nieuwsbrief jonge atlantici april/mei 2014

Download Report

Transcript nieuwsbrief jonge atlantici april/mei 2014

NIEUWSBRIEF JONGE ATLANTICI
APRIL/MEI 2014
INHOUD:
1. INTRO
2. AANKOMENDE ACTIVITEITEN/UPCOMING ACTIVITIES
3. INTERVIEWS MET LEDEN VAN JONGE ATLANTICI
4. OPINIE: ‘De toekomst van ‘onze’ wereldeconomie: de EU en de V.S. als
nieuw ultrakapitalistisch machtsblok?’
5. VERSLAG BIJEENKOMST: ‘De Nederlandse missie in Mali’
INTRO
Beste Jonge Atlantici,
De afgelopen vijf weken zijn spannende weken geweest voor de transatlantische betrekkingen.
Vanuit het niets was daar 'de grote boosdoener' Rusland, met een Putin die vanuit indirecte
geopolitiek nu rechtstreeks lijkt op te marcheren. Het vraagt om een reactie vanuit het
Westen, die verbazingwekkend genoeg moeizaam op gang komt. Voor YATA en Jonge Atlantici
was ik daarom drie weken geleden in Washington, om met een delegatie langs te gaan bij alle
bekende think tanks, en hen te vragen om hun mening over de stand van zaken. Brookings
Institution, CSIS, Jamestown Foundation, US-Ukraine Foundation, Center for American
Progress, Johns Hopkins University, het Pentagon...allen werden bezocht, en allen gaven
hetzelfde beeld in meer of mindere mate: de Europese Unie dient een stelling in te nemen, en
vooral zichtbaar te handelen, omdat Amerika deze kwestie niet alleen zal aangaan. Interessant
is de Oekraïne casus te bekijken vanuit het perspectief van Rusland, en hoe afhankelijk de
Russen zijn van export, een rijke minderheid en - om nog maar iets te noemen - Visa en
Mastercard transactiemogelijkheden. Ik ben benieuwd waar de ontwikkelingen op uitkomen,
en ga hier graag met jullie over in discussie tijdens de volgende bijeenkomsten – de excursie
naar Gilze-Rijen op 24 april en de bijeenkomst over de Europese Unie en Oekraïne op 14 mei en hoop dat jullie ook allemaal in jullie netwerk het hierover hebben. De uiteindelijke mening
staat vrij, maar de noodzaak van de discussie is onmiskenbaar. Hopelijk komen we met z'n
allen straks uit op een goed Europees antwoord.
Groet, Rowinda Appelman
Voorzitter van Jonge Atlantici
Nieuwsbrief Jonge Atlantici April/Mei 2014
AANKOMENDE ACTIVITEITEN/UPCOMING ACTIVITIES
 Excursie: Vliegbasis Gilze-Rijen
Op donderdag 24 april a.s. brengt Jonge Atlantici een bezoek aan vliegbasis GilzeRijen, onderdeel van het Defensie Helikopter Commando (DHC). Het DHC is dé
leverancier van helikoptercapaciteit voor Defensie. Tijdens ons bezoek gaan we in
gesprek met de Chef Staf DHC en nemen we een kijkje achter de schermen bij het 301
Squadron. Dit is het eerste
gevechtshelikoptersquadron dat in
1997 door de Koninklijke Luchtmacht
is opgericht. Het squadron levert
gevechtskracht met de AH-64D
Apache en heeft een breed
takenpakket;
van
kleinschalige
ongeregeldheden tot en met
conventionele oorlogsvoering. Je
krijgt een unieke kans om een Apache van dichtbij te bekijken en om al je vragen over
het werk van de Luchtmacht te stellen. Tot slot is er een korte presentatie van de Groep
Luchtmacht Reserve (GLR) over de rol van reservisten binnen de Luchtmacht.
