Transcript Liturgie/Liedblad 08/03 16.45 Goede Herderkerk

Welkom in deze dienst
Voorganger is ds. W.J. Gorissen
(Voorthuizen)
Schriftlezing:
Lukas 22 vers 54 t/m 62
Psalm 138 vers 3 (Schoolpsalm)
Psalm 92 vers 1 en 2
Gezang 50 vers 3 en 4 (Bundel 1938)
Psalm 22 vers 1 en 6
Gezang 34 vers 1, 5 en 9 (Bundel 1938)
Psalm 103 vers 2 en 7
Zondag 8 maart 16:45 uur
Goede Herderkerk
Dan zingen zij, in God verblijd,
Aan Hem gewijd,
Van 's HEEREN wegen;
Want groot is 's HEEREN heerlijkheid,
Zijn Majesteit
Ten top gestegen.
Psalm 138 vers 3
Schoolpsalm
Hij slaat toch, schoon oneindig hoog,
Op hen het oog,
Die need’rig knie-len;
Maar ziet van ver met gramschap aan
Den ijd’len waan
Der trotse zielen.
Psalm 138 vers 3
Schoolpsalm
Laat ons den rustdag wijden
Met psalmen tot Gods eer.
't Is goed, o Opperheer,
Dat w' ons in U verblijden.
't Zij d' ochtendstond vol zoetheid,
Ons stelt Uw gunst in ’t licht,
't Zij ons de nacht bericht,
Van Uwe trouw en goedheid.
Psalm 92 vers 1
't Voegt ons met blijde klanken,
Door 't voorbedachte lied,
Hem, die het al gebiedt,
Op harp en luit te danken,
Gij hebt door Uw vermogen,
O HEER', mijn hart verheugd;
Ik zal, verrukt van vreugd,
Uw grote daân verhogen.
Psalm 92 vers 2
Jezus, uw verzoenend sterven
blijft het rustpunt van ons hart.
Als wij alles, alles derven,
blijft uw liefd' ons bij in smart.
Och, wanneer mijn oog eens breekt,
't angstig doodszweet van mij leekt,
dat uw bloed mijn hoop dan wekke
en mijn schuld voor God bedekke.
Gezang 50 vers 3
Hervormde Bundel 1938
Vader, vol van mededogen,
zie ons arme zondaars aan,
sla op ons uw vriend'lijk' ogen:
Jezus heeft voor ons voldaan.
Ja, Hij heeft voor ons voldaan,
God neemt ons als zondaars aan.
't Zelfde recht, dat Hem deed sterven,
doet ons 't eeuwig leven erven.
Gezang 50 vers 4
Hervormde Bundel 1938
Mijn God, mijn God, waarom verlaat Gij mij,
En redt mij niet, terwijl ik zwoeg en strij',
En brullend klaag in d' angsten die ik lij'?
Dus fel geslagen?
't Zij ik, mijn God, bij dag moog' bitter
klagen.
Gij antwoordt niet; 't zij ik des nachts moog'
kermen.
Ik heb geen rust, ook vind ik geen
ontfermen,
In mijn verdriet.
Psalm 22 vers 1
Wees dan mijn hulp; houd U niet ver van mij;
Mij prangt de nood, benauwdheid is nabij;
'k Heb buiten U, daar ik zo bitter lij',
Geen hulp te wachten.
Een stierenheir uit Bazan, sterk van
krachten,
En fel verwoed, omringt m' aan alle zijden.
Mijn God, hoe zwaar, hoe smart’lijk valt dit
lijden
Voor mijn gemoed!
Psalm 22 vers 6
Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten,
in deze zee verzinken mijn gedachten:
o Liefde, die, om zondaars te bevrijden,
zo zwaar woudt lijden!
Mijn Heiland, laat uw Geest mij telkens leren,
hoe 'k in geloof uw kruisdood moet vereren,
om in mijn hart de liefdevlam t' ontsteken
en aan te kweken.
Gezang 34 vers 1 en 5
Hervormde Bundel 1938
Och, als ik, Heer, om mijne zonde beve,
dat dan uw kruis mij weder ruste geve:
dat kruis zij dan mijn vreed' en vreugde
tevens,
o God mijns levens!
Gezang 34 vers 9
Hervormde Bundel 1938
Loof Hem, Die u al wat gij hebt misdreven,
Hoeveel het zij, genadig wil vergeven,
Uw krankheên kent en liefderijk geneest;
Die van 't verderf uw leven wil verschonen,
Met goedheid en barmhartigheên u kronen;
Die in den nood uw Redder is geweest.
Psalm 103 vers 2
Geen vader sloeg met groter mededogen
Op teder kroost ooit zijn ontfermend' ogen,
Dan Isrels HEER' op ieder, die Hem vreest.
Hij weet wat van Zijn maaksel zij te wachten,
Hoe zwak van moed, hoe klein wij zijn van
krachten,
En dat wij stof van jongs af zijn geweest.
Psalm 103 vers 7
Wij wensen elkaar
een gezegende
zondag