Basisioverenkomst inclusief bijlagen 1, 2 en 3

Download Report

Transcript Basisioverenkomst inclusief bijlagen 1, 2 en 3

Basisovereenkomst maatwerkvoorzieningen Wmo 2015
tussen
De gemeenten Aalburg, Drimmelen, Geertruidenberg, Oosterhout,
Werkendam en Woudrichem
en
<Dienstverlener>
1
De Gemeenten Aalburg, Drimmelen, Geertruidenberg, Oosterhout, Werkendam en
Woudrichem (de gemeenten / gemeente), gaan individueel deze basisovereenkomst aan,
maar trekken wel in het gehele traject gezamenlijk op.
Ondertekening van deze basisovereenkomst door gemeenten vindt gezamenlijk plaats in dit
document, waarbij de strekking van de basisovereenkomst nog steeds per individuele
gemeente van toepassing blijft. In bijlage 5 is een tekenlijst opgenomen met de rechtsgeldige
vertegenwoordiging van de gemeenten die als ondertekening wordt gehanteerd voor deze
overeenkomst.
en
<Dienstverlener>
De basisovereenkomst noemt de gemeenten en dienstverleners gezamenlijk partijen en ook
separaat van elkaar een partij.
De basisovereenkomst noemt dienstverleners ook separaat van elkaar dienstverlener.
Partijen overwegen bij het aangaan van de basisovereenkomst:
De gemeente stelde op 30 juni 2014 een procesovereenkomst ten behoeve van de
overlegstructuur maatwerkvoorziening Wmo 2015 voor ondertekening open voor
dienstverleners en de dienstverleners hebben deze ondertekend.
De basisovereenkomst is een vervolg op deze procesovereenkomst.
Deze basisovereenkomst ziet toe op een gedegen en verantwoorde transitie en
transformatie van diensten Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) die de
Nederlandse overheid decentraliseert naar gemeenten.
Onderdeel van de basisovereenkomst is het in samenspraak met dienstverleners die
AWBZ zorg (willen) leveren binnen de gemeente te komen tot een nieuwe invulling van
deze diensten.
Een maatwerkvoorziening begeleiding bevordert dat inwoners zo zelfredzaam mogelijk
blijven en zo goed mogelijk kunnen blijven meedoen in de samenleving in het geval dat
voorliggende en algemene voorzieningen onvoldoende toereikend zijn.De gemeente
heeft als doelstelling dat zoveel mogelijk dienstverleners in staat gesteld worden om
maatwerkvoorzieningen aan te bieden. De overeenkomst is daarom een
Raamovereenkomst en toegankelijk voor iedere aanbieder die voldoet aan de in deze
overeenkomst gestelde voorwaarden.
De intentie van de gemeenten is om te komen tot een duurzame samenwerking met de
gecontracteerde dienstverleners en meerjarige afspraken. Gelet op de grote
onzekerheden die de transitie en transformatie (Wmo 2015) voor partijen oplevert, kiest
de gemeente voor een korte looptijd van de Raamovereenkomst, maar met de
mogelijkheid om deze meerdere malen te verlengen. Tenzij bijstelling noodzakelijk wordt
door veranderende wetgeving of overgangsregelgeving, of door sterk wijzigende
inzichten en beleid, is de gemeente voornemens de mogelijkheden van verlenging ook
daadwerkelijk te gebruiken.
Partijen verklaren als volgt overeen te zijn gekomen:
2
Artikel 1 Definities
In de onderhavige basisovereenkomst wordt verstaan onder:
Algemene inkoopvoorwaarden: de ‘Algemene inkoopvoorwaarden voor leveringen en
diensten gemeente Oosterhout’.
Basisovereenkomst: deze overeenkomst.
Calamiteit: een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de
kwaliteit van zorg en die tot de dood van of een ernstig schadelijk gevolg voor de cliënt
van de instelling heeft geleid.
Cliënt: de inwoner met een begeleidingsvraag die door de gemeente is verwezen naar
een dienstverlener
Dienstverlener: de entiteit die op grond van de basisovereenkomst maatschappelijke
ondersteuning aanbiedt en kan aanbieden aan inwoners van de gemeente.
Gemeente: één van de samenwerkende gemeenten Aalburg, Drimmelen,
Geertruidenberg, Oosterhout, Werkendam en Woudrichem.
Generalist: competente professional die namens de gemeente in overleg met de inwoner
zelf het overgrote deel van de benodigde (generalistische) ondersteuning en hulp levert
en daar waar nodig een maatwerkvoorziening of maatwerkvoorzieningen organiseert.
Inwoner: een inwoner van de gemeente.
Maatwerkvoorziening begeleiding: een maatwerkvoorziening zoals omschreven in de
Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) gericht op het bevorderen, het behoud of
het compenseren van zelfredzaamheid van een inwoner die zonder inzet van deze
maatwerkvoorziening zou moeten verblijven in een instelling of niet zelfredzaam genoeg
zou zijn.
Opdracht: de specifieke opdracht om in een individueel geval voor een inwoner een
maatwerkvoorziening te leveren.
Artikel 2 Voorwerp en inhoud van de basisovereenkomst
1. Onder de voorwaarden van de basisovereenkomst draagt dienstverlener zorg voor de
uitvoering van (een) maatwerkvoorziening(en) begeleiding.
