Begeleidend schrijven bij aanvraag

Download Report

Transcript Begeleidend schrijven bij aanvraag

Van
Windpark Den Tol Exploitatie B.V.
Jonkerstraat 21
7077 AT Netterden
Aan
Gemeente Oude IJsselstreek
Postbus 42
7080 AA Gendringen
T.a.v. de heer Dennis Ankersmid
Utrecht, 28 februari 2014
25-03-2014
W-2014-0162
Onderwerp: Begeleidend schrijven aanvraag omgevingsvergunning Windpark Den Tol
Geachte heer Ankersmid,
Via deze weg wil ik u een begeleidend schrijven aanbieden bij de aanvraag voor een
omgevingsvergunning voor het Windpark Den Tol te Netterden. In dit begeleidend schrijven hebben
we de algemene opzet van de vergunningaanvraag opgenomen en is voor de onderdelen Bouw,
Milieu de aanvraag en bijbehorende bijlagen op hoofdlijnen beschreven.
Over Windpark Den Tol
Windpark Den Tol bestaat uit een tweetal lijnopstellingen van in totaal 10 turbines ten westen van
het dorp Netterden. Het park is opgezet in een samenwerkingsverband tussen een zestal lokale
agrarische ondernemers samen met Windunie Development, gezamenlijk 100% aandeelhouder van
Windpark Den Tol Exploitatie B.V., de aanvrager van deze vergunning.
Op 28 november 2013 is het bestemmingsplan “Windpark Den Tol Netterden” in combinatie met het
MER en de Passende Beoordeling vastgesteld door de gemeenteraad. In de aanvraag en
onderstaande wordt regelmatig naar het MER en de Passende Beoordeling verwezen. De stukken zijn
in bezit bij de gemeente.
Opzet vergunningaanvraag
Enige toelichting is vereist over de opzet van deze vergunningaanvraag.
Teneinde in aanmerking te komen voor de SDE+ regeling, die in april 2014 opent, is een vergunning
nodig voor het windpark. Het verkrijgen van een beschikking voor de SDE+ 2014 is een voorwaarde
voor het overeenkomen van financiering van het project. Kortom, het aanvragen van SDE+ in 2014 is
belangrijk omdat nog onduidelijk is hoe de SDE+ regeling in 2015 eruit zal zien. Het richten op het
verkrijgen van SDE+ in 2014 heeft twee gevolgen voor de planning van deze vergunningaanvraag:
-
-
We richten ons op het verkrijgen van de (herroepelijke) vergunning vóór 1 juni 2014. Vanaf
dat moment kan namelijk ingeschreven worden voor de SDE+. Als die datum gemist wordt
kan het pas weer per 1 april 2015.
Gezien deze onzekerheden bestaat een reële kans dat pas aangevangen kan worden met de
bouw na de formele termijn waarbinnen gestart moet worden met de bouw gerekend vanaf
het onherroepelijk worden van de vergunning. Wij vragen u dan ook een langere termijn aan
te houden in de omgevingsvergunning, bij voorkeur 36 maanden.
Daarnaast is aanvraag gebaseerd op een vijftal mogelijke turbines die gerealiseerd zouden kunnen
worden, zie tabel 1. Alle voorgestelde types vallen binnen de bestemmingsplanregels voor de
oprichting van een windturbine. De reden voor het aanvragen van verschillende opties is dat markt
voor windturbines sterk fluctuerend is en de SDE+ indirect gekoppeld is aan het type turbine dat
gerealiseerd wordt. We zouden graag zien dat alle in deze aanvraag opgenomen opties vergund
worden zodat we in een later stadium de definitieve keuze kunnen maken voor één van de
voorliggende opties. Uiteraard zullen we u tijdig van onze definitieve keuze op de hoogte stellen en
gaan we er vanuit dat alle andere mogelijkheden dan komen te vervallen. Tevens willen we u
verzekeren dat we maar één type kiezen voor het windpark, en niet (bij wijze van spreken) drie
verschillende types willen gaan realiseren. Graag willen we u verzoeken om een voorschrift van deze
strekking in uw vergunning op te nemen.
Tabel 1: opties turbinetypes
Turbine
Siemens SWT3.0
Vestas V117
Nordex N117
Alstom Eco 2.7
Repower 3,0M
Vermogen Rotordiameter Ashoogte Tiphoogte
(MW)
(m)
(m)
(m)
3,0
3,3
3,0
2,7
3,0
113
117
117
122
122
121
122
125
122
119
178
180
183
183
180
Materiaal Matieraal
Bijlage
mast
fundatie tekeningnr.
