven water te krijgen. Want
misschien heeft dat kind wel
een ongeluk gehad of is het
vermoord, zoals Sassenheimer
Lesley Timmer, die in 2010
onder verdachte omstandigheden dood werd gevonden
onder een brug in België.
Dezer dagen wordt diens
stoffelijk overschot opgegraven omdat er verdenkingen
zijn van een misdrijf. Eerder
moest het openbaar ministerie een cliënte van Diekstra,
de moeder van Talitha, excuses aanbieden. Haar dochter
werd in 2013 op een treinspoor gevonden en justitie
plakte snel en zonder bewijs
het etiket zelfdoding op haar
overlijden.
Met zijn reputatie zou je
verwachten dat hij in een
chique kantoor aan het statige
Rapenburg zit. Maar nee, hij
huurt een opvallend bescheiden kantoortje in een Leidse
volkswijk.
Hij staat voor me in de sober
ingerichte spreekkamer. Tenger postuur, gevoelige ogen in
een benig gezicht, modieuze
baard. Een aardige, toegankelijke man. De gelijkenis met
zijn vader René, de bekende
psycholoog en columnist van
onder meer deze krant, is
treffend.
Hij was beroepsmilitair en studeerde in de
avonduren rechten. De Leidse Sébas Diekstra (35) is
nog geen vier jaar advocaat, maar heeft nu al
landelijke bekendheid. Hij stelt dat jaarlijks
tientallen ongelukken of moorden voorbarig het
etiket ’zelfdoding’ krijgen opgeplakt. Een eigen
tv-serie van ’Mr. Cold Case’ is in de maak.
Regionaal
Interview
van de week
’Tientallen
mensen per
jaar krijgen
onterecht
etiket
zelfdoding’
Paspoort
Naam: Sébas Diekstra
Leeftijd: 35 jaar
Woonplaats: Wassenaar
Opleiding: Koninklijke
Militaire Academie, universitaire rechtenstudie
(in de avonduren)
Beroep: voorheen (20002012) beroepsmilitair.
Sinds 2012 advocaat, gespecialiseerd in strafrecht,
kantoor Diekstra Van der
Laan in Leiden. Ook nog
actief als reserve-majoor
bij de Landmacht
Burgerlijke staat: getrouwd met Yvonne, drie
kinderen (5, 3 en 1 jaar)
aan de Militaire Academie gevolgd.”
Volkswijk
„Ja, dat is onze insteek: we willen
een sociaal-laagdrempelige uitstraling hebben, en deze plek in een echte volkswijk is daar perfect voor. De
drempel is laag, zeker met dat gratis
inloopspreekuur. Mensen komen
makkelijk even binnen. Met een
kantoor op het Rapenburg gooi je
wel een drempel op.
Alleen, we zitten hier pas sinds
september vorig jaar en groeien nu
wel heel snel uit ons jasje. We
hebben een heel vreemde praktijk,
met alle mogelijke sociale vraagstukken, mensen met schulden,
problemen met uitkeringen tot een
brede praktijk in het strafrecht.
Verder veel militaire zaken, mede
door mijn militaire achtergrond.
Maar door die ’cold case’-zaken
kom ik nu wel enorm los van de
dagelijkse praktijk van het kantoor.”
Sluizen geopend
„Het is heel bijzonder hoe het
allemaal is gelopen. Het begon met
de zaak Talitha.” (Het meisje dat in
2013 dood werd gevonden tussen
de rails, en van wie snel werd vastgesteld dat het om zelfdoding
ging. Dankzij Diekstra moest het
openbaar ministerie excuses aanbieden: het had de conclusie ’zelfdoding’ te snel getrokken, want er
was geen bewijs voor, red.).
„Dan kom je één keer bij RTL Late
Night en gaan de sluizen open.
Ineens weet iedereen je te vinden.
Het aantal van dergelijke ’cold
case’-dossiers dat ik binnenkrijg,
groeit enorm. Ik heb er nu een stuk
of twintig lopen. Het zijn allemaal
behoorlijk heftige zaken, die me
volkomen opslokken. Want het
gaat telkens om wanhopige familieleden die willen weten of hun
broer, zoon, dochter, wie dan ook,
inderdaad zichzelf om het leven
heeft gebracht en niet ’gewoon’ is
verongelukt of vermoord.”
11
Jeugd gemist?
Advocaat Sebas Diekstra over Cold Cases Advocaat Sebas Diekstra over Cold Cases
dronken achter het stuur heeft
gezeten. Het is ongelofelijk belangrijk dat bijvoorbeeld ouders die
hun kind kwijt zijn de waarheid
achterhalen. Moet je je voorstellen:
je kind is dood langs de weg of op
het spoor gevonden – wat is er
gebeurd in de uren, minuten voor
zijn dood? Dát niet te weten, is
voor ouders killing. Vroeg of laat
hebben ze allemaal een niet te
stillen drang naar de waarheid.
