LESBRIEF - Jonge Jury

Download Report

Transcript LESBRIEF - Jonge Jury

LESBRIEF
Titel: Sevenster
Auteur: Alexandra Penrhyn Lowe
Uitgever, jaar: A.W. Bruna Uitgevers, 2012
Geschikt voor niveau: 2 vmbo-th
Plusopdrachten ook geschikt voor: 2 havo / vwo
Door Ron Labordus
Citaat 1
Eveline spiekte door haar oogharen. O ja. Sebastiaan heette Van Helden van zijn achternaam.
‘Sebastiaan van Helden? Ben je daar?’
Een gezicht – een zwart masker met enge ogen erachter – een holle stem: ‘Ik ga hem oproepen en er
is niets wat je ertegen kan doen’- gelach – gehuil van een kind – ik kan niet ademen – geen lucht –
geen luchtPlotseling hoorde ze het krassen van een kraai en toen was het voorbij. Er kwam weer lucht in haar
longen, ze deed haar ogen open en in een reflex trok ze haar hand van de foto.
´Zag je iets?’
Het duurde even voordat Eveline doorhad dat het Cleo was die dit vroeg.
‘Nee, niks,’ zei ze snel.
Iedereen staarde naar haar. ‘Zag je echt niets?’ drong Marieke aan. ‘Heb je contact gemaakt? Je trok
heel erg met je gezicht. Zo.’ Marieke trok haar wenkbrauwen naar elkaar waardoor er een diepe rimpel
boven haar ogen kwam. ‘Net alsof je pijn had.’
Eveline lachte kort. ‘Natuurlijk niet. Ik heb hier geen zin meer in,’ zei ze nukkig, en ze wilde haar vinger
van het glas halen.
Mijn vinger gaat niet los.
De ijskoude stroom die ze net ook al in haar kuiten had gevoeld, gleed nu naar haar vinger. ‘Het lukt
niet,’ zei ze. ‘Ik krijg mijn vinger niet los.’ Ze trok nóg harder, maar haar vinger bleef liggen waar hij lag.
Ze trok nog harder. Het was zo absurd, dat ze begon te giechelen. ‘Ik krijg mijn vinger echt niet los.’
‘Eveline, je vinger,’ zei Marieke en haar stem klonk schel. ‘Je hebt je linkerhand gebruikt!’
Eveline had zonder erbij na te denken haar linkervinger op het glas gelegd bij het oproepen van
Sebastiaan. En dat glas zette zich nu, met Evelines vinger eraan geplakt, in beweging en koerste
richting de letter D. Daarna naar de E, toen naar de W en er was niets wat Eveline eraan kon doen.
Alma gilde. Dat was het startsein voor collectieve paniek, want iedereen schoof achteruit, krabbelde
ruggelings terug op het tapijt, zo ver mogelijk van het glas vandaan.
‘Is dit oom Harry?’ vroeg Jelle. ‘Of Sebastiaan?’
De kaarsen vlamden hoog op en een lauwe wind trok langs hun wangen.
‘Ik denk het niet,’ piepte Marieke.
‘Haal je vinger van het glas! We moeten het kapot gooien!’ riep Jeroen.
A… C… H… T… E… R.
‘Ik zeg toch – ik krijg mijn vinger niet los!’ riep Eveline.
Cleo begon aan Evelines arm te trekken, zonder resultaat. ‘Meehelpen!’ riep ze tegen de jongens.
Diede en Mark, de twee grootste jongens van de klas, sprongen op en trokken mee. Eveline had het
gevoel dat haar arm uit de kom werd getrokken en een golf van misselijkheid spoelde door haar heen.
‘Trek aan het glas,’ steunde ze.
Lesbrief Jonge Jury 2014 – Sevenster
Cleo legde haar handen om het glas heen, maar het glas bleef domweg bewegen, en sleepte Cleo
gewoon achter zich aan. I… S… W… A…
‘Wat is dit?’ gilde Alma hysterisch. Ze stond op en rende naar de kelderdeur. ‘Hij zit op slot!’ riep ze en
begon aan de klink te trekken. ‘Ik wil eruit!’
