Portret van Mary Bronkhorst Mijn angst om te bewegen, heb

Download Report

Transcript Portret van Mary Bronkhorst Mijn angst om te bewegen, heb

Mijn angst om te bewegen, heb ik onder
controle gekregen
Sommige mensen hebben toch wel veel pech in hun leven.
Maak het maar mee. Eerst blijkt dat je reuma hebt, net als
je lekker ambitieus met je carrière bezig bent. Dan ben je
aan het wandelen in het bos, val je en breek je je enkel op
zeer gecompliceerde wijze. En alsof dat nog niet genoeg is,
loop je na de operatie in het ziekenhuis een infectie op, die
op de longen gaat zitten, waardoor je chronische
longproblemen krijgt. En, o ja, het leven en je lichaam
hadden nog een verrassing voor je: je blijkt ook nog door je
val last van dystrofie te hebben gekregen: je spieren
kunnen het niet meer trekken; bij belasting heb je daardoor
pijn, veel pijn.
Mary Bronkhorst,
Roermond
Hoe mooi is het dan om vandaag een prachtig klein
vrouwtje te ontmoeten die een kracht uitstraalt alsof ze
minstens twee meter groot is. Ze vertelt meteen heel
enthousiast over de tuin, met de kippen en de vijvers. Ook
nu, hartje winter zie je de natuur hier leven. De mussen
vliegen af en aan, de kippen tokkelen vrolijk tussen de
struiken. Mary vertelt over het museum wat ze heeft
gemaakt. Tot voor kort gaf ze hier rondleidingen aan
klassen van de basisschool. “Enig, was dat.” Ze had lesstof
gemaakt voor de kinderen, waarbij ze onder de microscoop
naar monsters uit de tuin en de vijver konden kijken, maar
ook planten moesten determineren, insecten en de
amfibieën uit de vijver bekijken en uitleg kregen over het
insectenhuis. Ook heeft Mary een eigen hondenschool en
d e k u n st v a n g e z o n d z i j n
zit ze in de IVN jeugdcommissie. Terwijl ze eigenlijk de
pensioengerechtigde leeftijd inmiddels heeft bereikt.
Opvallend is hoe Mary vasthoudt aan de rode draad in haar
leven. Haar “ding” is omgaan met veranderingen,
veranderprocessen met mensen. Haar lichaam heeft haar
een paar keer gedwongen om even te parkeren, deed haar
twijfelen of ze wel kon doorgaan, maar door haar eigen
kracht is ze weer terug op haar thema gekomen. Vroeger
deed ze dat in het maatschappelijk werk. In haar jonge
jaren klom ze op tot adjunct directeur en was behoorlijk
ambitieus. “Ik werkte heel hard, had een secretaresse en
was echt zo’n carrièremevrouw. Toen werd op een gegeven
moment reuma geconstateerd. Van 50 uur in de week
werken, zat ik opeens thuis. Het was afgelopen. Anderhalf
jaar heb ik liggen jammeren over mezelf. Maar ik moest
toch in beweging komen vanwege de reuma, dus heb ik
maar een hond gekocht. Op een gegeven moment kwam ik
erachter dat ik als directeur de veranderprocessen met de
mensen heel leuk vond, maar dat die functie wel wat met
je doet. Het haalt hele onaardige kanten in je naar boven.
Door het harde werken en de functie ging ik dingen doen
op een manier die eigenlijk helemaal niet bij me pasten.
Misschien was het achteraf wel een zegen dat ik
gedwongen werd ermee op te houden. En toen ben ik me
gaan
omscholen,
heb
een
opleiding
tot
hondengedragstherapeut en hondeninstructeur gevolgd.
En tegelijkertijd ben ik begonnen met de opleiding tot IVN
gids en met het geven van de rondleidingen. Ik heb daarvan
genoten. Enig was het, maar doodvermoeiend. Het waren
niet zozeer de kinderen, maar het bijhouden van de tuin
lukte op een gegeven moment niet meer. Tja, ik weet dat
mijn lichaam echt niet beter wordt dan het nu is. Sterker
nog, met de jaren degenereert het alleen maar verder.
Maar ik plan nu om het rusten heen. En als ik graag een dag
in de tuin werk, dan maak ik bewust de keuze dat ik over
mijn grenzen ga, en de dag erna dus niet veel kan. Dan
neem ik dan een rustdag en mopper niet dat het die dag
niet gaat. Vroeger als de consequenties van een keuze
kwamen, baalde ik. Nu niet meer. Dat heb geleerd in het
Ciran traject wat ik ruim een jaar geleden heb afgesloten bij
Groenewoud in Swalmen. Net na de aanmelding en toen
het hele rooster al was gemaakt, kreeg ik een zware