Staal
Staal
Staal
Beton
Beton
Beton
Beton
Beton
Beton
beton
In onderstaande paragrafen is per onderdeel van de vergunning een korte beschrijving opgenomen.
Onderdeel Bouw
Overzicht
Tekeningen WPDT01.C, WPDT01.C.01 en WPDT01.C.02 betreffen de overzichtskaarten van de te
realiseren windturbines.
WPDT14.T
WPDT15.T
WPDT12.T
WPDT11.T
WPDT13.T
Turbines
De vijf turbinetypes bestaan allen uit een fundering, mast met toegangsdeur, gondel en wieken. De
locaties van de turbines zijn voor alle aangevraagde turbinetypes uit tabel 1 gelijk.
Fundaties en kraanopstelplaatsen
In onderstaande tabel zijn de afmetingen van de fundaties en de kraanopstelplaatsen opgenomen,
deze zijn bij alle aangevraagde turbinetypes gelijk.
Tabel 2: afmetingen kraanopstelplaatsen en fundaties
Afmetingen
l x b (m)
Kraanopstelplaats
Fundatie
45 x 25
n.v.t.
Diameter
(m)
n.v.t.
20
De fundatie van de turbines zal half onder/ half boven het maaiveld worden gerealiseerd. De
fundering zal afgedekt worden met de grond die vrijkomt bij het realiseren van de wegen. De
principetekeningen voor de constructies van de fundaties zijn bij de aanvraag opgenomen
(tekeningen WPDT21.CT en WPDT22.CT).
De kraanopstelplaatsen zijn permanent en zijn uitgevoerd met half verharding (granulaat). De
prinicipetekening van de kraanopstelplaatsen is bij de aanvraag opgenomen (tekening WPDT23.CT)
Wij verzoeken de gemeente om de gelegenheid te krijgen om na vergunningverlening, voorafgaand
aan de bouw, de definitieve constructietekeningen en berekeningen te overleggen.
Wegen en uitritten
Er zijn nieuwe werkwegen uitritten voorzien ten behoeve van de realisatie van het windpark.
Tekening WPDT01.C.U5 betreft een principetekening met een bovenaanzicht en doorsnede van een
werkweg. De aanleg van nieuwe uitritten worden cf. de gemeentelijke regels gemeld bij de gemeente
bij aanleg. Er is geen sprake van uitritten op provinciale wegen.
In de constructiefase van het voornemen zal het nodig zijn om tijdelijk de nieuw voorziene uitritten
te verbreden om de draaicirkel van transportbewegingen en mobiele kraan te faciliteren.
Bekabeling en inkoopstation
Voor het aanleggen van de interne parkbekabeling wordt uitgegaan van het gebruik van een
kettinggraver met een maximale sleufbreedte van 0,5m. De kabels worden op een diepte van 2
meter –mv gelegd. Zie tekening WPDT01.E.03 voor een typische kabeldoorsnede in het veld.
Het inkoopstation (punt van overdracht opgewekte energie naar lokale netbeheerder) betreft een
betreedbare ruimte van (LxBxH, ca. 560 x 260 x 300 cm, plat dak, kleur RAL 7032) en is voorzien ter
hoogte van T6.
Welstand
In tabel 3 is een overzicht opgenomen van de kleuren per turbinetype. Graag zouden wij het plan
mondeling bij Welstand commissie komen toelichten.
Tabel 3: kleur
Turbinetype
Siemens SWT3.0
Vestas V117
Nordex N117
Alstom Eco 2.7
Repower 3,0M
Mast
Gondel
Wieken
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
RAL7035
In de welstandsnota van de gemeente Oude IJsselstreek is ten aanzien van kleur en materiaalgebruik
het volgende opgenomen: “Neutrale kleurstelling mast, rotor en rotor bladen, passend bij de kleur
van de luchten. Bij voorkeur uitgevoerd in standaard grijs (RAL 7038) zodat dit de kleur van de
achtergrond aanneemt.”
Alle typen windturbines die onderdeel zijn van de uitvraag worden standaard uitgevoerd in de kleur
RAL7035, een kleur die iets lichter is dan de voorkeur die wordt aangegeven in de welstandsnota en
voldoet onzes inziens aan de kwalificatie “standaard grijs”. Bij de beoordeling vragen we de Welstand
commissie om ten aanzien van dit aspect rekening te houden met het volgende:
-
-
Nagenoeg alle turbinefabrikanten leveren turbines in de standaardkleur RAL7035. De kleur
kan dus vanuit de industrie worden gezien als standaard grijs. Deze grijze kleur wordt door
de fabrikanten beoordeeld als zijnde het beste te passen bij de luchten in noordwest Europa
en is tevens in het kader van de luchtvaartveiligheid nog voldoende opvallend (bron: diverse
fabrikanten).