2. De dienstverlener voert (een) maatwerkvoorziening(en) begeleiding zoveel mogelijk uit in
overeenstemming met de in de overwegingen van de procesovereenkomst onder B.
genoemde uitgangspunten.
3. De voorwaarden van de basisovereenkomst zijn van toepassing op alle tijdens de
looptijd van de basisovereenkomst door de gemeente verstrekte opdrachten.
4. De bepalingen van de basisovereenkomst hebben gelding behoudens indien en voor
zover in een opdracht uitdrukkelijk schriftelijk van de basisovereenkomst wordt
afgeweken.
5. De gemeente is gerechtigd (een) opdracht(en) aan te gaan. De gemeente is daartoe niet
verplicht.
6. De in dit lid genoemde documenten maken deel uit van de basisovereenkomst, waarbij
geldt dat voor zover de basisovereenkomst, de algemene inkoopvoorwaarden en/of de
overige documenten met elkaar in tegenspraak zijn, bij de interpretatie van de
basisovereenkomst de navolgende rangorde van toepassing is, waarbij een eerder
genoemd document prevaleert boven het later genoemde:
a. de basisovereenkomst inclusief bijlagen, en
3
b. de algemene inkoopvoorwaarden, behoudens en voor zover toepassing daarvan
ten aanzien van het onderwerp van de basisovereenkomst niet mogelijk is.
7. Algemene voorwaarden die dienstverlener hanteert, worden uitdrukkelijk van de hand
gewezen.
8. Voorwaarden van de dienstverlener, die gericht zijn op de relatie tussen dienstverlener
en cliënt, worden niet van de hand gewezen voor zover deze voorwaarden niet strijdig
zijn met de bepalingen uit deze basisovereenkomst.
Artikel 3 Aanvang en duur
1. De basisovereenkomst wordt aangegaan voor de duur van 1 jaar, ingaande op 1 januari
2015 en eindigend op 31 december 2015. Na het verstrijken van voornoemde periode,
bestaat de mogelijkheid om de basisovereenkomst voort te zetten met 3 aansluitende
perioden van 1 jaar, tenzij één der partijen de basisovereenkomst schriftelijk en met
inachtneming van een opzegtermijn van ten minste 3 maanden opzegt tegen het einde
van een termijn.
2. Iedere opdracht die gedurende de looptijd van de basisovereenkomst is verstrekt, zal,
ook indien de basisovereenkomst tussentijds eindigt, in zijn geheel dienen te worden
uitgevoerd tenzij (ook) de opdracht rechtsgeldig tussentijds eindigt. De voor de opdracht
relevante bepalingen uit de basisovereenkomst zullen voor de resterende duur van de
opdracht onverkort van toepassing blijven.
3. Indien ongewijzigde verlenging van de basisovereenkomst wordt toegepast wordt 4 maal
per jaar gelegenheid geboden aan nieuwe dienstverleners om, mits wordt voldaan aan
alle gestelde eisen die op de basisovereenkomst van toepassing zijn, alsnog toe te
treden tot de basisovereenkomst. Toetreding kan per 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober
plaatsvinden, voor de eerste maal per 1 april 2015. De overeenkomst kan alleen per die
data ingaan indien aantoonbaar aan alle voorwaarden tot toetreding is voldaan en zowel
de procesovereenkomst als de basisovereenkomst door partijen zijn ondertekend.
Artikel 4 Totstandkoming van opdrachten
1. De gemeente raadpleegt in geval van een concrete opdracht voor uitvoering van een
maatwerkvoorziening begeleiding dienstverlener en eventueel andere dienstverleners
die in staat zijn de specifieke opdracht uit te voeren. De gemeente bepaalt, via de
generalist en in overleg met de inwoner, op basis van de individuele situatie van de
inwoner de meest geschikte dienstverlener en voor welke periode de
maatwerkvoorziening wordt toegekend.
2. Dienstverlener en gemeente overleggen over een efficiënte en effectieve manier van
verwijzing indien een inwoner voor inzet van een maatwerkvoorziening in aanmerking
komt en op welke wijze rechtmatige verwijzing naar de dienstverlener tot stand komt.
3. De opdracht eindigt als de voor de individuele cliënt vastgelegde resultaten zijn behaald
of als de maximale duur, die in de beschikking aan de cliënt is vastgelegd, wordt bereikt.
Artikel 5 Tarieven
1. Bij uitvoering van opdrachten zijn de tarieven (met bijbehorende bepalingen) als
genoemd in bijlage 3 van toepassing.
4
Artikel 6 Garanties
1.
dienstverlener garandeert dat:
a. de door of namens hem op grond van de basisovereenkomst c.q. opdracht te
verlenen diensten op vakbekwame wijze zullen worden uitgevoerd;
b. gedurende de looptijd van de basisovereenkomst en eventueel daarna doorlopende
opdrachten door of namens hem te verrichten diensten en de resultaten daarvan
zullen voldoen aan de overeengekomen kwalificaties als vastgelegd in het
programma van eisen dat is opgenomen in bijlage 2;
c.
gedurende de looptijd van de basisovereenkomst en eventueel daarna doorlopende
opdrachten de in bijlage 1 genoemde uitsluitingsgronden niet op hem van
toepassing zijn;
d. gedurende de looptijd van de basisovereenkomst en eventueel daarna doorlopende
opdrachten door hem wordt voldaan aan de in bijlage 2 genoemde eisen aan de
dienstverlener;
e. in alle gevallen dat de dienstverlener in omstandigheden geraakt dat de
bovenstaande garanties onder druk komen te staan, dit terstond aan gemeenten
wordt gemeld.