Activiteit
Excursie Vliegbasis Gilze-Rijen
Datum:
Donderdag 24 juli
Tijd:
11.45 – 16.15
Programma:
11.45 uur
12.00 uur
13.00 uur
13.15 uur
13.45 uur
14.00 uur
14.45 uur
15.45 uur
16.15 uur
Taal
Nederlands
Locatie:
We verzamelen op NS-station Gilze-Rijen, waar we om 11.45
opgehaald worden. We worden hier na afloop ook weer afgezet.
Vervoer vanaf NS-station Gilze-Rijen naar de vliegbasis
Lunch
Ontvangst door DHC
Toespraak Chef Staf DHC
Verplaatsen over het vliegveld
Briefing H-OPS DHC
Briefing en toelichting Apache
Presentatie GLR
Einde/Vervoer van vliegbasis naar NS-Station GilzeRijen
Deelnemers: Student-begunstigers
geïnteresseerden
van
Jonge
Atlantici
Nieuwsbrief Jonge Atlantici April/Mei 2014
en
overige
Vanwege veiligheidsprocedures hebben we de volgende gegevens van je nodig:
achternaam (bij gehuwden de meisjesnaam), voorletters, voorvoegsels,
geboortedatum en geboorteplaats. Deelnemers die buiten Nederland geboren zijn
dienen een kopie van een geldig identiteitsbewijs (paspoort of identiteitskaart) mee te
sturen. Om de vliegbasis binnen te komen heb je een geldig identiteitsbewijs nodig,
niet vergeten dus! Geen legitimatie is geen toegang.
Er zijn nog maar een paar plaatsen beschikbaar. Dus meld je snel aan!
Je kunt je aanmelden door vóór 20 april, 12.00 uur, een e-mail te sturen naar
[email protected]

Meeting: The European Union and Ukraine
In the run-up to the European elections that will take place on the 22 d of May, Jonge
Atlantici and ESN Utrecht organize a meeting about the EU’s common foreign policy
and the situation in Ukraine. What is the current status of the EU’s common foreign
policy? What has been the role of the EU in Ukraine? Will Ukraine join the EU in the
(near) future? But also, can the EU decide on a common position in its relationship with
Russia? And how can the conflict be de-escalated?
André Gerrits, Professor of Russian History and Politics, as well as an expert on
European foreign policy, will give a presentation in which he will discuss these
questions, after which he and Margarita Borozenets will be interviewed by Ainars
Laksa-Timinskis. Of course, there will be plenty of opportunity for the audience to ask
questions and be part of the discussion.
Activity:
Date:
Time:
Location:
The European Union and Ukraine
Wednesday 14 May
20:00 - 21:30 hours
Utrecht (exact location to be announced)
Speakers:
Moderator:
Prof. Dr. André Gerrits (Leiden University)
Margarita Borozenets (Erasmus student from Russia)
Ainars Laksa-Timinskis (ESN Project Committee)
Partner:
Erasmus Student Network Utrecht (ESN)
Participation: Participation is free for members of Jonge Atlantici, ESN
and other interested parties
You can sign up by sending an e-mail to [email protected] before
Wednesday 14 May, 12.00 hours.
Nieuwsbrief Jonge Atlantici April/Mei 2014
INTERVIEWS MET LEDEN VAN JONGE ATLANTICI
Als bestuur van Jonge Atlantici zien we veel van onze leden regelmatig bij onze
bijeenkomsten. We vinden het leuk om meer over onze leden te weten te komen en
denken dat jullie het wellicht ook leuk vinden om meer over elkaar te weten te komen.
Daarom deze rubriek in onze nieuwsbrief, waarin we leden van Jonge Atlantici en
andere geïnteresseerden kort interviewen. Tijdens het bezoek aan de Amerikaanse
ambassade op 8 mei j.l. was de beurt aan Alexandra Pouwels en Sander Langenhuijzen.
Wie ben je?
Ik ben Alexandra Pouwels, 22 jaar,
uit Utrecht.
Wat doe je?
Ik studeer Politieke Geschiedenis en
Internationale Betrekkingen aan de
Universiteit Utrecht. Daarnaast heb
ik een bijbaantje in een restaurant.
Hoe ben je bij Jonge Atlantici/deze
bijeenkomst terecht gekomen?
