PDF Hersteloperatie van een navelbreuk

Download Report

Transcript PDF Hersteloperatie van een navelbreuk

H.331682.0415
Hersteloperatie
van een
navelbreuk
Inleiding
U heeft samen met uw arts besloten tot een operatie om uw navelbreuk te
laten herstellen. Het is een operatie waarvoor u één tot twee dagen wordt
opgenomen.
Een navelbreuk is een uitstulping van het buikvlies door een zwakke plek of
opening in de buikwand. Een navelbreuk ontstaat door uitrekking van de
buikwand. Deze uitrekking kan ontstaan door bijvoorbeeld zwaar tillen,
toename van lichaamsgewicht en veel hoesten. Het is mogelijk dat de
uitstulping een deel van de buikinhoud bevat. U kunt pijn en een branderig
gevoel ervaren rondom de uitstulping. Een navelbreuk verdwijnt nooit
vanzelf en kan bij aanhoudende druk van zwaar tillen of veel hoesten groter
worden. Bijkomend risico is het bekneld raken van de uitstulping waarna
een spoedoperatie nodig is.
Wachtlijst
 U komt op de wachtlijst bij het bureau patiëntenlogistiek.
 Ongeveer een week voor de operatie krijgt u schriftelijk bericht wanneer
u geopereerd wordt.
Pre-operatief onderzoek in het ziekenhuis
Van de poli pre-operatief onderzoek ontvangt u de folder “Anesthesie en
pijnbestrijding rondom uw operatie of behandeling” met de daarbij
behorende afspraken. In deze folder leest u wat er poliklinisch nog gedaan
moet worden voordat u opgenomen wordt voor uw operatie.
Voorbereiding thuis
 U blijft nuchter, volgens de aanwijzingen die in de oproep brief vermeld
staan.
 Gebruik na het douchen geen bodylotion, make-up en nagellak.
 Draag geen sieraden of piercings.
 Laat waardevolle spullen thuis.
Wat neemt u mee
Uw patiëntenkaart.
Waar meldt u zich
U meldt zich bij de receptie van het Röpcke-Zweers Ziekenhuis.
2
Opnamedag is operatiedag
 Men kan niet precies zeggen hoe laat u aan de beurt bent om
geopereerd te worden. Operaties duren soms langer dan verwacht en
er kan een spoedoperatie tussendoor komen.
 U krijgt operatie kleding aan.
 Ter voorbereiding op de anesthesie krijgt u medicatie (tablet, injectie,
zetpil) toegediend, hiervan kunt u een slaperig gevoel krijgen.
 Een eventueel kunstgebit, gehoorapparaat, bril of contactlenzen doet u
dan uit. Daarna houdt u bedrust.
 De verpleegkundige brengt u naar de voorbereidingsruimte van de
operatiekamer.
 Het infuus wordt ingebracht en de eventuele ruggenprik wordt
toegediend.
 Daarna gaat u naar de operatiekamer.
De operatie
De chirurg voert de operatie uit. Om te zorgen dat u voldoende vocht krijgt,
heeft u tijdens en na de operatie een infuus in uw arm. Om een navelbreuk
te verhelpen wordt een snede gemaakt ter plaatse van de breuk. De
uitstulping wordt opgeheven. Als het nodig is, wordt de zwakke plek in de
buikwand hersteld door gebruik te maken van de buikwand zelf. Het is ook
mogelijk een stukje kunststof (“matje”) aan de buikwand te hechten om de
zwakke plek te verstevigen.
Direct na de operatie krijgt u een steunverband om de buik. Geadviseerd
wordt dit verband vier weken te dragen. Tijdens het douchen en ’s nachts
kunt u dit verband af doen.
Na de operatie
 Bij volledige narcose en bij een ruggenprik gaat u na de ingreep naar
de uitslaapkamer.
 Hier blijft u tot u goed wakker bent.
 U krijgt een injectie om trombose te voorkomen.
 Wanneer de anesthesie voldoende is uitgewerkt en de lichaamsfuncties
zoals bloeddruk, hartritme en ademhaling stabiel zijn gaat u terug naar
de afdeling.
Terug op de verpleegafdeling
 Regelmatig worden uw pols, bloeddruk en temperatuur gecontroleerd,
evenals de wondjes.
 Wanneer u niet (meer) misselijk bent mag u na de operatie weer
beginnen met het drinken van water. Wanneer dit goed gaat mag u
eten.
3


Als de controles goed zijn, u drinkt voldoende en u hebt geplast wordt
het infuus verwijderd.
Op de dag van de operatie wordt er weer begonnen met mobiliseren.
Mogelijke complicaties
Complicaties zijn gelukkig zeldzaam, maar nooit uit te sluiten. Voorbeelden
zijn nabloeding en wondinfectie. Na de operatie kan de huid rondom het
operatiegebied (tijdelijk) gevoelloos zijn. Vaak herstelt zich dit.
Naar huis
De arts vertelt u wanneer u naar huis mag.
Nazorg
 Na 48 uur is de wond dicht en kunt u weer gaan douchen. De wond
droog deppen en eventueel voorzien van een nieuwe pleister. Als uw
wond “droog” is (dat wil zeggen geen wondvocht meer afscheiden) mag
u de pleister achterwege laten.
 Niet oplosbare hechtingen worden op de polikliniek op uw eerst
volgende afspraak verwijderd (meestal op het verpleegkundig
spreekuur 10-14 dagen na de operatie).
 De eerste dagen kunt u pijnstillers gebruiken ( paracetamol) maximaal
vier tot vijf per 24 uur.
 De eerste twee weken neemt u voldoende rust, “luisteren“ naar uw
lichaam.
 Sporten is tot drie weken na de operatie niet toegestaan.
 Tot vier weken na de operatie draagt u een steunverband.
 De eerste zes weken mag u niet zwaar tillen.
Afspraak
U krijgt een afspraak mee of thuisgestuurd voor poliklinische controle.
Vragen
Voor uw opname vraagt u de verpleegkundige tijdens het opnamegesprek.
Tijdens uw opname vraagt u uw arts of de verpleegkundige.
Na uw ontslag neemt u contact op met de afdeling chirurgie
 (0523) 276822
Of met de polikliniek chirurgie op werkdagen van
09.00 uur tot 12.00 uur en van 14.00 uur tot 16.00 uur
Hardenberg  (0523) 276310
Coevorden  (0524) 526321
4