IVN Maasduinen Nieuwsbrief mei 2014

Download Report

Transcript IVN Maasduinen Nieuwsbrief mei 2014

IVN Maasduinen Nieuwsbrief mei 2014

Inhoud van deze nieuwsbrief

Pag. 2 Colofon Pag. 3 Nederland – Ganzenland Pag. 4 Slechtvalken Martinustoren Pag. 5 / 6 Schotse Hooglanders Pag. 7 Excursie “de Biesbosch “ Pag. 8 Communicatie Maasduinen Pag. 9 Jeugdprogramma Pag. 10 / 11 Wildgroei rode kornoelje Pag. 11 / 12 De Europese nerts Pag. 13 Huifkarrentocht bij maanlicht Pag. 14 IKL mededelingen Pag. 15 / 16 Team vleermuistellingen Pag. 16 / 19 Op Tuinsafari 9 (Het Lieveheersbeestje) Het mooie boomklevernest in de tuin bij mijn broer Foto: Ger Smeets

1

Colofon IVN Maasduinen

Ton Wetjens, Voorzitter Tel: 077 - 4722870 Wiel Jacobs, Secretaris Tel: 077 - 4721489

Secretariaat algemeen, beheer website, ledenadministratie.

Marc Vergeldt, Penningmeester Tel: 077 - 3661405

Financiën, coördinatie werkgroepen.

Annet Weijkamp Bestuurslid Tel: 077 - 4731244 Jan Heuvelmans, Bestuurslid Tel: 077 - 4720040 Jo Peters, Bestuurslid Tel: 077 - 4721453 Ritsaart Blaisse Bestuurslid Tel: 077 - 3735100 Secretariaat:

Oude Heerweg 213, 5941 EM Velden. E-mail: [email protected]

Bank: Rabo rek. nr: 153513861 t.n.v. IVN Maasduinen.

Coördinatie werkgroepen

: Marc Vergeldt Tel: 077 - 3661405

Beheer werkgroep

: Henk Wennekers Tel: 077 - 4721813

Vogelwerkgroep

: Theo Lommen Tel: 06 - 51786669

Amfibieën & reptielenwerkgroep

: Ton Wetjens Tel: 077 – 4722870

Werkgroep vleermuizen:

Functie vacant

Vlinderwerkgroep:

Harry v.d. Logt Tel: 077 – 4721861 E-mail: [email protected]

Jan Heuvelmans Tel: 077 – 4720040 E-mail: [email protected]

Redactie nieuwsbrief:

Jeu Smeets Tel: 077 – 3520206 E-mail: [email protected]

Ton Wetjens Tel; 077 – 4722870 E-mail: [email protected]

Clublokaal: de Hansenhof, Hasselt 10 5941 NP te Velden.

2

NEDERLAND - GANZENLAND

Een kwart van de ganzen in Nederland, zoals deze, vliegt met hagel in het lijf rond

.

Publicatie: National Geografic / maart 2014 Het aantal Nederland ganzen blijft in maar groeien. Vooral zomerganzen, die het hele jaar blijven, veroorzaken steeds meer overlast.

De watervogels vreten graslanden en velden met wintergraan kaal, jagen andere vogels weg en brengen het vliegverkeer in gevaar. Over de Grauwe Gans, waar van de populatie jaarlijks met 20% toeneemt, wordt het meest geklaagd. En dat terwijl we juist die soort in de jaren zeventig als broedvogel hebben geherintroduceerd, nadat hij in 1935 in het wild was uitgestorven. Jaarlijks worden ongeveer 200.000 ganzen afgeschoten. Dierecoloog Bart Ebbinge van Wageningen UR heeft daar moeite mee: “Als het slecht gaat met een soort, dan willen we allemaal helpen. Gaat het goed, dan zien we dat als een plaag.” Hij ziet meer heil in het blijven uitkeren van schadevergoedingen, zoals dat nu al gebeurt. In 2001 kregen boeren bijna zes ton uitgekeerd, vorig jaar drie miljoen euro. Uiteindelijk worden de ganzen onbetaalbaar.

Vossenhol langs de voordeur bij een kennis op de Groote Heide in Venlo

3

Eerste slechtvalkenjong op de Martinustoren in 2014

In de vroege morgen van Paaszaterdag op 19 april is het eerste van de vier eieren uitgekomen van de slechtvalken op de Martinustoren. Snel heb ik maar een paar shots van de webcam geplukt nadat Pa zijn eega wat voedsel kwam aanreiken en het jong zijn eerste voer aangeboden kreeg.