In januari organiseerde Jonge Atlantici een conferentie over TTIP, in samenwerking
met mijn studievereniging ALIAS. Ik ben toen lid geworden van Jonge Atlantici en zag
op Facebook de uitnodiging voor het bezoek aan de Amerikaanse ambassade.
Is dit je eerste bijeenkomst van Jonge Atlantici of ben je al vaker geweest?
Dit was de tweede bijeenkomst.
Wat vond je van de bijeenkomst?
Ik vond het heel interessant, vooral zo vlak na de NSS TOP waar de spreker Brett
Eggleston actief mee bezig is geweest. Ook wist hij veel te vertellen over Syrië, waar
hijzelf werkzaam was toen de burgeroorlog uitbrak.
Wat vind je van Jonge Atlantici?
Ik vind dat ze heel interessante bijeenkomsten hebben. Jammer dat ik er nog niet
zoveel heb kunnen bijwonen, maar ik ben zeker van plan om er vaker gebruik van te
maken. Zeker ook in verband met mijn studie omdat het ook hier erg goed op aan
sluit.
Wat kan er verbeterd worden?
Dat weet ik nog niet zo precies omdat ik nog te weinig geweest ben.
Over welk onderwerp zou jij graag een keer een bijeenkomst zien?
Over de situatie in Oekraïne, bijvoorbeeld hoe in de NAVO hierover gedacht wordt?
Wat de beste oplossing zou zijn voor alle partijen?
Nieuwsbrief Jonge Atlantici April/Mei 2014
Wie ben je?
Ik ben Sander Langenhuijzen, 23 en woon bij Den Bosch.
Wat doe je?
Ik doe mijn master Rechtsgeleerdheid aan de
Universiteit van Tilburg.
Hoe ben je bij Jonge Atlantici terecht gekomen?
Via iemand van de NJR (Nationale Jeugdraad) – een
overkoepelende jongerenorganisatie waar ook Jonge
Atlantici deel van uitmaakt – hoorde ik over het bestaan
van Jonge Atlantici (JA) en ben ik lid geworden van de
Facebookgroep. Begin 2013 bezocht ik mijn eerste JAbijeenkomst over de verhouding tussen Nederland, de
NAVO en de VN. Daarna ben ik lid geworden.
Is dit je eerste bijeenkomst of ben je al vaker geweest?
Ik heb al vaker evenementen van Jonge Atlantici en de Atlantische Commissie
bezocht, bijvoorbeeld een masterclass over de luchtmacht en een seminar over het
draagvlak van defensie.
Wat vond je van de bijeenkomst?
Het bezoek aan de Amerikaanse ambassade was erg tof! Allereerst was het een
mooie gelegenheid om eens binnen de muren van deze ‘bunker’ te zijn, daarnaast was
het ook inhoudelijk interessant. Brett Eggleston vertelde eerst wat over Obama’s
bezoek aan de Nuclear Security Summit eind maart. Vervolgens ging hij in op de Krim
(Oekraïne) en daarna kwam Syrië aan bod; het onderwerp dat hem, naar mijn indruk,
het nauwst aan het hart ligt. Hierover gaf hij een korte presentatie met de
belangrijkste gebeurtenissen de afgelopen jaren. Het was fijn dat er zo ruim de
gelegenheid bestond om vragen te stellen en daar werd dan ook gretig gebruik van
gemaakt.
Wat vind je leuk/goed aan Jonge Atlantici?
Een leuke club mensen. Het internationale netwerk waar JA deel van uitmaakt (Youth
Atlantic Treaty Association, YATA) is super en mijns inziens erg waardevol om de
relatie tussen jongeren uit NAVO-lidstaten (en partners) (verder) te versterken.
Wat kan er nog verbeterd worden?
Niet direct een verbeterpunt, maar het zou mij heel leuk lijken als JA een
internationale conferentie zou organiseren waarbij ook andere YATA-chapters worden
uitgenodigd. Op die manier kan de zichtbaarheid van het internationale netwerk
onder Nederlandse jongeren worden vergroot.