Eén turbinefabrikant (Enercon) levert de turbines in de kleur RAL7038, dit heeft te maken
met de totale (en afwijkend van de standaard in de industrie) kleurensamenstelling van de
betreffende turbines (groene ringen aan de onderkant, mast en rotor RAL7038 en geborsteld
aluminium gondel). Deze kleurensamenstelling vormt onderdeel van het merkrecht van de
-
-
betreffende fabrikant en mag niet door andere fabrikanten worden overgenomen (bron:
Enercon).
De mate waarin turbines wegvallen ten opzichte van de achtergrond is, naast de kleur van de
mast, met name afhankelijk van het weertype, intensiteit en hoek van lichtinval, seizoen en
tijd van de dag. Deze verschilt van minuut tot minuut en van plaats tot plaats. Luchten in
Nederland (gemeente Oude IJsselstreek) zijn niet grijzer (of vaker grijs) dan die in Groot
Brittannië, België, Denemarken of Duitsland waar de vraag over kleurstelling van turbines
niet speelt.
Het mooi vinden van een bepaalde kleur en de mate van opvallen van turbines in een
omgeving kent een zeer hoog subjectief gehalte. Er zijn geen (wetenschappelijke) studies
bekend naar de gewenste kleurstelling bij turbines waaruit een onderbouwde voorkeur blijkt
voor RAL7038 danwel RAL7035.
De initiatiefnemers en windturbinefabrikanten zijn van mening dat kleuronderscheid tussen RAL7038
en 7035 in de praktijk niet waarneembaar is en vragen de Welstand commissie in haar advies
hiermee rekening te houden
Archeologie
Ten behoeve van de voorliggende vergunningaanvraag is door Transect een verkennend
archeologisch booronderzoek uitgevoerd. Hieruit is gebleken dat het gebied een lage
verwachtingswaarde heeft, verstoringen van archeologische waarden als gevolg van de aanleg van
het windpark niet te verwachten zijn en geen verder archeologisch onderzoek meer nodig is. Het
archeologisch onderzoek is bijgevoegd als bijlage bij de aanvraag.
Obstakelverlichting
Op grond van de internationale burgerluchtvaart regelgeving dienen alle turbinetypes van
hindernismarkering en –lichten te worden voorzien. Het gaat om de volgende maatregelen:
Voor de daglichtperiode: Op het hoogste vaste punt van de windturbineconstructie een wit flitsend
licht met een gemiddelde lichtintensiteit van 20.000 candela (ICAO Medium Intensity type A; 20-60
flitsen per minuut).
Voor de nachtlichtperiode: Op het hoogste vaste punt van de windturbineconstructie een rood,
flitsend hindernislicht met een gemiddelde lichtintensiteit van 2.000 candela (ICAO Medium Intensity
type B; 20-60 flitsen per minuut).
Circa 45-52 meter onder het hoogste vaste punt van de windturbineconstructie rode, vastbrandende
hindernislichten met een lage lichtintensiteit van 50 candela.
De aangebrachte hindernislichten dienen vanuit de lucht rondom zichtbaar te zijn. Dit kan resulteren
in het aanbrengen van meerdere lichten per niveau. De lichten mogen naar de grond toe
afgeschermd worden. Aangebrachte flitslichten dienen gelijktijdig te flitsen.
Ontheffing F+F-wet
Deze ontheffing is op 24 februari 2014 separaat aangevraagd en is daarom geen onderdeel van de
Omgevingsvergunningaanvraag.
Natuurbeschermingswet
Er is geen sprake van negatieve effecten op Nederlandse Natura2000 gebieden, hierdoor is een
aanvraag in het kader van de Natuurbeschermingswet niet van toepassing. Dit is door de provincie
Gelderland bevestigd in een brief aan de gemeente (d.d. 10 juni 2013, zaaknr. 2013-006712) Ter zake
van het buitenlandse Natura2000 gebied Unterrer Niederrhein zij nog vermeld dat de effecten van
Windpark Den Tol niet kunnen worden betrokken bij een vergunning op grond van de Nederlandse
Natuurbeschermingswet (vgl. ABRS d.d. 24 augustus 2011 nr 200900425/1/R2 en 200902744/1/R2).