Eveline werd steeds misselijker en de bange gezichten van haar klasgenoten vervaagden, alsof ze
zelf in het glas zat en steeds harder ronddraaide. Alleen de letters waren scherp.
K. Nog een keer K. Een E… Een R. Daarna leek het glas te stoppen, maar het was alleen maar een
pauze. Sneller dan het licht koerste het naar de K, toen naar de O, en verder, verder, verder, terwijl
Eveline erachteraan gesleurd werd als een willoze pop. Uiteindelijk tikte het glas de ‘S’ aan en kwam
haar vinger plotseling los. Eveline donderde achteruit, boven op de twee jongens die nog steeds aan
haar arm trokken. Haar elleboog kwam hard tussen Diedes ribben terecht. Ze worstelde om overeind
te komen uit de hoop maaiende armen en benen.
‘Het is voorbij!’ riep Marieke opgelucht. Maar op hetzelfde moment doofde een plotselinge windvlaag
als een lauwe adem alle waxinelichtjes. Het was aardedonker in de kelder en Eveline voelde hoe de
angst haar keel dichtkneep. Ze had het gevoel levend begraven te zijn en kon zich niet meer
bewegen. Iemand greep haar arm. ‘Eef, ben jij dat?’ klonk Cleo’s stem kalm in haar oor. Eveline liet
zich overeind trekken door Cleo.
‘Ik kan het licht niet vinden,’ klonk Marks stem ergens links van haar. Zijn stem klonk rustig, alsof hij
helemaal niet bang was. ‘Marieke, waar zit het licht?’ riep Cleo. Ook haar stem klonk heel relaxed. Ze
trok Eveline mee, maar meteen botste iemand hard tegen hen op. ‘Doe even rustig!’ riep Cleo. ‘Blijf
allemaal even staan, oké? Marieke? Waar zit het licht?’
Opdrachten bij citaat 1
1. Hoe kwam het dat het even duurde voordat Eveline doorhad dat het Cleo was die iets vroeg?
2. Waarom staan sommige tekstgedeelten cursief gedrukt?
3. Waarom giechelt Eveline?
4. Wat gebeurt er als haar vinger opeens loslaat? Hoe komt dat?
5. Er gebeuren zes ‘enge dingen’. Schrijf ze onder elkaar op.
Plusopdrachten bij citaat 1
6. Zet alle twintig letters die tevoorschijn komen op een rijtje.
7. Hoe komt het dat de stem van Eveline schel klinkt?
8. Welke personen zijn in de ruimte bij de seance aanwezig?
9. Hoe weet je dat haar klasgenoten flink hun best doen om de vinger van Eveline los te krijgen?
10. Wat maak je op uit de vraag aan Marieke ‘waar zit het licht’?
Over Alexandra Penrhyn Lowe
Alexandra Penrhyn Lowe werd geboren in Heemskerk en studeerde in Groningen. Ze schrijft
scenario´s voor de tv-series Vrijland en Het huis Anubis. Sinds 2012 werkt ze aan een eigen serie
boeken, getiteld De laatste Wachter. Sevenster is het eerste deel van deze serie. Het tweede deel
heet Wolfsbloed en verschijnt in 2014.
Meer informatie over Alexandra Penrhyn Lowe vind je op www.young-adults.nl en www.youtube.nl
Leestips
- Antonio Casanov, Illusionist 2 Nasha Blaze in het wonderatelier
- Tim Collins, Dagboek van een gedumpte vampier
- Caitlin Kittredge, Het heksenalfabet
Citaat 2
Ze keek naar een zwart-wittekening van het ding dat haar had aangevallen: een wit kaal hoofd zonder
ogen, neus of mond en met lange dunne armen en benen die naar beide kanten konden buigen.
‘Chimorei’ stond erboven.
‘Dat is hem,’ zei ze zachtjes. ‘Een Chimorei. Weet je wat er staat?’
Lesbrief Jonge Jury 2014 – Sevenster
Daniel wenkte dat ze het boekje terug moest geven. ‘Het is een demon die volgens dit boekje vooral
onderaards leeft, in grotten en bergen…’ Hij las verder, een denkrimpel tussen zijn wenkbrauwen.