Artikel 7 Onderaannemers
1.
Het is dienstverlener toegestaan delen van de aan hem verstrekte opdracht op te dragen
en te laten uitvoeren door onderaannemers, zijnde een andere onderneming dan wel
Zelfstandigen Zonder Personeel (ZZP’ers). Dienstverlener blijft volledig verantwoordelijk
en aansprakelijk voor het nakomen van alle verplichtingen ingevolge deze
basisovereenkomst, ongeacht of die door hem zelf of door genoemde derden worden
verricht.
2.
Het bepaalde in het vorige lid behelst onder meer dat dienstverlener dient te
bewerkstelligen dat de door hem gebruikte onderaannemers dezelfde kwaliteit leveren
als waartoe dienstverlener zich met deze basisovereenkomst heeft verplicht. Aldus is
elke eis aan kwaliteit zoals opgenomen en behorende bij deze basisovereenkomst mede
op onderaannemers van toepassing.
3.
De dienstverlener heeft de verantwoordelijkheid om voldoende zicht te houden op de
kwaliteit van (de) onderaannemer(s). Er dient sprake te zijn van aantoonbaar toezicht
door dienstverlener op de betreffende onderaannemer(s).
4.
Dienstverlener dient alle verplichtingen uit deze basisovereenkomst door te leggen aan
de betreffende onderaannemer(s), door middel van het doen ondertekenen door de
betreffende onderaannemer(s) van een geschrift daartoe.
Artikel 8 - Combinaties
1.
2.
3.
Het is toegestaan omdeze basisovereenkomst aan te gaan in een
samenwerkingsverband, anders dan – en onverminderd - in artikel 7 bedoeld.
Bij een samenwerkingsverband als bedoeld in het eerste lid (ook te noemen: een
combinatie) gaat het om meerdere ondernemingen die gezamenlijk of in onderlinge
afstemming uitvoering geven aan de opdrachten.
In geval van een samenwerkingsverband als bedoeld in het eerste lid informeert de
dienstverlener de gemeente (onder 1.5 op de ‘Uniforme Eigen Verklaring’) over de
5
4.
5.
6.
ondernemingen die onderdeel uitmaken van het samenwerkingsverband. Dienstverlener
geeft tevens aan wie de leiding van het samenwerkingsverband heeft en als
verantwoordelijke gemachtigde jegens de gemeente zal optreden.
Artikel 7 lid 2 is van overeenkomstige toepassing. De deelnemers uit het
samenwerkingsverband dienen ieder afzonderlijk de ‘Uniforme Eigen Verklaring’ in te
dienen.
Bij een samenwerkingsverband (combinatie) geldt dat alle tot dat
samenwerkingsverband behorende ondernemingen gezamenlijke en hoofdelijke
aansprakelijkheid aanvaarden voor de gestanddoening van de verplichtingen
voortvloeiende uit de uitvoering van deze basisovereenkomst en bij de uitvoering van
opdrachten.
De combinatie dient een rechtspersoon naar Nederlands recht op te richten. In geval van
combinatievorming geeft dienstverlener aan in welke verhoudingen de activiteiten
uitgevoerd worden door elk van de combinanten.
Artikel 9 Wijzigingen en aanvullingen
1.
In afwijking van het bepaalde in de toepasselijke inkoopvoorwaarden wordt het volgende
van toepassing:
a. de maximale aansprakelijkheid van de dienstverlener blijft beperkt tot maximaal 3
maal de waarde van de opdracht.
b. de vereiste verzekerde som voor een aansprakelijkheidsdekking wordt gesteld op €
2,5 miljoen.
c.
2.
Artikel 23.3 inzake vervanging van personeel van dienstverlener is niet van
toepassing
Overige wijzigingen van de basisovereenkomst of aanvullingen daarop worden eerst
rechtsgeldig en bindend voor partijen, nadat zij in de vorm van een aan de
basisovereenkomst te hechten bijlage schriftelijk tussen dienstverleners en gemeente
zijn overeengekomen.
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend te Made op 31 oktober 2014:
Namens dienstverlener
Namens gemeenten:
<naam dienstverlener>
<naam bevoegd ondertekenaar>
Ondertekening is opgenomen in bijlage 5
“tekenlijst”
handtekening dienstverlener
BIJLAGEN:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Uitsluitingsgronden
Programma van Eisen
Tarieven en bijbehorende bepalingen
Algemene inkoopvoorwaarden
Tekenlijst gemeenten
Uniforme eigen verklaring
6
BIJLAGE 1
Uitsluitingsgronden
Onderstaande uitsluitingsgronden zijn van toepassing tijdens de (bestuurlijke) aanbesteding
van Maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 en tijdens de looptijd van de Basisovereenkomst
maatwerkvoorzieningen Wmo 2015. Daar waar sprake is van uitvoering van de overeenkomst
moet in plaats van ‘gegadigde of inschrijver’ ‘dienstverlener’ worden gelezen.
Dienstverlener verklaart expliciet aan deze uitsluitingsgronden te voldoen door ondertekening
en inzending van de Uniforme Eigen verklaring welke is toegevoegd als bijlage 6 bij de
basisovereenkomst.
