De preventiemedewerker

Download Report

Transcript De preventiemedewerker

De preventiemedewerker
Inleiding
Je organisatie is wettelijk verplicht de arbozorg intern te organiseren door tenminste
één medewerker aan te wijzen voor de uitvoering van preventietaken (de
preventiemedewerker). Ook als de organisatie ervoor kiest bij de arbodienst te
blijven. Heeft je organisatie maximaal 25 werknemers (inclusief vrijwilligers en
stagiaires), dan kan de werkgever zelf deze taken op zich nemen. Bij grotere
organisaties krijgen één of meer eigen medewerker(s) preventietaken. De
werkgever hoeft dus geen nieuwe werknemers aan te trekken voor preventietaken.
Hieronder volgt een schets van de taken van een preventiemedewerker, met daarbij
enkele veelgestelde vragen uit het werkveld beantwoord. Ook vind je een uitgebreid
overzicht van mogelijke preventietaken en informatiebronnen.
Taken van de preventiemedewerker
Een preventiemedewerker is één (van de) medewerker(s) die in de organisatie helpt
bij de dagelijkse veiligheid, gezondheid en arbeidsomstandigheden.
Er zijn minimaal drie wettelijk bepaalde preventietaken:
1. Meewerken aan het verrichten en opstellen van een risico-inventarisatie en evaluatie en het opstellen van een plan van aanpak. Er is een aparte pdf
beschikbaar met alle ins en outs van de risico-inventarisatie: Handleiding
voor het uitvoeren van een RI&E Arbo
2. Er is voor alle drie de branches een digitale branche specifieke risicoinventarisatie beschikbaar via: www.risico-montor.nl.
3. Het adviseren aan én nauw samenwerken met de ondernemingsraad/
personeelsvertegenwoordiging met betrekking tot te nemen en genomen
maatregelen rond een zo goed mogelijk arbeidsomstandighedenbeleid. Er is
een aparte pdf beschikbaar voor ondernemingsraden die met
arbeidsomstandigheden te maken krijgen: Arbeidsomstandigheden en
medezeggenschap
4. Het uitvoeren van de maatregelen rond het arbeidsomstandighedenbeleid,
dan wel meewerken aan de uitvoering ervan. Bijvoorbeeld het geven van
voorlichting.
Hieruit volgen nog twee taken:
1. Het organiseren van de arbozorg en het samenwerken met andere
deskundige personen bij het uitvoeren van het arbobeleid.
1 van 13
De Preventiemedewerker
2. Verwijzen naar relevante informatiebronnen, zoals bijvoorbeeld een externe
arbodeskundige of een kerndeskundige (bedrijfsarts, veiligheidskundige,
arbeidshygiënist of arbeid- en organisatieadviseur).
Veelgestelde vragen
Moet een preventiemedewerker de Risico-inventarisatie (mede) uitvoeren?
Ja, dit is één van de wettelijke taken. De preventiemedewerker moet meewerken
aan het verrichten en opstellen van de risico-inventarisatie, maar kan ook een
coördinerende rol vervullen. Hij/zij hoeft echter niet alle onderdelen zelf uit te
voeren. Daarnaast moet deze medewerker betrokken zijn bij het uitvoeren van de
uit de risico-inventarisatie voortvloeiende maatregelen (het plan van aanpak) en
samenwerken met en adviseren aan de OR of PVT.
Wat betekent de preventiemedewerker verder?
Iedere medewerker in elke organisatie kan bij de preventiemedewerker terecht met
vragen over veiligheid en gezondheid. In vergelijking met vroeger is het nu
duidelijker wie aanspreekpunt is voor informatie op arbogebied.
Arbeidsrisico’s en voorbeeldtaken
Zodra de risico-inventarisatie en evaluatie is afgerond en de arbeidsrisico’s zijn
bepaald, krijgt de preventiemedewerker concrete preventietaken. De onderstaande
tabel bevat voorbeelden van preventietaken die horen bij de mogelijke
arbeidsrisico's van je organisatie. Deze kun je alleen uitvoeren of met behulp van
een leidinggevende, P&O-er of externe adviseur.
Preventiegebied Arbo en Verzuim
Voorbeelden
preventietaken
Vereiste kennis en
vaardigheden
Kennis en
informatiebronnen


Tijdschriften:






(Ondersteunen bij)
opstellen van arbo- en
verzuimbeleid
Communiceren van dit
beleid met
medewerkers en
OR/PVT
Coördineren van
contacten met andere
interne en externe
arbodeskundigen
Coördineren van RI&E
en Plan van Aanpak
Vraagbaak zijn voor
medewerkers
Organisatie van de
Bedrijfshulpverlening
(BHV)
Opzetten van een




