Schoolreglement_aanpassing_juni2014

Download Report

Transcript Schoolreglement_aanpassing_juni2014

Onthaalbrochure
met pedagogisch project
en schoolreglement
Vrije Basisschool - Margrietstraat 15 - 9310 Baardegem
052/35 05 97 – [email protected]
Inhoudsopgave
INHOUDSOPGAVE
1
VERWELKOMING
5
VOORSTELLING VAN DE SCHOOL
6
ONZE SCHOOL
6
De directeur
De zorgcoördinator
Het onderwijsteam
Personeel en medewerkers
Scholengemeenschap
Het schoolbestuur
Ouderraad
Schoolraad
Interne beroepscommissie in geval van tijdelijke uitsluiting
CLB
9
NUTTIGE ADRESSEN
10
HET OPVOEDINGSPROJECT
12
PIJLER 1 : CREATIEF = GEVARIEERD LEREN EN GOED ONDERWIJZEN
PIJLER 2 : HEDENDAAGSE CHRISTELIJKE BELEVING
PIJLER 3 : MET STERKE TEAMSPIRIT
PIJLER 4 : TOEKOMSTGERICHT OPVOEDEN
PIJLER 5 : ZORG VOOR ELK KIND
PIJLER 6 : CONTACT MET OUDERS
PIJLER 7 : SCHOOL IN ONTWIKKELING
PIJLER 8 : GEZOND EN FIT
1
HET SCHOOLREGLEMENT
14
INLEIDING
14
INSCHRIJVEN EN DE SCHOOL VERLATEN
14
Inschrijving
Preventie en welzijn
Schoolverandering
HET SCHOOLLEVEN BUITEN DE KLAS
18
Ik kom naar school
Hoe laat begint de school?
Op de speelplaats
Toezicht
Wat brengen we mee?
Hoe maken we onze school rustig en gezellig?
IN DE KLAS
20
Het is fijn in onze klas
Pesten op school
Verjaardagen
Onze klasafspraken
ZIEKTE EN AFWEZIGHEID
21
Wat bij afwezigheid?
Op wie is die regelgeving van toepassing?
Welke afwezigheden zijn gewettigd?
Afwezigheden omwille van revalidatie tijdens de lestijden.
Problematische afwezigheden.
Wat bij langdurige ziekte?
Onderwijs aan huis
Zwemmen en turnen
Medicatie
2
VERZEKERING
28
Ongevallen op school en de schoolverzekering
Aangifte van een ongeval
Vrijwilligers
WAT ZIJN DE KOSTEN?
29
Kosteloos ter beschikking
Bijdrageregeling
-
Scherpe maximumfactuur
Minder scherpe maximumfactuur
Facultatieve uitgaven
Schooltoelagen
Betalingswijze
Eerbied voor het materiaal
HUISWERKBELEID
31
RAPPORTEREN
33
Waarom?
Leerlingvolgsysteem
Perioderapport
Grote rapporten
Interdiocesane voor het 4de en 6de leerjaar
Diagnostische proeven
ZORG VOOR ALLE KINDEREN
34
Schoolniveau
Klasniveau
Kindniveau
HET GETUIGSCHRIFT BASISONDERWIJS
35
ORDE-EN TUCHTREGLEMENT
36
Ordemaatregelen
Tuchtmaatregelen
Beroepsprocedures na een uitsluiting
3
CONTACTEN OUDERS-SCHOOL
39
De dagelijkse contactmogelijkheden
Tijdens het schooljaar
ROOKVERBOD
40
STANDPUNT VAN HET SCHOOLBESTUUR IN VERBAND MET RECLAME OP SCHOOL
41
EEN-OF MEERDAAGSE SCHOOLUITSTAPPEN
42
ECHTSCHEIDING
42
PRIVACY
42
ENGAGEMENTSVERKLARING
43
TOT SLOT
45
4
Verwelkoming
Dag peuter, dag kleuter !
Dag meisje, dag jongen !
Van harte welkom op onze school!
Kom maar binnen en voel je goed.
We hopen dat je een fijn schooljaar beleeft.
Met een fijn schooljaar bedoelen we niet enkel dat je veel leert.
We wensen ook echt dat je je goed voelt op school.
Als schoolteam, leraren, personeel en directie, zullen we daar ons uiterste best voor doen.
Om dit samen te kunnen waarmaken, biedt dit schoolreglement heel wat informatie en willen
wij met jou concrete afspraken maken in verband met de organisatie van het dagelijkse
schoolleven.
We wensen je een boeiend, aangenaam en leerrijk schooljaar toe.
Beste ouders,
We heten u van harte welkom in de gemeenschap van onze school en zijn blij en dankbaar dat u uw kind
toevertrouwt aan onze school. De directie en de leraren zullen zich met al hun talenten inzetten om uw
kind te begeleiden met hoofd, hart en handen. Wij hopen dat wij goed zullen kunnen samenwerken met u
en dat u uw kind zult begeleiden om de doelstellingen - geformuleerd in ons schooleigen christelijk
opvoedingsproject - te realiseren. School en gezin vormen immers samen de basispijlers die het
ontwikkelings- en opvoedingsproces van uw kinderen vorm moeten geven. Vanuit ons schooleigen
christelijk opvoedingsproject willen wij uw kinderen een degelijke vorming geven, want wij geloven dat
kinderen 'wortels' nodig hebben om te groeien tot een harmonische persoonlijkheid.
Dit schoolreglement wil een leidraad zijn bij ons opvoedkundig bezig zijn met uw kinderen, waarvan u de
eerste verantwoordelijke blijft voor de opvoeding en het onderwijs.
Wij bieden in deze brochure onze opvoeders, leraren en ouders een aantal concrete handreikingen aan bij
het pedagogisch begeleiden van onze kinderen en hopen dat u hen aanmoedigt de gemaakte afspraken na
te leven. Bewaar daarom deze brochure zorgvuldig. Ze kan een nuttig naslagwerkje zijn bij allerlei vragen.
Bij deze en andere vragen of problemen staan wij bovendien klaar om samen naar een zinvolle oplossing te
zoeken.
Wij hopen op wederzijdse steun en waardering bij ons gezamenlijk opvoedingswerk, thuis en in de school.
In naam van het ganse schoolteam groet ik u.
Joske Schockaert
directeur
5
Voorstelling van de school
ONZE SCHOOL
DE DIRECTEUR
Joske Schockaert
0472 /52 35 77
[email protected]
De directeur is aangesteld voor de dagdagelijkse leiding van de school, en adviseert het schoolbestuur op
verschillende domeinen.
Het geboden onderwijs is conform de wetgeving en voldoet aan de gestelde doelstellingen van het
ministerie van onderwijs nl. de ontwikkelingsdoelen en eindtermen. Door de leerplannen van het Katholiek
Onderwijs te volgen, willen we zelfs dat tikkeltje meer bereiken. Het wordt dan ook door het minsterie van
de Vlaamse Gemeenschap - Departement onderwijs gesubsidieerd.
Drie jaar kleuteronderwijs en zes jaar lager onderwijs vormen samen het basisonderwijs.
www.vbsbaardegem.be
DE ZORGCOÖRDINATOR
Joske Schockaert
0472 /52 35 77
[email protected]
HET ONDERWIJSTEAM
De leraren en directie zorgen voor het onderwijskundig aspect.
PERSONEEL EN MEDEWERKERS
Dit zijn de mensen van het secretariaat, de onderhoudswerkers, het middagtoezicht, helpers en anderen.
Ze werken mee aan de algemene schoolwerking, meestal achter de schermen.
SCHOLENGEMEENSCHAP
Vzw Vrij Basisonderwijs Dender-Noord
Coördinerend directeur: Jan Luyten
[email protected]
www.dender-noord.be
Zes schooljaren geleden werden er in het Basisonderwijs scholengemeenschappen ingevoerd.
Onze school maakt deel uit van de scholengemeenschap “Vrije Basisscholen Dender-Noord”. Deze scholengemeenschap heeft als administratief adres Laurierstraat 26 te 9280 Lebbeke.
Deze scholengemeenschap omvat alle vrije basisscholen van de gemeenten Lebbeke ( incl. Wieze en
Denderbelle ) , Buggenhout, Meldert en Baardegem.
6
Op dit moment beoogt de scholengemeenschap een grotere samenwerking tot stand te brengen tussen de
deelnemende scholen op het vlak van administratie, zorg, ICT en algemene organisatie.
HET SCHOOLBESTUUR
Dit is de eigenlijke organisator van het onderwijs in onze school, verantwoordelijk voor het beleid en de
beleidsvorming en het scheppen van de noodzakelijke voorwaarden voor een goed verloop van het
onderwijs.
Het schoolbestuur is gevestigd in de Laurierstraat 26 te Lebbeke.
Naast onze school horen volgende scholen bij deze vzw :
- Vrije Basisschool Kloosterstraat 1 Wieze
- Vrije Basisschool Lange Minnestraat 59 Lebbeke
- Vrije Basisschool Brusselsesteenweg 43 Lebbeke
- Vrije Basisschool Laurierstraat 26 Lebbeke
- Vrije Basisschool Kapellenstraat 43 Denderbelle
- Vrije Basisschool Meldert-Dorp 19 Meldert
Raad van beheer :
Voorzitter :
Gaston Heyvaert
Ondervoorzitter :
Edwig Lelie
Secretaris :
Luc Van Driessche
Penningmeester :
Geert Van Hove
Bestuurder :
Walter Deygers
Bestuurder :
Hilde De Clerck
INTERNE BEROEPSCOMMISSIE IN GEVAL VAN TIJDELIJKE UITSLUITING
Voorzitter: Gaston Heyvaert, Laurierstraat 26, 9280 Lebbeke
Deze commissie beslecht conflicten die ontstaan tussen ouders en een schoolbestuur in verband met
uitsluiting van een leerling.
7
OUDERRAAD
Voorzitter: Heidi Moens
[email protected]
Doelstellingen
Het doel van de vereniging is de opvoeding en het onderwijs van onze school volgens christelijke principes
te ondersteunen. Samenwerking en doorstroming zijn hier twee sleutelbegrippen.
Functie
De ouderraad vertegenwoordigt alle ouders met kinderen op onze school. Haar voornaamste taak bestaat
erin alle mogelijke initiatieven te ontwikkelen om de banden tussen de ouders, de kinderen, de leraren en
de directie te versterken. Dit kan alleen maar als er een goede doorstroming van informatie bestaat. Via
samenwerking en het organiseren van een waaier van activiteiten kan het doel bereikt worden. Dit kan
gebeuren onder andere door het inrichten van pedagogische activiteiten zoals een vormingsavond..., het
verlenen van 'hand- en spandiensten' bij de vele schoolse activiteiten, het aankopen van didactisch
materiaal...
U kunt bij de mensen van de ouderraad terecht met problemen, vragen, ideeën en/of voorstellen.
U bent ook van harte welkom, want zonder bereidwillige ouders is deze werking niet mogelijk!
SCHOOLRAAD
Een schoolraad is verplicht in iedere school. Ze bestaat uit 3 geledingen (oudergeleding, personeelsgeleding
en lokale gemeenschap) en heeft een aantal overlegbevoegdheden evenals een informatie- en
communicatierecht ten opzichte van de school en omgekeerd. Zij wordt samengesteld voor een periode
van vier jaar.
De schoolraad bepaalt zelf in haar huishoudelijk reglement op welke wijze nieuwe leden kunnen toetreden
tijdens de lopende mandaatperiode.
In onze school wordt de schoolraad samengesteld uit vertegenwoordigers aangeduid door de
onderliggende ouderraad en pedagogische raad. De leden van de lokale gemeenschap worden vervolgens
gekozen door de twee voornoemde geledingen.
Voorzitter: Christine Verhaegen
[email protected]
Personeelsgeleding: Christine Plas en Alma Fies
Oudergeleding: Christine Verhaegen en Marleen D’Hauwers
Lokale gemeenschap: Bea Verstraeten en Greet Van Vaerenbergh
Het schoolbestuur wordt uitgenodigd voor overleg schoolraad – schoolbestuur.
Taken en werking:
Elke geleding (groep) heeft een eigen inbreng, een eigen visie gekoppeld aan het respect voor die van de
andere geledingen.
De geledingen werken en bouwen samen aan een werking waarin het
opvoedingswelzijn van het kind centraal staat. Elk lid spreekt daarbij niet uit persoonlijke naam, maar in
naam van de achterban die hij of zij vertegenwoordigt en zal daarvoor moeten peilen wat er bij die
achterban leeft. Het is de bedoeling dat de schoolraad geen papieren orgaan zou zijn, maar een stuur-,
denk- en richtgroep voor onze school.
8
CLB
Het Centrum voor leerlingenbegeleiding is de versmelting van de vroegere PMS-centra en het medisch
schooltoezicht. Het CLB heeft als opdracht bij te dragen tot het welbevinden van leerlingen. Het situeert
daartoe de begeleiding van leerlingen op vier domeinen:
het leren en studeren;
de onderwijsloopbaan;
de preventieve gezondheidszorg;
het psychisch en sociaal functioneren.
De school en het CLB stellen een gezamenlijk beleidscontract op dat de aandachtspunten voor de
leerlingenbegeleiding vastlegt. Dat is met de ouders besproken in de schoolraad.
Niet alleen de school, maar ook de leerlingen en ouders kunnen het CLB om hulp vragen. Het CLB werkt
gratis en discreet.
Als de school aan het CLB vraagt om een leerling te begeleiden, zal het een begeleidingsvoorstel doen. Het
CLB zet de begeleiding slechts voort als de ouders van de leerling hiermee instemmen. Vanaf de leeftijd van
12 jaar vermoedt de regelgever dat een kind voldoende competent is om zelfstandig te beslissen of hij/zij
wil instemmen met het voorgestelde begeleidingsplan.
Ouders en leerlingen zijn echter verplicht hun medewerking te verlenen aan:
-
de begeleiding van leerlingen die spijbelen. Als de betrokken ouders niet ingaan op de initiatieven
van het centrum, meldt het centrum dit aan de door de Vlaamse regering aangeduide instantie.
collectieve medische onderzoeken en/of preventieve gezondheidsmaatregelen i.v.m. besmettelijke
ziekten. De ouders of de leerling vanaf 12 jaar kunnen zich verzetten tegen het uitvoeren van een
algemeen of gericht consult door een bepaalde arts van het CLB. Binnen een termijn van negentig
dagen dient de persoon die verzet aantekent, het verplichte consult te laten uitvoeren door een
andere arts van hetzelfde CLB, een arts van een ander CLB of een andere arts buiten het CLB die
beschikt over het nodige bekwaamheidsbewijs. In dat laatste geval zijn de kosten ten laste van de
ouders.
Het centrum maakt zijn werking bekend aan de ouders. Dat gebeurt minstens op het ogenblik dat de
leerling voor de eerste keer wordt ingeschreven in de school. Ouders krijgen informatie over de rechten en
plichten van ouders, leerlingen, de school en het centrum.
De regering kan het centrum verplichten vormen van begeleiding voor deelgroepen van leerlingen, ouders
en scholen voor te stellen. Het staat deze leerlingen, ouders en scholen vrij om al dan niet op dit verzekerd
aanbod in te gaan.
