Reflectie-instrumenten voor de praktijk, werkwinkel - Bind

Download Report

Transcript Reflectie-instrumenten voor de praktijk, werkwinkel - Bind

A RMOEDE EN CULTURELE DIVERSITEIT UITDAGINGEN VOOR SOCIAAL WERKERS 2014

Missie Bind-kracht

Missie: begeleiders versterken en ondersteunen in krachtgericht werken met mensen in armoede

Aandachtspunten: VERBINDINGSPROBLEMATIEK AFHANKELIJKHEID

Hulpverlening VERBINDEND en VERSTERKEND werken in dialoog

Werkwijze van bind-Kracht

Academische kaders en onderzoek: Theorie Publicaties: theorie en methodiek en praktijk Vormingen : in open aanbod en op maat

Visie op armoede

• • • • • • •

meervoudige kwetsbaarheid

als verklaringsmodel

Gelaagd kijken

naar armoede Aandacht voor het

leefwereldperspectief

De schuldvraag voorbij Het

krachtenperspectief

centraal Aandacht voor

heterogeniteit

Belang en de risico’s van

hulpverlening

Visie op gekleurde armoede

• • • • Een duidelijke ‘plus’, én – én Extra uitsluiting op levensdomeinen Extra kwetsuren door migratie of behoren tot minderheid Andere armoedebeleving 20-6-2014 - p.5

De Bind-Krachtvisie op armoedebestrijding

• • • • • • •

Krachtgericht en integraal

werken

Structureel

werken aan een sociaal rechtvaardige samenleving Via

dialoog en participatie

In

relationele gelijkwaardigheid

met mensen in armoede Vanuit een geloof in de

kracht van diversiteit

Structureel en cultuursensitief werken Kennis, vaardigheden én basishouding

Onderwijs

gezin

Arbeid en tewerkstelling Sociale contacten Justitie Cultuur Welzijn Huisvesting Gezondheid Inkomen en schulden

Visie op armoede

van de Micro oorzaak Meso Macro

Persoonlijke tekorten Individueel schuldmodel Structuur, functioneren van de groep, institutie

Institutioneel

schuldmodel

Aard van de oorzaak Intern Extern

De maatsch. ordening Maatsch. schuldmodel Persoonlijke ongevallen

Individueel

ongevalmodel Door externe instantie (gemeenschap, institutie)

Institutioneel

ongevalmodel Maatsch. veranderingen Maatsch. ongevalmodel

Cultureel schuldmodel?

De taal, tradities, door cultuur zijn ze minder aan de arbeidsattitude aangepast. Cultuur houdt hen in armoede .

‘Gekleurde armoede’ als maatschappelijke uitdaging

• • Tegengaan van processen van armoede en sociale uitsluiting als een topprioriteit voor de samenleving Duidelijke kwetsbare positie van groepen van buitenlandse herkomst legitimeert een bijzondere aandacht

• •

Wat maakt onze samenleving complexer?

Processen van individualisering, emancipatie, mobiliteit, migratie, ontzuiling, securalisatie… Deze complexiteit maakt mensen sociaal gevoelig, zeker mensen in armoede 20-6-2014 - p.11

• •

Visie op deze complexiteit en hulpverlening (artikel Bea Van Robaeys)

Sociaal werkers hebben nood aan een culturele competentie Kritisch structurele benadering (anti discriminatiebenadering) en een cultuur sensitieve benadering (respect, kennis en vaardigheden) 20-6-2014 - p.12

Cultuur-sensitieve hulpverlening

• • Inzicht in de gemeenschappelijke historiek van bepaalde groepen Kennis van individuele migratiehistorieken van cliënten (leefwereldperspectief) reflectie-instrument: Lifeline-events (met aandacht voor locus of control) Cultuursensitief… of divers-sensitief 20-6-2014 - p.13

Divers-sensitieve competenties

• • • • Maatschappijkritisch én competent om met mensen en groepen te werken, zo dat de waarde van personen, in hun meervoudige identiteiten, wordt erkend . Reflectie-instrument: deel-identiteiten 20-6-2014 - p.14

Krachtgerichte kijk op diversiteit

• • • Diversiteit is maatschappelijk kapitaal. Diversiteit vergroot het arsenaal van zienswijzen en oplossingsstrategieën, en daarmee de veerkracht van de maatschappij. Diversiteit is een vindplaats van nieuwe inzichten en een ontwikkelingsruimte voor nieuwe methoden 20-6-2014 - p.15

competenties:

• • • • • • • Een open en respectvolle basishouding Kritisch bewustzijn Empatisch zijn Reflexief en meervoudig denken – Reflectie-instrument: bestaanscirkels Culturele kennis Flexibiliteit Communicatieve vaardigheden 20-6-2014 - p.16

Kunnen we deze competenties eens concreet maken?