Dat neemt niet weg dat de effecten van het windpark op grond van artikel 6, derde lid,
Habitatrichtlijn zijn betrokken bij de voorbereiding van bestemmingsplan Windpark Den Tol, dat op
18 november 2013 door de gemeenteraad van Oude IJsselstreek is vastgesteld. Deze effecten zijn
onderworpen aan een passende beoordeling die onderdeel uitmaakt van het MER dat is opgesteld
voor dit bestemmingsplan. De maatregelen die in deze passende beoordeling worden voorgesteld
komen hierna aan de orde.
Onderdeel Milieu
m.e.r.-plicht
Ten behoeve van het Windpark Den Tol is een MER opgesteld. De Commissie voor de m.e.r. heeft het
stuk getoetst en bevonden dat, na aanvulling, het voldoende informatie bevat voor besluitvorming.
Bodem
Uit het bodemonderzoek dat door Tauw is uitgevoerd in het kader van het MER (zie bijlagen bij MER,
bekend bij gemeente) blijkt dat er geen aandachtspunten zijn met betrekking tot mogelijke
bodemverontreiniging.
Afvalwater
Als onderdeel van de werking van windturbines wordt geen afvalwater geproduceerd. Hemelwater
dat op de turbines valt zal via de bodem infiltreren.
Brandveiligheid
Alle turbinetypes zijn voorzien van een brandveiligheidssysteem, rookmelders, diverse blusmiddelen
en EHBO kits in de gondel en in de mast.
Afval
Er is geen sprake van afvalwater of afvalstoffen als gevolg van het in bedrijf hebben van de
windturbines.
Geluid en trillingen
Door Pondera Services B.V. is een akoestische rapportage opgesteld (kenmerk: 713044 AS WP Den
Tol V4) voor de aangevraagde turbinetypes. Uit het onderzoek blijkt dat de onderzochte turbinetypes
niet tot een overschrijding leiden bij geluidsgevoelige objecten van derden. Tevens is gekeken naar
cumulatie van geluid met het op enige afstand gelegen (vergunde, nog niet gebouwde) windpark bij
de Papenkampseweg. Hierbij is vastgesteld dat ook bij cumulatie geen overschrijding van de
geldende normen optreedt. Voor de Vestas V117 geldt in beide gevallen dat deze door middel van
het instellen van een geluidsmodus beperkt dient te worden.
Voor een overzicht van de woningen van participanten wordt verwezen naar de desbetreffende
paragraaf.
Slagschaduw
Door Pondera Services B.V. is onderzoek gedaan (kenmerk: 713044 AS WP Den Tol V4) naar het
veroorzaken van slagschaduw bij woningen van derden als gevolg van het te realiseren windpark. Bij
enkele woningen wordt de geldende norm voor slagschaduw overschreden, dit is het geval bij alle
onderzochte turbinetypes. De geconstateerde overschrijding zal worden voorkomen door het
opnemen van een stilstandvoorziening bij de betreffende turbines op de vastgestelde tijdstippen.
Externe veiligheid
In het MER is uitvoerig onderzoek gedaan naar het aspect externe veiligheid. Er blijkt dat er geen
(beperkt) kwetsbare objecten van derden binnen de risicocontouren zijn gelegen. Volledigheidshalve
verwijs ik hiermee naar hoofdstuk 12 uit het MER. Het MER is bijgevoegd als bijlage bij de aanvraag.
Participanten
In onderstaande tabel zijn de adressen opgenomen van de participanten behorende bij het Windpark
Den Tol. De eerste kolom geeft de code weer zoals gehanteerd in het akoestisch onderzoek. Als
bijlage bij de aanvraag is een verklaring van betrokkenheid van de participanten bijgevoegd.