‘Staat erbij hoe je hem kan afmaken?’ vroeg Cleo bloeddorstig.
‘Ze zijn bang voor vuur. Maar…’ Hij keek hen onzeker aan. ‘Ik snap het niet helemaal. Mijn Frans is
niet zo goed, maar volgens mij staat er dat mensen hem niet kunnen doden.’
‘Dus je kunt ze niet doden?’ vroeg Cleo teleurgesteld. ‘Eveline ook niet?’
‘Dat staat er niet,’ zei hij. ‘Er staat niets over Wachters, tenminste niet dat ik kan ontcijferen. Er staat
hier iets over een engel…’
‘Lekker,’ zei Cleo. ‘Kan een engel hem wel doden? En waar vinden we die? Op
www.ikzoekeenengel.com?
‘Ssst!’ Eveline had iets gehoord – het kraken van een deur, ergens is het huis.
Ze klikten zo snel mogelijk hun zaklampen uit. ‘Platliggen,’ siste Cleo. Zo goed en zo kwaad als het
ging doken ze op hun buik op de smalle overloop en hielden hun adem in. Voetstappen kwamen
dichterbij en de deur van de bibliotheek ging open. Iemand kwam binnen met een kandelaar waar
brandende kaarsen in stonden, het flakkerende licht maakte grillige schaduwen op de muren en van
de gezellige sfeer van net was niets meer over.
Garon.
Eveline spiedde over de rand van de overloop heen om hem te kunnen zien. De oude man zette de
kandelaar neer op de koffietafel en liep toen naar de langwerpige bijzettafel bij het raam. Nu ze wist
dat hij waarschijnlijk kinderen de keel doorsneed, vond ze alles wat hij deed er eng uitzien.
Reikhalzend probeerden ze te zien waar hij mee bezig was; hij haalde de vaas eraf en zette die naast
de kandelaar. Eveline besefte toen dat het gek was dat de rozen in de keuken waren verwelkt en deze
rozen vers waren.
Met veel moeite duwde hij de tafel naar het midden van de kamer en vervolgens trok hij het witte laken
van de tafel af.
Het was helemaal geen tafel.
Het was een doodskist.
Naast haar ging de ademhaling van zowel Cleo als Daniel een stuk sneller. Zelf kreeg Eveline het
benauwd en ze voelde zich net een muis in een muizenval. Ze probeerde haar ademhaling onder
controle te krijgen, terwijl de man onder haar gehaast de kandelaar en de vaas met bloemen terug op
de doodskist zette en er een vreemd bord met letters erop tussenin legde. Daarna ging hij op zijn
knieën voor de kist zitten en legde zijn ene hand op de kist en de andere op een driehoekig houten
plaatje dat op het bord lag. Eveline had al snel door dat Garon een geest probeerde op te roepen,
maar van wie? En waarom?
Het was doodstil in de bibliotheek. Er kriebelde stof in haar neus en ze was doodsbang dat ze zou
moeten niezen. Haar ademhaling klonk veel te hard in haar oren en ze kon zich niet voorstellen dat de
man onder haar die niet kon horen. Het kaarslicht flakkerde in de tocht, maar verder gebeurde er
niets.
‘Lucella?’ sprak hij opeens zachtjes. ‘Lucelle Sevenster?’
Lag haar oma in die kist?
Het was een gruwelijke gedachte.
‘Lucella Sevenster,’ sprak hij weer. ‘Ben je daar?’
Na een tijdje gaf hij een gefrustreerde zucht en kwam met krakende knieën overeind, waarna hij alles
weer in de oorspronkelijke staat herstelde; hij schoof de kist weer naar de hoek, legde het witte laken
er weer overheen en zette de vaas erop. Daarna pakte hij het bord en de kandelaar op en liep de
bibliotheek uit.
Ze bleven nog even in het pikkedonker liggen om er zeker van te zijn dat hij niet terugkeerde en
kwamen toen overeind.
‘Wat was dat?’ fluisterde Cleo naast haar. ‘Hij heeft jouw oma hier in een kist! Hij probeerde haar op te
roepen met dat bord!’
‘Een ouijabord,’ zei Daniel.