Multi-aspectueel denken Multi-functioneel organiserend handelen (zie BSM) 20-6-2014 - p.17

Een valkuil

• • Het culturaliseren van problemen en het individualiseren van macro en mesomechanismen, Vb: mensen vaardig willen maken in het nemen van organisatiedrempels en omgaan met discriminatie of ‘armen’ leren minder boos te zijn… 20-6-2014 - p.18

concreet

• • • Empatisch zijn = invoegen en toevoegen Openheid en respect = open en warm ont moeten, erkenning van andersheid en respect en krachtgericht kijken Oordeel opschorten en gaan voor contact en dialoog: gefocust contact 20-6-2014 - p.19

concreet

• • Draaglast en draagkracht kunnen zien, wat zorgt voor balans/evenwicht (creatief zijn) Actief zoeken naar aanwezige vaardigheden en talenten, die ze mss zelf vergeten zijn… 20-6-2014 - p.20

Culturele kennis

• • • Is nodig om te kunnen gaan ‘onderhandelen over waarden en normen’ Verschillende manieren om kennis op te doen (leren, bevragen,…) Onderhandelen = alternatieven kunnen aanbieden 20-6-2014 - p.21

• Complexiteit vraag soms om thema’s onbeslist te laten, – Streven naar een werkbare, leefbare situatie is niet gelijk aan het veranderen van overtuiging 20-6-2014 - p.22

Kritisch bewustzijn

• • • • • Is belangenbehartiging Participatie Vertegenwoordigen Signaleren Omgaan met onmacht en grenzen 20-6-2014 - p.23

Flexibel zijn

• • Meegaan in de snelle veranderingen In beweging zijn, niet statisch 20-6-2014 - p.24

leefwereldperspectief

• Binnenkant en buitenkant 20-6-2014 - p.25

Werken met leefwereldperspectief

Kaders en handvatten

• • • •

De multiculturele samenleving: kenmerken

Ongelijke driehoeken Groeiende etnische midden- en onderklasse Dominantie-minoriteit verhouding Een multiculturele arena 20-6-2014 - p.27

De multiculturele samenleving: Ongelijke driehoeken V l a m i n g e n Boven klasse middenkl asse onderklasse a ll o c h t o n e n ⇐ M T ZA OE A ⇑ Groeiende middenklasse Instroom gastarbeiders ‘60 ⇓ Groeiende onderklasse

De multiculturele samenleving: Dominantie-minoriteit verhouding Een multiculturele samenleving kent

meerderheids- en minderheidsgroepen

:

groepen met meer en groepen met minder macht.

De verhouding van de Vlaamse driehoek met de allochtone-driehoeken kenmerkt zich door een

dominantie-minoriteit verhouding

.

Definitie

minoriteit

volgens Hendriks (1981):

“elke subgroep, die in de marge van de samenleving te lokaliseren valt, geen machtposities bezit en onderhevig is aan discriminatie, een minoriteit.” Marginaal:

– de betreffende groep staat

buiten of aan de rand van een systeem staat

– en voor het gevoel van alle partijen ‘weinig of niet geïntegreerd in de samenleving is. De

meerderheid

is de norm, de standaard, gewoon.

dialoog:

• hoe positioneer je jezelf tgo visie diversiteit en visie cultuur, en hoe positioneert jou organisatie zich?) 20-6-2014 - p.30

• welke krachtige verbindingen zijn mogelijk dankzij de toenemende diversiteit, de globalisering, een actief pluralistische houding, digitalisering,… droomvraag (+ effecten methodiek bijzondere vraagstelling 20-6-2014 - p.31

het perspectief, de beleving van de hulpvrager

20-6-2014 - p.32

Leefwereld

• Hoe beleven arme personen van vreemde herkomst armoede, hoe gaan ze ermee om, hoe proberen ze eruit te geraken?