Als een leerling van school verandert, behoudt het centrum zijn bevoegdheid en verantwoordelijkheid ten
aanzien van die leerling tot de leerling is ingeschreven in een school die door een ander centrum wordt
bediend.
Als een leerling voor een bepaalde periode niet ingeschreven is in de school, behoudt het centrum zijn
bevoegdheid en verantwoordelijkheid ten aanzien van die leerling tot het einde van de periode van nietinschrijving.
Het centrum heeft recht op de relevante informatie die over de leerlingen in de school aanwezig is en de
school heeft recht op de relevante informatie over de leerlingen in begeleiding. Ze houden allebei bij het
9
doorgeven en het gebruik van deze informatie rekening met de geldende regels inzake het beroepsgeheim,
de deontologie en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.
Het multidisciplinair dossier van uw kind bevat alle voorhanden zijnde gegevens die over uw kind op het
centrum aanwezig zijn, ook vroegere gegevens uit het vroegere PMS-MST-dossier.
Als een leerling van school verandert, is het CLB dat de vorige school begeleidt, ervoor verantwoordelijk dat
het CLB-dossier de leerling volgt. Er is geen toestemming van de ouders vereist om een multidisciplinair
dossier over te dragen.
Er bestaat maar één CLB-dossier en dit dossier is in principe een ondeelbaar geheel. Daarom wordt het bij
schoolveranderen in één zending overgemaakt. Elk CLB is eraan gehouden de ouders te informeren over
het doorgeven van het dossier. Er wordt een wachttijd van 10 dagen gerespecteerd na het informeren van
de ouders. Als ouder kunt u afzien van die wachttijd. U kunt binnen die 10 dagen verzet aantekenen tegen
het overmaken van de niet-verplichte gegevens uit het dossier.
U kunt geen verzet aantekenen tegen de overdracht van volgende gegevens: identificatiegegevens,
vaccinatiegegevens, gegevens in het kader van de verplichte CLB-opdrachten, bijzondere consulten en de
medische onderzoeken uitgevoerd als vorm van nazorg na een algemeen, een gericht of een bijzonder
consult.
Indien u verzet aantekent, verzendt het vorige CLB enkel de verplicht over te dragen gegevens samen met
een kopie van het verzet. Het bewaart de gegevens waartegen verzet werd aangetekend tot 10 jaar na het
laatste contact.
Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding Aalst
Langestraat 12, 9300 Aalst
tel.: 053/78 85 10
fax.: 053-/8 55 97
email: [email protected]
Het is wenselijk vooraf telefonisch een afspraak te maken.
U kan als ouder altijd rechtstreeks contact opnemen met het CLB.
Voor een goede samenwerking informeert u best ook de school via de leraar of de directie.
NUTTIGE ADRESSEN
Lokaal Overlegplatform Aalst Basisonderwijs
Contactpersoon :
Jacky Deblaere
deskundige-ondersteuner LOP
Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming
AgODi - Agentschap voor Onderwijsdiensten - gelijke onderwijskansen
0479/98 97 36
10
Commissie inzake Leerlingenrechten
t.a.v. Sara De Meerleer (Basisonderwijs)
H. Consciencegebouw 4A10
Koning Albert-II laan 15,
1210 Brussel
02/553 92 12
Commissie Zorgvuldig Bestuur
Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming
AGODI
t.a.v Marleen Broucke
Adviseur
Kamer 1C 24
Koning Albert II-laan 15
1210 Brussel
11
Het opvoedingsproject
PIJLER 1 : Creatief = gevarieerd leren en goed onderwijzen.
We zorgen ervoor dat kinderen vanuit ervaringen kunnen leren. Daarbij worden creatieve oplossingen
aangemoedigd. Als leerlingen zich goed voelen en betrokken zijn bij het klasgebeuren, dan kunnen ze pas
echt goed leren. We vergeten daarbij niet dat automatisering van bepaalde technieken heel belangrijk is.
We bieden alle kinderen kansen om volgens hun eigen mogelijkheden, rekening houdend met eigen
interesses, te kunnen leren. Eigen initiatief wordt gestimuleerd. We leren kinderen stap voor stap studeren,
met aandacht voor planmatig werk. Actief leren krijgt binnen het onderwijsproces de voorkeur. Tussen de
klassen wordt overlegd over het schoolleven. Dit zorgt voor samenhang, zowel tussen parallelle klassen, als
tussen opeenvolgende jaren. We zoeken steeds naar een gezond evenwicht tussen alle domeinen van de
ontwikkeling. Niet alleen het hoofd, maar het hele kind is belangrijk.
PIJLER 2 : Hedendaagse christelijke beleving.
We brengen onze christelijke normen en waarden op een eigentijdse manier over bij onze kinderen. Deze
waarden uiten zich in het voorleven ervan en door aandacht te hebben voor christelijke beleving doorheen
het schoolleven. We hebben hierbij respect voor ieders persoonlijk geloof en overtuiging. Onze school is
geworteld in de parochie. Daar werken we dan ook mee samen. De algemene zorg voor onze kinderen en
leerkrachten in christelijk perspectief noemen we pastoraal.
PIJLER 3 : Met sterke teamspirit.
Als team proberen we steeds in een open sfeer te communiceren. Dit doen we in overleg met de
leerkrachten van de lagere en hogere klassen. De gemaakte afspraken worden door ieder nageleefd en
gerespecteerd. Door beroep te doen op elkaars talenten proberen we zo steeds verder te groeien. We
bouwen aan dit teamgevoel door op regelmatige basis een gezamenlijke, vrijblijvende activiteit te doen.
PIJLER 4 : Toekomst gericht opvoeden.
Bij ons staat niet enkel het ‘leren’ centraal. Samen met de ouders willen we bouwen aan een
toekomstgerichte maatschappij. We streven ernaar om de kinderen weerbaar te maken voor belangrijke
waarden. We leren de kinderen kritisch te zijn, om vervolgens een eigen keuze te kunnen maken.
PIJLER 5 : Zorg voor elk kind.
Vanuit onze christelijke levensvisie werkt het team zó met de kinderen, dat bij het onderwijsgebeuren alle
domeinen van de ontwikkeling aan bod komen. Ons team benadert de kinderen met een positieve,
optimistische ingesteldheid. We bekijken ook het toekomstperspectief van de kinderen vanuit deze
grondhouding. Aan elk kind willen we hulp op maat bieden door tijdig zorgen te signaleren, deze degelijk te
analyseren en gedifferentieerde hulp te bieden. Door preventief te werken proberen we zorgen te
vermijden. Bij bijzondere acties met kinderen (onderzoeken, individuele actieplannen, …) informeren we steeds de ouders om vanuit een positief overleg tot afspraken te komen die de verdere ontwikkeling van
het kind ten goede komen. De school stimuleert bij leerkrachten de mogelijkheid om nascholingen te
volgen om hen deskundiger te maken in de specifieke noden van de leerlingen die bijzondere zorg
behoeven. De leerkrachten maken werk van de samenwerking met een ruim netwerk van hulpverleners.
Nieuwe kleuters en leerlingen worden hartelijk onthaald, er is aandacht voor overstap van kleuter naar
lager, van lager naar secundair onderwijs.
12
PIJLER 6 : Contact met ouders.
Kinderen harmonieus opleiden kunnen we slechts in nauwe samenwerking met de ouders. Daarom zijn er
oudercontacten waar we vanuit een positieve ingesteldheid ouders als volwaardige partners in het
schoolse opvoedingsproces van hun kind betrekken. De school en de ouders informeren elkaar op een
eerlijke, duidelijke en inlevende manier over hun kind. Ouders kunnen individueel of vanuit de ouderraad
constructief meewerken en meedenken aan de schoolwerking. Daarbij maakt de school graag gebruik van
talenten en ervaringen bij ouders of grootouders. Wij verwachten van onze ouders dat zij de leerkrachten
ondersteunen bij het leer- en opvoedingsproces.
PIJLER 7 : School in ontwikkeling.
We zijn een school in ontwikkeling. Dit betekent dat we open staan voor vernieuwingen en nemen hieruit
de beste elementen op. Daarom doen we aan permanente vorming. We houden eerlijke zelfevaluaties
waarbij we alle schoolparticipanten betrekken. We ontwikkelen ons verder in functie van onze visie.
PIJLER 8 : Gezond en fit.
Een gezonde geest in een gezond lichaam is voor ons een belangrijk principe. Daarom hebben we oog voor
gezonde voeding, voor fysieke, psychische en emotionele gezondheid. We leren over gezondheid en
proberen dit in de praktijk om te zetten. Hierbij houden we rekening met ieders fysieke kwaliteiten en
beperkingen. Sporten moedigen we steeds aan.
13
Het schoolreglement
INLEIDING
Dit vernieuwde schoolreglement wordt van kracht op 1 september 2014. Door zijn aard is het een bundeling
van afspraken, richtlijnen en maatregelen waaraan iedereen zich moet houden zodat de schoolorganisatie
vlot kan verlopen. Het schoolreglement wordt bij inschrijving van een nieuwe leerling en bij een wijziging
van een artikel voorgelegd aan de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen en die het ondertekenen
'voor akkoord'.
We vragen dat de ouders voor eind september de invulstrook bij het school-reglement bezorgen aan de
klasleraar. Daarmee geeft u uw akkoord aan ons opvoedingsproject en ons schoolreglement.
Het schoolreglement wordt vastgelegd door het schoolbestuur. Eventuele wijzigingen worden vooraf
besproken met de leden van de schoolraad.
Ouders die voorstellen hebben om het schoolreglement te verbeteren, vragen we om contact op te nemen
met de school of met de voorzitter van het ouderraad. Jaarlijks wordt het schoolreglement besproken met
de ouderraad en op de schoolraad. Alle ouders worden schriftelijk op de hoogte gebracht van eventuele
wijzigingen. We zullen dan opnieuw uw akkoord vragen.
INSCHRIJVEN EN DE SCHOOL VERLATEN
INSCHRIJVING
Vanaf 1 september 2012 gaat er een nieuw inschrijvingsdecreet van kracht.
Het decreet regelt voor het eerst de inschrijvingen voor het schooljaar 2013-2014.
Onze school behoort net als alle andere scholen van Aalst tot een LOP gebied.
Het LOP beoogt de bevordering van gelijke onderwijskansen voor alle kinderen met het oog op hun
maximale zelfontplooiing, maatschappelijke betrokkenheid en welbevinden, door de realisatie van zijn
kerntaken: het bevorderen van optimale leer- en ontwikkelingskansen, het vermijden van uitsluiting en het
bevorderen van de sociale mix.
Dit is decretaal bepaald.
Wat betekent dit voor onze school?
- We moeten onze capaciteit bepalen :
Capaciteit van de school: Kleuters: 100
Lager : 150
- We moeten rekening houden met het inschrijvingsrecht. Het inschrijvingsrecht is een ‘set’ regels waardoor de maatschappij er zich van verzekert dat kinderen op een correcte wijze in scholen
ingeschreven worden. Binnen het LOP gebied Aalst zijn hierrond afspraken gemaakt en onze school
verbindt er zich toe deze na te leven.
- Onze school werkt met voorrangsperiodes. We hebben een voorrangsperiode voor leerlingen van
dezelfde leefentiteit, kinderen van personeel en voor het systeem van dubbele contingentering. Tot
slot voorzien we ook een periode voor leerlingen die geen gebruik maken van de
voorrangsgroepen. De data van de verschillende inschrijvingsperiodes worden later meegedeeld.
14
Een inschrijving kan pas ingaan na instemming met het schoolreglement en het pedagogisch project van de
school. Het schoolreglement wordt schriftelijk of via elektronische drager aangeboden en de ouders
moeten er zich schriftelijk akkoord mee verklaren. Bij het inschrijven van een leerling moet een officieel
document voorgelegd worden. Dit document moet de identiteit van het kind bevestigen en de
verwantschap aantonen. Het trouwboekje, het geboortebewijs, een identiteitsbewijs van het kind zoals een
SIS-kaart, een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister of een reispas, kunnen aan deze eis
voldoen. De inschrijving van een leerling geldt voor de duur van de hele schoolloopbaan in de school, tenzij
de ouders zich met een wijziging van het schoolreglement niet akkoord verklaren (zie verder).
Alle kleuters en leerlingen worden op de datum van de inschrijving opgenomen in het inschrijvingsregister.
Zij worden slechts eenmaal ingeschreven volgens chronologie. Een kleuter die nog geen 2 jaar en 6
maanden is, kan ingeschreven worden. Maar pas wanneer de kleuter voldoet aan de toelatingsvoorwaarde
(2,5 jaar zijn), wordt de kleuter opgenomen in het stamboekregister en kunnen de ouders de verklaring van
enige inschrijving invullen en handtekenen. Vanaf de volgende instapdatum wordt de kleuter toegelaten in
de school en wordt hij/zij opgenomen in het aanwezigheidsregister van de klas. Kleuters zijn
niet leerplichtig.
Kleuters vanaf 2,5 tot 3 jaar mogen in het kleuteronderwijs op school aanwezig zijn vanaf de volgende
instapdagen:
de eerste schooldag na de zomervakantie
de eerste schooldag na de herfstvakantie
de eerste schooldag na de kerstvakantie
de eerste schooldag van februari
de eerste schooldag na de krokusvakantie
de eerste schooldag na de paasvakantie
de eerste schooldag na Hemelvaartsdag
Een kleuter die de leeftijd van drie jaar bereikt heeft, kan elke dag worden ingeschreven en in de school
toegelaten worden zonder rekening te houden met de instapdagen.
Toelatingsvoorwaarden basisonderwijs
Om toegelaten te worden tot het lager onderwijs moet de leerling 6 jaar zijn voor 1 januari van het lopende
schooljaar. Een leerling die 5 jaar wordt voor 1 januari van het lopende schooljaar kan reeds in het lager
onderwijs ingeschreven worden. Deze afwijking blijft beperkt tot één jaar.
Vanaf 1 september 2009 geldt voor inschrijvingen vanaf het schooljaar 2010-2011 onderstaande regeling:
Om toegelaten te worden tot het gewoon lager onderwijs moet een leerling zes jaar zijn voor 1 januari van
het lopende schooljaar. Als hij nog niet de leeftijd van zeven jaar heeft bereikt of zal bereiken voor 1 januari
van het lopende schooljaar, moet hij bovendien aan een van de volgende voorwaarden voldoen:
Je kind kan pas instappen in het eerste leerjaar als het aan de wettelijke toelatingsvoorwaarden voldoet.
Het voorgaande schooljaar ingeschreven zijn geweest in een door de Vlaamse Gemeenschap
erkende Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs en gedurende die periode ten minste 220
halve dagen aanwezig zijn geweest.
Beschikken over een bewijs dat hij het voorafgaande schooljaar onderwijs heeft genoten in een
Nederlandstalige onderwijsinstelling uit een lidstaat van de Nederlandse Taalunie.
Met uitzondering van de leeftijdsvereiste is deze regeling niet van toepassing op leerlingen die
worden ingeschreven in Franstalige scholen in de rand- en taalgrensgemeenten die deel uitmaken
van het Nederlandse taalgebied.