Inzicht in het
opstellen,
uitvoeren en
evalueren en
jaarlijks bijstellen
van arbo- en
verzuimbeleid
Communicatieve
vaardigheden
Kennis van maken
RI&E en Plan van
Aanpak
De weg weten
naar relevante
informatiebronnen
Kennis hebben van
de activiteiten en
beschikbare
instrumenten van






Zorg en Welzijn Magazine
FCB Magazine
Arbo Rendement
Arbo Magazine
Maandblad Reïntegratie
Arbo-Informatiebladen AI-1,
Arbo- en Verzuimbeleid
Websites:
www.arbopreventiemedewerker.startpagina.nl
www.risicomonitor.nl
www.arbobondgenoten.nl
www.cnvpubliekezaak.nl
www.fnvabvakabo.nl
www.inspectieszw.nl
2 van 13
De Preventiemedewerker


bedrijfshulpverleningsplan
Organiseren van BHV
opleiding voor
voldoende
medewerkers
Informatie geven over
activiteiten van de
arbo(plus)convenanten

in de eigen
branche
Kennis hebben van
relevante
arbocatalogi
www.inpreventie.nl
Over Arbo algemeen vind je via
Google allerlei informatie.
Preventiegebied Huisvesting en algemene voorzieningen
Voorbeelden
preventietaken
Vereiste kennis
en vaardigheden
Kennis en informatiebronnen


Arbocatalogus, zie www.fcb.nl


(Laten) repareren van
schade aan gebouw of
materiaal
(Laten) uitvoeren
onderhoud en
verbouwingen
Onderhouden van
keurings- of
onderhoudscontracten


Inzicht hebben in
de
veiligheidsrisico’s
in gebouwen
Overleg met
medewerkers
van facilitaire of
civiele dienst
Technische-,
bouw- en
onderhoudsdiens
ten kunnen
contacten
www.risico-monitor.nl
www.bvaa.nl
www.bedrijfshulpverlening.startpagin
a.nl
www.veiligheid.nl
www.ehbo.nl
www.ggd.nl
www.kennisnetwerkvalpreventie.nl
www.keurmerk.nl
www.rokenendewet.nl
www.inpreventie.nl
Preventiegebied Beeldschermwerk
Voorbeelden
preventietaken
Vereiste kennis en
vaardigheden
Kennis en
informatiebronnen


Arbocatalogus, zie www.fcb.nl


Organiseren of geven
van jaarlijkse
voorlichting
betreffende
beeldscherm
werkplekinstellingen
en gezond werken
Werkplekinstructie
nieuwe medewerkers
Ontwikkeling/
ondersteuning van
inkoopbeleid
meubilair en





RSI-risico’s kunnen
signaleren
Werkplekanalyse
Achtergrondkennis
RSI-preventie
Communicatieve
vaardigheden
Kennis van
ergonomienormen
kantoormeubilair
Aanspreekpunt voor en
naar medewerkers en
beeldschermwerkers
www.risicomonitor.nl
www.ergonomie.startpagina.nl
www.gezondenzeker.nl
www.pregoplus.nl
www.arbobondgenoten.nl
www.cnvpubliekezaak.nl
www.fnvabvakabo.nl
www.inpreventie.nl
3 van 13
De Preventiemedewerker

hulpmiddelen
Ontwikkeling/
ondersteuning
pauzebeleid
kunnen
enthousiasmeren om
gezond te werken
Gebruiken van de RSI
toolkit

Preventiegebied werkdruk en functie-inhoud
Voorbeelden
preventietaken
Vereiste kennis en
vaardigheden
Kennis en
informatiebronnen


Arbocatalogus, zie
www.fcb.nl



Adviseren over
onderzoek werkdruk in
organisatie
Signaleren van
structurele hoge
werkdruk
Adviseren over
aanpassen
werkorganisatie,
taakstructuur en
werkverdeling
Zorgen voor goede
communicatiestructuur
tussen medewerker en
leidinggevende


Goede basiskennis en
-vaardigheden
“adviseren en
communiceren”
Stresssignalering en hantering
Gebruik maken van
tools uit de
Arbocatalogus
www.risico-monitor.nl
www.werkdruk.startpagina.nl
www.psychischenwerk.nl
www.burnout.startpagina.nl
www.burnin.nl
www.inpreventie.nl
Preventiegebied Agressie en onveiligheid
Voorbeelden
preventietaken
Vereiste kennis en
vaardigheden
Kennis en
informatiebronnen


Arbocatalogus, zie www.fcb.nl




Adviseren over
veiligheid gebouw en
omgeving
Adviseren over een
veilig
werkplekontwerp
Organiseren of geven
van een training
hanteren agressie
Regelen opvang en
nazorg
Opzetten van een
systeem voor
registratie van
incidenten