Eveline had weer kippenvel op haar armen. ‘Kom op, we moeten achter hem aan,’ zei ze gejaagd. ‘Ik
wil weten wat hij nu gaat doen.’
‘Wacht even, zag jij iets?’ vroeg Daniel. ‘Heb je je oma gezien?’
‘Er was helemaal niets, kom, we moeten erachteraan.’
Ze haastten zich de trap af en liepen snel door het huis terug naar de deur die toegang gaf tot het
mortuarium. Ze doken de kelder in, de zwiepende lichtstraal van Daniels zaklamp ging over de
glimmende tafels op wielen die keurig naast elkaar stonden.
Er lag iemand op.
Op een van de tafels lag iets of iemand onder een wit laken. Een vorm. Een lijk.
Lesbrief Jonge Jury 2014 – Sevenster
Eveline wist niet meer of dat er daarvoor ook al had gelegen, ze dacht dat alle tafels leeg waren toen
ze de kelder in waren geklommen. ‘Zien jullie ook iemand liggen?’ vroeg Eveline zachtjes.
‘Wat? Waar?’ vroeg Cleo.
‘Op de tafel, helemaal links.’
Het laken schoot omhoog. Er gilde iemand en Eveline besefte dat ze het zelf was. Cleo sloeg een
hand voor Evelines mond. ‘Wat zie je?’ siste ze. Eveline wees. Ze kon niet meer praten. De aanblik
van het rechtop zittende lichaam onder het laken verlamde har stembanden. ‘Ik zie niks,’ stamelde
Daniel. ‘Een lege tafel.’ Hij haalde nog een zaklamp uit zijn zak en gaf die aan Cleo. ‘Zie je iets?’
Cleo scheen op de tafel.
Een blauwige hand kwam onder het laken vandaan.
‘Ik zie niks,’ zei Cleo. ‘De linkertafel is leeg.’
‘Hij is niet… leeg,’ hakkelde Eveline. ‘Er ligt iemand op… dit is niet goed.’ Ze deinsde achteruit totdat
ze met haar rug tegen de trap aan stond.
‘We moeten hier weg,’ fluisterde Daniel.
‘Eef? Nu!’ Cleo probeerde haar naar het raam te duwen, maar Evelines benen weigerden. Een tweede
blauwige hand pakte de randen van het laken en trok het naar beneden. Over een van de armen liep
een grote donkere kras. Het laken ging naar beneden en Eveline wist niet of ze de aanblik nog langer
kon verdragen.
De zijkant van een wasachtig gezicht. Het was een man. Zijn haar was blond, zijn blote schouders
gespierd en op een van zijn bovenarmen stond een tatoeage van een roofvogel.
‘Eef, we moeten echt weg.’ Cleo wilde Eveline meetrekken, maar toen keek de man haar recht aan.
Eveline voelde een siddering door haar kuiten treken. Er zat een grote zwarte vlek onder het blonde
haar op zijn voorhoofd en zijn ene oog bloedde. Een helderrode druppel liep uit zijn ooghoek over zijn
wang en maakte en rode vlek op het witte laken. Ook uit zijn oor liep bloed, zo zijn nek in. Cleo trok
haar met kracht naar het raam. ‘Ga jij maar eerst,’ zei ze tegen Daniel. Ze gaf hem een voetje, maar
het kostte hem moeite zich op te trekken aan de rand. De dode man zwaaide zijn benen van de tafel
en wreef toen met zijn vinger over het bloed op het laken. ‘Wat is er gebeurd?’ vroeg hij met een holle
stem.
‘Eef? Kom, ik geef je een pootje,’ zei Cleo. Eveline knikte woordeloos.
‘Wat is er gebeurd?’ jammerde de man. ‘Waar is Emma? Waar is Woutertje?’ Hij keek zoekend om
zich heen. ‘Wat doe ik hier?’
Cleo probeerde Eveline omhoog te duwen, maar plotseling stond de man naast hen en trok Eveline
met kracht naar beneden.
‘Eef!’ riep Cleo. Ze maaide om zich heen, maar ging met haar vuist dwars door de man.