Over welk onderwerp zou je graag een keer een bijeenkomst zien?
‘Rising powers, future threats?’
Nieuwsbrief Jonge Atlantici April/Mei 2014
OPINIE
De toekomst van ‘onze’ wereldeconomie:
de EU en de V.S. als nieuw ultrakapitalistisch machtsblok?
Hoewel de aandacht van de Nederlandse media afgelopen week vooral uitging naar de NSS
summit in Den Haag, vond er diezelfde week nog een andere belangrijke top plaats. President
Obama reisde op 26 maart af naar Brussel voor de EU-VS summit. Obama sprak hier met
voorzitter van de Europese Raad Herman van Rompuy en voorzitter van de Europese
Commissie José Manuel Barroso over internationaal buitenlands beleid, de crisis in Oekraïne,
belangrijke globale uitdagingen, maar bovenal: de toekomst van het sterke EU-VS
partnerverband.1 Onderdeel van de versterking van dit partnerschap, is het ambitieuze plan
om een Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP) op te zetten tussen de V.S. en
de EU. TTIP is een handelsovereenkomst in wording, gericht op het wegnemen van
handelsbarrières in verschillende sectoren, maar ook op het convergeren van technische
regulaties, productstandaarden en goedkeuringsprocedures. Nog een mogelijkheid is het
opgooien van de markten in diensten, investeringen en publiek inkopen.2
Samen vormen de economieën van de EU en de V.S. al bijna de helft van de wereldafzet, gaat
er ongeveer driekwart van een biljoen aan euro’s om in de bilaterale handel en zijn er
inmiddels 13 miljoen banen ontstaan aan beide kanten van de Atlantische oceaan. TTIP zou
beide economieën kunnen versterken met miljarden euro’s. Kortom: het realiseren van een
handelsovereenkomst als deze zal ook grote gevolgen hebben voor de wereldeconomie.
Ambitieuze doelen zijn gevormd, maar tegelijkertijd leveren de plannen voor TTIP ook
weerstand op vanuit verschillende hoeken. Er bestaat niet alleen de vrees van andere landen
voor de overheersing van een soort westerse ‘supereconomie’, ook de publieke opinie binnen
zowel de EU als de VS plaatst vraagtekens bij de realisering van TTIP. Dit zeker op gebied van
verschillen tussen productstandaarden met betrekking tot het milieu en
consumentbescherming. President Obama weidde zich hierover uit tijdens zijn toespraak in
Brussel op 26 maart. Hij was positief over de toekomst van TTIP- met name over de groei in
welvaart die het de EU en V.S. zou kunnen brengen. Hij benadrukte echter dat er eerst kritisch
gekeken moest worden naar de afspraken, voordat er daadwerkelijk actie ondernomen zou
worden. Over de kritiek zei hij:
‘Part of the suspicion of trade is whether Globalization is benefitting everybody as opposed to
just those at the top segments of our economies.’ 3
1
Lees meer over het Joint Statement:
<http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_Data/docs/pressdata/en/ec/141920.pdf>
2
Jonge Atlantici organiseerde op 27 januari 2014 een dagseminar over TTIP. Het verslag:
<http://www.atlcom.nl/upload/Report_TTIP_Conference_27-01-14b.pdf>
3
Link naar Obama’s toespraak over TTIP: < http://ec.europa.eu/avservices/video/player.cfm?ref=I088072 >
Nieuwsbrief Jonge Atlantici April/Mei 2014
De kwestie die Obama hier aanhaalt is naar mijn mening een hele interessante. Hij besprak
TTIP in het licht van globalisatie. Dat TTIP een belangrijke ontwikkeling is voor veel grote
bedrijven moge duidelijk zijn. Het betekent minder restricties, meer vrije marktwerking en
mogelijkheden tot grote investeringen. Obama sprak van een groeiende angst onder de
Europese en Amerikaanse bevolkingen dat grote bedrijven de markt meer zouden gaan
domineren ten nadele van kleinere ondernemingen en de ‘gewone’ consument. Ook andere
landen die geen deel uitmaken van TTIP, zoals China of Japan, kijken met scheven ogen naar
de plannen. Zou economische trans-Atlantische integratie ook kunnen leiden tot een nauwere
samenwerking op andere gebieden, zoals bijvoorbeeld op militair gebied, of op het gebied van
buitenlandse politiek? Met andere woorden: kunnen we spreken van het aanbreken van een
tijdperk waarin de Europees-Amerikaanse as een opleving zal gaan krijgen en dankzij
economische stabiliteit en samenwerking op volle toeren kan gaan draaien? Kan er zoiets als
een nieuw Westers machtsblok ontstaan?