Verplichte uitsluitingsgronden (als hier niet aan voldaan wordt, leidt dit direct tot uitsluiting
dan wel beëindiging van de overeenkomst)
Artikel 2.86 Aanbestedingswet 2012
1. Een aanbestedende dienst sluit een gegadigde of inschrijver jegens wie bij een
onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak een veroordeling als bedoeld in het
tweede lid is uitgesproken waarvan de aanbestedende dienst kennis heeft, uit van
deelneming aan een overheidsopdracht of een aanbestedingsprocedure.
2. Voor de toepassing van het eerste lid worden aangewezen veroordelingen ter zake van:
a)
deelneming aan een criminele organisatie in de zin van artikel 2, eerste lid, van
Gemeenschappelijk Optreden 98/733/JBZ van de Raad, (PbEG 1998, L 351);
b)
omkoping in de zin van artikel 3 van het besluit van de Raad van 26 mei 1997
(PbEG 1997, L 195) respectievelijk artikel 3, eerste lid, van Gemeenschappelijk
Optreden 98/742/JBZ van de Raad (PbEG 1998, L 358);
c)
fraude in de zin van artikel 1 van de overeenkomst aangaande de bescherming
van de financiële belangen van de Gemeenschap (PbEG 1995, C 316);
d)
witwassen van geld in de zin van artikel 1 van richtlijn nr. 91/308/EEG van de
Raad van 10 juni 1991 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel
voor het witwassen van geld (PbEG L 1991,L 166) zoals gewijzigd bij richtlijn nr.
2001/97/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEG L 2001, 344).
3. Als veroordelingen als bedoeld in het tweede lid worden in ieder geval aangemerkt
veroordelingen op grond van artikel 140, 177, 177a, 178, 225, 226, 227, 227a, 227b of
323a, 328ter, tweede lid, 420bis, 420ter of 420quater van het Wetboek van Strafrecht.
4. De aanbestedende dienst betrekt bij de toepassing van het eerste lid uitsluitend
rechterlijke uitspraken die in de vier jaar voorafgaand aan het tijdstip van het indienen
van het verzoek tot deelneming of de inschrijving onherroepelijk zijn geworden.
Facultatieve uitsluitingsgronden (in deze situatie is uitsluiting dan wel beëindiging ter
beoordeling aan de gemeente/gemeenten)
Artikel 2.87 Aanbestedingswet 2012
1. De aanbestedende dienst kan een inschrijver of gegadigde uitsluiten van deelneming
aan een overheidsopdracht of een aanbestedingsprocedure op de volgende gronden:
a)
de inschrijver of gegadigde verkeert in staat van faillissement of liquidatie, diens
werkzaamheden zijn gestaakt, jegens hem geldt een surseance van betaling of
een (faillissements-) akkoord, of de gegadigde of inschrijver verkeert in een
7
andere vergelijkbare toestand ingevolge een soortgelijke procedure die voorkomt
in de op hem van toepassing zijnde wet- of regelgeving;
b)
jegens de gegadigde of inschrijver is een onherroepelijk geworden rechterlijke
uitspraak gedaan op grond van de op hem van toepassing zijnde wet- en
regelgeving wegens overtreding van een voor hem relevante
beroepsgedragsregel;
c)
de inschrijver of gegadigde heeft in de uitoefening van zijn beroep een ernstige
fout begaan die door de aanbestedende dienst aannemelijk kan worden
gemaakt;
d)
de inschrijver of gegadigde heeft niet voldaan aan verplichtingen op grond van
op hem van toepassing zijnde wettelijke bepalingen met betrekking tot betaling
van sociale zekerheidspremies of belastingen;
e)
de gegadigde of inschrijver heeft zich in ernstige mate schuldig gemaakt aan
valse verklaringen bij het verstrekken van inlichtingen die door een
aanbestedende dienst van hem waren verlangd of hij heeft die inlichtingen niet
verstrekt.
2. De aanbestedende dienst betrekt bij de toepassing van het eerste lid, onderdeel b,
uitsluitend onherroepelijke uitspraken die in de vier jaar voorafgaand aan het tijdstip van
het indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving onherroepelijk zijn
geworden en bij de toepassing van het eerste lid, onderdeel c, uitsluitend ernstige fouten
die zich in de vier jaar voorafgaand aan het genoemde tijdstip hebben voorgedaan.
8
BIJLAGE 2
Programma van Eisen
Eerst volgt een beschrijving van de opdracht en de gewenste dienstverlening. Vervolgens
wordt weergegeven waaraan dienstverleners, hun medewerkers en de door hen geleverde
diensten aan moeten voldoen. Daar waar in de omschrijvingen de termen inwoner en cliënt
worden gebruikt wordt steeds bedoeld de inwoner met een vraag naar een
maatwerkvoorziening die als (potentieel) cliënt van de dienstverlener kan worden beschouwd.
Opdrachtomschrijving:
De opdracht betreft de uitvoering van (een) maatwerkvoorziening(en) begeleiding voor
inwoners uit de Dongemond gemeenten.
