Liturgie/Liedblad 08/03 16.45 Oude Kerk

Download Report

Transcript Liturgie/Liedblad 08/03 16.45 Oude Kerk

Welkom in deze dienst
Voorganger is ds. M.P.D. Barth
Schriftlezing:
Hebreeën 2:5-18
HC Zondag 14
Schoolpsalm 138 vers 3
Psalm 139 vers 7 en8
Lied 165 vers 1 t/m 3 (Op Toonhoogte)
Gezang 177 vers 1, 2, 3, 5 en 6 (Liedboek)
Psalm 51 vers 3 en 4
Psalm 113 vers 1 en 4
Zondag 8 maart 16.45 uur
Oude Kerk
Welk een Vriend is onze Jezus,
die in onze plaats wil staan!
Welk een voorrecht dat ik door Hem,
altijd vrij tot God mag gaan.
Dikwijls derven wij veel vrede,
dikwijls drukt ons zonde neer.
Juist omdat wij 't al niet brengen
in 't gebed tot onze Heer.
Lied 165 vers 1
Op Toonhoogte
Leidt de weg soms door verzoeking,
dat ons hart in 't strijduur beeft.
Gaan wij dan met al ons strijden,
tot Hem, die verlossing geeft?
Kan een vriend ooit trouwer wezen,
dan Hij, die ons lijden draagt?
Jezus biedt ons aan genezing;
Hij alleen is 't die ons schraagt.
Lied 165 vers 2
Op Toonhoogte
Zijn wij zwak, belast, beladen
en terneer gedrukt door zorg?
Dierb're Heiland, onze Toevlucht,
Gij zijt onze Hulp en Borg.
Als soms vrienden ons verlaten,
gaan wij biddend tot de Heer;
in zijn armen zijn wij veilig,
Hij verlaat ons nimmermeer.
Lied 165 vers 3
Op Toonhoogte
Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten,
in deze zee verzinken mijn gedachten:
o liefde die, om zondaars te bevrijden,
zo zwaar moest lijden.
Gezang 177 vers 1
Liedboek voor de Kerken
'k Zie U, God zelf, in eeuwigheid geprezen,
tot in de dood als mens gehoorzaam wezen,
in onze plaats gemarteld en geslagen,
de zonde dragen.
Gezang 177 vers 2
Liedboek voor de Kerken
O allerheiligst, onuitspreeklijk wonder:
de Rechter zelf gaat aan het recht ten onder.
O wreed geding; wie kan geheel
doorgronden
de vloek der zonden.
Gezang 177 vers 3
Liedboek voor de Kerken
Dit breekt mijn trots. Waar zou ik nog op
bogen?
Ik lig in 't stof, maar God komt mij verhogen,
nu ik van vijand Gods en tegenstander
in vriend verander.
Gezang 177 vers 5
Liedboek voor de Kerken
Daar Ge U voor mij hebt in de dood
gegeven,
hoe zou ik naar mijn eigen wil nog leven?
Zou ik aan U voor zulk een bitter lijden
mijn hart niet wijden?
Gezang 177 vers 6
Liedboek voor de Kerken