Dit is nog geen realistisch scenario, niet in de laatste plaats omdat TTIP nog verre van
gerealiseerd is en over de gevolgen ervan op de lange termijn slechts te speculeren valt. Toch
denk ik dat zowel de V.S. als de EU er goed aan zou doen om Obama’s woorden in praktijk te
stellen en alle mogelijke gevolgen van dit handelsverdrag nog eens onder de loep te nemen.
Zo blijft de EU nog steeds toegewijd aan het versterken van haar interne markt én monetaire
unie, inclusief een bankenunie. Onze eigen DNB-president Klaas Knot bepleitte nog geen twee
weken geleden de mogelijkheid voor lidstaten om gezamenlijke obligaties uit te kunnen
geven.4 Knot is dus voorstander van het idee van de zogenoemde Eurobonds (de gezamenlijke
financiering van staatsschulden). Hiermee liet Knot indirect weten dat hij zich in wil zetten
voor verdergaande economische en monetaire integratie. Een stabiele, interne markt die
uitwisseling van kapitaal en diensten vergemakkelijkt is in het voordeel van het Nederlandse
bedrijfsleven, maar is het ook in het voordeel van de nationale politiek? Het probleem van het
democratische tekort binnen de EU blijft opspelen in verschillende lidstaten, met name in
Nederland. Daarnaast is het de vraag of ontwikkelingen als TTIP en Eurobonds elkaar positief
kunnen beïnvloeden. Het lijkt in eerste instantie onlogisch om de Europese interne markt te
versterken en tegelijkertijd een soort overkoepelende interne markt op te bouwen samen met
de V.S.
In een wereldeconomie die steeds meer onderhevig is aan globalisering, staat het ‘Westen’
voor grote economische uitdagingen, zoals herstel van de schuldencrisis en het bestrijden van
grote werkeloosheid. De oplossingen die hiervoor klaarliggen zijn soms heel ambitieus: het
opbouwen van een nieuwe trans-Atlantische handelszone tussen de EU de V.S. is dat in ieder
geval wel. Handel kan een positieve kracht zijn die welvaart en stabiliteit zal brengen. Toch
denk ik dat Westerse politici niet overenthousiast moeten worden, want kapitalisme heeft
zogezegd ook een keerzijde. EU-beleidsmakers, Amerikaanse toppolitici en multinationals: zij
4
De uitspraak van Klaas Knot: <http://www.rtlnieuws.nl/economie/knot-pleit-voor-eurobonds-ondervoorwaarden>
Nieuwsbrief Jonge Atlantici April/Mei 2014
dienen allemaal ook rekening te houden met de politieke realiteit. Het traditionele belang van
de nationale democratie en soevereiniteit, bescherming van het milieu en de ‘gewone’
consument zijn thema’s die blijven opspelen en kritiek vormen op de plannen van de EU en
de V.S. Het is te hopen dat toppolitici daar rekening mee zullen houden bij het opbouwen van
een nieuwe economische samenwerking die ons veel goeds kan brengen. Of in de woorden
die Obama gebruikte op 26 maart:
‘There is a way of doing this right.’
Als dat lukt, zal niet alleen Nederland, maar hopelijk ook de hele wereldeconomie een stukje
stabieler en welvarender worden.
