MILIEUHEFFINGEN : Invoering en milieu-effectiviteit

Download Report

Transcript MILIEUHEFFINGEN : Invoering en milieu-effectiviteit

SAMENVATTING
REEKS MILIEUVRAAGSTUKKEN NR. 1
MILIEUHEFFINGEN
Invoering en
milieu-effectiviteit
Europees Milieuagentschap
REEKS MILIEUVRAAGSTUKKEN NR. 1
/sak1'**
^
MILIEUHEFFINGEN
Invoering en
milieu-effectiviteit
Cover design en lay-out:
Folkmann Design & Promotion
Nog veel meer gegevens over de Europese Unie vindt υ op Internet via de
Europaserver (http://europa.eu.int)
Bibliografische data bevinden zich aan het einde van deze publikatie
Luxemburg: Bureau voor officiële publikaties der Europese Gemeenschappen, 1997
ISBN 92-9167-014-6
©EEA, Kopenhagen, 1996
Overneming met bronvermelding toegestaan, behalve voor commerciële doeleinden
Printed in Belgium
Gedrukt op chloorvrij gebleekt papier
Europees Milieuagentschap
Kongens Nytorv 6
DK-1050 Kopenhagen Κ
Denemarken
Tel: (+45) 33 36 71 00
Fax: (+45) 33 36 71 99
E-mail: [email protected]
Homepage: http://www.eea.dk
VOORWOORD
3
VOORWOORD
D
e werkzaamheden van het EMA met betrekking tot de evaluatie en beoordeling van
milieubeleidsinstrumenten zijn vanaf begin 1996
versneld uitgevoerd, nadat de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbescherming van het Europees Parlement het EMA
vroeg om met spoed twee overzichtsrapporten
over respectievelijk „groene belastingen" en
„milieuconvenanten" op te stellen.
De taak van het EMA omvat het „verschaffen van
tijdige en doelgerichte informatie". Dit rapport
over milieuheffingen is gericht op beleidsmakers
en het publiek en valt samen met de huidige werkzaamheden van de Commissie betreffende de
„Mededeling inzake in de Lid-Staten toegepaste
milieuheffingen". Het rapport over „convenanten"
zal in 1997 worden gepubliceerd.
Beide zijn voorbeelden van rapporten van het
Milieuagentschap waarin de actuele stand van
zaken en de vooruitzichten beschreven worden,
ten einde de beleidsdiscussies met de best
beschikbare informatie te ondersteunen. Het is
ook de bedoeling dat deze rapporten gemakkelijk
toegankelijk zijn, zodat een bredere betrokkenheid van Europese burgers bij beleidsontwikkeling en -uitvoering gestimuleerd wordt, met als
gevolg een verrijking van het door de parlementsleden verlangde overleg vooraf.
Er is reeds veel geschreven over groene belastingen, met name door de OESO, de Noordse Raad
en de Europese Commissie, het EMA dient altijd
waarde aan bestaand werk toe te voegen. Dit
korte rapport houdt zich derhalve bezig met de
milieu-effectiviteit van groene belastingen en met
politieke obstakels en oplossingen voor de invoering ervan. Het wil ook de belang van andere dan
energieheffingen benadrukken en toegankelijk
zijn voor niel-deskundigen.
Een van de grootste voordelen van milieuheffingen is dat ze verkeerde prijssignalen op de markt
corrigeren door de kosten van verontreiniging en
andere milieukosten in de prijzen op te nemen; zo
krijgt men „juiste prijzen" en wordt het beginsel
„de vervuiler betaalt" toegepast. Dit voordeel van
groene belastingen werd door de Raad erkend in
de conclusies van de Milieuraad van 12 december
1991 die een communautair gemeenschappelijk
platform tot de UNCED 1992 richtte:
„Om tot de noodzakelijke herbestemming van
economische middelen te komen teneinde duurzame ontwikkeling te bewerkstelligen, moeten
alle sociale en milieukosten met economische
activiteiten verrekend worden, zodat internalisering van externe milieukosten plaatsvindt. Dit
betekent dat milieukosten en overige kosten die
samenhangen met de duurzame exploitatie van
natuurlijke hulpbronnen en die door het leverende land gedragen worden, in economische
activiteiten tot uitdrukking moeten komen.
Hiertoe kunnen onder andere economische en
fiscale instrumenten gebruikt worden."
Sindsdien is men steeds meer gebruik gaan
maken van milieuheffingen, maar er zijn talrijke
mogelijkheden om deze op nog veel ruimere
schaal toe te passen. Wij hopen dat dit rapport
aanzet tot meer beleidsontwikkeling en -evaluatie
op dit gebied. Als men de voor een duurzame ontwikkeling noodzakelijke structurele veranderingen wil bewerkstelligen, moeten er meeromvattende belastinghervormingen plaatsvinden om
positieve elementen als werkgelegenheid te stimuleren en negatieve elementen als verontreiniging en achteruitgang van het milieu te ontmoedigen.
Om vorderingen te maken met de invoering van
milieuheffingen, moeten er in EU-verband echter
veranderingen plaatsvinden die leiden tot een grotere harmonisatie en verenigbaarheid van fiscale
maatregelen, de interne markt en prioritaire sectoren als energie, vervoer en landbouw. Het moet
ook eenvoudiger worden om voor fiscale maatregelen de steun van een politieke meerderheid te
krijgen en misschien kan het huidige IGC-proces
hiertoe de mogelijkheid bieden.