15
Een leerling die 5 jaar wordt vóór 1 januari van het lopende schooljaar kan in het lager onderwijs
ingeschreven worden, op voorwaarde dat hij tijdens het voorafgaande schooljaar was
ingeschreven in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende Nederlandstalige school voor
kleuteronderwijs en gedurende die periode ten minste 185 halve dagen aanwezig was geweest.
Een leerling die 5 jaar wordt vóór 1 januari van het lopende schooljaar en die tijdens het
voorafgaande schooljaar niet was ingeschreven in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende
Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs, kan in het lager onderwijs worden ingeschreven
op basis van een taalproef.
Taalscreening: niveau onderwijstaal
Onze school moet voor elke leerling die voor het eerst in het lager onderwijs instroomt een taalscreening
uitvoeren. Indien onze school op basis van de resultaten van de screening het nodig acht, wordt een
taaltraject voorzien dat aansluit bij de specifieke noden van het kind.
Leerplicht
In september van het jaar waarin uw kind 6 jaar wordt, is het leerplichtig en wettelijk verplicht om les te
volgen. Ook wanneer het op die leeftijd nog in het kleuteronderwijs blijft, is het dus net als elk ander
leerplichtig kind onderworpen aan de controle op het regelmatig schoolbezoek.
Een jaartje langer in de kleuterschool doorbrengen, vervroegd naar de lagere school komen en een achtste
jaar in de lagere school verblijven kan enkel na kennisgeving van en toelichting bij het advies van de
klassenraad en van het CLB-centrum.
In het gewoon onderwijs kan een leerling minimum 5 jaar en maximum 8 jaar in het lager onderwijs
doorbrengen, met dien verstande dat een leerling die 15 jaar wordt vóór 1 januari geen lager onderwijs meer
kan volgen.
De leerlingen zijn verplicht om alle lessen en activiteiten van hun leerlingengroep te volgen.
gezondheidsredenen kunnen er, in samenspraak met de directeur, eventueel aanpassingen gebeuren.
Om
Weigeren van leerlingen
1.
Het schoolbestuur weigert de inschrijving van de betrokken leerling die het vorige of het daaraan
voorafgaande schooljaar door een tuchtmaatregel definitief werd uitgesloten in de school.
2.
Kinderen kunnen specifieke noden hebben. Van ouders wordt verwacht dat zij dit meedelen aan de
school. De school zal onderzoeken of haar draagkracht voldoende groot is om het kind de nodige
ondersteuning te geven op het vlak van onderwijs, therapie en verzorging indien de ouders, bij
inschrijving, nalaten om mee te delen dat hun kind een attest buitengewoon onderwijs heeft. Als er
de eerste weken na de inschrijving een vermoeden is van specifieke noden, zal de school haar
draagkracht alsnog onderzoeken.
Bij het onderzoek naar de draagkracht houdt de school, in overleg met de ouders en het CLB,
rekening met:
de verwachtingen van de ouders ten aanzien van het kind en ten aanzien van de school;
de concrete ondersteuningsnoden van de leerling op het vlak van leergebieden, sociaal
functioneren, communicatie en mobiliteit;
een inschatting van het regulier aanwezig draagvlak van de school inzake zorg;
de beschikbare ondersteunende maatregelen binnen én buiten het onderwijs;
het intensief betrekken van de ouders bij de verschillende fasen van het overleg- en
beslissingsproces.
16
Het kind wordt ingeschreven onder de ontbindende voorwaarde van het aantonen van onvoldoende
draagkracht.
De beslissing tot weigering wordt binnen vier kalenderdagen (eventueel na onderzoek van de
draagkracht van de school) bij aangetekend schrijven of tegen afgiftebewijs aan de ouders van de
leerling bezorgd. Ouders krijgen toelichting bij de beslissing van het schoolbestuur.
In gemeenten met een Lokaal Overleg Platform (LOP) - Aalst - wordt bij een weigering op
draagkracht door het LOP onmiddellijk, en zonder te wachten op de vraag van de ouders, een
bemiddelingsprocedure opgestart. Bij weigering op basis van de andere redenen start het LOP
alleen een bemiddeling wanneer de ouders er uitdrukkelijk om verzoeken. Indien de school niet
behoort tot een LOP zal het Departement Onderwijs een nabijgelegen LOP aanduiden. Na de
bemiddeling door het Lokaal Overleg Platform kunnen ouders alsnog een klacht indienen bij de
Commissie inzake Leerlingenrechten.
3.
Het schoolbestuur kan omwille van materiële omstandigheden een maximumcapaciteit invoeren.
Wanneer deze maximumcapaciteit overschreden wordt, moet de school de leerling weigeren.
Elke geweigerde leerling krijgt een mededeling van niet-gerealiseerde inschrijving en wordt als
geweigerde leerling in het inschrijvingsregister geschreven. De volgorde van geweigerde leerlingen in
het inschrijvingsregister valt weg op de vijfde schooldag van oktober van het schooljaar waarop de
inschrijving betrekking heeft. Voor de instappertjes blijft de volgorde van het inschrijvingsregister
behouden tot 30 juni van het schooljaar waarop de inschrijving betrekking had.
Bij elke wijziging van het schoolreglement informeert het schoolbestuur de ouders schriftelijk of via
elektronische drager over die wijziging en de ouders geven opnieuw schriftelijk akkoord. Indien de ouders
zich met de wijziging niet akkoord verklaren, wordt aan de inschrijving van het kind een einde gesteld op 31
augustus van het lopende schooljaar.
Zittenblijven en vormen van leerlingengroepen
De school beslist, in overleg en in samenwerking met het CLB dat onze school begeleidt, of je kind kan
overgaan naar een volgende leerlingengroep. Wil de school dat je kind een jaar overdoet, dan is dit omdat ze
ervan overtuigd is dat dit voor je kind de beste oplossing is. De genomen beslissing wordt ten aanzien van de
ouders schriftelijk gemotiveerd en mondeling toegelicht. De school geeft ook aan welke bijzondere
aandachtspunten er in het daaropvolgende schooljaar voor je kind zijn. De school neemt deze beslissing dus in
het belang van je kind.
Het is de school die beslist in welke leerlingengroep je kind, die in de loop van zijn schoolloopbaan van school
verandert, terechtkomt.
Leerlingengroepen kunnen heringedeeld worden op basis van een gewijzigde instroom. (Bijvoorbeeld in de
kleuterschool na een instapdatum).
PREVENTIE EN WELZIJN
De school werkt rond preventie en welzijn. Deze werking vertrekt van de uitgeschreven beleidsverklaring. Deze
beleidsverklaring is te verkrijgen bij de directie.
17
SCHOOLVERANDERING
Het is wettelijk toegelaten om in de loop van het schooljaar uw kind van school te veranderen.
We denken dat veranderen van school in de loop van het schooljaar voor een kind zelden een goede keuze
is. Een goed gesprek met de klasleraar en/of de directeur kan veelal heel wat ophelderen.
HET SCHOOLLEVEN BUITEN DE KLAS
IK KOM NAAR SCHOOL
Ook buiten de school moeten mensen kunnen ervaren dat je een leerling bent van onze school. Je houding
en je verzorgde taal verwijst naar je schoolkeuze. Fluiten, roepen of vechten onderweg hoort niet bij onze
stijl.
Onze schoolpoort gaat open om 8.00 uur. ’s Middags om 13 uur. Kom niet te vroeg naar school, maar ook
niet te laat. Neem de kortste weg van huis naar school en omgekeerd: dat is nodig voor de
schoolverzekering. Ga nooit met vreemde mensen mee, laat je niet ompraten.
Kinderen die met de auto gebracht worden, letten op wanneer ze uitstappen. Aan de ouders vragen we om
ordelijk en reglementair te parkeren voor de veiligheid van onze kinderen. Het is wenselijk te parkeren
buiten de schoolomgeving (Mechelseweg, kerkplein). We maken er u op attent dat het verboden is om te
stoppen of te parkeren op het zebrapad. Ouders kunnen lagere schoolkinderen begeleiden tot aan de
schoolpoort, kleuters tot op de speelplaats.
Wil ook rekening houden met filevorming, tijdig vertrekken helpt uw kind tijdig op school te zijn.
Wie met de fiets naar school komt, past de verkeersregels toe. Je komt de school binnen en buiten met je
fiets aan de hand. Plaats je fiets netjes in de fietsrekken. Het gebruik van een fietshelm en fluohesje kunnen
wij aanbevelen.
Kijk je fiets geregeld na en laat hem tijdig herstellen. De politie zal de staat van de fietsen controleren. We
zullen je ouders hierover tijdig verwittigen. Verwittig de directeur wanneer je een ongeval hebt met je fiets.
HOE LAAT BEGINT DE SCHOOL?
We beginnen onze schooldag om 8.25 uur en eindigen om 15.30 uur .
's Middags eindigt de school om 12 uur en herbegint om 13.30 uur (niet op woensdag).
We vragen dat de kinderen stipt aanwezig zouden zijn (extra aandacht voor de kleuters) zodat alle
activiteiten stipt kunnen beginnen.
Te laat komen kan niet! We verwachten dat uw kind dagelijks en op tijd op school is. Kinderen die te laat
toekomen melden zich aan bij de directie.
Bij afwezigheid van uw kind verwachten we dat u ons vóor 9 uur verwittigt.
Ouders worden verwittigd bij elke niet-gewettigde afwezigheid.
De aanwezigheid van uw kind heeft gevolgen voor het verkrijgen en behouden van de schooltoelage en
voor de toelating tot het eerste leerjaar. Meer hierover kan je lezen blz. 15 en 31 in het schoolreglement.
Het CLB waarmee wij samenwerken staat in voor de begeleiding bij problematische afwezigheden. U kan
zich niet onttrekken aan deze begeleiding.
18
We vragen de ouders de kinderen steeds op te halen aan de verzamelplaats aan de schoolpoort.
De kinderen mogen niet zonder begeleiding de speelplaats verlaten.
Ofwel worden ze aan de schoolpoort afgehaald, ofwel sluiten ze aan bij een door een leerkracht begeleide
rij.
Indien u de leerkracht wenst te spreken, kan dat enkel voor of na de lesuren. Tijdens de lesuren is de leraar
volledig ter beschikking van de kinderen (ook de kleuteronderwijzeressen!).
Er is een voor- en naschoolse opvang van 7 uur tot 18 uur. ’s Woensdags is er opvang tot 12.45 uur. Opvang
is gratis tussen 8 uur en 8u25 en tussen 15u30 en 16 uur. Daarbuiten is hij betalend.
OP DE SPEELPLAATS
Balspelen zijn toegestaan met zachte ballen om kwetsuren en gebroken ruiten te voorkomen.
Springtouwen, knikkers, bikkels, springelastieken, … zijn toegelaten als er op een veilige manier mee wordt gespeeld. De school stelt tijdens de speeltijd ook spelmateriaal ter beschikking.
Als we 's morgens aankomen, plaatsen we onze boekentassen ordelijk op de afgesproken plaats. Na het
belsignaal staan alle leerlingen in de rij op een vaste plaats.
De speelplaats is om te spelen, we houden die dus netjes. Als iedereen zijn afval in de vuilnisbak gooit, blijft
de speelplaats netjes. We zijn zuinig met toiletpapier en gooien het zeker niet op de grond. Zo verlichten
we ook het werk van het onderhoudspersoneel.
Tijdens de speeltijd zorgen leerkrachten voor toezicht. Je verlaat de speelplaats niet zonder toestemming
van een leerkracht die toezicht houdt. Je loopt dus niet zonder toestemming in de gangen.
Wanneer je je kwetst, vraag je een leraar die toezicht houdt om je te laten verplegen.
TOEZICHT
Leerlingen moeten zich veilig voelen : ze kunnen altijd bij de leraar terecht.
Leerlingen moeten zich gehoord voelen : de leraar wimpelt niet af.
Leerlingen moeten zich geobserveerd voelen : de leraar treedt op, moedigt aan, vermaant, straft, benoemt
het goede.
WAT BRENGEN WE MEE?
Zorg voor een stevige boekentas met daarin een pennenzak. Alle ander materiaal wordt door de school
bezorgd. Je mag ook eigen materiaal gebruiken. Voor de kleuters is geen eigen schoolmateriaal nodig.
Iedereen die tijdens de middag blijft, brengt boterhammetjes mee voor 's middags, liefst in een brooddoos :
aluminiumfolie belast het milieu. Men kan ook een warme maaltijd bestellen. Drank mag meegebracht
worden of is ’s middags verkrijgbaar op school (melk, chocomelk, water en fruitsap). Voor het
speelkwartier mag een extra koek, stuk fruit meegebracht worden en dan drinken we bij voorkeur water.
Snoep is niet gewenst.
19
Waardevolle voorwerpen (GSM, MP3, elektronische spelletjes, juwelen, … ) worden thuisgelaten! De school kan niet aansprakelijk worden gesteld voor beschadiging of verdwijning ervan.
Vanaf het schooljaar 2013-2014 gaan de klassen 2 en 3 om de veertien dagen zwemmen, de klassen 1, 4, 5 en
6 om de vier weken. Zwemdata worden tijdig meegedeeld. De zwemkledij (zwembroekje of zwempak,
badmuts, badhanddoeken en kam) moet voorzien zijn van de naam van de leerling.
Dit geldt ook voor de turnkledij : turnzak, blauw turnbroekje, witte turnpantoffels en het school T-shirt.
Lange haren worden samengebonden ( staartje, haarband). De turnzak blijft in de school en gaat telkens bij
het begin van een verlofperiode mee naar huis. T-shirts zijn op school verkrijgbaar. Kleuters moeten geen
turngerief meebrengen, enkel de vijfjarigen (K3) brengen turnpantoffeltjes mee.
Verder vragen wij u ook om kleding te merken (jassen, truien, mutsen, sjaals, handschoenen,… ). Verloren
voorwerpen kunnen steeds opgehaald worden aan de kapstok in de refter. Alle verloren voorwerpen
worden 2 maanden bewaard. Niet afgehaalde kledingstukken worden aan een instelling geschonken.
HOE MAKEN WE ONZE SCHOOL RUSTIG EN GEZELLIG?
Wij hebben graag dat de kinderen netjes en verzorgd naar school komen. Dit houdt in dat we strandkledij
zoals blote buiken en spaghettibandjes niet passend vinden op school. Ook degelijk schoeisel (geen
teenslippers !) aan de voeten is belangrijk voor schoollopers. Om lichamelijke letsels te voorkomen, worden
geen sieraden (bv. grote oorringen, zichtbare piercings, halskettingen, armbanden, …) toegelaten.
Kinderen die ziek zijn, komen beter niet naar school om klasgenootjes niet te besmetten.
Ook een vriendelijke en beleefde houding maakt het leven op school aangenaam. We werken daaraan,
onder andere met ons regelmatig aandachtspuntje.
Ook onze omgeving moet verzorgd worden. Wij hebben respect voor het groen en alle gebouwen. Wij
laten niets rondslingeren. Papier , groen- en tuinafval, batterijen worden in de school afzonderlijk
verzameld voor recyclage.
IN DE KLAS
HET IS FIJN IN ONZE KLAS
Elke leerling is verantwoordelijk voor zijn/haar schoolgerei en zijn/haar plaats in de klas. Alle schriften en
boeken moeten steeds gekaft zijn.