Onderwijs

gezin

Arbeid en tewerkstelling Sociale contacten Justitie Cultuur Welzijn Huisvesting Gezondheid Inkomen en schulden

Bril van de waarneming het leefwereldperspectief HV en cliënt • • • • • • Gekleurd door professionele en methodologische bril Gekleurd door bril als werknemer van een organisatie • Gekleurd door bril vanuit je samenlevingspositie/ waarden-normen Gekleurd door bril vanuit je eigen mensbeeld Gekleurd door bril vanuit eigen draaglast-draagkracht balans Gekleurd door eigen balans, pijn en onvereffende rekeningen • • • • achtergrond/rugzak Gekleurd door het submilieu positionering Gekleurd door ervaringen met posit. ervaringen Gekleurd door draaglast moment Gekleurd door geloof in eigen kunnen/ beheersingsoriëntatie

De fundamentele attributiefout

Hoe kijken ‘middenklassers’ naar zichzelf Hoe kijken ‘mensen in armoede’ naar zichzelf Interne beheersingsoriëntatie Externe beheersingsoriëntatie We hebben greep op ons leven. We bepalen zelf We kunnen zelf beslissingen nemen We dragen zelf verantwoordelijkheid Succes (en falen) dank ik aan mijn eigen inzet Vrije wil en keuze bepaalt mijn handelen We hebben geen greep op ons leven We hebben nog nooit iets zelf kunnen beslissen We dragen geen verantwoordelijkheid, deze wordt overgenomen door hulpverleners, rechters, opvoeders ,…. Ik ben machtig, sterk Hoe ik naar mezelf kijk bepaalt mijn kijk naar de andere Vooroordelen en vanzelfsprekendheden ten aanzien van een bepaalde groep hebben te maken met feit dat ik mijn eigen bril niet kan afzetten. Individueel schuldmodel Voorbeelden: -Die kan niets omdat hij niet wil, niet sterk is, lui is (wilskracht maakt dat je dingen bereikt) -Als je iets wil, dan kan je het (ik heb invloed op de dingen, ik bepaal ) Ik ben zwak, afhankelijk Hoe ik naar mezelf kijk bepaalt mijn kijk naar de andere Vooroordelen en vanzelfsprekendheden ten aanzien van een bepaalde groep hebben te maken met feit dat ik mijn eigen bril niet kan afzetten.

Maatschappelijk schuldmodel Voorbeelden: -Die heeft geluk gehad, die kent ander volk, zit in een andere wereld, milieu -Ik zal nooit iets kunnen bereiken zonder hulp van anderen

IK 1 ° Positie

waarnemingsposities

3 ° Positie Relatie- Interactie perspectief Andere 2 ° Positie

• • • • • • • • • Waarneming en onderscheid tussen buitenkant waarneembaar en binnenkant - beleving • Beleving Hulpvraag • Gevoelens Onderliggende hulpvraag Levensloop • kwetsuren • Loyaliteiten Invulling basisrechten • Overtuigingen Netwerk Gedrag en handelingen Rolpatroon in relatie met hulpverlening Rolpatronen en interacties binnen gezin Interacties met de omgeving • • • • Intenties fantasie ë n Draaglast-draagkracht balans Zingeving en diepere drijfveren

Het spinneweb dat vastzet

Meervoudige kwetsbaarheid

• • • • • • • • • Focus op problemen/pijn/samenhang krachten/inzet en potenties De gestoorde communicatie en de strijd met diensten De kloof met de samenleving en samenlevingsdynamieken • • Weerbaarheid tengevolge het belastende levensverhaal eigenheid en creativiteit De effecten op basisbehoeften als inkomen, ontspanning, kwalitatief wonen enz De gestoorde communicatie in het gezin en de omringende netwerken • • • Reductie- of stagnatie-elementen in de negatieve kettingreactie Het verlies aan vertrouwen in de ander De verschraling van het netwerk en toenemend isolement Het drama en het noodlot dat onrechtverhogend werkt Het onzekere tot negatieve zelfbeeld Het verlies aan toekomstperspectief • • • • • • • Zelfwaarde en resterende zelfzorg Aanwezige netwerken en verbindingen Verbinding naar de eigen roots survival’s pride inzet en overlevingsstrategieën constructief verzet Humor en relativering Restanten van vertrouwen