4
VOORWOORD
Het Milieuagentschap heeft dit rapport vervaardigd op basis van oorspronkelijke ontwerpen van
Paul Ekins (Forum voor de Toekomst, Verenigd
Koninkrijk), Mikael Skou Andersen (Universiteit
Aarhus, Denemarken) en Hans Vos (DHV Milieu
en Infrastructuur, Nederland). Het project werd
gecoördineerd door Teresa Ribeiro (projectleider). Belangrijke toevoegingen en de redactie
werden verzorgd door David Gee en Kai
Schlegelmilch met ondersteuning van Keimpe
Wieringa.
Het rapport werd geëvalueerd door een adviesgroep bestaande uit twee leden van het Wetenschappelijk Comité van het EMA, Frank Convory
Universiteit Dublin) en Knut Alfsen (Bureau voor
de Statistiek,- Noorwegen), en Jos Delbeke
(Europese Commissie - DG XI), Jean-Philippe
Barde (OESO) en vertegenwoordigers van het
Secretariaat van de Commissie milieubeheer,
volksgezondheid en consumentenbescherming
van het Europees Parlement. Aanvullend technisch overleg werd gevoerd met de EIONETgroep van nationale knooppunten van het EMA en
met Klaus Thostrup (DG XXI).
Ik wil graag het EMA-projectteam en de overige
medewerkers bedanken voor hun inzet waardoor
dit rapport in zo'n korte tijd opgesteld kon worden.
Domingo Jiménez-Beltrán
Directeur
SAMENVATTING
5
SAMENVATTING
Belangrijkste conclusies
Hoewel in het Vijfde milieuactieprogramma
van de EU van 1992 werd aanbevolen meer
gebruik te maken van economische instrumen­
ten als milieuheffingen, is er sindsdien wat dit
betreft in EU­verband weinig vooruitgang
geboekt. In de afzonderlijke Lid­Staten is men
de afgelopen tien iaar echter steeds meer gebruik
saan maken van milieuhefñnsen. een proces
dat de laatste 5­6 jaar versneld is. Dit is
vooral merkbaar in Scandinavië, maar ook in
België, Frankrijk, Duitsland, Nederland,
Oostenrijk en het Verenigd Koninkrijk.
In dit rapport worden evaluatie­onderzoeken
betreffende 16 milieuheffingen besproken. Bin­
nen de beperkingen van de onderzoeken, blijkt
dat deze heffingen duidelijke ùositieve milieu­
effecten hebben gehad (ze hebben hun milieu­
doelstellingen bereikt) en het lijkt erop dat die
doelstellingen tegen redelijke kosten verwezen­
lijkt zijn. Voorbeelden van bijzonder succesvolle
heffingen zijn de heffingen op zwaveldioxide
en stikstofdioxide in Z weden, op giftig afval
in Duitsland, op waterverontreiniging in
Nederland en de differentiële heffingen op
gelode brandstof en „schonere" diesel in
Zweden.
De meeste obstakels voor de invoering, met
name van energieheffingen, zoals de mogelijke
negatieve effecten op het concurrentievermogen,
op de werkgelegenheid (vooral op specifieke sec­
toren of regio's) en op lage­inkomensgroepen,
kunnen weggenomen worden door:
recentelijk in Scandinavië is aangetoond. Het
algehele concurrentievermogen van landen kan
verbeterd worden door goed doordachte heffin­
gen die kunnen aansporen tot innovatie en
structurele verandering, hoewel dat laatste spe­
culatief blijft.
De milieuzorg richt zich niet langer vooral op
emissies van en problemen rond puntbronnen,
zoals industriële emissies van pijpleidingen en
schoorstenen, maar ook op meer verspreide en
mobiele bronnen van verontreiniging zoals vast
afval, of emissies van de landbouw en het ver­
voerswezen. Hierdoor kan er meer gebruik
eemaakt worden van heffingen en van andere
op de markt gebaseerde instrumenten, zowel in
de afzonderlijke Lid­Staten als in EU­verband.
Als milieuheffingen goed opgezet zijn en zoda­
nig ingevoerd worden dat bovengenoemde voor­
delen uitgebuit worden, kunnen op vier
vrioritaire gebieden van overheidsbeleid verbe­
teringen aansebracht worden:
het milieu;
innovatie en concurrentievermogen;
werkgelegenheid en
het belastingstelsel.
Dit zijn de belangrijkste conclusies van een rap­
port
over milieuheffingen dat op verzoek van het
■ zorgvuldige opzet van de heffing;
Europees Parlement door het Europees Milieu­
■ gebruik van milieuheffingen en de inkom­ agentschap (EMA) is opgesteld. Het rapport geeft
sten daarvan als onderdeel van beleidspak­ een overzicht van de belangrijkste diskussie­
ketten en groene belastinghervormingen;
punten op het gebied van milieuheffingen, waar­
bij
de nadruk vooral ligt op de milieu­effectiviteit
■ geleidelijke invoering;
van deze heffingen en op de politieke obstakels
■ uitgebreid overleg, en voorlichting.
voor de invoering ervan. Het geeft alleen voor­
beelden van milieuheffingen ter illustratie;
Mogelijke negatieve effecten kunnen door boven­ complete evaluaties zijn verkrijgbaar bij de OESO
(1995).
staande maatregelen verzacht worden, zoals
6
SAMENVATTING
Hoofdpunten
Waarom milieuh effingen?
2
regulerende heffingen ­ bedoeld om het gedrag
van producenten en/of consumenten te veran­
deren; en
3
inkomsten­genererende milieuheffingen ­ voorna­
melijk bedoeld om de overheidsinkomsten te
vergroten.