Onze boekentassen plaatsen we steeds ordelijk op hun plaats.
De school is niet verantwoordelijk voor verloren, gestolen of beschadigde voorwerpen. Om verlies te
voorkomen, vragen wij alle kledingstukken te voorzien van de naam. Een verloren of beschadigd boek van
de school of de klasbibliotheek moet vervangen of vergoed worden.
Breng geen waardevolle spullen mee naar school.
20
PESTEN OP SCHOOL
Onder pesten verstaan wij herhaalde plaag-acties van fysische aard van één groep of persoon tegenover
een andere groep of persoon, waardoor het slachtoffer zich gekwetst voelt. Kenmerkend bij pesten is een
groot onevenwicht in de machtsrelatie: het slachtoffer is veel minder weerbaar dan de pester(s).
Wanneer u bij uw kind signalen opvangt over pesten, gepest worden of uw kind hoort vertellen over het
pestgedrag van anderen, weet dat de school open staat voor deze signalen, ofwel bij de klastitularis van uw
kind, ofwel bij de directeur.
Indien u signalen rond pesten bij uw kind ervaart, aarzel dan niet om dit te melden op school. Ouders zijn
vaak beter geïnformeerd dan leerkrachten. We willen met u samenwerken en samen zoeken hoe uw kind
kan geholpen worden. U kan naar school komen of eventueel telefonisch uw verhaal doen.
Indien uw kind frequent gepest wordt, zal de school hieromtrent met u contact opnemen wanneer er
ernstige feiten aan het licht komen.
Indien uw kind zich als een pester gedraagt, geldt in het bijzonder dat:
1.
2.
u geïnformeerd wordt wanneer afspraken met uw kind worden
opgesteld in verband met pesten.
de school u zal uitnodigen wanneer het pesten niet vermindert.
We vragen ouders en grootouders het recht niet in eigen handen te nemen. Op school treden de
toezichthoudende leerkrachten op tegen pestgedrag.
VERJAARDAGEN
Mogen wij er de aandacht op vestigen dat het meebrengen van verjaardagsgeschenkjes naar school
absoluut niet verplicht is.
Een stukje fruit, een droge koek of een stukje cake is het meest aangewezen, GEEN SNOEP! Het is de
attentie die telt.
ONZE KLASAFSPRAKEN
Deze worden bij het begin van het schooljaar aan de hand van de infobrochure in de klas besproken en
ingevuld.
ZIEKTE EN AFWEZIGHEID
WAT BIJ AFWEZIGHEID?
Leerlingen die ingeschreven zijn in een school en die leerplichtig zijn, moeten regelmatig aanwezig zijn in de
school. Leerlingen die onwettig afwezig zijn, verliezen het statuut van regelmatige leerling. De regelgeving
bepaalt in welke situaties leerplichtige kinderen gewettigd afwezig kunnen zijn en welke de verplichtingen van
de ouders en de school zijn.
21
OP WIE IS DEZE REGELGEVING VAN TOEPASSING?
De regelgeving op afwezigheden is van toepassing op leerplichtige kinderen in het gewoon basisonderwijs. De
regelgeving is ook van toepassing op leerlingen die, wegens verlengd kleuterschoolbezoek, op zesjarige
leeftijd nog in het kleuteronderwijs zitten. Zij zijn op basis van hun leeftijd leerplichtig. Ook leerlingen die reeds
op vijfjarige leeftijd zijn overgestapt naar het lager onderwijs vallen onder de reglementering. Nietleerplichtige leerlingen in het kleuteronderwijs kunnen niet onwettig afwezig zijn, aangezien ze niet
onderworpen zijn aan de leerplicht en dus niet steeds op school moeten aanwezig zijn.
Het is belangrijk dat kleuters regelmatig naar school komen. Kinderen die activiteiten missen lopen meer risico
om te mislukken en raken minder goed geïntegreerd in de klasgroep. We verwachten dat de ouders ook de
afwezigheden van hun kleuter onmiddellijk melden omwille van veiligheidsoverwegingen.
WELKE AFWEZIGHEDEN ZIJN GEWETTIGD?
Ziekte
Is een kind méér dan drie opeenvolgende kalenderdagen ziek dan is steeds een medisch attest vereist. Dat
attest kan afkomstig zijn van een geneesheer, een geneesheer-specialist, een psychiater, een tandarts, een
orthodontist en de administratieve diensten van een ziekenhuis of een erkend labo.
Consultaties, zoals bijvoorbeeld een bezoek aan de tandarts, moeten zoveel mogelijk buiten de schooluren
plaatsvinden.
Wanneer een kind een chronische ziekte heeft die leidt tot verschillende afwezigheden zonder dat telkens een
doktersconsultatie noodzakelijk is (bijv. astma, migraine,...) is het goed contact op te nemen met de school en
het CLB. Het CLB kan dan een medisch attest opmaken dat de ziekte bevestigt. Wanneer het kind afwezig is
voor die aandoening volstaat dan een attest van de ouders.
Een medisch attest wordt beschouwd als twijfelachtig als:
het attest zelf de twijfel van de geneesheer aangeeft wanneer deze schrijft
“dixit de patiënt”;
het attest geantedateerd is of begin- en einddatum ogenschijnlijk werden
vervalst;
het attest een reden vermeldt die niets met de medische toestand van de
leerling te maken heeft zoals bv. de ziekte van één van de ouders, hulp in
het huishouden, … De school zal het CLB contacteren telkens ze twijfels heeft over een medisch attest.
Voor ziekte tot en met drie opeenvolgende kalenderdagen volstaat een briefje van de ouders. Dergelijk
briefje kan slechts vier keer per schooljaar door de ouders zelf geschreven worden. Vanaf de vijfde keer is een
medisch attest vereist.
Elke afwezigheid wegens ziekte tijdens een week onmiddellijk vóór of onmiddellijk na de herfst-, de Kerst-,
de krokus-, de Paas- of de zomervakantie moet gewettigd worden mits voorlegging van een medisch attest,
uitgereikt door een arts.
De ouders verwittigen de school zo vlug mogelijk en bezorgen ook het attest zo vlug mogelijk.
Van rechtswege gewettigde afwezigheden
In volgende situaties kan een kind gewettigd afwezig zijn. De ouders moeten een verklaring (6) of een
document met officieel karakter (1 - 5) kunnen voorleggen ter staving van de afwezigheid. Voor deze
22
afwezigheden is geen voorafgaand akkoord van de directeur nodig. De ouders verwittigen de school vooraf
van dergelijke afwezigheden.
1.
het bijwonen van een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van iemand die
onder hetzelfde dak woont als het kind, of van een bloed- of aanverwant van
het kind;
2.
het bijwonen van een familieraad;
3.
de oproeping of dagvaarding voor de rechtbank (bijvoorbeeld wanneer het
kind in het kader van een echtscheiding moet verschijnen voor de
jeugdrechtbank);
4.
het onderworpen worden aan maatregelen in het kader van de bijzondere
jeugdzorg (bijvoorbeeld opname in een onthaal-, observatie- en
oriëntatiecentrum);
5.
de onbereikbaarheid of ontoegankelijkheid van de school door overmacht
(bijvoorbeeld door staking van het openbaar vervoer, door overstroming,...);
6.
het beleven van feestdagen die inherent zijn aan de door de grondwet
erkende levensbeschouwelijke overtuiging van een leerling (anglicaanse,
islamitische, joodse, katholieke, orthodoxe, protestantse godsdienst);
Concreet gaat het over:
islamitische feesten: het Suikerfeest en het Offerfeest ( telkens 1 dag);
joodse feesten: het joods Nieuwjaar ( 2 dagen), de Grote Verzoendag (1
dag), het Loofhuttenfeest (4 dagen), het Slotfeest (2 laatste dagen),
de Kleine Verzoendag (1 dag), het feest van Esther (1 dag), het
Paasfeest (4 dagen), het Wekenfeest (2 dagen);
orthodoxe feesten: Paasmaandag, Hemelvaart en Pinksteren voor de
jaren waarin het orthodox Paasfeest niet samenvalt met het katholieke
Paasfeest;
de katholieke feestdagen zijn reeds vervat in de wettelijk vastgelegde
vakanties. De protestants-evangelische en de anglicaanse godsdienst
hebben geen feestdagen die hiervan afwijken.
Voor elke afwezigheid bezorgen de ouders zo vlug mogelijk een officieel document aan de school.
Afwezigheden waarvoor de toestemming van de directeur nodig is
Deze categorie afwezigheden verleent de school autonomie om in te spelen op specifieke situaties die niet
altijd door de regelgeving op te vangen zijn. Indien de directeur akkoord is en mits voorlegging van,
naargelang het geval, een officieel document of een verklaring van de ouders, kan de leerling gewettigd
afwezig zijn om één van de onderstaande redenen:
1.
het overlijden van een persoon die onder hetzelfde dak woont als het kind of van een bloedof aanverwant tot en met de tweede graad. Voor de dag van de begrafenis zelf is geen
toestemming van de directeur nodig. Het gaat hier over een periode die het kind eventueel
nodig heeft om emotioneel evenwicht terug te vinden (rouwperiode). Mits toestemming van
de directeur kan zo ook een begrafenis van een bloed- of aanverwant in het buitenland
bijgewoond worden.
2.
het actief deelnemen aan een culturele of sportieve manifestatie, indien het kind hiervoor als
individu of als lid van een club geselecteerd is. Het bijwonen van trainingen komt niet in
aanmerking, wel bijv. de deelname aan een kampioenschap/competitie. Het kind kan
maximaal 10 halve schooldagen per schooljaar hiervoor afwezig zijn, hetzij
achtereenvolgend, hetzij gespreid over het schooljaar.
23
3.
de deelname aan time-out-projecten (code O). Deze afwezigheden komen in het
basisonderwijs zelden voor, maar in die situaties waarin voor een leerling een time-outproject
aangewezen is, is het in het belang van de leerling aangewezen om dit als een gewettigde
afwezigheid te beschouwen. Voor sommige leerlingen is er geen andere oplossing dan hen
tijdelijk te laten begeleiden door een externe gespecialiseerde instantie;
4.
in echt uitzonderlijke omstandigheden afwezigheden voor persoonlijke redenen. Voor deze
afwezigheden moet de directeur op voorhand zijn akkoord verleend hebben. Het gaat om
maximaal 4 halve schooldagen per schooljaar, al dan niet gespreid.
5.
afwezigheden wegens topsport voor de sporten tennis, zwemmen en gymnastiek. Dit kan
slechts toegestaan worden voor maximaal 6 lestijden per week, mits het vooraf indienen van
een dossier met de volgende elementen:
een gemotiveerde aanvraag van de ouders;
een verklaring van een bij de Vlaamse sportfederatie aangesloten
sportfederatie;
een medisch attest van een sportarts verbonden aan een erkend
keuringscentrum van de Vlaamse Gemeenschap;
een akkoord van de directie.
Deze vijf categorieën van afwezigheden zijn geen automatisme, geen recht dat ouders kunnen opeisen. Enkel
de directeur kan autonoom beslissen om deze afwezigheden toe te staan. De directeur mag onder geen
beding toestemming geven om vroeger op vakantie te vertrekken of later terug te keren. De leerplicht
veronderstelt dat een kind op school is van 1 september tot en met 30 juni (tenzij dit een verlofdag is).
Afwezigheden van kinderen van trekkende bevolking, in zeer uitzonderlijke omstandigheden
De volgende regels zijn van toepassing op de kinderen van binnenschippers, kermis- en circusexploitanten en artiesten en woonwagenbewoners. Ze zijn niet van toepassing op kinderen die behoren tot de trekkende
bevolking maar die ter plaatse verblijven (bijvoorbeeld in een woonwagenpark). Die kinderen moeten elke
dag op school aanwezig zijn.
Ouders behorend tot de categorie trekkende bevolking die hun kind inschrijven in een school, moeten er - net
als alle andere ouders - op toezien dat hun kind elke dag op school aanwezig is.
In uitzonderlijke omstandigheden kunnen zich situaties voordoen waarbij het onvermijdelijk is dat het kind
tijdelijk met de ouders meereist. Deze situaties moeten op voorhand goed met de school besproken worden.
De ouders maken samen met de school duidelijke afspraken over hoe het kind in die periode met behulp van
de school verder de onderwijstaken zal vervullen (de school zorgt voor een vorm van onderwijs op afstand)
en over hoe de ouders met de school in contact zullen blijven. Deze afspraken moeten in een overeenkomst
tussen de ouders en de school neergeschreven worden. Enkel als de ouders hun engagementen naleven is
het kind gewettigd afwezig.
AFWEZIGHEDEN OMWILLE VAN REVALIDATIE TIJDENS DE LESTIJDEN
De directeur kan de afwezigheid van een leerling toestaan voor revalidatie tijdens de schooluren voor
specifieke situaties en dit gedurende 150 minuten per week, verplaatsing inbegrepen.
1. Na ziekte of ongeval
De school heeft een dossier met daarin:
-
Een verklaring van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lessen moet plaatsvinden.
Een medisch attest met de frequentie en de duur van de revalidatie.
Een advies van het C.L.B., na overleg met de klassenraad en de ouders.
24
-
De toestemming van de directeur.
De 150 minuten kunnen uitzonderlijk overschreden worden mits een gunstig advies van de arts van het CLB,
in overleg met de klassenraad en de ouders.
2. Een stoornis die vastgelegd is in een officiële diagnose
De school heeft een dossier met daarin:
-
-
-
Een verklaring van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lessen moet plaatsvinden.
Een advies van het CLB, na overleg met de klassenraad en de ouders. Dit advies moet motiveren
waarom het zorgbeleid van de school daarop geen antwoord kan geven en dat de
revalidatietussenkomsten niet beschouwd kunnen worden als een schoolgebonden aanbod.
Een samenwerkingsovereenkomst tussen de school en de revalidatieverstrekker over de manier
waarop de revalidatie het onderwijs aanvult, en hoe de informatie-uitwisseling zal verlopen. De
revalidatieverstrekker bezorgt op het einde van het schooljaar een evaluatieverslag aan de directie
van de school en van het CLB.
De toestemming van de directeur.
De 150 minuten kunnen uitzonderlijk overschreden worden voor leerplichtige kleuters (dit zijn de kinderen
in het kleuteronderwijs die de leeftijd van zes jaar hebben bereikt) tot 200 minuten, verplaatsing
inbegrepen mits een gunstig advies van het CLB, in overleg met de klassenraad en de ouders.
Voor leerlingen die vallen onder de toepassing van het Besluit van de Vlaamse Regering van 12 december
2003 betreffende de integratie van leerlingen met een matige of ernstige verstandelijke handicap in het
gewoon lager onderwijs kan de afwezigheid maximaal 250 minuten per week bedragen, verplaatsing
inbegrepen.
De verzekering van de leerlingen die tijdens de lestijden revalidatie krijgen buiten de school, wordt tijdens
de revalidatie en tijdens de verplaatsingen gedekt door de revalidatieverstrekker.
PROBLEMATISCHE AFWEZIGHEDEN
Alle afwezigheden die niet opgesomd en gewettigd kunnen worden zoals hierboven beschreven zijn te
beschouwen als problematische afwezigheden.