Zonder die waarheid krijgen ze
geen rust.
Ik ben ervan overtuigd dat de
politie er vaak veel te snel zo’n
’etiket’ op plakt, om een dossier
maar te kunnen sluiten.”
Arrogantie macht
„Het openbaar ministerie heeft
weinig zelfreflectie. Het is er als de
kippen bij een overlijden ’zelfdoding’ te noemen. Terwijl ik denk:
wacht nou nog even, waarom zo’n
snelle conclusie? Die drang om een
zaak snel af te handelen, doet de
familie in kwestie zoveel pijn. Als
die uitspraak is gedaan, is het zo
moeilijk om erop terug te komen.
Maar we weten allemaal dat het
openbaar ministerie in algemene
zin zichzelf alle wijsheid en macht
toedicht en weinig ruimte laat aan
de mening van anderen. Dat is de
arrogantie van de macht. Dat ze
openbáre aanklagers zijn, voor ons
als samenleving dus, zijn ze gaandeweg vergeten.”
De waarheid
Fout etiket
„Wat ik nu doe, staat niet in verhouding tot het bijstaan van een
cliënt die bijvoorbeeld een keer
„Ik probeer me wel eens in te denken hoe vaak mensen die vermoord
of verongelukt zijn, ten onrechte of
te snel dat etiket zelfdoding op
zich krijgen. Dat moet om minimaal tientallen gevallen per jaar
gaan, afgaande op de dossiers die
ik alleen al in de kast heb liggen.
Voorpaginanieuws? Dat zou het op
zich kunnen zijn, maar het lastige
is: ik kan die cijfers niet goed
kwantificeren. Want justitie zegt
standaard tegen de media: Diekstra
mag zijn twijfels hebben, wij hebben die niet. Off the record probeert het OM vaak een journalist te
overtuigen dat de nabestaanden de
waarheid niet kunnen verdragen.
Maar met overtuigend bewijs komen ze vaak niet. En ik heb dusdanig goede contacten met journalisten, dat ik die onofficiële lezingen
vaak via hen terughoor.”
Nut van media
„Dat ik een enorm medianetwerk
heb is zó belangrijk, ook voor mijn
cliënten. Er zijn soms dagen, zoals
in de afgelopen tijd toen bekend
werd dat Lesley’s stoffelijk overschot zou worden opgegraven, dat
mijn hele dag in het teken van de
media staat. Op dat soort dagen
bellen veel tv-programma’s en
komen er soms drie, vier cameraploegen per week langs, gewoon
om even een ’quootje’ bij me te
halen.”
Rammelend dossier
„Het lichaam van Lesley Timmer
werd in 2010 gevonden onder een
brug in het Belgische Luik. Lesleys
handen en voeten waren met zijn
eigen schoenveters vastgebonden.
De Belgische politie en justitie
oordeelden al snel dat het om
HIELCO KUIPERS FOTOPRODUKTIES
’Openbaar
Ministerie heeft
heel weinig
zelfreflectie’
zelfdoding ging. Maar het dossier
rammelt aan alle kanten, een getuige heeft hem kort daarvoor in het
gezelschap van anderen gezien.
Nog los van de vraag of iemand in
staat is zichzelf vast te binden.
Ik vertegenwoordig in de zaak
Lesley Timmer de vader, René. Hij
is bij me gekomen omdat er geen
enkele reden was waarom zijn
zoon de hand aan zichzelf zou
hebben geslagen. Ook Lesleys
vrienden kunnen zich dat niet
indenken.”
Stoffelijk overschot
„Hoe deze zaak afloopt? Ik heb nog
geen idee. Eén dezer dagen wordt
op de begraafplaats in Sassenheim
Lesleys stoffelijk overschot opgegraven. Wanneer dat gebeurt,
wordt niet bekendgemaakt. Ze
houden dat in het vage, uit angst
voor een mediatoestand en ter
bescherming van de nabestaanden.
Het is ook een heel gedoe hoor, als
je ziet wie daar allemaal bij aanwezig moeten zijn. Medisch specialisten, zoals een patholoog, forensisch specialisten, ambtenaren,
verzin het maar.
De essentie van dat onderzoek is de
vraag of er bepaalde breuklijnen in
het skelet te vinden zijn waardoor
de patholoog er alsnog achter kan
komen of hij van de brug is gesprongen of uit een auto is gegooid. We hopen in ieder geval iets
te kunnen uitsluiten. ”
Slepende zaken
„Een gemiddelde rechtszaak kent
een zitting en een uitspraak en dan
is je werk als advocaat afgerond.