Tabel 4: Woningen behorende bij het initiatief
Code Adres
Aard van betrokkenheid
A
Netterdensestraat 15
B
Netterdensestraat 17
D
Netterdensestraat 30
E
Jonkerstraat 14
F
Jonkerstraat 14 a
Overeenkomst participant, optieovereenkomst verkoop woning, monitoring en toezicht, vergoeding,
compensatie
Aandeel, opstalovereenkomst, erfdienstbaarheid, weg en kabel op land, monitoring en toezicht,
vergoeding, compensatie
Aandeel, opstalovereenkomst, erfdienstbaarheid, weg en kabel op land, monitoring en toezicht,
vergoeding, compensatie
Aandeel, opstalovereenkomst, erfdienstbaarheid, weg en kabel op land, monitoring en toezicht,
vergoeding, compensatie
Overeenkomst participant, monitoring en toezicht, vergoeding, compensatie
G
Jonkerstraat 19A
H
Jonkerstraat 21
I
Jonkerstraat 23
J
Omsteg 1
K
Omsteg 1a
M
Lupseweg 3
N
Neerveldseweg 5
Aandeel, opstalovereenkomst, erfdienstbaarheid, weg en kabel op land, monitoring en toezicht,
vergoeding, compensatie
Aandeel, opstalovereenkomst, erfdienstbaarheid, weg en kabel op land, monitoring en toezicht,
vergoeding, compensatie
Aandeel, opstalovereenkomst, erfdienstbaarheid, weg en kabel op land, monitoring en toezicht,
vergoeding, compensatie
Aandeel, opstalovereenkomst, erfdienstbaarheid, weg en kabel op land, monitoring en toezicht,
vergoeding, compensatie
Overeenkomst participant, monitoring en toezicht, vergoeding, compensatie
Opstalovereenkomst, erfdienstbaarheid, weg en kabel op land, monitoring en toezicht, vergoeding,
compensatie
Aandeel, opstalovereenkomst, erfdienstbaarheid, weg en kabel op land, monitoring en toezicht,
vergoeding, compensatie
Energie
Het voornemen voorziet in de opwekking van duurzame energie. Er zal netto meer (groene) energie
worden opgewekt dan wordt verbruikt.
Verkeer, vervoer en mobiliteit
Tijdens de bouw zal zwaar transport plaatsvinden om de turbines op locatie te krijgen en op te
richten. Tijdens de gebruiksfase zullen onderhoudswerkzaamheden worden gepleegd, hiervoor
worden servicebusjes in gezet. Het transportplan zal worden opgesteld in samenspraak met de
gemeente.
Best beschikbare technieken
Windturbines zijn bij uitstek voorbeelden van installaties waar altijd gebruik wordt gemaakt van de
best beschikbare technieken om het uiteindelijke doel te bereiken: zo efficiënt mogelijk elektriciteit
opwekken.
Natuur
Ten aanzien van de gevolgen voor de instandhouding van soorten in het Duitse Natura2000 gebied
Unterer Niederrhein geldt geen vergunningplicht in de zin van artikel 19d Natuurbeschermingswet,
zoals in Nederland van kracht. Zoals hierboven opgemerkt, is in de passende beoordeling ten
behoeve van het bestemmingsplan Den Tol evenwel getoetst aan artikel 6, derde lid, Habitatrichtlijn.
In tabel 4 van de aanvullende passende beoordeling van Arcadis d.d. 3 oktober 2013 zijn een aantal
mitigerende maatregelen beschreven ten einde significante gevolgen voor met name de grutto in het
genoemde Natura2000 gebied weg te nemen. Evenals geldt voor de Natuurbeschermingswet kan in
het kader van de onderhavige omgevingsvergunningaanvraag voor de activiteit bouwen kan geen
wettelijke basis gevonden worden om deze maatregelen in de vorm van een vergunningvoorschrift
aan de initiatiefnemers op te leggen. Zij wensen echter zich zodanig te commiteren aan de
uitvoering van deze maatregelen dat deze ook door de gemeente Oude IJsselstreek kunnen worden
afgedwongen, zodanig dat buiten twijfel gesteld wordt dat de maatregelen uit de passende
beoordeling worden uitgevoerd. Indien een publiekrechtelijke mogelijkheid (m.n. Flora en Faunawet)
daartoe ontbreekt willen de initiatiefnemers voor om daartoe een privaatrechtelijke overeenkomst
met de gemeente te sluiten.
Onderdeel Water
Voor een aantal onderdelen van het voornemen dient een melding gedaan te worden, danwel een
vergunning aangevraagd te worden in het kader van de Waterwet bij het Waterschap Rijn en IJssel.
Het betreft enkele onderdoorgangen van kabels, enkele nieuwe uitritten, enkele wegen en enkele
kraanopstelplaatsen. Voor het onderdeel water zal separaat een vergunning worden aangevraagd bij
het Waterschap Rijn en IJssel.
Afsluitend
Indien u nog vragen heeft met betrekking tot deze aanvraag danwel meer informatie nodig heeft
kunt u contact opnemen met de heer Derck Truijens van Windunie Development (email:
[email protected] | tel: 030 753 3100).
Vriendelijke groet,
Windpark Den Tol Exploitatie B.V.
Eelco Bots
directeur