Likkende dikbillen

Download Report

Transcript Likkende dikbillen

Alert op mineralenvoorziening
Likkende
dikbillen
Het weideseizoen start vroeg dit jaar voor vleesveehouder Jan te Riele.
Om zijn zoogkoeien onbezorgd te laten grazen, zorgt hij ervoor dat ze
te allen tijde een mineralenkuip tot hun beschikking hebben.
“Een kostenefficiënte en onmisbare aanvulling.”
G
roepje voor groepje brengt
vleesveehouder Jan te Riele
samen met zijn beide zoons Jan
en Peter de zoogkoeien naar de
wei. Ook de imposante stier die
rustig in het stro ligt te herkauwen, gaat
mee. Bij elke vijftien koeien loopt één stier;
bij de pinken wordt één stier per tien dieren
ingezet. Omdat het vee op verschillende
percelen loopt, gebruiken ze ongeveer acht
verschillende stieren. “Alle dekkingen op
ons bedrijf gaan op de natuurlijke manier”,
vertelt Te Riele. “De koeien kunnen van
november tot juni afkalven.”
Geen krachtvoer
Stal Vredenburg is in 1995 begonnen
met het fokken van Verbeterd Roodbont
Dikbillen. Het is één van de vijf professionele fokbedrijven in Nederland. De
veestapel bestaat momenteel uit 250
dieren. Hoofddoel is het fokken met
Verbeterd Roodbonte Dikbil-koeien. Deze
gaan zodra het weer het toelaat de weide
in waar ze hoofdzakelijk leven van gras.
In totaal beschikt het bedrijf over 80 ha,
waarvan 8 ha eigendom. Het vee graast
Ook het jongvee heeft continu een mineralenkuip ter beschikking.
6
06-08_rumivar.indd 6
PlattelandsPost
10-04-14 14:35
Voeding
hoofdzakelijk in sober, maar structuurrijk natuurland. Krachtvoer krijgen ze
niet. Daarom is het erg belangrijk dat ze
voldoende mineralen en sporenelementen binnenkrijgen. Om daarin te voorzien,
wordt in elk perceel een Blockemelmineralenkuip van 70 kilogram geplaatst.
Een kostenefficiënte en ideale aanvulling, volgens Te Riele. “Koeien weten zelf
wanneer ze mineralen nodig hebben.”
Bertus Lenferink van Rumivar vult aan:
“Bij tekorten hebben ze een natuurlijke
likzucht. Met een mineralenbak voorziet een koe zelf in de behoefte aan
belangrijke mineralen als magnesium,
koper, zink, kobalt, jood en selenium.
Gemiddeld is dat 80 tot 100 gram per
koe per dag, maar dat varieert per dier.”
Te Riele ervaart dat de koeien die in
natuurland grazen minder gebruikmaken van de mineralen dan de koeien die
op bemest land worden ingeschaard.
Volgens hem komt dat omdat kruidenrijk
gras van nature rijk is aan mineralen en
spoorelementen. Ook verandering van
weer is van invloed op de mineralenbehoefte, stelt Lenferink. “In regenachtige
periodes zijn de dieren vaak dunner op
de mest en nemen ze meer mineralen
op. In droge periodes is het gras stengeliger, de mest dikker en neemt de mineralenbehoefte af.”
Geen luxeconsumptie
Een optimale combinatie van mineralen, spoorelementen en vitaminen helpt
de gezondheid en vruchtbaarheid te
verbeteren. “Vooral wanneer de dieren
de beschikking hebben over veel vers
gras met een hoog kaliumgehalte is
er kans op magnesiumtekorten”, zegt
Lenferink. “Wij proberen met de ontwikkeling van onze mineralenproducten
een juiste mix tussen persen en verhardingsmiddel te vinden. Het product
moet weerbestendig zijn, zowel bestand
tegen hitte als regen. De samenstelling
moet zo veel mogelijk tegemoetkomen
aan de behoefte. Daarnaast moet het
product praktisch zijn voor de boer. Onze
Blockemel-likkuipen zijn gemaakt met
zo min mogelijk melasse, zodat geen
luxeconsumptie plaatsvindt.” Melasse
is een populaire toevoeging die vooral
uit suiker bestaat. Koeien vinden dat zo
lekker dat dit gemakkelijk kan leiden tot
luxeconsumptie. “En dat kost kuipen”,
zegt Te Riele.
april 2014 | nummer 4
06-08_rumivar.indd 7
‘Koeien weten
zelf wanneer ze
mineralen nodig
hebben’
Te weinig aandacht
Volgens Te Riele krijgt de mineralenvoorziening regelmatig te weinig aandacht.
“Vaak wordt vleesvee hobbymatig gehouden en ontbreekt de kennis. Bovendien
komt er geen voerleverancier op het erf
met adviezen. Als de koeien dan niet
drachtig willen worden of er ontstaan
gezondheidsproblemen, weten vleesveehouders niet dat een mineralentekort de
oorzaak kan zijn. En een tekort is eenvoudig te voorkomen, bijvoorbeeld met
een mineralenkuip.”
Niet mengen
Te Riele heeft inmiddels twee jaar ervaring met de likbakken van Rumivar. De
kuipen worden op het bedrijf geleverd
door Bosgoed Diervoeders in WilpAchterhoek.
“Voorheen voerden we de koeien met
de mengvoerwagen en mengden we
de dagelijkse dosis mineralen door het
ruwvoer. Maar nu mengen we niet. Een
goede mineralenkuip met alle benodigde
vitaminen, macro- en microelementen
biedt een prima oplossing als je niet
mengt en als de dieren worden geweid.”
Volgens hem zijn de mineralenkuipen,