Eerst eet mama zelf wat van de prooi. Daarna krijgt het jong zijn eerste voedsel

Een paar uren later, het is half twaalf is ook een tweede ei uitgekomen. Ben benieuwd naar hoeveel jongen dat het worden. In de nacht van 1 e op 2 e paasdag is ook het derde kuiken uitgekomen en is er nog 1 ei over. Kijk op de foto beneden naar de drie eierdoppen. Ik heb de drie jongen wel gezien maar op dat moment werkte de “camcard “ link niet wegens overbelasting, volgens de melding. Dat is mij inmiddels meerdere keren gebeurd en is een beetje ergerlijk omdat ik van mooie momenten graag een snapshot wil maken om de IVN – ers en EKVV-ers op de hoogte te houden van het gebeuren. Aan de andere kant is het ook wel verheugend want het bewijst dat er veel mensen via de site naar de vogels blijven kijken Zie titel en check de link naar de camera! http://www.slechtvalkvenlo.nl/ Deze link werkt bij mij in ieder geval niet en ik kom er alleen via de link op de IVN site.

Groeten, Jeu

4

Schotse Hooglanders in Natuurgebieden

Schotse Hooglanders ( Bison bonasus ) Op veel plaatsen in Nederland grazen ze en ook in Limburg lopen deze woest uitziende runderen in de natuurgebieden voor het onderhoud van de vegetatie. Tevens dienen ze ook als vleesleverancier want als ze ongeveer drie jaren oud zijn hebben ze de slachtrijpe leeftijd bereikt. De Schotse Hooglanders zijn ontstaan in

Links een stier rechts twee koeien

het Schotse gebergte en op de eilanden westelijk voor de Schotse kust. Wanneer is totaal onbekend,maar waarschijnlijk ontstaan via de evolutie uit een oerrund want ze moeten door de eeuwen heen wel de eigenschappen hebben ontwikkeld om in het barre Schotse winterklimaat in de bergen te kunnen overleven.

De lange en dichte beharing beschut hun voor het barre weer en wanneer er een dik pak sneeuw ligt in de winter en het resterende gras onbereikbaar is kunnen ze met de bast van bomen en twijgen van struiken nog steeds overleven. Schotse Hooglanders komen in drie kleuren voor in onze natuur. De meest voorkomende is de roodbruine variëteit maar ook zwart en vaalwit is regelmatig vertegenwoordigd en zelfs bruinzwart gestreept kan men tegenkomen. Het betreft hier geen ondersoorten maar gewone kleurmutaties. Een volwassen stier kan tot 800 kilo zwaar worden en voor de koe is het gewicht met 500 kilo wel bekeken. De schofthoogte van de stier kan zo’n 1,30 m. zijn terwijl de koe zelden boven de 1.10 m. uit zal komen. Alles bij elkaar bezien een relatief klein runderras. Koeien hebben over het algemeen wijd uitstaande en naar boven gerichte grote horens terwijl die van de stieren nog groter zijn en horizontaal staan en naar voren gericht zijn. Bijzonder genoeg is dat zij deze dreigende horens nooit in zullen zetten om een meningsverschil in hun voordeel te beslechten. Schotse Hooglanders kunnen tot ruim achttien jaren oud worden en de koeien kunnen in die tijd tot wel vijftien kalveren krijgen. De draagtijd is ongeveer tien maanden en wanneer de geboorte van het kalf aanstaande is zondert de koe zich af van de kudde. De geboorte verloopt relatief gemakkelijk omdat het kalf een laag geboortegewicht heeft. Direct na de geboorte likt de koe het kalf schoon en herkent het daarna meteen aan de geur en ook de inprinting bij het kalf vindt direct plaats. Een zwarte stier 5

Het kalf is snel ter been maar verstopt zich enkele dagen in ruige begroeiing waar de koe het enkele keren per dag gaat zogen. Na ongeveer een week keert het kalf met moeder samen terug naar de kudde. Opvallend is verder dat deze dieren graag gebruik maken van een waterplas om daar tot bijna schofthoogte in te verdwijnen. Zwemmen doen ze niet echt maar baden in een warme zomer om de afkoeling te bevorderen onder de dikke vacht die ook in de zomer aanwezig is. Deze runderen kunnen als grote grazers in onze natuur worden ingezet omdat ze nagenoeg alles eten, ook de plantensoorten die andere runderen en grote grazers links laten liggen. Bijkomend voordeel is dat deze dieren weinig zorg nodig hebben en weinig agressie kennen. Hoewel deze dieren een vredelievende aard hebben is het niet verstandig om jonge kalveren te dicht te naderen want dat gaat het ouderinstinct bij stier en koe werken en ook van honden in de directe omgeving zijn ze geen Verkoeling zoekend tegen de zon voorstander. Als in het voorjaar de kalveren uitgevangen worden om deze van oormerken te voorzien ontstaat er voor de ouderdieren een stress situatie die wel eens een dag aan kan houden waardoor ze een nerveus gedrag vertonen. Over het algemeen geldt echter dat een afstand van 25 meter in acht nemen voldoende is en men geen enkele last van deze kolossen te vrezen heeft. De Schotse Hooglander geeft de indruk een beetje een sullig dier te zijn, gerelateerd aan de blik in zijn ogen, maar niets is minder waar. Houd je dus aan de hiervoor geuite waarschuwingen als je bij hen in de buurt bent.