longontsteking en moest ik worden opgenomen in het
ziekenhuis. Maar omdat ik met mijn klanten de dagen dat ik
naar Huy (voor een tweedaagse training extern) zou gaan al
had ingepland, heb ik gevraagd of dat niet toch kon
doorgaan. Dus mocht ik vrijwel in het begin van het traject
al naar Huy. Geweldig was dat. Echt geweldig. Toen ik in
Huy was, ben ik weer heel ziek geworden. Maar ik heb
zoveel mogelijk meegedaan. En tijdens de oefeningen en de
lezingen ben ik langzaam gaan analyseren of ik nou echt
fysiek ziek was, of dat het misschien toch ook wel psychisch
was. Ik was dus helemaal niet ziek, ja wel ziek, want ik
stikte bijna, maar het waren eigenlijk spanningen die eruit
kwamen. Door de oefeningen en methoden die ik daar
leerde, ben ik gaan accepteren dat dat zo was. En dat heb ik
kunnen vasthouden. Daardoor heb ik nu veel beter in de
vingers wanneer het wel of wanneer het niet nodig is om
d e k u n st v a n g e z o n d z i j n
naar de klachten te handelen. Nou, dat is toch wel
superwinst, zou je kunnen zeggen.
De rest van het traject ben ik daarin verder gegaan. Ik ben
gaan trainen, trainen en trainen. Mijn lichaam zoveel
mogelijk oefenen om met mij en mijn klachten om te gaan.
Ik kreeg ook hele simpele opdrachten, als “wees elke dag 5
minuten stil en doe dan helemaal niets anders dan kijken.”
Wat is dat nou, 5 minuten, belachelijk. Maar zo heb ik wel
weer geleerd om te genieten en op tijd mijn rust te pakken.
Ook een belangrijk onderdeel van het traject was om met
mijn angst om weer te vallen om te gaan. Ik ben destijds
tijdens het wandelen in het bos gevallen en dat was een
vreselijke ervaring. Als je hier het bos in gaat, zit je meteen
in Duitsland en in dat deel heb je geen bereik met de
telefoon. Toen ik was gevallen, is Léon, mijn partner, dan
ook naar de weg gerend om te bellen om een ambulance.
En dat duurde en duurde. Ik had pijn, ik lag daar maar in de
kou en ik was bang. De naweeën van die ervaring heb ik
nog elke dag, dus dat wil ik niet nog een keer meemaken.
Panisch ben ik, want als ik val en iets breek, is het de
dystrofie die erachteraan komt die ik niet wil. Ik heb bij
Ciran geleerd om niet meer bang te zijn om te vallen. Eerst
moest ik weer leren lopen. Op de loopband hield ik het in
het begin maar een minuut vol. Maar ik moest weer, ik
wilde weer. Ze zijn bij Ciran keihard. Je hebt je
beperkingen, maar geen gezeur. Zo heb ik wel geleerd over
mijn angst heen te stappen. Nu wandel ik ook weer in het
bos. Niet alleen, dat hoeft nou ook weer niet, maar ik
wandel er weer.
Ook plan ik nu de sessies met mijn klanten en hun hond in
de ochtenden, zodat ik in de middag even een uur kan
rusten. Die ochtenden, daar haal ik zoveel uit. Het is zo
ontroerend om te zien hoe de hondjes en de mensen
vooruit gaan. En dan vooral de mensen. Die honden gaan
wel mee, maar de mensen moeten veranderen en als ze
dat dan doen, is dat echt heel ontroerend.”
Wat Mary vroeger al deed, eerst jarenlang als
maatschappelijk werker en toen iets meer op afstand
vanuit een directie, zorgen dat mensen veranderen, heeft
ze kunnen vertalen in een heel directe manier met haar
hondenschool. Haar thema is dit hoofdpad blijven volgen.
Soms kwam ze even op een zijpad en ze heeft moeten leren
daar maar niet in door te gaan totdat ze tegen een muur
liep, knalhard totdat ze niets meer kon zien. Maar om dan
om te keren en weer terug naar het hoofdpad te gaan. “En
dat is de grote waarde voor mij geweest van Ciran. Niet dat
ik dat niet wist, maar door het traject ben ik dat ook echt
gaan voelen.”
Ondertussen is het heerlijk gaan ruiken in het gezellige huis
van Mary. Een stoofpotje staat op het vuur want
vanmiddag gaat ze nog op pad en kan ze zich vast
verheugen op het lekkere eten van vanavond. Mary heeft
haar leven prima op orde. Ze heeft fysieke beperkingen,
maar die bepalen niet haar leven. Met een grote glimlach
en vereerd dat ik haar heb mogen leren kennen, ga ik weer
naar buiten.
d e k u n st v a n g e z o n d z i j n