waarvan hij er gemiddeld 24 per jaar
gebruikt, onmisbaar voor een gezonde
en vruchtbare veestapel. Problemen als
baarmoederontstekingen, abortus, slechte bronst, kalveren met kromme poten of
zwakke kalveren hebben vaak te maken
met een tekort aan sporenelementen
en mineralen, weet hij. “Van de zeventig
koeien die dit seizoen zijn afgekalfd, zijn
slechts twee op de nageboorte blijven
staan”, vertelt Te Riele. “En de kalveren
die worden geboren zijn vaak zo vitaal dat
ze al door de stal lopen als de dierenarts
nog aan het hechten is.” Ook de technische resultaten liegen er niet om: de
gemiddelde tussenkalftijd bedraagt 399,
van klauwgezondheidsproblemen is geen
sprake en op het bedrijf zijn door de
jaren heen al diverse kampioenen gefokt
en geshowd op vleesveekeuringen.
De koeien kalven op een leeftijd van twee
jaar voor het eerst af en worden gemid-
Wat te doen
- Zorgen voor voldoende mineralen
in het dagrantsoen.
- Kiezen voor een mineralenblok of
-kuip met weinig melasse om luxeconsumptie te voorkomen
- Weten wat er in het ruwvoer zit en
welke gehaltes sterk afwijken.
- Alert zijn in situaties met geen/
weinig krachtvoer, bijvoorbeeld bij
vleesvee.
- Letten op diersignalen die wijzen
op mogelijke mineralentekorten,
zoals matige groei of productie,
ruige vacht, matige kleur, likken
aan elkaar of aan muren, urine
drinken en grond vreten.
- Bij twijfel bloedonderzoek laten
doen.
Blockemel-mineralen kunnen ook worden
geleverd in emmers van 25 kg.
PlattelandsPost
7
10-04-14 14:35
“Wij proberen onze koeien zo veel mogelijk in de wintermaanden te laten afkalven, zodat er al vroeg een koppel koeien met kalveren naar buiten kan”, aldus
Jan te Riele.
deld vijf jaar oud. De vaarskalveren worden
aangehouden voor de fokkerij. Naast een
mineralenkuip krijgen de jongste kalveren
een beetje krachtvoer. Daarvoor is in de
wei een krachtvoerbox geplaatst met een
kleine doorgang die alleen de kalveren
kunnen passeren. Van de stierkalveren die
worden geboren, worden er ongeveer tien
aangehouden voor de fokkerij. Koeien die
niet meer geschikt zijn voor de fokkerij, die
drie keer een keizersnede hebben gehad
en de stierkalveren, worden op het bedrijf
afgemest. Zij krijgen mais, kuil en brok om
zo veel mogelijk vlees aan te maken. In de
wintermaanden gaan alle koeien op stal
en krijgt het fokvee hoofdzakelijk kuilgras
van eigen land, aangevuld met een mineralenkuip. “Ik maai meestal dertig hectare
in één keer; 15 hectare natuurland en 15
hectare bemest land. Dat gaat half om half
in de eerste snee kuil. Zo krijgen we eiwitrijk ruwvoer met veel structuur. De rest van
de snedes komt in ronde balen. Daarmee
stuur ik het rantsoen bij.”
Waardevolle investering
In 2005 is op het bedrijf een nieuwe hellingstal gebouwd. “Daarmee zijn we
8
06-08_rumivar.indd 8
‘Melasse kost
kuipen’
per jaar van 50 naar 120 afkalvingen
gegaan”, vertelt Te Riele. Vleesvee blijft
gezonder en krijgt meer levende kalveren
als het voldoende mineralen krijgt, stelt
hij. Vlak voor de geboorte gaat de koe in
de kraamstal. Om de koeien in de gaten
te houden, is hierin een camerasysteem
geïnstalleerd. De beelden zijn vanuit huis
via de computer en zelfs via de mobiele
telefoon te raadplegen. Een waardevolle
investering, vindt Te Riele die hier sinds
januari gebruik van maakt. De kalveren
worden standaard met een keizersnede
geboren. We moeten dus tijdig een dierenarts inschakelen. Met het camerasysteem hoeven we niet meer elke drie
uur naar de stal te lopen, maar kunnen
we vanuit de slaapkamer bekijken of het
geboorteproces al op gang komt. Een
kalfje weegt bij de geboorte gemiddeld
45 kilo, niet zwaarder dan een Holstein-
kalfje, alleen hebben ze bredere schouders, waardoor natuurlijke afkalving te
risicovol is.”
De ondernemer doet mee met het project Natuurlijk Luxe. “We kruisen de
koeien met ruime bekkens met stieren
met ruime bekkens als verervingsfactor.”
Volgens Te Riele is er via fokkerij op bekkenmaat veel mogelijk, maar duurt het
jaren voordat dikbildieren net zo kunnen
afkalven als andere vleesveerassen. “De
binnenbekkenmaat blijkt een goede voorspeller voor de mogelijkheid van koeien
om natuurlijk af te kalven. Maar je kunt
iets wat je er al 25 jaar infokt er niet in
drie jaar uitfokken. Er is minimaal 12
jaar nodig om resultaat te zien.” Volgens
de vleesveehouder heeft het routinematig toepassen van keizersneden niet te
maken met dieronvriendelijkheid, maar
is de discussie hieromtrent een ethische
kwestie. “Dijksma vind dat runderen
natuurlijk moeten kunnen afkalven. Daar
werken we vrijwillig aan mee, maar wij
zijn er nog lang niet.”
Durkje Hietkamp
PlattelandsPost
10-04-14 14:35