Tekst: Jeu Smeets, Foto’s: Wikimedia.

Hallo allemaal

Mooie overzichtsfoto van het Reindersmeer bij Well. Foto: Henny Martens

6

Zondag 22 juni gaan we naar het Nationaal Park de Biesbosch.

“De Biesbosch is één van de weinige zoetwater getijdengebieden van Europa. In deze delta van de Rijn en de Maas heeft het getij nog vrij spel. De Biesbosch is een avontuurlijk doolhof van rivieren, waterbekkens, wilgenbossen en grillige kreken met glashelder water. Het is een uitgestrekt fourageergebied voor talloze soorten watervogels, zoals ganzen, reigers, eenden en steltlopers.” Wat je zoal kunt verwachten in dit gebied kun je zien via deze link: http://waarneming.nl/gebied/view/21233 Het is de bedoeling dat we ‘s morgens de Biesbosch per fluisterboot gaan verkennen. Een fluisterboot is een electrisch aangedreven boot, dus redelijk geruisloos. Omdat er in deze boot maximaal 11 personen kunnen plaatsnemen, is 11 personen tevens het maximum aantal deelnemers voor deze excursie. ’S middags gaan we dan enkele polders bekijken die opnieuw als natuurgebied zijn ingericht. Ook gaan we mogelijk nog een korte wandeling door het gebied maken. De kosten voor deze excursie zullen ongeveer rond de 20 euro per persoon liggen. Opgeven voor 1 Juni via [email protected]

. Gr Theo Lommen 7

Communicatiebeleid IVN - Maasduien

In overleg tussen Jeu, Wiel en Ritsaart is het volgende communicatie beleid voorgesteld voor activiteiten waarvoor derden worden uitgenodigd:

1. Lokale media. Stadsomroep Venlo, Plusmarkt Venlo, Dagblad de Limburger en de Trompetter/E3 journaal worden door Jeu of Ritsaart verzocht een aankondiging te plaatsen. Zie onder adressen voor timing. 2. Posters worden verzorgd/gemaakt door Wiel Jacobs en een week voorafgaand aan de activiteit opgehangen door Ritsaart Blaisse bij: a.

b.

c.

d.

e.

f.

Jan Linders Velden Super in Arcen Biblio Velden VVV Arcen Pastoorshof Lomm Kiesstolp Velden

Adressen lokale media voor korte berichten over activiteiten

Stadsomroep Venlo. Berichten voor de kabelkrant t.a.v. Dhr. Herm Pollux Mail: [email protected]

o.v.v. bericht kabelkrant Max. 10 dagen van tevoren Plusmarkt Benders, Gelreplein Venlo Mail: [email protected]

t.a.v. Dhr. Rick Willems Max. 14 dagen van tevoren o.v.v. bericht voor monitoren. Dagblad de Limburger t.a.v. de Uitredactie Mail: [email protected]/uit o.v.v. bericht voor agenda 1 week van tevoren insturen voor donderdags. Trompetter / E3-Journaal Mail: [email protected]

o.v.v. bericht voor Agenda / Journaaltjes 1 week voor verschijning op woensdag 8

22 Februari; 23 Maart; 7 Mei; 24 Mei;

Uilenballen pluizen Vogels kijken en luisteren

(ook voor ouders)

Waterdiertjes Vissen

Voor kinderen van; Venlo, Arcen, Lomm en Velden in de leeftijd van 7 – 14 jaar Aanmelding;

[email protected]

Contactpersoon; Jose Wennekers, tel: 077 4721813

9

Grote zorgen over Wildgroei van kornoelje.