De belangrijkste redenen om gebrui te maken van
milieuheffingen luiden als volgt:
het zijn bijzonder doeltreffende instrumenten
voor de internalisering van externe kosten, d.w.z.
dat de kosten van milieugebruik en ­schade (en
het herstel daarvan) direct opgenomen worden
in de prijzen van de goederen, diensten of activi­
teiten die deze kosten en schade veroorzaken;
ook dragen zij bij aan de uitvoering van het
beginsel „de vervuiler betaalt" en aan de inte­
gratie van economisch en milieubeleid;
ze kunnen zowel consumenten als producenten
stimuleren om hun gedrag te veranderen en hulp­
bronnen „milieu­efficiënter" te gebruiken, inno­
vatie en structurele veranderingen te bevorderen
en te zorgen voor een betere naleving van de
regelgeving;
ze kunnen leiden tot meer inkomsten die gebruikt
kunnen worden om de milieu­uitgaven te ver­
groten, en/of om belastingen op arbeid, kapitaal
en spaargeld te verlagen;
ze kunnen bijzonder doeltreffende beleidsinstru­
menten vormen voor de aanpak van actuele
milieuprioriteiten betreffende zulke uiteenlopen­
de bronnen van verontreiniging als verkeers­
emissies (waaronder de lucht­ en zeevaart), afval
(bijvoorbeeld verpakking, batterijen) en chemi­
caliën in de landbouw (bijvoorbeeld pesticiden
en kunstmest).
In de praktijk komen combinaties van deze drie func­
ties vaak voor. De milieuheffingen hebben zich in het
algemeen ontwikkeld van bestemmingsheffingen in
de jaren zestig en zeventig tot een combinatie van sti­
mulerende en inkomsten­genererende milieuheffin­
gen in dejaren tachtig en negentig; meer recentelijk
worden deze heffingen geïntegreerd in „vergroening
van het belastingstelsel" waarbij sommige belastin­
gen op positieve elementen als arbeid vervangen
worden door belastingen op negatieve elementen als
verontreiniging.
Wie maakt gebruik van
milieuheffingen?
De huidige tendensen met betrekking tot milieu­
heffingen (hier onderverdeeld in energieheffingen
en overige milieuheffingen) kunnen als volgt worden
samengevat:
■
milieuheffingen, (anders dan energieheffingen
volgens de DG XXI­classificatie van de Europese
Commissie), vormden in 1993 slechts 1,5% van
alle EU­belastingen; in slechts enkele landen ligt
het percentage milieuheffingen hoger (Neder­
land 5,1%, Denemarken 4%) ; heffingen die geclas­
sificeerd zijn als energieheffingen vormden echter
een hoger percentage van de belastingen (in de
EU gemiddeld 5,2%), ongeveer 10% in Portugal
en Griekenland en 6 à 7% in Italië en het VK);
■
sinds 1980 laten algemene belastingtendens
en een groei van belastingen op arbeid en een
afname van de belastingen op kapitaal zien,
terwijl het aandeel van energie­ en milieuheffingen
relatief stabiel bleef, met een lichte toename van
de energieheffingen;
■
hoewel er slechts weinig vorderingen zijn
gemaakt met de invoering van milieuheffingen in
EU­verband, is er in de afzonderlijke Lid­Staten
aanzienlijke vooruitgang geboekt, met name in
Noordeuropese landen;
Soorten milieuh effingen
Om de effectiviteit van milieuheffingen eenvoudiger
te kunnen meten, zijn deze onderverdeeld in drie
hoofdsoorten, al naar gelang de belangrijkste
beleidsdoelstellingen ervan:
bestemmingsheffingen ­bijvoorbeeld bedoeld om
de kosten van milieudienstverlening en van
maatregelen ter beperking van de verontreini­
ging te dekken, zoals waterzuivering (kosten­
dekkende heffingen); deze kunnen ook gebruikt
worden voor verwante milieu­uitgaven (geoor­
merkte heffingen);
SAMENVATTING 7
■
verscheidene landen integreren op dit moment
milieuheffingen in een „vergroening van het belas­
tingstelsel", waarbij de inkomsten uit de nieuwe
belastingen gebruikt worden om andere belas­
tingen, zoals de belasting op arbeid, te verlagen.
Hebben milieuheffingen effect?
In tabel 1 wordt een overzicht gegeven van de resul­
taten van de beoordeling en van de kwalitatieve waar­
dering van het kleine aantal beschikbare evaluatie­
onderzoeken betreffende
milieuheffingen.
De
voornaamste conclusies zijn:
■
de beoordeelde heffingen hadden een positieve
uitwerking op het milieu en bleken in de meeste
gevallen kosteneffectief te zijn, binnen de beper­
kingen van het onderzoek;
■
voorbeelden van bijzonder doeltreffende heffin­
gen zijn de heffingen op luchtverontreiniging in
Zweden, op waterverontreiniging in Nederland
en de NO ­heffing en differentiële heffingenstel­
sels voor voertuigbrandstoffen in Zweden;
■
■
■
■
regulerende heffingen hebben in het algemeen
aanzienlijke positieve milieu­effecten mits de
heffing voldoende hoog is om maatregelen ter
beperking van de verontreiniging te bevorderen;
er wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan
de milieu­effectiviteit van de bestemmingsheffin­
gen door inkomsten daaruit voor verwante
milieu­uitgaven te gebruiken;
de effecten van milieuheffingen kunnen al bin­
nen relatief korte tijd (2­4 jaar) zichtbaar worden
en deze heffingen steken derhalve gunstig af bij
andere milieubeleidsmiddelen, hoewel het soms
10­15 jaar kan duren voordat energieheffingen
(en sommige regelgeving) een aanzienlijk sti­
mulerend effect sorteren;
het is niet eenvoudig een heffing en de milieu­
effecten ervan te beoordelen; heffingen maken
vaak deel uit van een beleidspakket dat moeilijk in
onderdelen uitgesplitst kan worden: het is dan ook
niet altijd mogelijk de doeltreffendheid van de
heffing op zich duidelijk vast te stellen.
