Hoger kaliadvies voor aardappelteelt

Download Report

Transcript Hoger kaliadvies voor aardappelteelt

Advies is grondspecifiek
Voorkeur voor
kaliumsulfaat in
Opbrengst en kwaliteit
Veenkoloniën
Hoger kaliadvies
voor
aardappelteelt
Uien kunnen soms negatief reageren op zout in de kiemfase. Agrifirm Plant onderzocht drie jaar lang
de optimale kalivorm in het voorjaar, om het uiengewas op zanddalgronden van kali te voorzien.
De slotconclusie van de vergelijking
eerder invloed zien van de kalivorm. De
meststof dan Kali-60. Op kleigronden
Devan
kalinormen
en het kaliadvies voor zetmeelen consumptieaardappeleniskunnen
met
de kans op zoutschade in ui gering
verschillende kalivormen in uien op
zoutere Kali-60 gaf wel enkele procenten
75proefboerderij
respectievelijk
100
kg/ha
omhoog.
Dat
blijkt
uit
meerjarig
onderzoek
van
Agrifirm
Plant.we het advies van
en daar handhaven
Valthermond is helder.
plantverlies, maar dit had geen effect
Kali-60. Op zeer lichte zavel- of zandpercelen, waar het risico op zoutreactie
monitoringssystemen
groter is, heeft een basisgift met kaliumOm in het seizoen een extra controle uit
sulfaat de voorkeur.
te voeren of het gewas over voldoende kali
(en stikstof) beschikt, heeft Agrifirm Plant
Hebt u vragen of wilt u teeltadvies?
samen met Altic twee controlesystemen
Neem contact op met uw specialist.
ontwikkeld. In de zetmeelteelt kijken we
met het Agrifirm Spurway-grondmonster
specifiek of de bodem voldoende kali kan
leveren. Voor de consumptieteelt is de
bemestingsnavigator het meest geschikt.
Een grondmonster gecombineerd met een
analyse van het plantsap kunnen we ook
op uw perceel optimaal sturen op kali,
en mangaan.
Agrifirm Plant onderzoekt als schakel in de keten nieuwe rassen al in stikstof
een vroeg
stadium op landbouw-
Kaliumsulfaat kwam drie jaar achtereen
als beste uit de bus en scoort dus beter
Zetmeelaardappelen
dan Patentkali of Kali-60. De keuze van de
In de zetmeelaardappelteelt wordt
kalivorm aan de basis maakt in het zandterughoudend omgegaan met de kaligift,
dalgebied wel degelijk uit.
omdat kali een drukkend effect heeft op
het onderwatergewicht. Dit blijkt ook uit
Kleigrond
ons onderzoek. Met 100 kg extra K zakt
Meerjarig onderzoek op kleigronden liet
het OWG met 10 punten. Anderzijds blijft
door kaligebrek de zetmeelopbrengst flink
achter. Het is zoeken naar de goede balans.
We zien in de resultaten van ons onderzoek voldoende reden de adviesgift met
75 kg/ha te verhogen.
op de opbrengst. Zelfs bij een dubbele
kaligift aan de basis bleef de opbrengst
Consumptieaardappelen
van uien op peil.
Bij consumptieaardappelen in ZuidoostNederland zien we hetzelfde. Tot 400 kg
advisering
kali/ha blijft de opbrengst oplopen, terwijl
Uit beide onderzoeken komt de volgende
de huidige adviesgift 250 kg bedraagt. Dit
conclusie. Onder risico-omstandigheden
advies is gebaseerd op een opbrengst van
is kaliumsulfaat in uien een veiligere
50 ton/ha (grafiek 1.). Maar in deze regio
liggen de opbrengsten op 70 ton/ha en
verbruikt een gewas meer kali. Agrifirm
Plant verhoogt het kaliadvies met 100 kg
om de kaliaanvoer en -afvoer in balans te
krijgen.
Rassenonderzoek verbreedt totaalbeeld
Figuur: Opbrengst Fontane bij een oplopende kaligift. (Bron:
kundige geschiktheid. Dat doen we voor zaaiuien, wintertarwe, wintergerst, zomertarwe, zomergerst en
groenbemesters.
Tabel 1. Zetmeelopbrengst per kaligift.
Bron: Agrifirm Plant Kalionderzoek zetmeel 2013.
Grafiek 1. Opbrengst ‘Fontane’ in ton/ha per kaligift te Vredepeel 2013.
Naast deelname aan het officiële
acht demovelden op acht locaties. Want
verspreid over het werkgebied meerdere
proefen demovelden
aan, waar
O
46,3
560 naast
23,8
de
nieuwe557
rassen 23,6
100standaard rassen,
47,6
en
175veelbelovende
50,6 buitenlandse
541 rassen
22,7
worden
getoetst.
250
51,5 Deze regionale
535 proef22,4
velden
verbreden
en 22,1
zijn
325
55,2 het totaalbeeld
529
daarmee
een goede
400
54,4 aanvulling
539 op de22,6
rassenlijstcijfers.
475
58,5
523
21,8
80 of Colijnsde kleigronden van Lelystad
plaat,
waar
de
rassenlijstcijfers
op zijn
75
11,0
gebaseerd.
Ook zijn de groeiomstandig11,3
70
heden
11,5 in het noorden veelal anders dan
65
in 11,5
het zuiden. Op de demovelden
worden
de12,2
gangbare rassen vergeleken
met
60
veelbelovende
nieuwe rassen.
Zo krijgen
12,3
55
we12,8
al vroegtijdig een goed beeld van de
50
kwaliteit van de (nieuwe) rassen onder
0
regionale omstandigheden.
Demo’s kunnen geen definitief antwoord
geven over de opbrengstverschillen tus-
Zaaiuien
Voor zaaiuien lagen het afgelopen
seizoen verspreid over het werkgebied
Opbrengst (ton/ha)
niet alle
gronden zijn te vergelijken met
rassenonderzoek
Agrifirm
Plant
K20-gift
Veldgewichtlegt
(ton/ha)
OWG
Zetmeel% Zetmeel
(ton/ha)
sen rassen, maar geven wel een indicatie
van de opbrengstpotentie en natuurlijk
ook een indruk over bijvoorbeeld de
vroegheid, grondsoort en regiogeschiktheid.
granen
Zoeken naar toprassen is belangrijk. Dat
doen we in Nederland, maar we schakelen
er ook ons internationale kwekersnetwerk
voor in. Op
die manier
verbreden
we het
175
250
325
400
aanbod
zaaigranen
en
kunnen
we
een
Kaligift (kg K2O)/ha
groeiende stroom van gezonde nieuwe
toprassen realiseren.
Resultaat in beeld 3
Agrifirm Resultaat-akkerbouw_DEF.indd 3
4 Resultaat in beeld
24-02-14 15:06