Inez Treffers
Bestuurslid Jonge Atlantici
Nieuwsbrief Jonge Atlantici April/Mei 2014
VERSLAG BIJEENKOMST
De Nederlandse missie in Mali
Naar aanleiding van de Nederlandse bijdrage aan de VN-missie MINUSMA in Mali
organiseerde Jonge Atlantici, in samenwerking met SIB Amsterdam en de Nederlandse
Vereniging voor de Verenigde Naties, op donderdag 20 maart een bijeenkomst in het CREAtheater in Amsterdam. Moderator Dieuwertje Kuijpers van de Vrije Universiteit leidde de
discussie met sprekers Sergei Boeke van het International Centre for Counter-Terrorism en
luitenant-kolonel Patrick Wekking van de Koninklijke Luchtmacht. De bijeenkomst werd
bijgewoond door ongeveer 40 bezoekers.
Voordat luitenant-kolonel Patrick Wekking begon met zijn presentatie vertelde hij dat hij
organisatorisch betrokken is bij de missie. Wekking benadrukte dat in de regio Noord-Afrika
veel terroristische organisaties aanwezig zijn die profiteren van de drugs-, mensen-, en
wapenhandel in het gebied. De jihadisten, de Toeareg rebellen die in 2012 Mali voor een groot
deel overnamen, worden ook gefinancierd door de Al Qaida. Naast de
financieringsmogelijkheden is de regio ook ideaal voor deze organisaties, omdat het een
dunbevolkt gebied is en vele kale vlaktes kent met woestijnen en heuvels waar terroristen zich
goed schuil kunnen houden. Nadat de Fransen in 2013 het land hadden bevrijd van jihadisten
besloot de Europese Unie (EU) in juli van dat jaar het land op te bouwen en militair sterker te
maken.
Hieruit is MINUSMA ontstaan, een missie die in het leven is geroepen door de Verenigde
Naties (VN) om de Franse interventiemacht op te volgen. Landen die betrokken zijn bij
MINUSMA mogen volgens Wekking ‘bijna alle soorten geweld’ gebruiken om de Toearegrebellen te bestrijden en het land op te bouwen. MINUSMA bestaat uit 250 civiele, 1.140
politie- en 11.200 militaire eenheden. De reden dat Nederland bijdraagt aan de missie is,
volgens Wekking, de Nederlandse Grondwet waarin staat dat Nederland de internationale
veiligheid moet helpen bewaren bij landen die dicht bij de EU liggen. Een andere reden is
volgens Wekking de cruciale relatie met de VN die Nederland intact wil houden. De afgelopen
jaren is Nederland niet erg actief geweest bij VN-missies en nu wordt het dus wel weer eens
tijd dat Nederland actief bijdraagt. Nederland zal zich in Mali richten op het verschaffen van
informatie en inlichtingen in de stad Gao en omstreken, aangezien militaire troepen van de
Afrikaanse Unie geen inlichtingendiensten omvatten. Het personeel dat Nederland inzet in
Mali zal ondersteund worden door een sterke gevechtseenheid om de veiligheid van de
militairen te garanderen. Dit wordt onder andere gedaan met behulp van Apache
gevechtshelikopters. Deze zullen dag en nacht vliegen en tegelijkertijd inlichtingen
verzamelen.
Nieuwsbrief Jonge Atlantici April/Mei 2014
De Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) zal op meerdere manieren te werk gaan
en samenwerken met Finland, Noorwegen en uiteindelijk ook met Zweden en andere landen.
Een van de manieren waarop de Nederlandse militairen te werk gaan is met het gebruik van
RMC (remote controlled) vliegtuigjes met camera’s om zo op een veilige afstand informatie te
vergaren. Ook zal er op conventionele wijze gewerkt worden: Malinezen in het gebied vragen
stellen, en over lange afstanden patrouilles lopen. De Koninklijke Marachaussee zal ook
aanwezig zijn in Gao ter ondersteuning van de beveiliging. Ook gaan er artsen mee.