Verder kunnen heffingen vele milieu­effecten en bij­
komstige voordelen met zich meebrengen waardoor
het beleid op vier prioritaire gebieden verbeterd kan
worden, namelijk het milieu, innovatie en concur­
rentievermogen, werkgelegenheid en het belasting­
stelsel.
Politieke obstakels
Er bestaan een aantal belangrijke politieke obstakels
voor de invoering van milieuheffingen, met name
energieheffingen:
■
de verwachte effecten op het concurrentievermo­
gen, en vaak op de werkgelegenheid, vooral in
bepaalde sectoren/regio's;
■
de verwachte effecten op lage­inkomensgroepen
(d.w.z. de armen betalen naar verhouding meer
dan de rijken) ;
■
verwachte tegenstrijdigheden tussen nationale
heffingen en regelgeving van de EU of betreffende
de wereldhandel;
■
het unanimiteitsbeginsel van de EU wanneer over
fiscale maatregelen gestemd wordt:
de heffingen zijn alleen effectief als ze hoog zijn;
■
■
het verwachte conflict tussen gedragsverande­
ring (d.w.z. minder belastingen) en behoud van
inkomsten;
■
bestaande subsidies en regelgeving, enz. met een
negatieve uitwerking op het milieu; en
■
andere beleidsvormen en culturen die de invoe­
ring van milieuheffingen bemoeilijken of onmo­
gelijk maken.
Uit het rapport blijkt dat de meeste obstakels voor de
invoering van heffingen kunnen worden weggenomen
door:
■
de afschaffing van milieu­perverse subsidies en
regelgeving;
■
een zorgvuldige opzet van de heffingen en van
verzachtende maatregelen;
■
het gebruik van milieuheffingen en de inkom­
sten daarvan als onderdeel van beleidspakketten
en groene belastinghervormingen;
■
geleidelijke invoering;
■
uitgebreid overleg; en
■
voorlichting.
Tabel 1: Samenvatting van een beoordeling (1) van geselecteerde milieuheffingen
Instrument
Milieueffect Regulerend Opmerkingen over de algehele effec
effect
vererende milieuheffingen
Het gemiddelde zwavelgehalte daalde in 2 jaar sterk (40%) niet als gevolg
Zwavelheffing (S)
dat de uitstoot van zwavel aanzienlijk verminderd werd. Hoewel het hier
ging om een inkomsten-genererende milieuheffing, had deze een sterk
regulerend effect, waarschijnlijk dankzij het hoge heffingspercentage.
C02-he£fing (S)
?/+
C02-heffing (N)
++
Heffing op binnenlandse vluchten (S)
+
Afvalstoffenheffing (DK)
++
Wat betreft de stadsverwarming vond in 2 jaar een verschuiving plaats
van fossiele brandstoffen naar biobrandstoffen; een groter concurrentievermogen van warmtekrachtproduktie.
Deelanalyses laten een aantal effecten zien, zoals een vermindering van de
totale CO,-uitstoot met 3-4% in 2-3 jaar, en deze tendens wordt steeds sterker.
Eén luchtvaartmaatschappij heeft de verbrandingskamers versneld vervangen; in de afgelopen 1-3 jaar is er enig effect geconstateerd op de uitstoot in het algemeen.
Beoordeling is nog aan de gang: een enorme toename van hergebruikt
sloopafval met 12-82% in 6-8 jaar; afname van de afvalproduktie; door de
heffing worden de kosten van afvallozing bijna verdubbeld.
lerende heffingen
Differentiële heffing +++
op ongelode benzine
(S)
De differentiële heffing leverde een aanzienlijke bijdrage aan de geleidelijke uitbanning van lood in 5-7 jaar; deze heffing dekte blijkbaar de aanvullende kosten van de produktie van ongelode benzine: er ging een sterk
stimulerend effect van uit.
De differentiële heffing leidde in 3-4 jaar tot een enorme toename van het
marktaandeel van „schonere" brandstof die voldeed aan strengere milieueisen. Verlagingen van de heffingen op dergelijke brandstoffen hebben een
sterk stimulerend effect omdat de produktiekoslen daardoor teruggebracht
worden tot een niveau dat lager is dan dat van standaardbrandstoffen
Beperking van de afvalproduktie met ten minste 15% in 2-3 jaar, met als
gevolg dat de geplande verbrandingscapaciteit werd teruggebracht.
De opzet en de hoogte van de heffing zorgden voor een stimulerend effect
op maatregelen voor toezicht op en beperking van de verontreiniging in aan
de heffing onderhevige installaties en hielpen de NOx-uitstoot in 2 jaar met
35% te verminderen; het vergunningenbeleid werd met succes versterkt.