Leerlingen die ongewettigd afwezig zijn (d.w.z. problematische afwezigheden die niet omgezet worden
in gewettigde afwezigheden) verliezen hun statuut van regelmatige leerling overeenkomstig van het
decreet basisonderwijs. Dit houdt in dat de betrokken leerling tot het eerste leerjaar niet kan toegelaten
worden, of in het zesde leerjaar geen getuigschrift basisonderwijs kan krijgen, of dat de ouders geen
studietoelagen kunnen verkrijgen, en dat de school de betrokken leerling niet kan meetellen voor de
personeelsformatie en de toelagen.
De school zal de ouders onmiddellijk contacteren bij elke problematische afwezigheid en deze afwezigheid
melden aan het CLB. School en CLB zullen in communicatie met de betrokken ouders een begeleidingsplan
opstellen voor de betrokken ouders en hun kinderen.
Van zodra het kind meer dan 10 halve schooldagen problematisch afwezig is, stelt de school samen met het
CLB een begeleidingsdossier op dat ter inzage is voor de verificateurs.
Indien uw kind per uitzondering tijdens de lesuren de school zou moeten verlaten, vragen we dat
schriftelijk te melden aan de directeur en de klasleraar. Wil dan ook vermelden wie uw kind zal afhalen.
25
WAT BIJ LANGDURIGE ZIEKTE?
Een kind dat ziek is, heeft veelal geen zin in school en moet vooral rustig kunnen genezen. Wanneer de
schriften op school zijn, zullen de klasgenoten de schriften bijhouden. Wanneer uw kind langdurig ziek is,
zal de leraar met u afspreken hoe het contact met de klasvriendjes kan behouden blijven. Sommige
kinderen kunnen niet naar school komen, maar kunnen toch thuis oefeningen maken. Ook hierrond kunnen
afspraken gemaakt worden met de klasleraar.
ONDERWIJS AAN HUIS
Elke vijfjarige kleuter en alle kinderen uit het lager onderwijs hebben recht op tijdelijk onderwijs aan huis (4
lestijden per week), synchroon internet onderwijs of een combinatie van beiden indien volgende voorwaarden
gelijktijdig zijn vervuld:
1.
2.
3.
4.
5.
de leerling is meer dan 21 kalenderdagen ononderbroken afwezig wegens ziekte of ongeval
(vakantieperiodes meegerekend);
voor chronisch zieke kinderen vervalt de wachttijd van 21 kalenderdagen. Deze kinderen hebben recht op
4 uur tijdelijk onderwijs aan huis na 9 halve schooldagen afwezigheid (moeten niet in een ononderbroken
periode doorlopen). Telkens het kind daarop opnieuw 9 halve schooldagen afwezigheid heeft
opgebouwd, heeft het opnieuw recht op 4 uur tijdelijk onderwijs aan huis;
de ouders hebben een schriftelijke aanvraag ingediend bij de directeur van de thuisschool;
de aanvraag is vergezeld van een medisch attest waaruit blijkt dat het kind de school niet of minder dan
halftijds kan bezoeken en dat het toch onderwijs mag volgen. Voor chronisch zieke leerlingen moet bij
de eerste aanvraag tijdens het betrokken schooljaar een medisch attest worden gevoegd, uitgereikt
door een geneesheer-specialist, dat het chronisch ziektebeeld bevestigt en waaruit blijkt dat het kind
onderwijs mag krijgen. Bij een nieuwe afwezigheid ten gevolge van deze chronische ziekte tijdens
hetzelfde schooljaar is geen nieuw medisch attest vereist. Er dient wel een nieuwe aanvraag voor
tijdelijk onderwijs aan huis ingediend te worden.
de afstand tussen de school en de verblijfplaats van betrokken leerling bedraagt ten hoogste
10 kilometer.
De directeur zal dan op zoek gaan naar een leerkracht om dit kind 4 lestijden per week onderwijs aan huis
te geven. De school maakt afspraken met deze leerkracht om de lessen af te stemmen op de klas van het
kind.
ZWEMMEN EN TURNEN
Wanneer een kind door omstandigheden niet kan zwemmen of turnen, moet ook hiervoor een briefje, van
de ouders of de dokter, aan de leraar worden voorgelegd.
We gaan zwemmen naar het zwembad Olympos te Dendermonde op dinsdagvoormiddag van 10.00 uur tot
10.30 uur.
Het eerste leerjaar om de vier weken : watergewenning
Het tweede en het derde leerjaar twee wekelijks : zweminitiatie
Het vierde, vijfde en zesde leerjaar om de vier weken : oefenperiode
De leerlingen van het tweede leerjaar recht hebben op één schooljaar gratis zwemmen ( de kosten voor het
vervoer naar en van het zwembad en de kosten van de toegangsprijs tot het zwembad).
26
MEDICATIE
In uitzonderlijke gevallen kan een ouder aan de school vragen om medicatie toe te dienen. Elke leerkracht
van de school kan toezien op het gebruik van geneesmiddelen op doktersvoorschrift en op schriftelijke
aanvraag van de ouders. Deze vraag moet bevestigd worden via het aanvraagformulier medicatie dat door
de school bezorgd wordt. De leerkracht bewaart de medicamenten op een veilige plaats en kijkt toe op het
correct gebruik , zoals door de dokter uitgelegd op het aanvraagformulier. De ouders en de dokter dienen
dit formulier in te vullen en te tekenen. Documenten zonder handtekening of zonder stempel van een arts
worden als ongeldig beschouwd. Het formulier vermeldt om welke medicatie het gaat, hoe vaak en in
welke hoeveelheden de medicatie moet toegediend worden en op welke manier dit moet gebeuren. Verder
staat aangegeven wat de begin- en einddatum is voor het gebruik van de medicatie, hoe de medicatie dient
bewaard te worden ( koel, op kamertemperatuur, …), …
Een zieke leerling hoort niet thuis op school. Hij/zij wordt zo snel mogelijk onder de hoede van de ouders
doorverwezen. Indien dit om een of andere reden niet mogelijk is, kan er na raadpleging van de ouders of
van een dokter toegezien worden op het toedienen van medicatie, mits voorafgaandelijk akkoord van de
ouders via het toestemmingsformulier medicatie of zal de school een arts om hulp verzoeken.
Bij de minste twijfel wordt onmiddellijk een arts geraadpleegd of worden de hulpdiensten verwittigd.
Beide formulieren worden in het begin van het schooljaar met de leerlingen meegegeven.
Als er luizen bij een kind vastgesteld worden, geven wij elk kind een briefje mee met de vraag aan de ouders
om hun kind goed te controleren en de nodige maatregelen te treffen. Indien u het zelf bij uw kind
vaststelt, vragen wij u om de school te verwittigen en het kind pas weer naar school te laten komen als het
luizenvrij is.
VERZEKERING
ONGEVALLEN OP SCHOOL EN DE SCHOOLVERZEKERING
De school heeft een verzekering afgesloten voor :
-
burgerlijke aansprakelijkheid van de school en de leerkrachten
ongevallen met lichamelijk letsel van de leerlingen
Elke leerling is verzekerd voor ongevallen op school. De schoolverzekering is alleen geldig tijdens de
gewone schooluren en op de gewone weg van school naar huis of omgekeerd. Zij komt ook tussen
wanneer op vrije dagen of namiddagen activiteiten door de school worden ingericht en begeleid. De
schoolverzekering vergoedt het verschil tussen de totale kosten en de tussenkomst van uw eigen
ziekenfonds.
Dit omvat de medische en farmaceutische kosten (voor de verzekerde zelf) en de burgerlijke
aansprakelijkheid tegenover derden. De schoolverzekering dekt geen stoffelijke schade of diefstal. Schade
aan brillen wordt niet vergoed.
De leerlingen zijn ook verzekerd tegen ongevallen langs de weg naar school of naar huis indien zij de
kortste of veiligste weg nemen en onmiddellijk naar huis gaan.
27
AANGIFTE VAN EEN ONGEVAL
Wat moet u doen als uw kind het slachtoffer werd van een schoolongeval :
-
zo snel mogelijk uw mutualiteit op de hoogte brengen.
indien het ongeval veroorzaakt werd door een andere persoon, aangifte doen bij uw verzekeraar
“B.A.familiale of B.A.gezin”
de aangifteformulieren voor de schoolverzekering binnen de 48 uren aan de directie bezorgen. De
school op de hoogte houden van de verdere evolutie.
De aangifteformulieren voor de schoolverzekering bestaan uit :
-
De ongevalsaangifte (1 origineel met kopij) : in te vullen door de directie.
Het geneeskundig getuigschrift : in te vullen door de behandelende geneesheer.
De uitgavenstaat : na herstel in te vullen door het ziekenfonds. De uitgavenstaat + bewijs ziekenfonds
bezorgen aan directie.
VRIJWILLIGERS
De school maakt bij de organisatie van verschillende activiteiten gebruik van vrijwilligers. De nieuwe wet
van 3 juli 2005 betreffende de rechten van de vrijwilligers verplicht o.m. de scholen om de vrijwilligers te
informeren over een aantal elementen. Omdat elke ouder een schoolreglement ontvangt en voor akkoord
ondertekent, kiest de school ervoor om de organisatienota in het schoolreglement op te nemen. Op die
manier is elke ouder op de hoogte.
De organisatie is de school onder leiding van de directie en het schoolbestuur.
Verplichte verzekering
De school heeft een verzekeringscontract afgesloten tot dekking van de burgerlijke aansprakelijkheid, met
uitzondering van de contractuele aansprakelijkheid, van de organisatie en de vrijwilligers. Het
verzekeringscontract werd afgesloten bij het Interdiocesaan Centrum, Guimardstraat 1, 1040 Brussel met
polisnummer 7056036410002. De polis ligt ter inzage op het schoolsecretariaat.
Vrije verzekering
De school heeft een verzekeringscontract afgesloten tot dekking van de lichamelijke schade die geleden is
door vrijwilligers tijdens de uitvoering van het vrijwilligerswerk of op de weg naar- en van de activiteiten.
Het verzekeringscontract werd afgesloten bij het Interdiocesaan Centrum, Guimardstraat 1, 1040 Brussel
met polisnummer 7056036410002. De polis ligt ter inzage op het schoolsecretariaat.
Vergoedingen
De activiteit wordt onbezoldigd en onverplicht verricht. De organisatie voorziet in geen enkele vergoeding
noch tegenprestaties voor vrijwilligersactiviteiten.
Aansprakelijkheid
De school is aansprakelijk voor de schade die de vrijwilliger aan derden veroorzaakt bij het verrichten van
vrijwilligerswerk. Ingeval de vrijwilliger bij het verrichten van vrijwilligerswerk de school of derden schade
berokkent, is hij enkel aansprakelijk voor zijn bedrog en zijn zware fout. Voor zijn lichte fout is hij enkel
aansprakelijk als die hem eerder gewoonlijk dan toevallig voorkomt.
28
Geheimhoudingsplicht
Het vrijwilligerswerk houdt in dat de vrijwilliger geheimen kan vernemen ten aanzien waarvan hij gehouden
is tot de geheimhoudingsplicht. Deze bepaling richt zich vooral tot vrijwilligers die actief zijn binnen
telefonische hulpverlening zoals Tele-Onthaal, de Zelfmoordlijn en andere vormen van hulpverlening
waarbij vrijwilligers in contact komen met vertrouwelijke informatie. Op vrijwilligers die actief zijn binnen
scholen is deze bepaling in beginsel niet van toepassing.
Bij problemen: raadpleeg de directeur!
WAT ZIJN DE KOSTEN ?
Voor scholen van het gesubsidieerd basisonderwijs kan geen direct of indirect inschrijvingsgeld gevraagd
worden. Evenmin kunnen er bijdragen worden gevraagd voor materialen die gebruikt worden om de
eindtermen te realiseren of de ontwikkelingsdoelen na te streven. De overheid bepaalt de lijst met
materialen die kosteloos ter beschikking moeten worden gesteld om de eindtermen te realiseren of de
ontwikkelingsdoelen na te streven.
KOSTELOOS TER BESCHIKKING
Volgende materialen worden vermeld in
de ontwikkelingsdoelen en eindtermen
voor het gewoon onderwijs.
Deze
materialen zijn verplicht aanwezig op
school.
De school stelt de materialen in
voldoende mate ter beschikking. Dit
betekent niet dat dit materiaal voor elke
individuele leerling aanwezig moet zijn.
Materialen uit de volgende categorieën
worden verondersteld in voldoende mate
aanwezig te zijn en staan in functie van
het
nastreven
van
de
ontwikkelingsdoelen of het bereiken van
de eindtermen voor gewoon en
buitengewoon onderwijs.
Een school beslist op basis van haar
Spelmateriaal
(OD
LO
2.6)
Bewegingsmateriaal
(ET
LO
3.7)
Toestellen
(ET
LO
1.9)
Klimtoestellen
(ET
LO
1.14)
Rollend en/of glijdend materiaal (ET LO 2.5)
Boeken
(OD
NL
3.4)
Kinderliteratuur
(OD
MV
3.5)
Kinderromans
(ET
NL
3.5)
Zakrekenmachine (ET WIS 1.26 en 1.27)
Passer
(ET
WIS
3.5)
Globe
(ET
WO
6.2)
Atlas
(ET
WO
6.11)
Kompas
(ET
WO
6.3)
Kaarten (ET WO 6.1 bis; 6.2; 6.4;6.7;6.8)
Informatiebronnen (ET WO 7; ET LL 2; ET NL 3.5)
Infobronnen
(OD
NL
3.4)
Tweetalige alfabetische woordenlijst (ET FR 2.3)
Muziekinstrumenten (ET MV 2.2)
Schrijfgerief
Tekengerief
Knutselmateriaal
Constructiemateriaal
Planningsmateriaal
Leeren
ontwikkelingsmaterialen
Handboeken, schriften, werkboeken en –blaadjes,
fotokopieën,
software...
Informatie- en communicatietechnologisch (ICT)
29
pedagogisch project welke materialen zij
wenst te gebruiken.
materiaal
Multimediamateriaal
Meetmateriaal
Andere
Het schoolbestuur kan wel een bijdrage vragen voor:
1. Activiteiten of verplichte materialen die niet noodzakelijk zijn voor de eindtermen en ontwikkelingsdoelen
en waarvan de ouders het te besteden bedrag niet zelf kunnen bepalen.
Voor deze categorie dient de school een scherpe maximumfactuur te respecteren.
Voor het schooljaar 2014-2015 bedraagt het geïndexeerd plafond:
- voor twee- en driejarigen 25 euro;
- voor vierjarigen 35 euro;
- voor vijfjarigen 40 euro.
Voor het lager onderwijs bedraagt het geïndexeerd bedrag 70 euro per leerjaar.
De basisbedragen (respectievelijk 20, 30, 35 en 60 euro) worden jaarlijks aangepast aan de
gezondheidsindex van de maand maart van het kalenderjaar waarin het schooljaar begint. Bij die
aanpassing wordt het bedrag afgerond naar het dichtstbijzijnde veelvoud van vijf.