“In mijn woonplaats staan de plantsoenen er beroerd voor vanwege bezuinigingen. De Gemeente heeft er voor gekozen om kornoelje te planten. Het zijn makkelijke struiken, die alleen af en toe worden gesnoeid (geklepeld). Ik maak mij zorgen om de ongebreidelde groei en vermeerdering van deze plant. De hele Gemeente staat inmiddels vol kornoelje en ik zie ze ook opkomen in privétuinen tussen planten en hagen. De plant vermeerdert zich vliegensvlug via zaad (vogels?) en via opschot; lange wortels onder de grond, die meters verder opschieten. Ik voorspel dat dit voor de vogels en natuurliefhebbers een grote ramp gaat worden”, aldus Rinus uit Lage Zwaluwe. Wat is er gebeurt ?? In Nederland komen twee soorten kornoelje in het wild voor. Dat zijn de Cornus mas (gele kornoelje) en Cornus sanguinea (rode kornoelje). Beide soorten zijn van nature niet echt algemeen en hun natuurlijke verspreidingsgebied beperkt zich eigenlijk tot het Limburgse Krijtdistrict en de Achterhoek. Ook in de kalkrijke duinen komen ze soms voor. Deze soorten zijn ook veel als heester in het openbaar groen aangeplant. Ondanks de vaak rijke vruchtdracht van de gele kornoelje worden er weinig zaailingen van deze soort gevonden. De rode kornoelje komt ook in de omgeving van Breda in het wild voor, maar alleen gedegen onderzoek kan uitwijzen of de planten daar wild zijn of afkomstig van aanplant uit het verleden. Deze soort kan zich door uitlopers snel uitbreiden. Het probleem zit echter ergens anders. Overal in het land is , behalve de rode kornoelje, ook de daarop lijkende canadese kornoelje (Cornus sericea) aangeplant. Op het eerste gezicht lijken deze twee soorten zoveel op elkaar dat een leek ze niet van elkaar kan onderscheiden. Deze Canadese kornoelje vermeerdert zich heel gemakkelijk, want als de takken gaan liggen of door mensen naar beneden gedrukt worden, zullen ze in vochtige grond snel wortelen en zo nieuwe planten vormen. Zoals je vaak ziet met exoten, kunnen dergelijke planten al snel een plaag worden en inheemse 10

soorten bedreigen. Als in Lage Zwaluwe de kornoelje wordt geklepeld en de takken worden niet opgeruimd, zullen daar weer nieuwe planten uit groeien. Rinus maakt zich terecht zorgen over de verwildering van deze soort. ( [email protected]

Groei & Bloei nov/dec 2013)

De Europese nerts – bijna uitgestorven

De Europese nerts ( Mustela lutreola ) is in Europa, op enkele kleine populaties na, bijna uitgestorven. Vroeger was deze nerts algemeen aanwezig maar staat nu te boek als zeer zeldzaam. In Nederland Duitsland en België gelden ze als uitgestorven. In Duitsland lopen projecten om met Europese subsidie deze marterachtigen weer vaste voet in West Europa te bieden. Waarom Duitsland? Het land telt door zijn grote verschillen in landschappen meer biotopen waarin deze dieren zich comfortabel voelen.

Deze nerts behoort tot de marterachtigen en leidt en erg verborgen leven. Ze zijn schemering- en nachtactief en daardoor slechts zelden waar te nemen. Met ongeveer 40 cm. lichaamslengte en een gewicht tot 800 gram is het eerder een klein roofdiertje te noemen. De mannetjes zijn een beetje groter als de vrouwtjes. De kleur van deze nerts varieert van roodbruin tot donkerbruin en zelfs bijna zwart, terwijl het onderlichaam in alle gevallen lichter van kleur is. Een niet te missen kenmerk is de witte neus en kinvlek die beide geslachten siert. Nertsen leven solitair en zijn zeer gebiedstrouw. Hun meestal zeer waterrijk territorium kan wel tot 4 hectare groot zijn. Hun voorliefde gaat uit naar zeer schone, traag stromende riviertjes en meren, met een dichte begroeiïng waarin ze op hun prooien kunnen jagen. Hun menuplan wordt gevormd door kleine knaagdieren als ratten, woelmuizen en andere kleine zoogdieren, vogels en kikkers en niet te vergeten vissen, kreeften, schelpdieren en waterinsecten. Deze nertsen kunnen goed zwemmen en onder water jagen. De kleine zwemvliezen die ze hebben zijn daarbij nagenoeg onmisbaar. In Nederland worden ze daarom ook wel

moerasotters

genoemd. Na de paringstijd in het vroege voorjaar, komen na een draagtijd van ongeveer 40 dagen van april tot mei de vier of vijf jongen ter wereld. Ongeveer vier maanden later zijn deze jongen zelfstandig en moeten zij hun eigen weg in het dierenrijk gaan zoeken. Het jaar daarop zijn de jongen al geslachtsrijp. Vroeger werden deze nertsen intensief door de mensen bejaagd om hun zeer dichte en waterafstotende pels waardoor ze bijna uitgeroeid werden. Heden ten dage leiden ze meer onder het verlies van de voor hun geschikte biotopen. 11