Differentiële heffing +++
op „schonere" diesel
(S)
Heffing op
giftig afval (D)
NO-heffing (S)
Heffing op kunstmest (S)
Heffing op waterverontreiniging (F)
+0
Heffing op waterverontreiniging (D)
Bestemmingsheffingen (gebruikersheffinge
Heffing op waterverontreiniging (NL) +++
+
Heffing op huishoudelijk afval (NL)
+
?/+
Binnen het kader van hel landbouwhervormingsbeleid was dit een van de
factoren die bijdroegen aan een verminderd gebruik van kunstmest in 5-10 jaar.
Het is mogelijk dat belastingvermindering en sectorovereenkomsten enige
positieve milieu-effecten hebben gehad in 10-12 jaar; de heffingsinkomsten zijn bescheiden.
Positief effect op de aanvraag en afgifte van vergunningen voor minder verontreinigende activiteiten. Vroegtijdige aankondiging droeg ertoe bij dat
de bouw van afvalwaterzuiveringsinstallaties werd versneld.
Dankzij de heffing kwamen er gelden vrij voor een snelle toename van de
zuiveringscapaciteit; hoewel de heffingshoogte gering was, konden de inkomsten daarvan gebruikt worden om de zuiveringscapaciteit uit te breiden; mede
hierdoor kon de waterkwaliteit in 10-15 jaar aanzienlijk verbeterd worden.
Een eerlijker verdeling van de kosten voor de verwerking van huishoudelijk afval; de hoeveelheid afval is verminderd (10-20% minder afval per hoofd van
de bevolking), hetgeen aan variabele heffingspercenlages te danken kan zijn.
Bestemmingsheffingen (produktheffingen)
0
Dankzij de heffing is het recyclen van Pb-batterïjen haalbaar geworden;
het inzamelingspercentage bedroeg in 1993 959¿ (60% in 1989); voor andere batterijen is het effect nog steeds onduidelijk.
Heffing op vliegtuig- +
lawaai (NL)
0
Bevredigend wat betreft inkomsten; maakte geluidsisolatiemaatregelen
rond de luchthaven kostendekkend.
Verklaring tekens:
+/++/+++
» klein/matig/groot effect
= geen of verwaarloosbaar effect
= onbekend effect
Heffingen op
batterijen (S)
++
0
?
1) De beoordeling van het regulerend effect vindl plaats op grond van bewijzen dat de betalers van de heffingen al dan niet aangemoedigd worden de verontreiniging te beperken; deze aanmoediging vindt vooral plaats wanneer er aanzienlijke verschillen bestaan lussen
de hoogte van de heffing en de kosten van maatregelen 1er beperking van de verontreiniging. De milieu-effectiviteit is gebaseerd op bewijzen dat een positieve uitwerking op het milieu al dan niet aan de heffing te danken is. Len vraagteken betekent gebrek aan bewijs.
SAMENVATTING
De kwesties van de verenigbaarheid met EU­regel­
geving en het unanimiteitsbeginsel van de EU moe­
ten aangepakt worden.
Het algehele concurrentievermogen van landen kan
verbeterd worden door goed doordachte heffingen
die kunnen aansporen tot innovatie en structurele
verandering.
Aanbevelingen
1 Meer gebruik m a k e n van milieuheffingen
Sinds de Top van Rio de Janeiro in 1992 wordt in
brede kring erkend dat produktie­ en consumptie­
patronen gewijzigd moeten worden. Toch werd in
het eind 1995 door het EMA gepubliceerde rapport
betreffende de evaluatie van het Vijfde milieuactie­
programma (5l' MAP) „Milieu in de Europese Unie
1995" geconcludeerd dat drie jaar na de publikatie
van het 5C MAP „... de meeste produktie­ en con­
sumptietendensen ongewijzigd zijn gebleven...".
Naast andere beleidsinstrumenten kunnen ook
milieuheffingen helpen dergelijke structurele veran­
deringen te bewerkstelligen door prijssignalen en
marktverstoringen te corrigeren. Er moet derhalve
op grotere schaal gebruik van gemaakt worden.
Het gebruik van milieuheffingen kan met name op
de volgende drie manieren vergroot worden:
■
uitbreiding ervan naar meer Europese landen;
■
versterking van de harmonisatie en verenigbaar­
heid ervan in EU­verband;
■
ontwikkeling van nieuwe belastinggrondslagen.
die steeds meer gebaseerd zijn op grondstoffen
en emissies en die uitgebreid worden tot nieuwe
of ruimere belastinggrondslagen als waterge­
bruik, delfstoffen, gevaarlijke chemicaliën, ver­
voer (lucht­ en zeevaart), grondgebruik en toe­
risme. Materiële hulpbronnen als energie en
delfstoffen die in het economische verkeer
gebruikt worden en de opbrengsten uit grond­
gebruik kunnen belangrijke belastinginkomsten
opleveren voor groene belastinghervormingen.
2 Zorgvuldige o p z e t e n invoering
De gunstige effecten van milieuheffingen en de
mogelijkheden er steeds meer gebruik van te
maken, zijn aanzienlijk, maar een zorgvuldige opzet
9
en invoering ervan zijn nodig om deze positieve pun­
ten in de praktijk te realiseren. Zonder de pretentie
te hebben volledig te zijn, wordt in onderstaande
tabel een overzicht gegeven van punten die van
belang zijn voor een geslaagde uitvoering van milieu­
heffingen.