Draaglast-Draagkracht balans

Lekkend dak eenzaamheid Afstand van kinderen Schulden en beperkt inkomen Chronische pijn en vermoeidheid Pijn vanuit vroegere niet-verwerkte ervaringen Open voor hulpverlening Contact met kinderen Lieve buur Vaste woonst Gewoon van miserie dragen

Zoeken naar krachten en dialoog

• • • • • • Een verwonderende bril opzetten Niet-veroordelende houding Aandacht voor de aanwezige zorg en inzet Besef van lotgenootschap Zelfreflectie - wat doet het mij Ruimte voor ontmoeting

De fundamentele attributiefout

• De beheersingsoriëntatie lokt een daarbij aansluitende causale attributie van sociale ongelijkheid uit: als ze arm zijn ligt het aan hen versus ons arm zijn ligt buiten ons. Intern beheersten leggen de oorzaken van sociale ongelijkheid bij het individu en extern beheersten benadrukken meer het structurele karakter van sociale ongelijkheid. Een verschil in oriëntatie en bijhorende attributie dat leidt tot een verschil in visie die de sociale ongelijkheid en armoede in de samenleving in stand houdt.

Wat is de beheersingsoriëntatie

• • De beheersingsoriëntatie heeft betrekking op de gegeneraliseerde verwachting over de mate van samenhang tussen het eigen handelen en de uitkomsten. Het gaat niet om de oorzaak, wel om de beheersbaarheid, de mate waarin de persoon denkt hierop invloed uit te kunnen oefenen Het individu kan het al dan niet optreden van bekrachtigingen zien als een resultaat van eigen gedrag(internals) of als het resultaat van externe factoren(externals): geluk, noodlot, macht van anderen een te complexe wereld.

Onderscheid tussen Interne en externe beheersingsoriëntatie

• • Externe beheersingsoriëntatie:men heeft het gevoel van geen greep te hebben op het eigen leven Interne beheersingsoriëntatie: het gevoel van alles onder controle te hebben

Beheersingsoriëntatie en armoede

• • • Personen in armoede kampen met een kluwen aan probleem die aan elkaar vasthangen( het web). Ze hebben minder toegang tot hulp- en steunbronnen Een externe beheersingsoriëntatie is het psychologische gevolg van een feitelijke toestand Algemeen heeft men vastgesteld dat mensen uit lagere sociale klassen eerder extern georiënteerd zijn

De fundamentele attributiefout

Hoe kijken ‘middenklassers’ naar zichzelf Hoe kijken ‘mensen in armoede’ naar zichzelf Interne beheersingsoriëntatie Externe beheersingsoriëntatie We hebben greep op ons leven. We bepalen zelf We kunnen zelf beslissingen nemen We dragen zelf verantwoordelijkheid Succes (en falen) dank ik aan mijn eigen inzet Vrije wil en keuze bepaalt mijn handelen We hebben geen greep op ons leven We hebben nog nooit iets zelf kunnen beslissen We dragen geen verantwoordelijkheid, deze wordt overgenomen door hulpverleners, rechters, opvoeders ,…. Ik ben machtig, sterk Hoe ik naar mezelf kijk bepaalt mijn kijk naar de andere Vooroordelen en vanzelfsprekendheden ten aanzien van een bepaalde groep hebben te maken met feit dat ik mijn eigen bril niet kan afzetten. Individueel schuldmodel Voorbeelden: -Die kan niets omdat hij niet wil, niet sterk is, lui is (wilskracht maakt dat je dingen bereikt) -Als je iets wil, dan kan je het (ik heb invloed op de dingen, ik bepaal ) Ik ben zwak, afhankelijk Hoe ik naar mezelf kijk bepaalt mijn kijk naar de andere Vooroordelen en vanzelfsprekendheden ten aanzien van een bepaalde groep hebben te maken met feit dat ik mijn eigen bril niet kan afzetten.

Maatschappelijk schuldmodel Voorbeelden: -Die heeft geluk gehad, die kent ander volk, zit in een andere wereld, milieu -Ik zal nooit iets kunnen bereiken zonder hulp van anderen

20-6-2014

Superdiversiteit Maurice Crul

http://www.at5.nl/tv/wereldstad/afl evering/11911

• • Wat doet dit? Oefening: etnische herkomst 5 beste vrienden 20-6-2014 - p.50

20-6-2014 Dus… Wat is onze visie op integratie? Wat is onze kijk op de multi-culturele samenleving/superdiversiteit? Wat is de link met de opdracht van onze organisatie?