Soms wordt aangenomen dat ze ook bedreigd worden door de Amerikaanse nerts ( Neovison vison), in de volksmond

Mink

genaamd. Deze uit Amerika ingevoerde nertsen bevolkten de grote nertsfokkerijen, maar zijn op veel plaatsen door actiegroepen van dierenactivisten bevrijd. Catastrofale gevolgen voor de inheemse dierenwereld waren het vervolg hiervan. De werkelijkheid ligt echter een beetje genuanceerder. Nog nooit is aangetoond dat de bevrijde Amerikaanse nertsen ( hoe discutabel deze acties ook zijn ) debet zouden zijn aan de teloorgang van de Europese nerts omdat in de gebieden waar deze bevrijdingsacties plaatsvonden de Europese nerts al lang niet meer aanwezig was. Door de vrijlating van de Amerikaanse nertsen heeft wel op diverse plaatsen kruising plaatsgevonden met de verwante bunzing ( Mustela putorius ) in Frankrijk en Spanje. In west Europa leven op dit moment nog twee levensvatbare populaties van de Europese nerts, te weten in zuid- Frankrijk die zich uitstrekt tot noord- Spanje en een in Bretagne. Verder in Europa komen ze nog voor in Rusland, de Baltische staten, Wit – Rusland, de Oekraïne en Roemenië. De totale Europese populatie wordt geschat op ruim twintigduizend dieren. Bejaagd worden ze op niet meer maar ze kunnen nog wel steeds gedood worden in het verkeer of door het gif en de vallen bedoeld voor Amerikaanse nertsen en beverratten. De bescherming van de Europese nerts zou ons eigenlijk allemaal aan het hart moeten gaan en zouden wij moeten strijden voor de bescherming van zijn biotoop want dat wordt door de mens in sneltreinvaart vernietigd, vooral in oost – Europa op dit moment, terwijl in west Europa een trend gaande is om wat vroeger vernietigd is in de natuur weer te herstellen naar de oude waarden. Dat geeft hoop voor de toekomst.

Tekst: Jeu Smeets. Foto’s: Wikimedia Dit was afgelopen vroege voorjaar de bloesempracht van de Prunesen op de splitsing Straelseweg – Herungerstraat op mijn verjaardag 9 maart. Mooi maar erg vroeg toch

12

Huifkartocht bij Maanlicht

dd. 11 april 2014-04-12

Vrijdag ochtend ben ik al bijtijds opgestaan om verse Vollemaansbroodjes te bakken voor alle deelnemers aan de huifkartocht. Er waren 18 aanmeldingen incl. kinderen, dus het beloofde een gezellige avond te worden. De weerberichten waren gunstig en de maanopkomst en de zonsondergang waren precies op tijd. Voor het vertrek eerst lekkere warme koffie en thee van Marga. De kinderen hadden de speeltoestellen en de dieren in de wei al snel in gaten en even laten waren ze vrolijk aan het spelen. De volwassen kregen een half uur les over de zon, de maan en de aarde; het ontstaan ervan en hun invloed op het ontstaan van al het moois dat groeit en leeft op aarde. Terwijl de zon zakt naar de horizon en de maan langzaam langs de hemel schuift, horen zij vertellen over de knal, de getijden vloed en eb, het ritme van dag en nacht, de maan- maanden en de zonnekalender. Ondertussen gaan sommige dieren (de varkens) en bloemen (paardebloemen) slapen , terwijl andere dieren (de zwaluwen, een ree) actief worden. Het inspannen van de paarden trekt veel belangstelling. Iedereen heeft er zin in. En dan vertrekken we; op weg over landelijke wegen naar de Ravenvennen en weer terug langs Jagersrust naar huis. Terwijl de zon helemaal verdwijnt , verdwijnen ook de warmte en de kleuren. De blauwe lucht en het groene gras worden grijs. De dekens worden tevoorschijn gehaald en iedereen kruipt lekker dicht tegen elkaar aan. Terwijl Voerman Sraar rustig en volop genietend van de mooie lenteavond zijn paarden ment, wordt er volop gepraat. Als het echt donker wordt , wordt het heel stil in de kar. Om de moed erin te houden worden nog even liedjes gezongen “Ik heb mijn wagen volgeladen” en “We zijn er bijna”. En bij het laatste straaltje zonnelicht keren de paarden het belichte terrein op en zijn we weer terug. Het was een sfeervolle avond …. Terwijl de maan nog steeds glimmend en lachend aan de hemel staat en ondertussen geflankeerd wordt door de sterren, neemt iedereen moe maar voldaan afscheid. Slaap zacht !! 13