2. Meerdaagse uitstappen. Voor deze categorie dient de school voor het schooljaar 2014-2015 een
maximumfactuur van 410 euro per kind voor de volledige loopbaan lager onderwijs te respecteren. Voor
het kleuteronderwijs mag geen bijdrage gevraagd worden. Het basisbedrag voor meerdaagse uitstappen
410 euro, is ook onderworpen aan de jaarlijkse indexering.
3. Diensten die de school aanbiedt en die buiten de kosteloosheid en de maximumfacturen vallen. Voor
deze categorie worden de kosten opgenomen in een bijdrageregeling. Deze bijdrageregeling wordt
besproken in de schoolraad en wordt bij het begin van het schooljaar meegedeeld aan de ouders. De
kosten die aan de ouders worden doorgerekend moeten in verhouding zijn tot de geleverde prestatie.
SCHOOLTOELAGEN
Sedert 1 september 2009 zijn er nu schooltoelagen voor kleuter– en lager onderwijs. Er hebben meer
mensen recht op een schooltoelage van de Vlaamse overheid dan u zou denken. Misschien ook u. Vraag
gerust naar informatie. U kan ook informatie vinden op de website : www.studietoelagen.be of via het
gratis nummer van de Vlaamse overheid 1700. Sterk aanbevolen!
BETALINGSWIJZE
Voor de onkosten die gemaakt worden, zal u op het einde van de maand een rekening met overschrijving
ontvangen.
Wij verwachten dat die rekening op tijd en volledig betaald wordt. Dit betekent binnen de tien dagen na
verzending.
Indien u problemen ondervindt met het betalen van de schoolrekening, kunt u contact opnemen met de
directeur.
Het is de bedoeling dat er afspraken worden gemaakt over een aangepaste betalingsmodaliteit.
Wij verzekeren een discrete behandeling van uw vraag.
Indien we vaststellen dat de schoolrekening geheel of gedeeltelijk onbetaald blijft zonder dat er
meegedeelde financiële problemen zijn of omdat gemaakte afspraken niet worden nageleefd, zal de school
verdere stappen ondernemen. Ook dan zoeken we in eerste instantie in overleg naar een oplossing.
30
Indien dit niet mogelijk blijkt, kunnen wij overgaan tot het versturen van een aangetekende
ingebrekestelling. Vanaf dat moment kunnen we maximaal de wettelijke interestvoet aanrekenen op het
verschuldigde bedrag.
In geval van echtscheiding dienen de ouders de school op de hoogte te brengen van wie de rekeningen zal
betalen.
EERBIED VOOR HET MATERIAAL
De kinderen mogen alle leerboeken, schriften en andere materialen gratis gebruiken, zowel op school als
thuis. Zowel ouders als kinderen engageren zich om zorgzaam om te gaan met het schoolmateriaal. Stelt de
school vast dat het materiaal opzettelijk wordt beschadigd of veelvuldig verloren gaat, zal de school de
gemaakte kosten voor aankoop van nieuw materiaal aanrekenen aan de ouders.
HUISWERKBELEID
Als team hebben we een huiswerkbeleid uitgewerkt. We hebben hierover nagedacht en gebrainstormd en
op basis daarvan een aantal doelen voorop gesteld : Waarom wordt er huiswerk gegeven? Waaraan moet
het huiswerk voldoen? Wat is de betrokkenheid van de ouders? Is differentiatie ook nodig bij huiswerk ?
Wij vinden huiswerk belangrijk, omdat het :
-
de kinderen de tijd geeft om nieuwe leerstof in te oefenen, om leerstof te herhalen.
de ouders informeert over het werk in de klas.
een aanzet is tot zelfstandig werken, tot zelfredzaamheid.
een noodzakelijke werkhouding aanleert voor verdere studies : leren leren, leren plannen, ordelijk
werken, …
de kinderen leert afspraken nakomen en verantwoordelijkheid leert nemen.
Waaraan moet het huiswerk voldoen :
We bieden regelmatig huiswerk aan en dat in de meest uiteenlopende vormen.
Wij houden steeds voor ogen dat de kwaliteit van het huiswerk belangrijker is dan de tijd die eraan besteed
wordt. We geven enkel zinvol huiswerk, dat de leerlingen zonder hulp kunnen oplossen.
De aard van het huiswerk kan verschillend zijn. Denken we dan aan het dagdagelijkse lezen in het 1ste en
2de leerjaar, aan de niet aflatende inoefening van maal-en deeltafels in het 2de en 3de leerjaar, aan
opzoekprojecten in de derde graad. Tijdens de toetsenperiode worden huistaken en lessen gegeven met
betrekking tot de te leren leerstof. We proberen ook elke dag af te wisselen (wiskunde, moedertaal, Wero,
Frans, …).
We opteren voor ongeveer 10 minuten huiswerk per leerjaar, d.w.z. 10 minuten huiswerk maken in het 1ste
leerjaar, 20 minuten in het 2de leerjaar, 30 minuten in het 3de, … We vinden het goed dat dit per leerjaar wordt opgebouwd. En uiteraard is 10 minuten een richttijd, sommige leerlingen zullen meer of minder tijd
nodig hebben.
In de lagere klassen is er alleen huiswerk op maandag , dinsdag en donderdag. Lessen worden een week op
voorhand aangekondigd. In de hogere klassen is er alle dagen huiswerk en ook daar worden de lessen op
voorhand meegedeeld. De dag na een vakantieperiode zijn er geen toetsen.
31
De agenda wordt gebruikt als dagelijks instrument om te leren plannen en om te gaan met taken en lessen.
De agenda van een lagere klas is anders dan de agenda van een hogere klas. Het is aangepast aan de
ontwikkelingsleeftijd van de kinderen. Kinderen van het eerste leerjaar moeten anders en minder noteren
dan kinderen van de derde graad.
Er wordt de nodige tijd voorzien om de agenda in te vullen, om de taken en lessen op te schrijven en alle
nodige zaken in de boekentas te stoppen.
Soms slagen sommige leerlingen er nog niet in om een voor hen op maat gemaakte taak tot een goed einde
te brengen. Daarom wordt er in de klas extra aandacht besteed aan het leren leren. In de klas worden
stimulansen gegeven om een probleemoplossend gedrag te ontwikkelen. Leerkrachten geven tips mee hoe
een huiswerk kan gemaakt worden, of hoe lessen kunnen ingestudeerd worden, welke hulpmiddelen
kunnen gebruikt worden, …
Wat is de betrokkenheid van de ouders ?
-
-
-
-
-
-
Goede omstandigheden aanbieden waarin het kind zijn huiswerk kan maken : een rustige ruimte,
licht, … De huiskamer waar een televisie staat is niet aan te raden. De ideale omstandigheden bestaan uiteraard nergens maar in elk gezin is het mogelijk om te zoeken naar het meest haalbare.
Dagelijks de agenda paraferen, ook als er niets vermeld is. Zodoende kunnen zij de taken en lessen
van hun kinderen opvolgen. De agenda is het cement tussen de school en thuis, tussen de ouders
en de leerkracht, tussen de leerling en de juf.
Interesse tonen voor het huiswerk van het kind. Dit kan op verschillende manieren :
° elk kind heeft graag een luisterend oor als het leest
° eens een les opvragen
° het kind eens aanmoedigen
Het kind het huiswerk zelfstandig laten maken. We proberen steeds een opdracht te geven die het
kind aankan. Foutjes maken mag. Deze fouten tonen aan de leerkracht welke problemen het kind
nog heeft met de geziene leerstof.
Voor kinderen van het eerste en tweede leerjaar kan het nodig zijn als ouder om tijd vrij te maken
om toezicht te houden bij het uitvoeren van de taken. Hoe ouder ze worden, hoe meer
zelfstandigheid ze moeten verwerven in het maken van de taken. Hen de autonomie geven die ze
verdienen en aankunnen, moet dan ook gegeven worden. Kinderen van een zesde leerjaar kunnen
meestal volledig de eigen verantwoordelijkheid opnemen in het plannen en uitvoeren van taken.
Als u als ouder toch helpt, gelieve dit te noteren zodat de leerkracht dit weet. Als uw kind
opvallend lang aan een taak werkt, indien er zich ernstige moeilijkheden voordoen bij het maken
van het huiswerk verwittig dan ook de juf.
We begrijpen dat het soms moeilijk is om niet te antwoorden op een vraag van uw oogappel, maar
moedig uw kind aan om met vragen naar de leerkracht te komen.
We verwachten niet dat ouders het huiswerk verbeteren maar wel begeleiden. Verbeteren is het
werk van de leerkracht.
Druk erop dat uw kind met zorg werkt.
Differentiatie:
De leerkrachten proberen in te schatten wat haalbaar is voor alle kinderen. Het is immers belangrijk om
kinderen te motiveren en ze taakgericht aan het werk te zetten om zo te komen tot leervorderingen.
Daarom wordt er soms gedifferentieerd in hoeveelheid. Of kinderen uit hogere klassen met een aparte
leerlijn krijgen voor bepaalde vakken andere taken. Sterkere leerlingen daarentegen worden wel eens
uitgedaagd met moeilijkere oefeningen.
32
Evaluatie - feedback :
Het huiswerk wordt verbeterd door de leerkracht, zo kan de leerkracht nagaan welke leerinhouden het kind
verworven of niet verworven heeft. De leerkracht noteert er een appreciatie bij en geeft feedback (dat heb
je goed gedaan of kijk je theorie van de driehoeken nog eens na of we gaan die oefening samen nog eens
opnieuw bekijken want je hebt het nog niet helemaal begrepen of …). Het kan ook dat het huiswerk klassikaal besproken en verbeterd wordt of dat er na de foutenanalyse een extra oefenmoment wordt
voorzien omdat het huiswerk over de hele lijn moeilijk liep.
RAPPORTEREN
We vinden het belangrijk dat ouders voldoende kansen krijgen om informeel en formeel met de
leerkrachten te communiceren over de evolutie van hun kind.
We communiceren met ouders over hun persoonlijke ervaringen en over de verzamelde gegevens uit alle
vormen van evaluatie in de school. Ouders zijn een belangrijke partner. We willen dat ze een goed zicht
krijgen op de ontwikkeling van hun kind door goed voorbereide en eerlijke gesprekken, het organiseren van
regelmatige oudercontacten en het gebruiken van een verstaanbare taal in het rapport.
WAAROM TOETSEN?
Er worden toetsen gegeven om de vorderingen van uw kind in beeld te brengen:
-
om te zien wat uw kind reeds kan of geleerd heeft
om te zien wat uw kind nog niet kan en om het te kunnen bijwerken
om te zien welke ontwikkelingsmoeilijkheden of leermoeilijkheden uw kind heeft
om de leraar een beeld te geven over de vorderingen.
De toetsen worden georganiseerd naar:
-
de leraar toe om zijn onderwijshandelen te kunnen richten
de kinderen toe om hen te tonen wat zij wel of niet kunnen en kennen
de ouders toe zodat zij die vorderingen thuis kunnen volgen.
Toetsen ter inzage
Samen met het rapport worden de toetsen zelf ter inzage meegegeven met uw kind. Zij geven een
(gedeeltelijk) beeld van de opgevraagde leerstofpunten. U kunt als ouder ook zien welke delen goed
gekend waren en over welke punten het kind eventueel struikelde. Wij vragen u de toetsen te
ondertekenen en de volgende dag met uw kind mee te geven naar school.
LEERLINGVOLGSYSTEEM
Alle resultaten, vorderingen en observaties worden bijgehouden in een klasoverstijgend
leerlingvolgsysteem. Op die manier kan de leraar rekening houden met de 'ontwikkelings- en leerhistoriek'
van het kind op school. Het kennen van de beginsituatie van het kind is een eerste stap om het juiste
onderwijs aan te bieden op het juiste moment.
PERIODERAPPORT
Op het perioderapport kan u de dagdagelijkse evolutie volgen. Daar niet elk onderdeel elke maand getoetst
wordt, kan er ook geen totaal berekend worden.
33
GROTE RAPPORTEN
Deze grote rapporten (januari- en eindrapport) zijn belangrijke documenten die veel vertellen over het
werken en leven op onze school. De grote rapporten bevatten belangrijke informatie over leerprestaties
op school.
INTERDIOCESANE PROEVEN VOOR HET 4DE LEERJAAR
Dit zijn toetsen die opgemaakt worden door een werkgroep van leraren en pedagogisch begeleiders. Deze
toetsen worden in nagenoeg alle vrije scholen in Vlaanderen gebruikt. Ze betreffen de hoofdvakken
wiskunde, Nederlands en wereldoriëntatie.
INTERDIOCESANE PROEVEN VOOR HET 6DE LEERJAAR
Dit zijn toetsen die opgemaakt worden door een werkgroep van leraren en pedagogisch begeleiders. Deze
toetsen worden in nagenoeg alle vrije scholen in Vlaanderen gebruikt. Ze betreffen de hoofdvakken
wiskunde en Nederlands. Voor de rapporten worden deze toetsen aangevuld met klastoetsen.
DIAGNOSTISCHE TOETSEN
Om de leerbedreigde kinderen op te vangen binnen de school en om te achterhalen waar kinderen
struikelen in het leerproces, worden ook diagnostische toetsen opgemaakt en gegeven. Deze toetsen
worden vooral gebruikt door de directeur, de zorgcoördinator en het CLB. Ze zijn bedoeld als aanzet tot
een degelijk behandelingsplan van de moeilijkheden.
ZORG VOOR ALLE KINDEREN
Zorg voor elk individueel kind is een heel belangrijke prioriteit van onze school. Wij kiezen voor een
zorgbeleid dat gedragen wordt door het hele team : directie/zorgco en leerkrachten. Wij willen aandacht
besteden aan elk kind dat op een bepaald moment om welke reden ook extra zorg nodig heeft.
SCHOOLNIVEAU
De zorgcoördinator plant overlegmomenten binnen de school zodat de hulp aan kinderen zo efficiënt
mogelijk georganiseerd kan worden. Hij plant samen met de leerkrachten acties op schoolniveau a.d.h.v.
outputanalyses van de gegevens van het leerlingvolgsysteem. Tevens neemt hij vakliteratuur door en
informeert titularissen en ouders hierover.
KLASNIVEAU
De zorgcoördinator zoekt samen met de klastitularis naar aanpakmogelijkheden voor het begeleiden van
kinderen met specifieke hulpvragen. Samen met de klastitularis zoekt de zorgco naar methodes om
problemen aan te pakken. De zorgjuf helpt, indien nodig mee in de klas.
KINDNIVEAU
De zorgco zorgt voor het opvolgen van kinderen die extra zorg nodig hebben. Dit kan via het afnemen van
testen, het opstellen van een begeleidingsplan, … eventueel met hulp van het CLB en/of externe instanties.
Zo nodig zal het kind geregeld en op doordachte tijdstippen individueel begeleid worden in de klas.
34
HET GETUIGSCHRIFT BASISONDERWIJS
De school stelt tegen 20 juni een lijst op van de leerlingen die op 30 juni het lager onderwijs zullen
voltooien. De klassenraad beslist welke leerlingen het getuigschrift behalen en welke niet. Het getuigschrift
basisonderwijs wordt uitgereikt aan de regelmatige leerlingen die in voldoende mate die doelen uit het
leerplan die het bereiken van de eindtermen beogen, hebben bereikt. De leerlingen die geen getuigschrift
behalen, krijgen een attest met de vermelding dat ze het laatste jaar de lessen regelmatig hebben gevolgd.