Uitgaande van de relevante domeinen van de Zelfredzaamheidsmatrix worden de volgende
resultaten (niet uitputtend) als hoofddoelen voor uitvoering van de opdracht/de
dienstverlening gedefinieerd:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Het huishoudboekje op orde
De structuur van het dagelijks leven binnen het huishouden op orde
Sociaal maatschappelijk toegerust
Een zinvolle invulling van de dag
Mantelzorg mogelijk maken / steun aan sociaal netwerk
Aanbieden van opvang/respijtzorg
De beoogde resultaten worden per inwoner vastgesteld vanuit de indeling licht-midden-zwaar
(gebaseerd op intensiteit) in een door de gemeente op te stellen beschikking voor een
maatwerkvoorziening. Deze beschikking wordt door de generalist van de gemeente in overleg
met inwoner vastgesteld.
De gemeente bepaalt, via de generalist en in overleg met de inwoner, op basis van de
individuele situatie van de inwoner de meest geschikte dienstverlener. Ook wordt bepaald
voor welke periode de maatwerkvoorziening wordt toegekend.
De methode van toewijzen kan per gemeente verschillen.
Eisen aan de Dienstverlening:
A. Algemeen
1.
Dienstverlener garandeert dat continuïteit van inzet van de diensten op 1-1-2015 is
gewaarborgd. c.q. invulling gegeven wordt aan het AWBZ-overgangsrecht van
betreffende cliënten.
2.
Dienstverleners die vanaf 1 januari 2015 gecontracteerd worden moeten in overleg
treden over de mogelijke overname van personeel met dienstverleners die vanaf 1
januari 2015 niet gecontracteerd zijn, maar in de huidige situatie wel een overeenkomst
hebben. Deze verplichting tot overleg geldt ook voor situaties waarbij een tussentijdse
ontbinding dan wel beëindiging van de basisovereenkomst van een dienstverlener
plaatsvindt.
3.
Dienstverlener heeft acceptatieplicht voor alle betreffende inwoners die naar hem
worden verwezen door de gemeente en draagt er zorg voor dat de betreffende inwoner
geleverd krijgt wat is toegekend binnen de gestelde termijnen. Bij de verwijzing zal de
gemeente rekening houden met aansluiting bij de specifieke deskundigheden van de
dienstverlener.
9
4.
Dienstverlener kan de begeleiding weigeren of beëindigen indien er redenen bestaan op
grond waarvan de begeleiding in redelijkheid niet van de dienstverlener kan worden
verlangd. Van de voorgenomen weigering of beëindiging, doet de dienstverlener tijdig,
schriftelijk en met redenen omkleed, mededeling aan de inwoner en de gemeente (via de
generalist). De gemeente beslist zo spoedig mogelijk over het verzoek. Als zorg reeds is
aangevangen (bij een verzoek tot beëindiging), zorgt de dienstverlener ervoor dat deze
wordt gecontinueerd totdat de gemeente een beslissing heeft genomen.
5.
Dienstverlener draagt er zorg voor dat zijn medewerkers voldoende kennis hebben van
de lokale sociale kaart in de gemeente (en aangrenzende gemeenten) waar de opdracht
wordt uitgevoerd.
6.
Dienstverlener draagt er zorg voor dat medewerkers die bij de uitvoering van de
opdracht direct contact hebben met betreffende inwoners zich inzetten voor vroeg
signalering van problematiek of te verwachten problematiek.
7.
Dienstverlener en haar medewerkers handelen vanuit de visie van de gemeente op
maatschappelijke ondersteuning (zie uitgangspunten procesovereenkomst).
8.
Medewerkers van dienstverlener communiceren met betreffende inwoners en hun
mantelzorger(s) zowel mondeling als schriftelijk in ieder geval in de Nederlandse taal.
9.
Medewerkers van dienstverlener zijn voldoende opgeleid en bekend met de
professionele standaard passend bij de dienstverlening en bezitten de daarbij passende
competenties.
B. Ondersteuning algemeen
1.
Dienstverlener zorgt voor een goede kwaliteit van voorzieningen en adequate
deskundigheid van beroepskrachten en andere medewerkers.
2.
Dienstverlener draagt zorg voor het afstemmen van voorzieningen op de persoonlijke
situatie van de betreffende inwoner en zijn mantelzorger(s).
3.
Dienstverlener draagt zorg voor het afstemmen van voorzieningen op andere vormen
van ondersteuning en op andere vormen van zorg.
4.
Dienstverlener dient erop toe te zien dat medewerkers tijdens hun werkzaamheden in
het kader van het leveren van voorzieningen handelen in overeenstemming met de
professionele standaard.
C. Product specifieke eisen
De hier genoemde eisen zijn van toepassing op alle cliënten, uitgezonderd in die situaties
waar sprake is van overgangsrecht aan de zijde van de cliënt en de eisen in strijd zijn met dit
overgangsrecht.
1.
Het integraal opgestelde activiteiten-/ondersteuningsplan voor de maatwerkvoorziening
beschrijft resultaten/doelen en de daarbij behorende activiteiten, frequentie,
evaluatiemomenten. Daarbij wordt rekening gehouden met en afstemming gezocht met
het uitgangspunt “1 gezin-1 plan”.
2.
De activiteiten en de frequentie daarvan zijn zoveel mogelijk afgestemd op de
wensen/mogelijkheden van de cliënt.
3.
Ondersteuning kan in groepsverband en buitenshuis worden aangeboden.
4.
Ondersteuning kan op afstand (telefonisch en digitaal) worden aangeboden.
10
5.
De maximale groepsomvang van groepsgewijze begeleiding is passend bij de
professionele standaard en passend bij de mogelijkheden van de individuele cliënten die
daaraan deelnemen, waarbij steeds minimaal 1 professioneel medewerker aanwezig is.
