Samenvatting van de preek over artikel 22 van de Nederlandse

Download Report

Transcript Samenvatting van de preek over artikel 22 van de Nederlandse

Samenvatting van de preek over artikel 22 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis

Lezen: Romeinen 10 : 1 - 17 We kennen in onze Nederlandse taal een verzwakte betekenis van het woord ‘geloven’: ‘ik geloof het wel, maar ik weet het niet zeker’. Geloven is in de Bijbel: zeker weten en vast vertrouwen. Het is immers geloven in God, Die voor 100% te vertrouwen is. Het is zaak van hartelijke overtuiging: niet alleen van hersens en handen, maar vooral van het hart. De Reformatie ontdekte het weer: ‘sola fide’, door het geloof alleen. Thema:

Sola fide – door het geloof alleen 1. het geloof in zijn ontstaan

‘Wij geloven dat, om ware kennis van deze verborgenheid te ontvangen, de Heilige Geest in onze harten ontsteekt een oprecht geloof…’ Deze

verborgenheid:

de Persoon en het werk van Jezus Christus. Het nieuwtestamentische woord ‘verborgenheid’ wil zeggen: het geheimenis van de zaligheid in Christus, eeuwenlang verborgen, maar nu geopenbaard (Ef. 3:4-6, Coloss. 1:26). Paulus vat de inhoud van dat geheimenis zo samen: ‘Christus onder u, de Hoop op de heerlijkheid’. Over Hem mogen en moeten we geloofskennis ontvangen, dat is kennis met het hart. Die krijg ik alleen door het geloof. De Heilige Geest ontsteekt dat geloof als een licht in de duisternis van de wereld en van mijn eigen bestaan. In dat licht zie je God, jezelf en Christus. Dit geloofslicht draagt Christus binnen in mijn hart (zie Ef. 3:17): Hij krijgt oneindige waarde voor mij. Machtig werk van de Heilige Geest: Hij opent het hart dat gesloten is en verbreekt de grendels van het ongeloof. In het hart: de centrale meld- en regelkamer. En van daaruit alles: verstand, wil, gevoel, gedrag. Hoe ontsteekt de Geest het geloof? Niet als wij aan bepaalde voorwaarden hebben voldaan (een bepaalde gestalte, een tekst ontvangen, de manier van beleving van een ander). De Geest gebruikt het (gelezen en gepredikte) Woord (Rom. 10:17). Dat is hèt genademiddel! Laten we niet de Heere de weg voorschrijven hoe Hij ons bekeren moet, terwijl we dit middel niet op de juiste waarde schatten. Waar de Geest het geloof bewerkt, bindt Hij ons aan het Woord. Hij leert ons buigen voor dat Woord. Op zo’n manier, dat ik op dat hele Woord ‘amen’ ga zeggen: wanneer het mij veroordeelt, en wanneer het mij de genade van de Heere verkondigt. De Schrift spreekt zelfs van het onrein (Hebr. 10:29).

gebod

om te geloven: ‘En dit is Zijn gebod, dat wij geloven in de Naam van Zijn Zoon Jezus Christus’ (1 Joh. 3:23). Daarom is er geen groter zonde dan het ongeloof: dan acht je het bloed van Christus

2. de inhoud van het geloof

Het geloof verbindt altijd aan Christus. Dat is het richt op wonderen).

oprechte

geloof (tegenover ‘ietsisme’, of alleen ‘feiten-geloof’, of een geloof voor een poosje, of geloof dat zich

Oprecht geloof vertrouwt zich toe aan Christus. Het is geloven ‘in de Zoon’ (bijv. Joh. 3:18 en 36). Zo’n geloof is een ‘warm’ geloof: het omhelst Christus. Omhelzen doe je iemand die je liefhebt – hangen aan Zijn lippen, rusten aan Zijn hart, blikken in Zijn ogen. Dat geloof maakt Hem eigen: Hij wordt de mijne (Joh. 20:28). Wie het anker van zijn leven buiten boord werpt in Christus en Zijn werk, die heeft alles, in Hem. Het geloof is er op aangelegd om alleen maar te staan op Christus en Zijn werk. Daar buiten zinkt het weg. En waarom kunt u die in Hem gelooft niet bij Hem wegblijven? Omdat Hij alleen uw gerechtigheid voor God is. Tegenover uw failliete boedel staat de hemelhoge verdienste van de Heere Jezus; meer dan genoeg tot vrijspraak van uw zonden. In het Oude Testament: offerbloed aan de rechteroorlel, de rechterduim en de rechter grote teen van de offeraar. Jezus’ bloed reinigt de 12:2).

hele

mens. De Geest verheerlijkt Christus als de Beginner en de Voleinder van het geloof (Hebr. Christus geloofde als Middelaar Zelf in het Woord van Zijn Vader. Hij hield Zich zelfs in de Godverlatenheid gelovig aan Zijn God vast (Ps. 22:2, Matt. 27:46). Wie Hem heeft, die heeft genoeg. Die heeft ook genoeg geloof.

3. het geloof als instrument

‘Het geloof is slechts een instrument, waarmee wij Christus, onze Rechtvaardigheid, omhelzen’. Geloof is geen prestatie, maar gratie! Vergelijk het met de lege hand van de bedelaar. Wie een handvol geld krijgt, is niet rijk omdat hij zijn hand uitsteekt, maar om wat erin komt. Door het geloof gerechtvaardigd is hetzelfde als: om Christus’ wil. Met de armen van het geloof omhels ik Hem. En dat geloof houdt mij ook bij Hem. Zo ben ik tegelijk straatarm in mijzelf en schatrijk in Hem. Straks is dit tijdelijk instrument niet meer nodig. Geloven wordt immers aanschouwen!

Enkele vragen voor persoonlijke of gemeenschappelijke bezinning

1. Geloven is onder andere: de lege hand ophouden bij de Heere. Hoe zou het komen dat wij daar vaak zo’n moeite mee hebben? 2. Kun je zeker weten of je een oprecht geloof hebt? Zo ja, hoe weet je dat dan? Zo nee, waarom dan niet? 3. Veel mensen zeggen: ‘Geloven is doen’. Bent u het daarmee eens?

Voor de kinderen:

weet jij wat geloven is? Kun je dat leren?