From: [email protected]

Sent: Friday, April 18, 2014 12:02 PM Subject: Meer dan ooit zijn wij afhankelijk van die fantastische vrijwilligers!!!

Meer dan ooit zijn wij afhankelijk van die fantastische vrijwilligers!

U heeft er vermoedelijk over gehoord of gelezen: Stichting IKL gaat een andere koers varen. De

uitvoerende

werkzaamheden door IKL zelf worden afgebouwd; wij worden vooral ‘dé groene projectontwikkelaar’ die ideeën, initiatieven, partijen en beschikbare gelden bij elkaar brengt. Op die manier denken we nóg betere resultaten te bereiken ten behoeve van het landschap, de natuur en het erfgoed in Limburg. Deze koerswijziging is mede ingegeven vanwege het feit dat het IKL, om allerlei redenen waaronder overheidsbezuinigingen, niet meer de financiële middelen heeft om het huidige aantal medewerkers in dienst te houden.

Voor de duidelijkheid: het IKL blijft dus ‘gewoon’ bestaan, al is de organisatie binnenkort wel veel kleiner.

Het IKL gaat voorál door met de ondersteuning van al die vrijwilligers! Al vele tientallen jaren spannen duizenden Limburgers zich op vrijwillige basis in voor het behoud, herstel en de ontwikkeling van delen van het landschap. Laat dat vooral zo blijven, sterker nog: het IKL heeft al die vrijwilligers harder nodig dan ooit. Mede dankzij de vrijwilligers is Limburg de mooiste provincie van Nederland… IKL laat landschapsdromen uitkomen, zo luidt onze nieuwe visie. We geven anderen een podium om op te schitteren. Wij ondersteunen daar waar mogelijk, samen werken we aan uw en ons landschap. Mag het IKL ook de komende jaren een beroep op u blijven doen? Uw inzet en uw betrokkenheid maken namelijk het verschil! Wij, van onze kant, zorgen voor de ondersteuning, net als in de voorbije dertig jaar. Mocht u nog vragen hebben, laat het ons weten, nu en in de toekomst. Met vriendelijke groet, Dr. P. Debey Algemeen directeur Direct nummer: 0475 – 386 432 14

Gezocht: teams voor het nieuwe meetnet

Vleermuistransecttellingen (NEM-VTT)

De Zoogdiervereniging heeft een nieuw meetnet: NEM Vleermuis Transect Tellingen. Deze tellingen moeten informatie gaan geven over de populatieontwikkeling van vier soorten vleermuizen (laatvlieger, rosse vleermuis, gewone en ruige dwergvleermuis ) in Nederland. Deze soorten konden we tot nu toe in andere meetnetten nog niet goed volgen. De basis van dit meetnet is het jaarlijks twee keer met de auto afleggen van een transect. De Vleermuizen worden op deze route automatisch vastgelegd met een speciale geluiden registrerende ‘bat detector’. Een transect wordt uitgezet in voor de soorten geschikt landschap en wordt gereden op voor soorten geschikte momenten in seizoen en avond. In 2013 zijn de eerste teams gestart en vanaf 2014 breiden we het aantal teams binnen dit meetnet gestaag uit.

Wat wordt er gevraagd?

We zoeken lokale teams van minimaal vijf personen, die de beschikking hebben over een of meerdere auto’s. In overleg met ons worden drie transecten in de omgeving van het team uitgezet. Elk transect wordt jaarlijks twee avonden, in juli en augustus, met de op de auto gemonteerde bat detector gereden. Ervaring met vleermuizen is niet noodzakelijk. Wij leveren de benodigde materialen, trainingen en begeleiding. Na het rijden determineren één of meerdere teamleden vervolgens de verzamelde geluidsdata naar soort en aantallen. Hiervoor zijn speciale software en determinatie tabellen beschikbaar. Data moet vervolgens tijdig worden ge-upload naar een website. Ieder team kan daar de eigen resultaten in tabellen en kaarten terug zien, evenals locaties van andere routes. Wij geven bij het zoeken naar teams voorrang aan geïnteresseerden die in een gebied wonen waar grotere aantallen rosse vleermuis en laatvlieger te verwachten zijn. Routes rijden in kerngebieden van die soorten is nodig om een trendberekening mogelijk te maken.