6.
De ondersteuning wordt aangeboden in de gemeente waarin de woonplaats van de
cliënt valt of in een aangrenzende gemeente. In overleg met de inwoner en de generalist
kan hiervan worden afgeweken.
7.
Indien de maatwerkvoorziening niet bij de cliënt thuis wordt geboden, en de
zelfredzaamheid van de cliënt niet toelaat dat deze op eigen gelegenheid de
maatwerkvoorziening kan bereiken, verzorgt de dienstverlener het vervoer vanaf het
huisadres van de cliënt naar de locatie en terug naar huis. Cliënt heeft alleen recht op
vervoer indien deze niet zelfstandig kan/mag reizen en een mantelzorger in redelijkheid
niet in staat is dit voor de cliënt uit te voeren of te organiseren. Dienstverlener spant zich
daarbij in om het vervoer zo veel mogelijk direct aan te laten sluiten op de aanvang en
het einde van de activiteiten/de opvang.
8.
De locatie waar de ondersteuning wordt aangeboden is goed toegankelijk en geschikt
voor inwoners die in het kader van de maatwerkvoorziening hiervan gebruik willen
maken.
9.
Niet-professionele inzet (bijvoorbeeld vrijwilliger, stagiair) vindt plaats onder
verantwoordelijkheid van een professionele medewerker. De niet-professionele
medewerker dient deskundig en competent te zijn voor de toegewezen taak. De
professionele inzet dient altijd in redelijke verhouding te zijn met de niet-professionele
inzet.
D. Randvoorwaardelijke eisen:
Kwaliteit
1.
Dienstverlener voldoet aan de in en op grond van hoofdstuk 3 van de Wet
maatschappelijke ondersteuning gestelde bepalingen omtrent kwaliteit.
2.
Dienstverlener voldoet aan de in de gemeentelijke verordeningen gestelde
kwaliteitseisen.
3.
Dienstverlener is van alle (betaalde en onbetaalde) medewerkers met cliëntcontacten in
bezit van een verklaring omtrent gedrag (VOG) gericht op de uit te voeren
werkzaamheden, als bedoeld in artikel 28 van de Wet justitiële en strafvorderlijke
gegevens. Deze verklaring is voor nieuwe medewerkers niet ouder dan 3 maanden.
Voor dienstverleners die werken als zelfstandige zonder personeel (ook in geval van
onderaanneming) is deze verklaring niet ouder dan drie jaar. Uiterlijk 1 april 2015 dient
aan deze voorwaarde te zijn voldaan.
4.
In aanvulling op het gestelde onder punt 1 en 2 garandeert Dienstverlener dat de
kwaliteit (inclusief veiligheid, doeltreffendheid en cliëntgerichtheid) systematisch wordt
geborgd in de organisatie. In alle gevallen wordt verlangd dat minimaal aan de
onderstaande eisen 5. tot en met 14 aantoonbaar is voldaan. Dit wordt aantoonbaar
gemaakt door een adequaat intern kwaliteitsplan of kan aantoonbaar worden gemaakt
door een geldig branche specifiek kwaliteitscertificaat zoals:
a. HKZ certificaat;
b. ISO voor de zorg;
c. Kwaliteitswaarborg Zorgboerderijen Federatie Landbouw en Zorg;
11
d. KIWA certificaat voor ZZP;
e. of een vergelijkbaar branche specifiek certificaat (nader ter beoordeling van de
gemeenten.
f.
Indien dienstverlener geen certificaat kan overleggen dient dienstverlener zelf
door het overleggen van een schriftelijk kwaliteitsplan aan de gemeente
aantoonbaar te maken hoe de kwaliteit in de organisatie duurzaam is geborgd.
5.
Dienstverlener legt schriftelijk vast hoe de ondersteuning is georganiseerd en welke
bevoegdheden de verschillende onderdelen of medewerkers hebben.
6.
Dienstverlener stelt periodiek een kwaliteitsplan vast en maakt dit openbaar.
7.
Dienstverlener maakt eventuele relaties met andere organisatorische eenheden en de
aard van deze relaties openbaar.
8.
Dienstverlener evalueert zijn beleid periodiek en stelt dit zo nodig bij.
9.
Dienstverlener voert een deugdelijke administratie waarbij in het algemeen in ieder geval
inkomsten, uitgaven en verplichtingen te herleiden zijn naar bron en bestemming (e.e.a.
is in overeenstemming met de kwaliteitsborging en certificering van de organisatie);
10. Dienstverlener meldt iedere calamiteit en ieder geweldsincident dat zich heeft
voorgedaan bij de verstrekking van een voorziening onverwijld aan de toezichthoudend
ambtenaar van de gemeente en stelt ter uitvoering hiervan een interne regeling op.
11. Dienstverlener stelt een effectieve en laagdrempelige regeling vast voor de afhandeling
van klachten van cliënten ten aanzien van gedragingen van de dienstverlener jegens
een cliënt.
12. Dienstverlener stelt een effectieve en laagdrempelige regeling vast voor de
medezeggenschap van cliënten over voorgenomen besluiten van de dienstverlener
welke voor de gebruikers van belang zijn en voor zover het diensten in het kader van
voorzieningen betreft.