Sergei Boeke vertelde dat Mali gezien werd als ‘een eiland van democratie in een oceaan van
chaos.’ Het land is uiteengevallen nadat de Toeareg-rebellen het land binnenvielen en het
leger van Mali massaal overliep of wegliep. Dit leidde tot een coup. De regering werd afgezet,
omdat de Malinezen geen vertrouwen meer hadden in hun leiders. Het politieke systeem was
verrot en corrupt. Boeke gaf aan dat de landen die actief zijn in Mali rekening moeten houden
met wat er gebeurd is in Afghanistan. Daar werden geen duidelijke nieuwe leiders gekozen,
en dit leidde tot meer chaos en wantrouwen onder de bevolking ten opzichte van de landen
die hen probeerden te helpen. Veel Afghaanse burgers werden daardoor de armen van de
Taliban ingeduwd, ‘terug naar het oude vertrouwde’. De Fransen in Mali werden ‘geholpen’
door de gewelddadige shari’a die de Toeareg-rebellen direct implementeerde. Door deze
extreme vorm van islamovertuiging leidde tot veel haat jegens de jihadisten, waardoor veel
Milanezen volledig achter de Franse interventie stonden.
Volgens Boeke moet men de ISAF-missie in Afghanistan niet vergelijken met MINUSMA. Daar
waar het bij ISAF draaide om militaire actie en bestrijding van de Taliban, is de Nederlandse
bijdrage aan MINUSMA compleet gericht op het vergaren van inlichtingen en bovendien
onderdeel van een vredesmissie. Ook is MINUSMA een VN-missie en wordt dus niet zoals ISAF
geleid door de Verenigde Staten. Door de bureaucratie binnen de VN zal MINUSMA wel
langzamer op gang komen dan ISAF. Het laatste grote verschil tussen ISAF en MINUSMA is het
aantal deelnemende landen: MINUSMA heeft een aanzienlijk kleiner aantal.
Boeke ging verder in op de inlichtingendienst die Nederland zal opzetten in Gao. De militairen
die zich zullen bezighouden met patrouilles en ‘huis-aan-huis’ bezoeken worden ondersteund
door tolken en lokale militairen die het gebied kennen. Verder zal de inlichtingentaak van
Nederland gericht zijn op het strategische aspect waarbij telefoons worden afgetapt, internet
in de gaten gehouden wordt en speciale militairen undercover te werk zullen gaan. Op deze
manier kunnen niet alleen jihadisten in de gaten gehouden worden maar ook corrupte politici
en gevaarlijke burgers.
Of de missie MINUSMA succesvol gaat worden moet nog blijken, maar volgens Boeke zijn er
enkele factoren die de VN in het oog moet houden om te zien of het land daadwerkelijk
verbetert. Hij gaf als voorbeelden de daling van geweldsincidenten, toename van slaaplocaties
(huizen, opvangcentra, vluchtelingenkampen), nieuwe politieke leiders en eerlijke prijzen voor
Nieuwsbrief Jonge Atlantici April/Mei 2014
basisbehoeften. Dit is iets waar de VN zich op zal moeten richten, niet alleen op de afname
van het aantal jihadisten.
Na de inleidingen gaf Dieuwertje Kuijpers het publiek de mogelijkheid om vragen te stellen
aan de sprekers. Een ervan ging over ‘intelligence failure’. Door de vele data die een
inlichtingendienst moet verwerken is het soms moeilijk om die data aan elkaar te koppelen en
bestaat het gevaar dat het personeel ‘door de bomen het bos niet meer ziet’. Wekking ging
op de vraag in en gaf direct aan dat een inlichtingendienst honderden meldingen per uur
binnen kan krijgen en deze ook moet achterhalen. Het kan daardoor voorkomen dat sommige
inlichtingen niet goed met elkaar verbonden kan worden en bepaalde informatie er ‘doorheen
glipt’. Om zulke scenario’s te voorkomen zal er in Mali veel aandacht besteed moeten worden
aan alle bronnen waar de data vandaan komt en aan nauwe samenwerking met andere
landen. De jihadisten moeten goed in de gaten gehouden worden, benadrukte Wekking, om
verwaaiing van het probleem naar andere landen tegen te gaan.
Tessa Daling en Jim Stoppelenburg
Stagiairs Atlantische Commissie
Nieuwsbrief Jonge Atlantici April/Mei 2014