Meedoen?

Vind je het leuk om een nieuwe techniek aan te leren en wil je meer van vleermuizen te weten te komen? Voor 2014 zoeken we vijf nieuwe teams. Deelnemers moeten over een auto kunnen beschikken en in teamverband opereren . Een team bestaat uit tenminste vijf personen.

Aanmelden kan alleen als team

. Van de deelnemende teams verwachten wij dat zij aanwezig zijn bij beide 15

trainingsbijeenkomsten en dat zij meerdere jaren de routes rijden. In april/mei rijd je alle drie de routes proef. Vervolgens ga je als team tussen 15 juli en 15 september zes keer op pad. Per keer gaan minimaal twee personen mee (een chauffeur en een bijrijder). Niet ieder teamlid hoeft dus iedere route (mee)te rijden. Belangrijk is wel dat ieder teamlid uiteindelijk alle routes kent, zodat wanneer iemand uitvalt een route toch gereden kan worden. Analyse van de opgenomen data gebeurd door één of meerdere personen uit het team volgens een vast protocol. Voor het analyse programma is het noodzakelijk over een Windows PC te beschikken (andere besturingssystemen zijn niet ondersteund). Je upload de gegevens voor 15 oktober. Het bureau van de Zoogdiervereniging geeft voor startende teams twee instructie bijeenkomsten :  In april: uitleg over selecteren van routes, en apparatuur. Uitreiking materiaal aan nieuwe teams.  In september: uitleg over analyse van de geluiden

Op Tuinsafari (deel 4) Het Lieveheersbeestje

Hoe ziet dit beestje eruit?

Lieveheersbeestjes zijn insecten en hebben dus een lichaam dat uit drie delen bestaat (kop, borststuk en achterlijf) en zes pootjes. Ze lijken op een half balletje en kunnen rood, geel, wit of zwart zijn. De meeste lieveheersbeestjes hebben stippen, maar niet allemaal.

Kijk goed waar het hoofdje en waar het nekstuk en ook waar het dekschild zit.

Bovenaan het kopje staan twee

antennes

, die zijn echter heel klein en je ziet ze alleen maar als je goed kijkt. Aan de zijkanten vind je

6 pootjes

(3 aan elke kant). Het meestal roodgekleurde deel met de stippen heet het

dekschild

en is een stevig pantser dat het achterlijf en de vleugels van het lieveheersbeestje bedekt. Het dekschild zit vast aan het kopje met een

borststuk

. De ogen van de lieveheersbeestjes zitten aan de zijkant bovenaan het

hoofdje

.

Er zijn wel zo'n 60 verschillende soorten lieveheersbeestjes in België en Nederland. Op de afbeelding staan geen verschillende soorten, maar variaties van één soort lieveheersbeestje. Net als mensen bruin of blond haar kunnen hebben, kennen ook lieveheersbeestjes variatie in kleur. Sommige soorten zijn daarom moeilijk uit elkaar te houden.

16

Waar vind je dit beestje?

Ze leven in struiken en bomen en klimmen in planten. Soms overwinteren ze ook in huizen of kelders. Het lieveheersbeestje vierentwintig eet planten stippelig en plantenschimmels.

Wat eet het?

De meeste soorten lieveheersbeestjes (en ook de larven) eten bladluizen. Anderen eten planten (klavers) of bladschimmels. Omdat bladluizen de planten beschadigen, gebruiken boeren soms lieveheersbeestjes om de bladluizen op te eten, zo hoeven ze geen schadelijke bestrijdingsmiddelen te gebruiken die vaak verboden zijn. Soorten die schimmels eten, lijken nuttige diertjes, maar omdat de schimmels ook aan hun lijf blijven plakken dragen ze juist bij aan de verspreiding van schimmels.

Hoe groeit het op?

de groeifasen van een lieveheersbeestje een lieveheersbeestjes-larve eet een wollige bladluis op A.

Volwassen lieveheersbeestje Het volwassen lieveheersbeestje kennen we het beste. Als het lieveheersbeestje volwassen is, verandert het niet meer. Een klein lieveheersbeestje wordt dus nooit een groot lieveheersbeestje. Ook het aantal stippen verandert nooit; het aantal zegt dus niets over de leeftijd van het kevertje. In het voorjaar paren mannetjes en vrouwtjes. Het vrouwtje zal daarna eitjes leggen. B.