3 Meer en betere beoordeling
De theoretische beoordeling van het stelsel van
milieuheffingen is goed ontwikkeld, maar adequate
beoordelingen van praktische ervaringen met der­
gelijke heffingen zijn in vergelijking nog steeds zeld­
zaam. Dientengevolge kunnen de besluitvormings­
processen gehinderd worden doordat er te weinig
informatie over de resultaten van verschillende
beleidsopties beschikbaar is. Verbetering van deze
situatie vergt grotere beoordelingsinspanningen,
een grotere beschikbaarheid van betrouwbare gege­
vens en beoordelingsmechanismen die in het
beleidspakket zijn opgenomen. De noodzaak om de
beoordeling te integreren in de opzet van heffingen,
is erkend door de OESO, die haar goedkeuring heeft
verleend aan methodologische richtsnoeren voor de
beoordeling van economische instrumenten (OESO
1996, worden binnenkort gepubliceerd).
4 M e e r o n d e r z o e k , m e t n a m e betreffende
beleidspakketten en externe kosten
Milieuheffingen werken vaak het best wanneer zij
deel uitmaken van een beleidspakket dat ge­
richt is op de aanpak van één (of meer) milieu­
proble (e) m (en); de wisselwerking tussen verschil­
lende beleidsmiddelen is dan echter complex.
Verdere analyse van en inzicht in deze kwesties kun­
nen een uitermate belangrijke bijdrage leveren aan
toekomstige beleidsvorming. Het zou bijzonder de
moeite waard zijn een kader te ontwikkelen waaruit
de mogelijke toepasbaarheid van verschillende
beleidsinstrumenten aan de hand van een typologie
van milieuproblemen kan worden opgemaakt.
Om ten slotte de opzet van milieuheffingen te ver­
beteren, is onderzoek nodig op gebieden als econo­
mische modellering en de beoordeling van externe
kosten, met name wat de spreiding ervan betreft.
Er is duidelijk meer onderzoek nodig, maar er is
reeds voldoende bekend om een verdere beleids­
ontwikkeling inzake milieuheffingen te rechtvaardi­
gen.
10
SAMENVATTING
Checklist voor de geslaagde invoering van milieuheffingen:
■ Vooronderzoek naar de mogelijke effecten van het heffingen­/beleidspakket, met
name de berekening van de kosten ter beperking van de verontreiniging in iedere
sector, de gevolgen voor de inkomensverdeling; en de kosten en vaten van de verbe­
tering van de milieu­efficiëntie;
■ Vroegtijdige en grotere betrokkenheid van heffing­/belastinginstanties;
■ Uitgebreid overleg met belanghebbenden en het publiek;
■ Vroegtijdige aankondiging van milieuheffingen;
■ Invoering van de heffingen als onder deel van een beleidspakket van aanvullende
maatregelen;
■ Geleidelijke invoering van de heffing;
■ Terugsluizing van inkomsten voor:
­ belastingbetalers, bijvoorbeeld voor milieumaatregelen, via kortingen of investe­
ringsprikkels, verstrekking van informatie en opleiding;
­ verwante sectoren (bijvoorbeeld de inkomsten uit een afvalstoffenheffing gaan gedeel­
telijk naar de sector afvalstoffen);
­ verlaging van andere belastingen, zoals de belastingen op arbeid;
■ Versterking van het regulerend effect door:
­ het reële prijssignaal over lange perioden geleidelijk te vergroten;
­ vrijstellingen geleidelijk te verminderen;
HET COMPLETE RAPPORT IS ALS VOLGT OPGEBOUWD
HET COMPLETE RAPPORT IS
ALS VOLGT OPGEBOUWD:
VOORWOORD
SAMENVATTING
INLEIDING
WAAROM MILIEUHEFFINGEN?
SOORTEN MILIEUHEFFINGEN
WIE MAAKT GEBRUIK VAN MILIEUHEFFINGEN?
HEBBEN MILIEUHEFFINGEN EFFECT?
INVOERING: OBSTAKELS EN OPLOSSINGEN
AANBEVELINGEN VOOR TOEKOMSTIGE ACTIE EN ONDERZOEK
BIJLAGE I - ALGEMENE TENDENSEN IN HET BELASTINGSTELSEL 1970-1990
BIJLAGE II - OVERZICHT VAN DE BIJZONDERHEDEN VAN GEËVALUEERDE HEFFINGEN
BIJLAGE III - ENKELE MILIEUHEFFINGEN DIE GEEN ENERGIEHEFFINGEN ZUN
11
Europees Milieuagentschap
MILIEUHEFFINGEN
Invoering en milieu-effectiviteit — Samenvatting
Luxemburg: Bureau voor officiële publikaties der
Europese Gemeenschappen
1997 — 11 p. — 1 7 , 6 x 2 5 cm
ISBN 92-9167-014-6