In dit attest geeft de klassenraad de motivatie waarom geen getuigschrift wordt toegekend.
Procedure tot het uitreiken van het getuigschrift:
De school zal gedurende de hele schoolloopbaan van uw kind communiceren over zijn leervorderingen.
Ouders kunnen inzage in en toelichting bij de evaluatiegegevens krijgen. Indien na toelichting blijkt dat de
ouders een kopie wensen, dan kan dat. De kosten die hiervoor gevraagd worden, zijn terug te vinden in de
bijdrageregeling. Na 20 juni beslist de klassenraad op basis van onderstaande criteria of uw kind al dan niet
het getuigschrift basisonderwijs kan krijgen. De beslissing wordt uiterlijk op 30 juni aan de ouders
meegedeeld. De ouders worden geacht de beslissing omtrent het getuigschrift basisonderwijs uiterlijk op 1
juli in ontvangst te hebben genomen. Bij niet ontvangst, wordt het getuigschrift geacht op 1 juli te zijn
ontvangen.
De klassenraad houdt onder andere rekening met onderstaande criteria:
- De schoolrapporten van het lopende en voorafgaande schooljaar;
- De evaluaties van het lopende en voorafgaande schooljaar;
- De gegevens uit het LVS;
- Het verslag van de leerkracht die tijdens het laatste schooljaar het hoogste aantal lestijden heeft
gegeven aan de leerling.
- ….
De voorzitter en alle leden van de klassenraad ondertekenen het schriftelijk verslag.
Beroepsprocedure:
Let op:
-
wanneer we in dit punt spreken over ‘dagen’, bedoelen we telkens alle dagen (zaterdagen,
zondagen, wettelijke en reglementaire feestdagen niet meegerekend).
wanneer we spreken over directeur, hebben we het over de directeur of zijn afgevaardigde.
1.
Ouders die een beroepsprocedure wensen op te starten, vragen binnen drie dagen na ontvangst
van de beslissing tot het niet uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs, een overleg aan bij de
directeur.
2. Dit verplicht overleg met de directeur vindt plaats ten laatste de zesde dag na de dag waarop de
rapporten werden uitgedeeld. Van dit overleg wordt een verslag gemaakt.
3. Na het overleg beslist de directeur om de klassenraad al dan niet opnieuw te laten samenkomen
om het niet toekennen van het getuigschrift basisonderwijs te bevestigen of te wijzigen.
4. De directeur of de klassenraad brengen de ouders schriftelijk op de hoogte van de beslissing.
5. Binnen drie dagen na ontvangst van de beslissing van de directeur of van de klassenraad kunnen
ouders schriftelijk beroep indienen bij de voorzitter van het schoolbestuur.
Gaston Heyvaert
VZW Vrij Basisonderwijs Dender-Noord
Laurierstraat 26
9280 Lebbeke
35
Het verzoekschrift moet aan de volgende voorwaarden voldoen :
Het verzoekschrift is gedateerd en ondertekend;
Het verzoekschrift bevat het voorwerp van beroep met feitelijke omschrijving en motivering
waarom het niet uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs betwist wordt.
Hierbij kunnen overtuigingsstukken toegevoegd worden.
Wanneer het schoolbestuur een beroep ontvangt, zal het een beroepscommissie samenstellen. In
de beroepscommissie, die het beroep behandelt, zitten zowel mensen die aan de school of het
schoolbestuur verbonden zijn als mensen die dat niet zijn. Het gaat om een onafhankelijke
commissie die de klacht van de ouders grondig zal onderzoeken.
De ouders worden binnen tien dagen nadat het schoolbestuur het beroep heeft ontvangen,
uitgenodigd voor een gesprek. De schoolvakanties schorten de termijn van tien dagen op.
De beroepscommissie streeft in zijn zitting naar een consensus.
De beroepscommissie zal de betwiste beslissing ofwel bevestigen ofwel het getuigschrift
basisonderwijs toekennen ofwel het beroep gemotiveerd afwijzen wegens het niet naleven van de
vormvereisten.
Het resultaat van het beroep wordt uiterlijk op 15 september schriftelijk aan de ouders ter kennis
gebracht.
ORDE – EN TUCHTREGLEMENT
Elke klastitularis stelt samen met zijn leerlingen een gedragscode op.
ORDEMAATREGELEN
Wanneer je kind de goede werking van de school hindert of het lesverloop stoort, kan door elk
personeelslid van de school een ordemaatregel genomen worden.
Mogelijke ordemaatregelen zijn:
- een verwittiging in de agenda;
- een strafwerk;
- een tijdelijke verwijdering uit de les met aanmelding bij de directie.
Tegen een ordemaatregel is er geen beroep mogelijk.
Voor kinderen waar ordemaatregelen geregeld voorkomen, wordt in overleg met ouders en CLB een
begeleidingsplan opgemaakt. Wanneer het gedrag van je kind, ook met een begeleidingsplan, een
probleem wordt voor het verstrekken van onderwijs of om het opvoedingsproject te realiseren, kan er een
tuchtmaatregel genomen worden.
TUCHTMAATREGELEN
Wanneer het gedrag van een leerplichtige leerling in het lager onderwijs een gevaar of ernstige
belemmering vormt voor de goede werking van school of voor de fysieke of psychische veiligheid en
integriteit van medeleerlingen, personeelsleden of anderen, dan kan de directeur een tuchtmaatregel
nemen.
Let op: wanneer we spreken over directeur, hebben we het over de directeur of zijn afgevaardigde.
36
Mogelijke tuchtmaatregelen zijn:
-
een tijdelijke uitsluiting van minimaal één schooldag en maximaal vijftien opeenvolgende
schooldagen;
een definitieve uitsluiting.
Preventieve schorsing als bewarende maatregel
In uitzonderlijke situaties kan de directeur of zijn afgevaardigde bij het begin van de tuchtprocedure
beslissen om je kind preventief te schorsen. Deze bewarende maatregel dient om te kunnen nagaan of een
tuchtsanctie aangewezen is.
De beslissing tot preventieve schorsing wordt schriftelijk en gemotiveerd meegedeeld aan de ouders van
de betrokken leerling. De directeur bevestigt deze beslissing in de brief waarmee de tuchtprocedure wordt
opgestart. De preventieve schorsing gaat onmiddellijk in en duurt in principe niet langer dan vijf
opeenvolgende schooldagen. Uitzonderlijk kan deze periode eenmalig met vijf opeenvolgende
schooldagen verlengd worden, indien door externe factoren het tuchtonderzoek niet binnen die eerste
periode kan worden afgerond. De directeur motiveert deze beslissing.
Procedure tot tijdelijke en definitieve uitsluiting
Let op: wanneer we in dit punt spreken over ‘dagen’, bedoelen we telkens alle dagen (zaterdagen, zondagen, wettelijke en reglementaire feestdagen niet meegerekend.)
Bij het nemen van een beslissing tot tijdelijke en definitieve uitsluiting wordt de volgende procedure
gevolgd:
1.
De directeur wint het advies van de klassenraad in en stelt een tuchtdossier samen. In
geval van een definitieve uitsluiting wordt de klassenraad uitgebreid met een
vertegenwoordiger van het CLB die een adviserende stem heeft.
2.
De leerling, zijn ouders en eventueel een vertrouwenspersoon worden schriftelijk
uitgenodigd voor een gesprek met de directeur. De uitnodiging moet minstens vijf dagen
vooraf bezorgd worden aan de ouders.
3.
Intussen hebben de ouders en hun vertrouwenspersoon inzage in het tuchtdossier, met
inbegrip van het advies van de klassenraad.
4.
Na het gesprek neemt de directeur een beslissing. Deze beslissing wordt schriftelijk
gemotiveerd en binnen een termijn van vijf dagen aangetekend aan de ouders van de
betrokken leerling bezorgd. De beslissing vermeldt de beroepsmogelijkheden.
Als ouders geen inspanning doen om hun kind in een andere school in te schrijven, krijgt de definitieve
uitsluiting effectief uitwerking na één maand (vakantiedagen niet meegerekend). Is het kind één maand na
de schriftelijke kennisgeving nog niet in een andere school ingeschreven, dan is onze school niet langer
verantwoordelijk voor de opvang van de uitgesloten leerling. Het zijn de ouders die erop moeten toezien
dat hun kind aan de leerplicht voldoet. Het CLB kan mee zoeken naar een oplossing.
Ten gevolge van een definitieve uitsluiting het huidige, het vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar
kan het schoolbestuur de betrokken leerling weigeren terug in te schrijven.
Opvang op school in geval van preventieve schorsing en (tijdelijke en definitieve) uitsluiting
Wanneer je kind tijdens een tuchtprocedure preventief geschorst wordt of na de tuchtprocedure tijdelijk
wordt uitgesloten, is je kind in principe op school aanwezig, maar neemt die geen deel aan de activiteiten
37
van zijn leerlingengroep. De directeur kan beslissen dat de opvang van je kind niet haalbaar is voor de
school. Deze beslissing wordt schriftelijk en gemotiveerd bekend gemaakt aan de ouders.
In geval van een definitieve uitsluiting heeft de uitgesloten leerling één maand de tijd om zich in een andere
school in te schrijven. In afwachting van deze inschrijving is je kind in principe op school aanwezig, maar
neemt die geen deel aan de activiteiten van zijn leerlingengroep. De directeur kan beslissen dat de opvang
van je kind niet haalbaar is voor de school. Deze beslissing wordt schriftelijk en gemotiveerd bekend
gemaakt aan de ouders.
BEROEPSPROCEDURES NA EEN (TIJDELIJKE) UITSLUITING
Beroepsprocedure na een tijdelijke uitsluiting
Ouders kunnen tegen de beslissing tot tijdelijke uitsluiting beroep aantekenen. De procedure gaat als volgt:
1.
2.
3.
4.
Binnen vijf dagen na ontvangst van de beslissing tot tijdelijke uitsluiting kunnen ouders schriftelijk
beroep indienen bij de voorzitter van de interne beroepscommissie (zie blz.7)
De interne beroepscommissie komt samen binnen vijf dagen na ontvangst van het beroep. De
leerling en de ouders worden opgeroepen om te verschijnen voor deze interne beroepscommissie.
Intussen hebben de ouders inzage in het dossier.
De interne beroepscommissie brengt de ouders binnen vijf dagen per aangetekende brief op de
hoogte van haar gemotiveerde beslissing. Deze beslissing is bindend voor alle partijen.
Beroepsprocedure na een definitieve uitsluiting
Ouders kunnen tegen de beslissing tot definitieve uitsluiting beroep aantekenen. De procedure gaat als
volgt:
1.
Binnen vijf dagen na ontvangst van de beslissing tot definitieve uitsluiting kunnen ouders
schriftelijk beroep indienen bij de voorzitter van het schoolbestuur.
Gaston Heyvaert
VZW Vrij Basisonderwijs Dender-Noord
Laurierstraat 26
9280 Lebbeke
Het verzoekschrift moet aan de volgende voorwaarden voldoen :
Het verzoekschrift is gedateerd en ondertekend;
Het verzoekschrift bevat het voorwerp van beroep met feitelijke omschrijving en
motivering waarom de definitieve uitsluiting betwist wordt.
Hierbij
kunnen
overtuigingsstukken
toegevoegd
worden.
2.
Wanneer het schoolbestuur een beroep ontvangt, zal het een beroepscommissie samenstellen. In
de beroepscommissie, die het beroep behandelt, zitten zowel mensen die aan de school of het
schoolbestuur verbonden zijn als mensen die dat niet zijn. Het gaat om een onafhankelijke
commissie die de klacht van de ouders grondig zal onderzoeken.
De ouders worden binnen tien dagen nadat het schoolbestuur het beroep heeft ontvangen
uitgenodigd voor een gesprek. De schoolvakanties schorten de termijn van tien dagen op.
De beroepscommissie streeft in zijn zitting naar een consensus.
De beroepscommissie zal de betwiste beslissing ofwel bevestigen ofwel vernietigen ofwel het
beroep gemotiveerd afwijzen wegens het niet naleven van de vormvereisten.
38
3.
Het schoolbestuur zal de gemotiveerde beslissing binnen een termijn van vijf dagen met een
aangetekende brief aan de ouders meedelen. De beslissing is bindend voor alle partijen.
Het beroep schort de uitvoering van de beslissing tot uitsluiting niet op.
CONTACTEN OUDERS – SCHOOL
Ouders en school hebben elkaar nodig om tot een goede en volledige opvoeding van de kinderen te
komen. Altijd blijven ouders de eerstelijns- en ook de belangrijkste verantwoordelijken voor de opvoeding
van hun kinderen. De school vormt echter een onmisbare schakel tussen het gezin en de maatschappij.
Het doel is dus in elkaars verlengde samen te werken aan de opvoeding.
Als school proberen we een informatiebeleid uit te werken met 'openheid' als grootste kenmerk, en dit in
twee richtingen: we proberen de ouders zoveel mogelijk te betrekken bij het schoolgebeuren en we
proberen zoveel mogelijk informatie te geven aan de ouders. Dit laatste, zowel algemeen (info-avonden,
schoolraad, ouderraad, schoolkrant, ... ) als over het kind 'individueel' op onze school (leerprestaties,
gedrag, ... ).
Hieronder worden de verschillende oudercontacten omschreven.
DE DAGELIJKSE CONTACTMOGELIJKHEDEN
Elke dag heeft u als ouder de mogelijkheid om elke leerkracht te spreken (ook de leerkracht
bewegingsopvoeding). U kunt dit doen voor of na de lessen. Tijdens de lesuren heeft de leerkracht geen
tijd om volle aandacht aan u te geven.
Tijdens, maar natuurlijk ook voor en na de schooltijd, kunt u ook de directie bereiken. Indien u de directeur
persoonlijk wenst te spreken, aarzel niet om contact op te nemen. Er zal altijd tijd gemaakt worden. We
vragen om problemen zo vlug mogelijk met de juiste persoon te bespreken. Voor elke moeilijkheid
proberen we samen in overleg de juiste oplossing te zoeken!
Ook via de agenda kunt u een korte boodschap overbrengen aan de leraar. Gebruik de agenda gerust ook
als 'heen-en-weer-schrift'.
TIJDENS HET SCHOOLJAAR
Tijdens het schooljaar worden verschillende oudercontacten georganiseerd.
Infoavond voor ouders
Begin september is er de infoavond voor alle ouders per klas. Het betreft een echte informatie-avond om
de instap in de nieuwe klas vlotter te laten verlopen. Dit is algemene informatie over de werking,
programma en afspraken van de klas en hoe u als ouder uw kind het beste kunt begeleiden. Dit contact is
niet bedoeld om individuele kinderen te bespreken, wel algemene informatie over de werking van de klas.
Individueel oudercontact voor de ouders van alle kinderen
In de loop van het eerste semester is er het individuele oudercontact voor de ouders van alle kinderen. Na
enkele maanden werken is reeds heel wat te vertellen over uw kind in klas, op school. Dit gesprek tussen
39
ouders en leraar betreft het welbevinden, de leerprestaties (eventueel problemen) en het gedrag van uw
kind. In de loop van het tweede semester volgt er een tweede mogelijkheid voor contact.