13. Het is de gemeente (of daartoe aangewezen derden) toegestaan verwachte en
onverwachte controles uit te voeren op de inhoudelijke kwaliteit en op presentie- en
financiële administraties op basis van een nog op te stellen protocol. Daarnaast is het
toegestaan om de dienstverlening te (laten) evalueren onder de cliënten die vallen onder
de maatwerkvoorziening Wmo.
14. Dienstverlener dient kosteloos medewerking te verlenen aan te houden
cliëntervaringsonderzoeken, waarbij wordt gestreefd naar aansluiting bij de landelijk vast
te stellen formats en frequenties voor deze onderzoeken.
2. Samenwerking rondom cliënt
Generalisten van de gemeente en dienstverlener werken samen rondom de cliënt. Waar
nodig wordt daarin proactief gehandeld. De volgende specifieke eisen zijn van toepassing:
1.
Dienstverlener informeert de generalist/verwijzer gevraagd en ongevraagd over de
voortgang van de geleverde maatwerkvoorziening.
2.
Dienstverlener draagt zorg voor een goede samenwerking met de professionals in de
lokale teams en andere actoren.
3.
Onder goede samenwerking wordt in ieder geval verstaan onderlinge afstemming tussen
het eigen personeel van dienstverlener, de generalisten van de gemeente, andere
betrokken professionals én met de huisarts of jeugdarts.
12
3. Termijnen en doorlooptijden
Doelstelling is een snelle plaatsing van verwezen inwoners in een concrete
ondersteuningsaanpak. Concreet betekent dit:
1.
De levering van de maatwerkvoorziening dient binnen 20 werkdagen na ontvangen van
opdracht/beschikking te starten.
2.
Indien de levering plaatsvindt ter ontlasting van de mantelzorg dient de levering te
starten binnen 10 dagen na ontvangst van de opdracht/beschikking.
3.
Uitgangspunt is dat er geen wachttijden en wachtlijsten zijn. Dienstverleners zorgen voor
adequate oplossingen indien er onverwacht een te grote vraag naar ondersteuning
ontstaat en treden hierover tijdig in overleg met de verwezen inwoners en de gemeente.
(N.B. zie ook A.3. Acceptatieplicht).
4.
Toekenning van betaling van de te leveren maatwerkvoorziening kan pas na starten van
de levering van de maatwerkvoorziening.
4. Communicatie met cliënt
Bij alle communicatie die met de cliënt wordt gevoerd dient dienstverlener zodanig te
handelen dat de informatie voor de cliënten tijdig en volledig beschikbaar wordt gesteld.
Daarnaast dient dienstverlener zich te houden aan de volgende eisen:
1.
Er is sprake van een duidelijke herkenbare propositie van de dienstverlener, zowel in de
werkwijze, de mogelijkheden die worden aangeboden als de kerncompetenties van de
dienstverlener.
2.
Dienstverlener is tenminste bereikbaar tijdens werkdagen van 9.00 uur tot 17.00 uur
(fysiek, telefonisch en via e-mail).
3.
Dienstverlener levert voldoende inzichtelijke en begrijpelijk informatie aan (potentiële)
cliënten, rekening houdend met eventuele beperkingen van die cliënten.
5. Administratie, Facturatie, Monitoring en Verantwoording
1.
Na afronding van een kwartaal zal dienstverlener binnen 2 maanden een rapportage
aanleveren over het afgeronde kwartaal. Hierin wordt:
a. een inhoudelijke voortgang op geaggregeerd niveau (inclusief mogelijk
knelpunten) weergegeven;
b. het aantal verschillende trajecten (instroom, doorstroom, uitstroom) per gemeente;
c.
terugkoppeling over bovengenoemde resultaten op hoofdlijnen;
d. In eerste instantie zal zoveel mogelijk worden uitgegaan van de
standaardrapportage van dienstverlener, deze kan in overleg aangepast worden
bij het maken van nadere werkafspraken.
2.
Partijen voeren periodiek overleg en evalueren de algemene voortgang van de invulling
van de maatwerkvoorzieningen en verbeteraspecten.
3.
In dit periodieke overleg zullen in ieder geval de volgende onderwerpen besproken
worden:
a. De rapportage over het afgeronde kwartaal;
b. Kostenontwikkeling en verdeling van de kosten per gemeente;
c.
Verbinding met verwijzers;
13
d. Beleidsontwikkeling;
e. Beleidsverantwoording ten aanzien van de transformatie.
4.
Tussentijds overleg zal plaatsvinden als een van de partijen daar behoefte aan heeft.
5.
De eindrapportage over een afgesloten jaar, bestaande uit de jaarrekening (zo nodig
voorzien van een accountantsverklaring conform de daarvoor geldende wettelijke
standaarden), een inhoudelijk verslag en een beknopt kwaliteitsverslag, wordt uiterlijk
voor 1 juni van het volgend kalenderjaar door dienstverlener aangeleverd. Tevens dient
u aandacht te besteden aan de ondernomen activiteiten op het gebied van transformatie
en innovatie, en de wijze waarop hieraan door uw organisatie uitvoering is gegeven.
6.
Dienstverlener verplicht zich mee te werken aan de administratieve uitvoering die
benodigd is voor de bekostiging van de dienstverlening door de gemeente en de
inhouding van de eigen bijdragen die (wettelijk) van toepassing zijn. De eigen bijdragen
worden (landelijk) door het CAK geïnd. Dit is in een Algemene Maatregel van Bestuur
vastgelegd. Eventuele hieruit voortvloeiende kosten zijn voor rekening van de
dienstverlener.