Maar met de meeste van mijn cold
case-zaken ben ik nog lang niet
klaar. Het zijn ellenlange trajecten,
er zijn talloze losse eindjes. Je moet
een enorm feitenonderzoek plegen,
gemiddeld vijf, zes procedures
voeren, klachten- en strafprocedures, noem maar op. En dan de gevechten die je moet aangaan met
Justitie over processen-verbaal die
niet kloppen. Afgenomen lichaamsmateriaal, dat ’gewoon’
kwijt is, zoals bijvoorbeeld afgeknipte nagels. Het gebeurt allemaal. In zekere zin doen wij het
werk van de politie dunnetjes over.
Er zijn cliënten die me vragen:
’Word je niet gek van me?’ Nee
dus. Ze motiveren me juist enorm.
Want je bereikt lang niet altijd wat,
maar áls je iets bereikt, is de voldoening des te groter.”
En als toch…
„Ik heb tot nu toe één keer meegemaakt dat ik ouders moest melden
dat hun kind volgens mij echt de
hand aan zichzelf had geslagen.
Dat was zó evident, ik zag geen
enkel aanknopingspunt voor een
ander scenario. Ik was er wel blij
mee dat ze mijn oordeel accepteer-
den.”
Zwaar werk
„Ik heb soms wel zwaar werk, maar
het vreemde is: dat went. Ook in de
communicatie met ouders. Ze
vinden het fijn dat ik ze niet behandel alsof ze ziek zijn, zoals hun
omgeving soms wel doet.
In de dossiers die ik nu in behandeling heb, kan het scenario nog
alle kanten op. Ze schommelen
tussen ’moord’, ’een ongeval’ en
’zelfdoding’. In sommige zaken
kom ik niet verder, daar haal ik
mijn voldoening dan niet uit. Maar
zolang ik het gevoel heb het goede
voor mensen te kunnen doen, ze
met hun strijd te kunnen helpen,
heb ik die voldoening wel. Ik doe
dit werk ook uit een soort idealisme, echt niet voor het grote geld,
maar omdat ik vind dat het gedaan
moet worden.”
Beroepsmilitair
„Ik wist op m’n twaalfde al dat ik
het leger in wilde. Waarom? Geen
flauw idee. Het had misschien te
maken met de drang naar orde en
tucht, die ik op jonge leeftijd al
had. Het hiërarchische en duidelijke van het systeem stond me aan.
Ook de kameraadschap binnen
Defensie leek me heel waardevol.
Op m’n achttiende stond ik klaar
om het leger in te gaan. Mijn VWO
had ik niet afgemaakt, ik had alleen een paar deelcertificaten. Bij
de marechaussee ben ik de opleiding tot wachtmeester gaan volgen
en in de rustige avond- en nachtdiensten ging ik rechten studeren.
Later heb ik de officiersopleiding
„Nee, ik heb niet het gevoel dat ik
een deel van mijn jeugd heb gemist. Anders zou ik ergens in de
nabije toekomst misschien een
soort onrust krijgen, en daar ben ik
niet bang voor. Wel heb ik het idee
al een heel leven achter de rug te
hebben, ja. Sommige mensen beginnen pas na een studie met het
echte leven, dan zijn ze een jaar of
28. Bij mij begon het feitelijk al op
m’n negentiende.
Een doorsnee studententijd heb ik
niet gehad, maar vergis je niet, met
’de jongens’ in dienst werd er ook
gestapt, die makkers wisten wel
wat feesten was. Het eerste jaar van
de opleiding sliepen we ook met
z’n allen op één zaal, we waren dag
en nacht samen. Dan leer je niet
alleen jezelf, maar ook elkaar door
en door kennen.
Mijn ouders? Die waren destijds
heel blij dat ik in ieder geval iets
concreets ging doen. De marechaussee, het leger: dat vonden ze
toch iets prestigieuzer dan wanneer ik gewoon was gaan werken.
En vergeet niet, het kwam niet uit
het niets. Ze wisten al jaren wat ik
wilde.”
’Kloon van’
„Dat ik een ’kloon’ ben van mijn
vader (de bekende psycholoog en
columnist René Diekstra, red.)
hoor ik heel vaak. Die achternaam
in combinatie met mijn uiterlijk:
de meeste mensen associëren me
meteen met hem, in bepaalde
kringen dan hè. De moeders van
vriendinnetjes hadden altijd boeken van mijn vader in de kast
staan. Haha, nee, ik had nooit
problemen om bij hen binnen te
komen.
Ik heb nooit last van die bekende
achternaam gehad. Integendeel, ik
had er juist profijt van, qua hulp
en ondersteuning. En nog. Ik ben
nu 35, maar bij bepaalde kwesties
ga ik nog altijd naar hem toe. Mijn
vader is voor mij wel een soort
spiegel.”