Eveline kroop achteruit over de vloer terwijl de man boven haar uit torende.
‘Het is een man… hij bloedt uit zijn oor en uit zijn oog,’ zei Eveline.
‘Wat doe ik hier?’ jammerde hij. Hij pakte Eveline bij haar T-shirt vast en trok haar omhoog. Op zijn
vingers zat bloed en er stroomde ook nog steeds bloed uit zijn oog en zijn oor.
‘Wat moet ik doen?’ vroeg Cleo op fluistertoon. Ze probeerde de man te duwen, duwde in het
luchtledige, haar hand ging dwars door hem heen en trof Eveline vol tegen haar borstbeen zodat de
adem even uit haar lichaam werd gestoten.
‘Niet doen,’ steunde Eveline. De blauwe ogen van de man stonden verward en ze kon de zoete,
metalige geur van zijn bloed ruiken. Hij was zo dichtbij dat ze de stoppeltjes op zijn blauw aangelopen
gezicht kon zien. Nu zag ze ook wat de zwarte vlek net onder zijn haargrens was: een bloederige,
opgedroogde korst. Eveline probeerde zich lost te trekken, maar hij liet haar niet gaan. ‘Waar ben ik?’
zei hij.
‘Je bent dood,’ fluisterde Eveline gejaagd. Ze was bang dat hij haar nog harder zou vastpakken, maar
in plaats daarvan liet hij haar vallen als een zak aardappelen. ‘Maar waarom bloed ik dan?’ vroeg hij
en hij wreef door zijn oog en langs zijn oor. Daarna strekte hij zijn bloederige hand uit naar Eveline.
‘Help me,’ smeekte hij. ‘Waar is Emma? En mijn kleintje?’
Eveline krabbelde naar het raam en trok zichzelf omhoog. Ze moest hier weg voordat hij haar weer
vastpakte. Daniel probeerde haar door het raampje te trekken, maar op dat moment voelde ze sterke
handen om haar voeten die haar terug de kelder in sleurden. Ze smakte met een klap op het beton,
Cleo greep haar armen en trok, maar de man was veel sterker en sleurde Eveline dwars door de
kelder over de vloer heen richting de ijzeren tafel waar hij net op had gelegen.
Lesbrief Jonge Jury 2014 – Sevenster
Opdrachten bij citaat 2
11. Wat is een ouijabord? Zoek het op via www.wikipedia.nl. en noteer waar het voor bedoeld is en
waarvoor het wordt gebruikt.
12. Wat is een Chimorei? Teken of beschrijf minstens vijf kenmerken ervan.
13. Eveline heeft opeens contact met een dode man. Hoe weet je zeker dat Eveline met die man
contact heeft en Cleo niet?
Plusopdrachten bij citaat 2
14a. Wiens oma ligt in de kist?
b. Hoe weet je dat?
15a. Wat is er waarschijnlijk met de dode man gebeurd?
b. Hoe weet je dat?
c. Wie zijn Emma en Woutertje?
Fictiedossieropdrachten
Kies een van de volgende opdrachten en werk die uit voor het fictiedossier. Voor alle opdrachten
geldt dat je het boek Sevenster helemaal moet hebben gelezen.
16. Eveline komt in het boek steeds meer over zichzelf en haar afkomst te weten.
a. Wat denkt ze in het begin van het boek?
b. Wat ontdekt ze in de loop van de tijd?
c. verklaar de woorden en de letters die Eveline heeft opgekregen.
d. Verklaar de titel en de ondertitel van het boek Sevenster.
17. Bekijk het omslag van het boek eens goed, ook de randen.
a. Kun je uitleggen hoe de ontwerpers van studio Jan de Boer volgens jou tot dit idee zijn gekomen?
b. Leg uit waarom jij vindt dat het omslag goed is. Als je het omslag juist niet goed vindt, schrijf dan
duidelijk op waarom je dat vindt.
c. Schrijf op hoe het omslag anders of beter zou kunnen.
18. Maak reclame voor het boek Sevenster. Doe dat met een filmpje of een poster waarmee je
jongeren ervan overtuigt dit boek te gaan lezen.
Lesbrief Jonge Jury 2014 – Sevenster