Eitjes De piepkleine gele eitjes van lieveheersbeestjes worden in groepjes vastgekleefd aan de onderkant van een blad. Ze liggen in groepjes van 3 tot wel 50 eitjes samen. Na ongeveer een week komen de eitjes uit. C.

Larven 17

Het jong dat uit een eitje van een lieveheersbeestje kruipt, noemen we een larve. Een larve ziet er nog helemaal niet uit als een lieveheersbeestje. Het lichaam is niet rond, bol en glad maar juist langwerpig, plat en stekelig. De larve heeft nog geen vleugels en kan dus ook nog niet vliegen. Een larve moet groeien en daarvoor moet het heel erg veel eten. Veel soorten lieveheersbeestjes eten ook als larve bladluizen. D.

De larve vervelt Omdat ze groeien, zullen ze drie keer vervellen. Ze verliezen dan hun oude vel dat net als een broek te klein is geworden om een nieuw velletje te krijgen. De tijd tussen het uitkomen uit het eitje en het verpoppen duurt ongeveer 3 weken lang. Zo lang blijft hij dus een larve. E.

Verpoppen Zodra de larve helemaal volgroeid is, is ie klaar om te verpoppen. De larve hecht zich vast aan een plant of boom en blijft bijna roerloos in zijn zelfgemaakte coconnetje zitten terwijl hij van binnen helemaal verandert. De pop ziet er uit als een bruine druppel. Dit duurt ongeveer 2 weken. In die tijd groeien er vleugels en een mooi schild met stippen. Als het beestje na die tijd uit zijn cocon kruipt, is het een echt volgroeid lieveheersbeestje. De kleuren van de stippen zijn nog niet meteen zichtbaar, maar na enkele uren is alle kleur er en kan het lieveheersbeestje voor het eerst in zijn leven ook vliegen. Lieveheersbeestjes worden ongeveer een jaar oud.

Hoe verdedigt het zichzelf?

• Een lieveheersbeestje kan goed toneelspelen. Als het bij gevaar op zijn rug terecht komt trekt het de pootjes en antennes in en doet alsof of het dood is. Zo hoopt het dat het met rust gelaten wordt. Als het gevaar voorbij is, draait het kevertje zich op de buik en vliegt gewoon weg. • Door zijn kleuren (bv. rood met zwarte stippen) laat het lieveheersbeestje zien dat het erg vies smaakt. Als een dier toch een lieveheersbeestje eet zal het de vieze smaak niet vergeten en andere lieveheersbeestjes voortaan met rust laten. Sommige lieveheersbeestjes, zoals de rode lieveheersbeestjes met 7 stippen zijn ook echt giftig voor jonge koolmeesjes. • Een ander verdedigingsmechanisme is het gele vocht dat het lieveheersbeestje kan afscheiden aan zijn pootjes. Als je zachtjes tegen het lieveheersbeestje tikt of als een vogel hem oppakt, scheidt het die vloeistof af. Het gele goedje stinkt en smaakt erg bitter. Een vogel zou het lieveheersbeestje meteen loslaten als hij dat proeft en zo is het lieveheersbeestje gered.

Wat is er speciaal aan dit beestje?

Er zijn mensen die geloven dat je een wens mag doen als een lieveheersbeestje op het topje van je wijsvinger zit en van daar wegvliegt. 18

Het lieveheersbeestje is vaak het symbool voor goede doelen. Zo staat het bv. symbool voor de organisatie tegen zinloos geweld. Lieveheersbeestjes worden soms door boeren ingezet als biologisch bestrijdingsmiddel tegen bladluizen. Zo hoeven ze geen pesticiden te gebruiken om de bladluizen op hun gewassen te bestrijden.

Wist je dat het lieveheersbeestje beschermd wordt in België?

Je mag het niet vangen of in gevangenschap houden, je mag ze niet doden of verhandelen. Je mag zelfs geen woon- of schuilplaatsen van lieveheersbeestjes verstoren.

Is het gevaarlijk?

Nee, lieveheersbeestjes zijn niet gevaarlijk. Ze bijten niet en steken niet en zijn ook niet giftig. De gele vloeistof die ze kunnen afscheiden is wel erg bitter en kan je maar beter van je handen wassen.

Een lieveheersbeestje is een vriendelijk dier dat erg nuttig is in de tuin omdat het schadelijke bladluizen opeet. Je moet het echter wel zelf met rust laten, want het is een beschermd diertje. Figuur 1 Nog een plaatje van het Natuurtheater in Velden met een foto van Frank Bons

19