Commentaar bij de posters over de grotvergelijking

Download Report

Transcript Commentaar bij de posters over de grotvergelijking

Commentaar bij de posters over de grotvergelijking
1.
Socrates gebruikt de grotvergelijking om uit te leggen waarom je als mens
onderwijs nodig hebt. Socrates vertelt de grotvergelijking aan zijn leerling
Glaucon. We zullen zien dat je als leerling, net als Glaucon, vier dingen
moet leren.
2.
Socrates vergelijkt mensen die nog geen onderwijs gehad hebben met
gevangenen. Deze gevangen zitten in een donkere grot vastgebonden. Ze
kunnen alleen voor zich uit kijken. Ze zien niet wat er achter hen gebeurt.
3.
Achter de gevangen brandt een vuur. Er lopen poppenspelers langs, maar de
gevangen kunnen die poppenspelers niet zien. Net als bij een poppenkast.
4.
De tekst van Socrates is in zwart afgedrukt en de tekst van Glaucon in grijs.
Kijk je naar de grijze gedeelten dan zie je dat Glaucon weinig meer doet dan
instemmen met wat Socrates zegt.
5.
De poppenspelers dragen allerlei beelden op hun hoofd. Bijvoorbeeld een
koe.
6.
De gevangenen kunnen de koe zelf niet zien. Ze zien alleen de schaduw van
de koe, op de muur tegenover hen.
7.
De gevangen geven de schaduwen namen. Ze noemen de schaduw ‘koe’ en
denken dat die schaduw de echte koe is. Zo is het ook met mensen die geen
onderwijs hebben gehad: zij denken alles te weten, maar weten eigenlijk
niks. Het eerste dat je als leerling moet leren is dus dat je onwetend bent.
8.
Socrates gaat nu vertellen wat er gebeurt als je iemand onderwijst. Hij
vergelijkt dit met het losmaken van één van de gevangenen. De gevangene
draait zich om. Die twee bewegingen: losmaken en omdraaien zijn cruciaal.
Het is de tweede les die je moet leren: je moet loslaten wat je denkt te
weten, je ervan keren, en je openstellen voor nieuwe inzichten.
1
9.
Doordat hij nog niet aan het licht van het vuur gewend is ziet de bevrijde
gevangene eerst weinig. Het licht doet pijn aan zijn ogen. Begrijpelijk dat hij
de neiging heeft zich weer om te draaien en weer naar naar de schaduwen te
kijken.
10. De losgemaakte gevange is nog steeds in de grot. De volgende stap is dat hij
de grot uit wordt getrokken, het zonlicht in. Als het licht van het vuur al
pijn deed, doet het nog fellere licht van de zon helemaal pijn. De gevangene
is nu helemaal verblind.
11. Socrates waarschuwt Glaucon, en indirect ook ons, dat je het niet te snel op
moet geven. Het is volgens hem onvermijdelijk dat je als leerling af en toe in
de war raakt. De losgemaakte gevangene ziet ook eerst niets, maar als hij
geduld heeft dan wendt hij aan het zonlicht. Hij kan eerst de schaduw van
een echte koe zien. En dan kan hij ook een echte koe zien. De aanhouder
wint: dat is de derde les.
12. Uiteindelijk kan de losgemaakte gevangene zelfs naar de zon kijken zonder
dat het pijn aan zijn ogen doet. Dat is het hoogste niveau dat je als leerling
kunt bereiken. Om een koe te kunnen zien heb je niet alleen een koe nodig
maar ook licht. Je hebt het hoogste niveau bereikt als je de bron van dat
licht kunt zien.
13. De losgemaakte gevangene heeft volgehouden ondanks de pijn en
verwarring die hij eerst ervoer. En nu hij ook buiten de grot kan zien is hij
blij dat hij volgehouden heeft. Hij gelooft dat de zon een betere lichtbron is
dan een kunstmatig vuur.
14. In het laatste deel van de grotvergelijking keert de losgemaakte gevangene
terug naar zijn medegevangen. Hij probeert hen ook los te maken en mee te
nemen naar boven, naar de echte koeien en het natuurlijke licht van de zon.
Hij wil hen dezelfde opleiding geven als hij heeft gehad. Dat is het vierde
dat je als leerling moet leren.
15. De losgemaakte gevangene stuit echter op veel weerstand. De anderen
willen helemaal niet losgemaakt worden.
2
Het is tijd voor een samenvatting. We hebben gezien dat je als leerling vier
dingen moet leren. Ten eerste dat je nog onwetend bent. Ten tweede dat je
wat je denkt te weten los moeten laten en je daarvan af moeten keren. Ten
derde dat je door de eerste pijn en verwarring heen moet om nieuw inzicht
te krijgen. Ten vierde dat je als je inzicht hebt opgedaan op jouw beurt weer
anderen moeten onderwijzen, ook al stuit dat op weerstand.
3