Venta · Salg · Verkauf · Πωλήσεις · Sales · Vente · Vendita · Verkoop · Venda · Myynti · Försäljning
BELGIOUE.-BELGIE
GRAND-DUCHE DE LUXEMBOURG
SCHWEIZ'SUISSE/SVIZZERA
ISRAEL
Moniteur beige/Belgisch Staatsblad
Rue de Louvam 40-42'
Leuvenseweg 40-42
B-1000 Bruxelles/Brussel
Tél. (32-2)552 22 1 1
Fax (32-2)511 01 Θ4
Messageries du livre Sari
5. rue Raiffeisen
L-2411 Luxembourg
Té!. (352)40 10 20
Fax (352)490 661
E-mail: [email protected]
OSEC
Stampfenbachstraße 85
CH-8035 Zürich
Tel. (41-1)365 5315
Fax (41-1)365 54 11
E-mail: urs.leimbacher@>ecs.osec.inet.ch
URL: www.osec.ch
R.O.Y. International
17, Shimon Halarssi Street
PO Box 13056
61130 Tel Aviv
Tel. (972-3)546 14 23
Fax (972-3)546 14 42
Jean De Lannoy
Avenue du Roi 202/
Konmgslaan 202
B-1060 Bruxelles/B russe I
Tél. (32-2) 538 51 69
Fax (32-2)538 08 41
E-mail: jean de.lannoy@infoboard be
Abonnements:
Librairie européenne.'Europese Boekhandel
Hue de la Loi 244/
Wetstraat 244
B-1040 BruxetleS'Brussel
Tél. (32-2)295 26 39
Fax (32-2) 735 08 60
J. H. Schultz Information A/S
Herstedvang 10-12
OK-2620 Albertslund
Tlf (45)43 63 23 00
Fax (45)43 63 19 69
E-mail: [email protected]
URL: www.schullz.dk
DEUTSCHLAND
Bundesanzeiger Verlag
Breite Straße 78-80
Postfach 10 05 34
D-50667 Köln
Tel. (49-221)20 29-0
Fax (49-221)20 29 278
Sub-agent for the Palestinian Authonty:
NIS CR-prodejna
Konviktska 5
CZ-11357 Praha 1
Tel. (42-2) 24 22 94 33
Fax (42-2)24 22 94 33
E-mail: [email protected]
URL: www.nis.cz
Index Information Services
PO Box 19502
Jerusalem
Tel. (972-2)27 16 34
Fax (972-2)27 12 19
NEDERLAND
CYPRUS
SDU Servicecentrum Uitgevers
Christoffel Planlijnstraat 2
Postbus 20014
2500 EA 's-Gravenhage
Tel. (31-70)378 98 80
Fax (31-70)378 97 83
E-mail: [email protected]
URL: www.sdu.nl.
Cyprus Chamber Ol Commerce & Industry
38. Grivas Digenis Ave
Mail orders:
PO Box 1455
CY-1509 Nicosia
Tel. (357-2)44 95 00/46 23 12
Fax (357-2) 361 044
E-mail: cy 1691 ei c_cyprus@ vans.infon et.com
OSTERREICH
MAGVARORSZAG
Manz'sche Verlags- und Unlversttâtsbuchhandlung G mbh
Siebenbrunnengasse 21
Postlach 1
A-1050 Wien
Tel. (43-1) 53 161 334/340
Fax (43-1) 53 161 339
E-mail: [email protected]
URL: www.auslria EU.net:81/manz
G.C. Eleflheroudakis SA
International Bookstore
Panepistimiou 17
GFM05 64 Athens
Tel. (30-1)331 41 8 0 1 2 3
Fax (30-1)323 98 21
E-mail: [email protected]
Mundi Prensa Libros, SA
Castellò. 37
E-28001 Madrid
Tel. (34-1)431 33 99/431 32 22
Fax (34-1)575 39 98
E-mail: [email protected]
URL: www.tsai.es'mprensa
Boletín Oficial del Estado
Trafalgar. 27-29
E-28071 Madrid
Tel. (34-1) 538 22 95 (Libros)/
384 17 15 (Suscripciones)
Fax (34-1)538 23 49 (Libros).
384 17 14 (Suscripciones)
URL: www.boe.es
Mundi Prensa Barcelona
Conseil de Cent, 391
E-08009 Barcelona
Te!. (34-3)488 34 92
Fax (34-3] 487 76 59
Journal officiel
Service des publications des CE
26. rue Desaix
F-75727 Paris Cedex 15
Tél. (33 1)40 5077 01/31
Fax (33-1)40 58 77 00
Government Supplies Agency
Publications Section
4-5 Harcourt Road
Dublin 2
Tel. (353-1) 661 31 1!
Fax (353-1)475 27 60
ITALIA
Licosa SpA
Via Duca di Calabria, 1/1
Casella postale 552
1-50125 Firenze
Tel. (39-55)64 54 15
Fax (39-55) 64 12 57
E-mail: [email protected]
URL: icl382alea.ilVirlual.Ubrary.bibliot.Vetrina;
liCOSâ/ltl .htm
Euro Info Service
Europa Haz
Margilsziget
PO Box 475
H-1396 Budapest 62
Tel. (36-1) 11 16061/11 16 216
Fax (36-1)302 50 35
E-mail: [email protected]
URL: www.euroinfo.hulndex.htm
MALTA
PORTUGAL
GREECE ΕΛΛΑΔΑ
E-rnail: [email protected]
CESKAREPUBLIKA
Messageries Paul Kraus
11. rue Christophe Plantin
L-2339 Luxembourg
Tél. (352)499 88 88
Fax (352)499 888 444
E-mail: [email protected]
URL: www mpk.lu
Imprensa Nacional-Casa da Moeda, EP
Rua Marques de Sá da Bandeira, 16 A
P-1050 Lisboa Codex
Tel. (351-1)353 03 99
Fax (351-1)353 02 94/384 01 32
Distribuidora de Livros Bertrand Ld.'