Oudercontact overstap 3de kleuterklas
Bij de overstap van de derde kleuterklas naar het eerste leerjaar worden de ouders uitgenodigd om de
schoolrijpheidsproeven te bespreken.
Oudercontact bij groot rapport
Bij een groot rapport is het raadzaam om de uitslag eens door te praten. Dan nodigt de klastitularis u uit. U
kan eveneens dergelijk onderhoud aanvragen.
Multi Disciplinair Overleg (MDO)
Binnen de schoolmuren is ook geregeld overleg over de kinderen tussen de leraar, de directeur,
zorgcoördinator en het CLB. Het kan zijn dat u na zo'n intern overleg uitgenodigd wordt om onze
bevindingen te bespreken. Wij proberen dan ook duidelijk advies te geven voor de toekomst.
Oudercontact einde schooljaar
Op het einde van het schooljaar worden alle ouders van de kinderen uitgenodigd op een oudercontact. De
resultaten van het afgelopen schooljaar worden besproken in functie van de overstap naar het volgende
leerjaar. Dit oudercontact gaat door tijdens de laatste schoolweek.
Oudercontact voor ouders van leerlingen van het 6de leerjaar
In de loop van het tweede semester wordt een oudercontactavond georganiseerd voor de ouders van de
leerlingen van het 6de leerjaar. We noemen dit de oriënteringsgesprekken. Het betreft namelijk een
gesprek ter oriëntering na het zesde leerjaar. Dit gebeurt na een schoolinterne bespreking tussen
pedagogische raad, CLB en directeur.
Maak gebruik van al deze kansen tot gesprek. We weten uit ervaring dat een goede, positieve
samenwerking tussen ouders en school zeer gunstig inwerkt op de betrokkenheid, het welbevinden en de
prestaties van uw kind op school. Exacte data en andere informatieve gegevens in verband met deze
oudercontacten zullen tijdig via uw kind worden doorgespeeld.
De ouderraad wil u de gelegenheid bieden om de school beter te leren kennen via gespreks- en
infoavonden. Ook nodigt zij u uit om actief deel te nemen door lid te worden of door te helpen bij de
diverse evenementen.
ROOKVERBOD
Er geldt een algemeen rookverbod voor iedereen in alle gesloten ruimten op school. In open plaatsen geldt
dit verbod op weekdagen tussen 6.30 uur ’s morgens en 18.30 uur ’s avonds. Tijdens extramurosactiviteiten is het elke dag verboden te roken tussen 6.30 uur ’s morgens en 18.30 uur ’s avonds. Bij overtredingen van dit rookverbod kunnen orde- en tuchtmaatregelen getroffen worden.
STANDPUNT VAN HET SCHOOLBESTUUR IN VERBAND MET RECLAME OP
SCHOOL
Bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan een schoolbestuur,
directie, leraren, niet-onderwijzend personeel of leerlingen, waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt
in schoolverband. Tegenprestaties zijn bijvoorbeeld het noemen van de sponsor in de schoolkrant of een
opdruk op T-shirts. Voorbeelden van sponsoring zijn:
40
-
gesponsorde materialen zoals boekjes, video’s, folders, posters en spellen;
gratis producten die winkels of bedrijven uitdelen aan leerlingen of ouders;
gesponsorde activiteiten zoals schoolfeesten, sportdagen, schoolzwemmen en schoolreisjes;
sponsoring van het schoolgebouw, bijvoorbeeld een leslokaal, de inrichting, computerapparatuur of
cateringactiviteiten.
Schenkingen, waar geen tegenprestatie tegenover staat, vallen dus niet onder het begrip sponsoring.
Bij het sluiten van een sponsorovereenkomst is het handig om de volgende regels als uitgangspunt te
gebruiken:
sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen;
sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de
school;
sponsoring mag niet in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die een school aan het
onderwijs stelt;
sponsoring mag de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs niet beïnvloeden;
sponsoring mag geen aantasting betekenen van de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de
betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de scholen en de daarbij betrokkenen;
sponsoring mag geen schade berokkenen aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen.
Het schoolbestuur is altijd verantwoordelijk voor wat er in schoolverband plaats vindt. Zelfs als het gaat om
bijvoorbeeld de oudervereniging die een sponsorovereenkomst aangaat waarbij een tegenprestatie wordt
gevraagd waarmee ouders of leerlingen in schoolverband worden geconfronteerd moet ook in zulke
gevallen beoordelen of de sponsorovereenkomst verantwoord is.
Als ouders het niet eens zijn met beslissingen van de school over sponsoring, kunnen zij daarover een klacht
indienen bij de
Commissie Zorgvuldig Bestuur
Departement Onderwijs
Secretariaat-generaal
t.a.v. Willy Van Belleghem
Kamer 5B25
Koning Albert II-laan 15
1210 Brussel
EEN- OF MEERDAAGSE SCHOOLUITSTAPPEN
Eendaagse uitstappen
Uitstappen van een dagdeel of van één dag worden steeds ingericht met een pedagogisch doel. Een
leeruitstap wil steeds een illustratie zijn bij wat in de klas aan bod komt. Ons onderwijs wil immers zo dicht
mogelijk bij de realiteit staan . De ondertekening van dit schoolreglement geldt als toestemming voor de
deelname aan de eendaagse uitstappen. Indien de ouders de toestemming bij eendaagse extramurosactiviteiten weigeren, dienen zij dit vooraf aan de school te melden. Kinderen die niet deelnemen aan
deze activiteit moeten wél op school zijn tijdens de normale schooltijden.
Meerdaagse uitstappen
Meerdaagse uitstappen beogen naast cognitieve ook vooral socio-emotionele doelstellingen. Een
openluchtklas maakt het als geen ander middel mogelijk om binnen de vertrouwde veilige omgeving van de
klasgroep een betekenisvolle groei in o.a. zelfstandigheid, sociale omgang en vele andere attitudes te
realiseren.
In de loop van de lagere school hebben we driedaagse bos- en zeeklassen.
41
Bij een meerdaagse extra-murosactiviteit is een afzonderlijke toestemming van de ouders vereist. Het
streefdoel is dat alle leerlingen deelnemen aan deze activiteiten.
Kinderen die niet deelnemen aan deze activiteit moeten wél op school zijn tijdens de normale schooltijden.
ECHTSCHEIDING
Zorg en aandacht voor het kind
Scheiden is een emotioneel proces. Voor kinderen die deze ‘verliessituatie’ moeten verwerken, wil de school een luisterend oor, openheid, begrip en aandacht bieden.
Neutrale houding tegenover de ouders
De school is bij echtscheiding geen betrokken partij. Beide ouders, samenlevend of niet, staan gezamenlijk
in voor de opvoeding van hun kinderen, binnen de grenzen die gebeurlijk door een rechter bepaald zijn met
betrekking tot het ouderlijk gezag.
Wanneer de ouders niet meer samenleven, maakt de school met beide ouders afspraken over de wijze van
informatiedoorstroming en de manier waarop beslissingen over het kind worden genomen.
PRIVACY
Verwerken van persoonsgegevens
De school verwerkt persoonsgegevens van alle ingeschreven leerlingen met behulp van de computer. Dat is
nodig om de leerlingenadministratie en de leerlingenbegeleiding efficiënt te organiseren. Om gepast te
kunnen optreden bij risicosituaties, verwerkt de school ook gegevens betreffende de gezondheidstoestand
van sommige leerlingen, maar dat gebeurt enkel met de schriftelijke toestemming van de leerlingen of hun
ouders. De privacywet geeft u het recht te weten welke gegevens de school verwerkt en het recht deze
gegevens te laten verbeteren als ze fout zijn of ze te laten verwijderen als ze niet ter zake dienend zijn.
Overdracht van leerlingengegevens bij schoolverandering
Bij een schoolverandering worden leerlingengegevens overgedragen aan de nieuwe school onder de
volgende voorwaarden: De gegevens hebben enkel betrekking op de leerlingspecifieke onderwijsloopbaan
en de overdracht gebeurt enkel in het belang van de persoon op wie de onderwijsloopbaan betrekking
heeft. Ouders kunnen op verzoek deze gegevens inzien. Ouders die niet wensen dat deze gegevens
doorgegeven worden kunnen zich tegen de overdracht verzetten. Ze brengen de directie binnen de tien
kalenderdagen na de schoolverandering hiervan schriftelijk op de hoogte.
Gegevens die betrekking hebben op schending van leefregels door uw kind zijn nooit tussen scholen
overdraagbaar.
Publiceren van foto’s
De school publiceert geregeld foto’s van leerlingen op de website, in de krant…. De beeldopnamen
gebeuren steeds met respect voor wie op de beelden staat.
We gaan ervan uit dat u geen bezwaar hebt tegen de publicatie van de beeldopnamen die te maken hebben
met de activiteiten van onze school. Mocht u daar toch bezwaar tegen hebben, dan kan u dat op elk
moment van het schooljaar melden aan de directie. We zullen het bezwaar respecteren en geen beelden
van uw kind meer publiceren.
42
Recht op inzage en toelichting
Ouders hebben recht op inzage in en toelichting bij de leerlingengegevens, waaronder de
evaluatiegegevens, die verzameld worden door de school over hun kind. Indien na de toelichting blijkt dat
de ouders een kopie willen, kan dat. De kosten die hiervoor gevraagd worden, zijn terug te vinden in de
bijdrageregeling. De school kan geen gegevens doorgeven die betrekking hebben op medeleerlingen.
ENGAGEMENTSVERKLARING
Ouders hebben hoge verwachtingen van de school voor de opleiding en opvoeding van hun kinderen. Onze
school zet zich elke dag in om dit engagement waar te maken, maar in ruil verwachten we wel de volle
steun van de ouders. Daarom maken we in onderstaande engagementsverklaring wederzijdse afspraken.
Zo weten we duidelijk wat we van elkaar mogen verwachten. Deze afspraken gelden voor de hele periode
dat uw kind bij ons is ingeschreven.
Ouders en school zullen op afgesproken momenten de engagementen en het effect ervan evalueren.
Een intense samenwerking tussen onze school en de ouders
Afspraken oudercontact.
U, ouders en onze school zijn partners in de opvoeding van uw kind. Het is goed dat u zicht hebt op de werking
van onze school. Daarvoor plannen we bij het begin van elk schooljaar een ouderavond in de klas van uw kind.
U kan er kennis maken met de leerkracht van uw kind en met de manier van werken.
We willen u op geregelde tijden informeren over de evolutie van uw kind. Dat doen we schriftelijk via het
rapport.
We organiseren ook regelmatig individuele oudercontacten. Bij het begin van elk schooljaar laten we u weten
op welke data die doorgaan. Wie niet op het oudercontact aanwezig kan zijn, kan een gesprek aanvragen op
een ander moment.
Wij engageren ons om steeds te zoeken naar een alternatief overlegmoment indien u niet op de geplande
oudercontacten kan aanwezig zijn.
Als u zich zorgen maakt over uw kind of vragen hebt over de aanpak dan kan u op elk moment zelf een gesprek
aanvragen met de leerkracht van uw kind. Dat doet u via de klasagenda of via de directie.
Wij verwachten dat u met ons contact opneemt bij vragen of zorgen t.a.v. uw kind.
Wij verwachten dat u zich als ouder samen met ons engageert om nauw samen te werken rond de opvoeding
van uw kind en steeds ingaat op onze uitnodigingen tot oudercontact.
Wij engageren ons om met u in gesprek te gaan over uw zorgen en vragen t.a.v. de evolutie van uw kind.
Aanwezig zijn op school en op tijd komen.
Ouders worden verwittigd bij elke niet-gewettigde afwezigheid.
De aanwezigheid van uw kind op school heeft gevolgen voor het verkrijgen en behouden van de schooltoelage,
en voor de toelating tot het eerste leerjaar. Meer hierover kan u lezen blz. 15 en blz. 31
Daartoe moeten wij de afwezigheden van uw kind doorgeven aan het departement onderwijs en aan het CLB.
43
Te laat komen kan niet! De school begint om 8.25 uur en eindigt om 15 .30 uur. ’s Woendags begint de school om 8.25 uur en eindigt om 12.00 uur. Wij verwachten dat uw kind dagelijks en op tijd op school is. Kinderen
die te laat toekomen melden zich aan bij de directie. Wij verwachten dat u ons voor 9 uur verwittigt bij
afwezigheid van uw kind.
Het CLB waarmee wij samenwerken staat in voor de begeleiding bij problematische afwezigheden. U kan zich
niet onttrekken aan deze begeleiding.
De school zal de ouders onmiddellijk contacteren bij elke problematische afwezigheid en deze afwezigheid
melden aan het CLB. School en CLB zullen in communicatie met de betrokken ouders een begeleidingsplan
opstellen voor de betrokken ouders en hun kinderen.
Van zodra het kind meer dan 10 halve schooldagen problematisch afwezig is, stelt de school samen met het
CLB een begeleidingsdossier op dat ter inzage is voor de verificateurs.
U kan steeds bij ons terecht in geval van problemen. We zullen samen naar de meest geschikte aanpak zoeken.
Individuele leerlingenbegeleiding.
Onze school voert een zorgbeleid. Dit houdt onder meer in dat we gericht de evolutie van uw kind volgen. Dit
doen we door het werken met een leerlingvolgsysteem (LVS). Sommige kinderen hebben op bepaalde
momenten nood aan gerichte individuele begeleiding. Andere kinderen hebben constant nood aan individuele
zorg.
We zullen in overleg met u als ouder vastleggen hoe de individuele begeleiding van uw kind georganiseerd zal
worden. Daarbij zullen we aangeven wat u van de school kan verwachten en wat wij van u als ouder
verwachten.
Wij verwachten dat u ingaat op onze vraag tot overleg en de afspraken die we samen maken opvolgt en
naleeft.
Positief engagement ten aanzien van de onderwijstaal.
Onze school is een Nederlandstalige school. Niet alle ouders voeden hun kind op in het Nederlands. Dit kan
ertoe leiden dat hun kind het wat moeilijker heeft bij het leren. Wij als school engageren er ons toe alle
kinderen zo goed mogelijk te begeleiden bij hun taalontwikkeling.
Wij verwachten van de ouders dat ze positief staan ten aanzien van extra initiatieven en maatregelen
(taaltraject en/of taalbad) die de school neemt om de taalachterstand van hun kind weg te werken en dat ze er
alles aan doen om hun kind, ook in de vrije tijd, te stimuleren bij het leren van Nederlands.
44
Tot slot
Na het doorworstelen van deze brochure is het misschien mogelijk dat u door het bos de bomen niet meer
ziet.
Aarzel niet om bij vragen of problemen contact op te nemen met de directeur of de klastitularis van uw
kind. We hebben immers dezelfde bekommernis: de opvoeding en opleiding van uw kind zo positief
mogelijk te begeleiden.
Bewaar deze brochure zorgvuldig.
Ze kan bij allerlei vragen uitkomst bieden.
De directie is bereikbaar via:
[email protected]
052 / 35 05 97
0472 / 52 35 77
Verantwoordelijke uitgever :
directie school in opdracht van het schoolbestuur,
juni 2014
45