7.
Dienstverlener levert gegevens zodanig aan dat de gemeenten deze kunnen verwerken
in haar registratiesystemen. De gemeente stelt in overleg met de dienstverlener de
nadere afspraken vast die hierover worden gemaakt in het (regionaal) administratief
overleg tussen dienstverleners en gemeenten. De nadere afspraken worden vastgelegd
in nog op te stellen werkafspraken die als addendum aan deze overeenkomst worden
toegevoegd.
8.
Indien een landelijk format (iWmo-standaarden) wordt ingesteld, kunnen aanpassingen
daaraan worden toegelaten.
9.
De gemeente zal na het sluiten van de basisovereenkomst in goede afstemming met
dienstverleners een besluit nemen over prestatie indicatoren ten behoeve van de
kwaliteit van de geleverde dienstverlening.
14
BIJLAGE 3
Tarieven en bijbehorende bepalingen
Klassenindeling
Voor de toepassing van de tarieven die de gemeenten betalen voor de in de
uitvoeringsovereenkomst genoemde te behalen resultaten voor de maatwerkvoorziening,
wordt een indeling in klassen gehanteerd.
De indeling van de klassen is gebaseerd op de intensiteit, welke wordt gedefinieerd als de te
verwachten benodigde professionele inzet in “eenheden” aan ondersteuning per cliënt per
week. Een eenheid komt overeen met:
of 1 uur individuele ondersteuning
of 1 dagdeel collectieve ondersteuning (meer dan 1 cliënt tegelijk).
voor kortdurend verblijf (logeren) wordt 1 etmaal of 24 uur gelijk gesteld aan 3
eenheden.
Er worden drie klassen onderscheiden: licht, midden en zwaar.
In de klasse “licht” vallen cliënten met een te verwachten benodigde professionele
ondersteuning van 0 tot met 4 eenheden.
In de klasse “midden” vallen cliënten met een te verwachten benodigde professionele
ondersteuning van meer dan 4r, tot en met 10 eenheden.
In de klassen “zwaar” vallen cliënten met een te verwachten benodigde professionele
ondersteuning van meer dan 10 eenheden.
Tarieven
Bij de tarieven wordt onderscheid gemaakt tussen cliënten waarop het overgangsrecht van
toepassing is en nieuwe cliënten. De tarieven voor cliënten waarop het overgangsrecht van
toepassing is, zijn van toepassing tot en met uiterlijk 31-12-2015, of indien de geldende
indicatie eerder afloopt, de einddatum van de indicatie.
Onder nieuwe cliënten worden tevens cliënten verstaan waarvan gedurende 2015 de
geldende indicatie afloopt en die in aanmerking komen voor een maatwerkvoorziening
begeleiding.
De genoemde tarieven zijn (indien van toepassing) exclusief het eventueel te organiseren
vervoer van en naar de locatie waar de ondersteuning wordt geboden. Vervoer wordt door de
dienstverlener georganiseerd in die gevallen dat de cliënt daartoe zelf niet in staat is (zie het
Programma van Eisen). Het heffen van eigen bijdragen door een dienstverlener bij vervoer is
niet toegestaan.
De tarieven zijn exclusief eventuele maaltijden/koffie&thee. Deze zijn voor eigen rekening van
inwoner. Samengevat zijn de tarieven de volgende:
Onderdeel
Klasse licht
eenheden
0 tot en met 4
Nieuwe cliënten
Overgangsrecht
Tarief per periode
van 4 weken
Tarief per periode
van 4 weken
€ 337,38
€ 506,08
15
Klasse midden
Vanaf 4 tot en met 10
€ 1.012,15
€ 1012,15
Klasse zwaar
Meer dan 10
Offertebasis met
basistarief € 42,50
per eenheid
Offertebasis met
basistarief € 42,50
per eenheid
Vervoer
€ 5,- per dag
€ 5,- per dag
Rolstoelvervoer
€ 15,- per dag
€ 15,- per dag
Omrekentabel overgangsrecht
De plaatsing van een individuele cliënt op wie het overgangsrecht van toepassing is in een
bepaalde klasse wordt gebaseerd op de cliëntgegevens die de gemeenten in het kader van
de decentralisatie hebben ontvangen van het rijk. Het bestand met indicatiebesluiten dat
afkomstig is van het CIZ is hierbij doorslaggevend.
Voor de omrekening van de AWBZ-indicatieklassen naar een geïndiceerd aantal eenheden
per klasse per week wordt de volgende conversietabel gebruikt.
AWBZ-klasse
Geïndiceerd
aantal eenheden
per week
K1
2
K2
3
K3
5
K4
9
K5
12
K6
15
K7
18
K8
24
KD01
1
KD02
2
KD03
3
KD04
4
KD05
5
KD06
6
KD07
7
KD08
8
KD09
9
16
KE1
3
KE2
6
De te verwachten benodigde professionele inzet in eenheden aan ondersteuning per cliënt
per week wordt vervolgens op 80% van het geïndiceerd aantal uren per week bepaald. Bij
cliënten met meerdere geldige indicatiebesluiten wordt, na toepassing van de conversietabel,
de te verwachten benodigde professionele inzet gebaseerd op 80% van het totaal aantal
geïndiceerde eenheden per week bij de betreffende cliënt.
17