Rua das Terras dos Vales, 4 A
Apartado 60037
P-2701 Amadora Codex
Tel. (351-1)495 90 50495 87 87
Fax (351-1)496 02 55
Miller Distributors Ltd
Malta International Airporl
PO Box 25
LOA 05 Malta
Tel. (356)66 44 88
Fax (356)67 67 99
POLSKA
Ars Poiona
Krakowskie Przedmiescie 7
Skr. pocztowa 1001
PL-00-950 Warszawa
Tel. (48-2)26 12 01
Fax (48-2) 26 62 40
SUOMI/FINLAND
TÜRKIYE
Akateeminen Kirjakauppa /
Akademiska Bokhandeln
Pohjoisesplanadi 39
Norra esplanaden 39
PL/PB 128
FiN-00101 Helsinki/Helsingfors
Tel. (358-9) 121 41
Fax (358-9) 121 44 35
E-mail: [email protected]
URL: booknet.cultne1.fi'akaindex.htm
BTJ AB
Traktorvagen 11
PO Box 200
S-22100Lund
Tel. (46-46) 18 00 00
Fax (46-46) 18 01 25
E-mail: [email protected] se
URL: www.btj.se.mediaeu
Dünya Infotel A.S.
Istiklâl Cad. No: 469
TR-80050 TuneMstanbul
Tel. (90-212)251 91 96
(90-312)427 02 10
Fax (90-212)251 91 97
BÃLGARIJA
Europress-Euromedia Ltd
59, Bid Vitosha
BG-1000 Sotia
Tel. (359-2)80 46 41
Fax (359-2)80 45 41
HRVAT5KA
RUSSIA
CC EC
60-letiya Oktyabrya Av 9
117312 Moscow
Tel. (095) 135 52 27
Fax (095)135 52 27
AUSTRALIA
Hunter Publications
PO Box 404
3167Abbotsford, Victoria
Tel. (61-3) 941 7 53 61
Fax (61-3)941971 54
CANADA
Uniquement abonnements
Subscriptions only:
Renouf Publishing Co. Ltd
1294 Algoma Road
K1B 3W6 Ottawa. Ontano
Tel. (1-613)741 73 33
Fax (1-613) 741 54 39
E-mail: [email protected]
URL: fox.NSTN.Ca/-renouf
EGYPT
The Middle East Observer
41, Shenl Street
Cairo
Tel. (20­2) 39 39 732
Fax (20-2) 39 39 732
JAPAN
PSI-Japan
Asahi Sanbancho Plaza «206
7-1 Sanbancho, Chiyoda-ku
Tokyo 102
Tel. (81-3) 3234 69 21
Fax (81-3] 3234 69 15
E-mail: [email protected]
URL: www.psi-japan.com
SOUTH AFRICA
Sarto
5th Floor Expon House,
CNR Maude S West Streets
PO Box 782 706
2l46Sandton
Tel. (27-11)883 37 37
Fax (27-11)883 65 69
UNITED STATES OF AMERICA
Mediatrade Ltd
Pavia Halza 1
HR-10000 Zagreb
Tel. ¡385-1)43 03 92
Fax (385-1)44 40 59
Bernan Associates
4611 -F Assembly Drive
MD20706 Lanham
Tel. (301 ) 459 2255 (toil free telephone)
Fax (800) 865 3450 (toll free fax)
E-mail: query@bernan com
URL: www bernan.com
ROMANIA
MEXICO
Euromedia
Sir. G-ral Benhelot Nr 4t
RO-70749 Bucuresti
Tel. (40-1) 210 44 01 614 06 64
Fax (40-1)21044 01/31296 46
Mundi-Prensa Mexico, SA de CV
Rio Panuco, 141
Delegación Cuauhtemoc
ME-06500 México DF
Tel. (52-5)553 56 5860
Fax (52-5)514 67 99
E-mail: 104164,23compuserve,com
UNITED KINGDOM
The Stationery Office Ltd
(Agency Section)
51, Nine Elms Lane
London SW8 5DR
Tel.(44-171)873 9090
Fax (44-171)873 8463
URL: www.lhe-stationery-office.co.uk
SLOVAKIA
Bokabud Larusar Blonda!
Skólavörduslig. 2
IS-101 Reykiavik
Tel. (354) 55 15 650
Fax (354) 55 25 560
Slovenska Technicka Kniznica
Nämestie slobody 19
SLO-81223 Bratislava 1
Tel. (42­7)53 18 364
Fax (42-7) 53 18 364
E-mail: [email protected]
SLOVENIA
NIC Info A S
Ostenjoveien 18
Boks 6512 Elterslad
N-0606Oslo
Tel. (47-22)97 45 00
Fax (47-22)97 45 45
Gospodarski Vestnlk
Zalozniska skupina d.d
Dunajska cesta 5
SI-1000 Ljubljana
Tel. (386) 61 133 03 54
Fax (386)61 133 91 28
E-mail: [email protected]
URL: www.gvestnik.si
REPUBLIQUE DE COREE
Kyowa Book Company
1 F l . Phyung Hwa Bldg
411 -2 Hap Jeong Dong, Mapo Ku
121-220 Seoul
Tél. (82-2) 322 6780 1
Fax (82-2) 322 6782
Email: [email protected].
Bitte wenden Sie sich an ein Büro Ihrer
Wahl Please contact lhe sales office of
your choice Veuillez vous adresser au
bureau de vente de voire choix
Europees
Milieuagentschap
*
• * •
EUR
BUREAU VOOR OFFICIËLE PUBLIKATIES
*
* op •
*
* *
ISBN
TE-TlbT-Gm-b
DER EUROPESE GEMEENSCHAPPEN
L-2985 Luxembourg
789291"670 147
Kongens Nytorv 6
DK-1050 Kopenhagen K
Denemarken
Tel. (+45) 3336 7100
Fax. (+45) 3336 7199