Inzicht in technische
maatregelen
Kennis van branche
instrumenten,
protocollen en
handhaving
Voorlichting kunnen
geven
Kennis van netwerk om
eerste opvang en
nazorg kunnen regelen
Gebruik maken van de
instrumenten uit de
Arbocatalogus
www.risico-monitor.nl
www.duidelijkoveragressie.nl
www.arbobondgenoten.nl
www.cnvpubliekezaak.nl
www.fnvabvakabo.nl
www.lastiggedrag.nl
www.evpt.nl
www.inpreventie.nl
4 van 13
De Preventiemedewerker
Preventiegebied fysieke belasting
Voorbeelden
preventietaken
Vereiste kennis en
vaardigheden
Kennis en
informatiebronnen


Arbocatalogus, zie www.fcb.nl



Protocolleren
tilhandelingen en
andere fysiek
belastende
handelingen
Hulpmiddelen ter
beschikking stellen
Organiseren of
geven van
voorlichting gezond
tillen
Communiceren van
afspraken en
richtlijnen uit
arboconvenant





Risico’s fysieke
belasting kunnen
signaleren
Voorlichting fysieke
belasting kunnen geven
Communicatieve
vaardigheden
Taal van de werkvloer
kunnen spreken
Collega’s kunnen
enthousiasmeren om
gezond te werken
Kennis van
branchespecifieke
instrumenten omtrent
fysieke belasting
www.risico-monitor.nl
www.ergonomie.startpagina.n l
www.gezondenzeker.nl
www.pregoplus.nl
www.arbobondgenoten.nl
www.cnvpubliekezaak.nl
www.fnvabvakabo.nl
www.inpreventie.nl
Preventiegebied besmettingsrisico’s
Voorbeelden
preventietaken
Vereiste kennis en
vaardigheden
Kennis en
informatiebronnen



Arbocatalogus, zie www.fcb.nl
Opstellen protocollen
Middelen ter
voorkoming
prikaccidenten
aanschaffen


Kennis van besmettingsrisico’s
Kennis van veilig
werken
Inzicht in gebruik
hulpmiddelen
www.risico-monitor.nl
www.kiza.nl
www.inpreventie.nl
5 van 13
De Preventiemedewerker
Preventiegebied balie- of receptiewerkplek
Voorbeelden
preventietaken
Vereiste kennis en
vaardigheden
Kennis en
informatiebronnen


Arbocatalogus, zie
www.fcb.nl

Werkplekcheck
uitvoeren en
instructie geven
Adviseren over
aanpassen ergonomie
balie of receptie en
gezonde
werktechniek/
werkgedrag

Kennis van ergonomie
normen voor balies
Voorlichting kunnen
geven over gezond en
veilig werken aan de
balie/receptie
www.risico-monitor.nl
www.inpreventie.nl
Preventiegebied huishoudelijke dienst
Voorbeelden
preventietaken
Vereiste kennis en
vaardigheden
Kennis en
informatiebronnen


Arbocatalogus, zie www.fcb.nl



Regelen van veilige
opslag
schoonmaakmiddelen
Aanschaffen van juiste
hulpmiddelen
Laten uitvoeren van
onderhoud aan de
hulpmiddelen
Organiseren of geven
van voorlichting over
gezond en veilig
werken


Kennis van risico’s
opslag en gebruik
schoonmaak-middelen
Onderhoud kunnen
regelen
Voorlichting kunnen
geven of organiseren
www.risico-monitor.nl
www.zowerkjeprettiger.nl
www.inpreventie.nl
Deskundigheid
De preventiemedewerker is niet verplicht een opleiding te volgen, maar moet wel
specifieke kennis hebben van de arborisico’s die voor zijn of haar organisatie
relevant zijn. Deze kennis hoeft overigens niet bij één persoon te liggen. Er kunnen
meerdere (preventie) medewerkers taken krijgen op dit gebied. Dan kan iedereen
zijn eigen kennis gebruiken. Als de preventiemedewerker over onvoldoende
deskundigheid, ervaring en uitrusting beschikt, moet deze zo snel mogelijk een
opleiding volgen om de kennis op het juiste niveau te brengen. Tot die tijd kan men
met ondersteuning van extern deskundigen ervoor zorgen dat het Arbobeleid
voldoende wordt uitgevoerd in de organisatie.
6 van 13
De Preventiemedewerker
Kennis en vaardigheden
Het niveau van de preventiemedewerker moet aansluiten bij de risico's in de
organisatie. De risico-inventarisatie van de organisatie en het bijbehorende plan van
aanpak vormen daarom de basis voor wat de preventiemedewerker moet weten en
kunnen. Hoe groter de risico's in de organisatie, hoe hoger het
deskundigheidsniveau van de preventiemedewerker.
Om zijn taken goed uit kunnen voeren moet de preventiemedewerker:
 Overzicht hebben van de arbeidsomstandigheden in de organisatie.
 Kennis hebben en gebruik kunnen maken van (door branche-instanties)
ontwikkelde instrumenten en materialen zoals de Arbocatalogus en de
Risicomonitor.
 Mee kunnen werken aan het uitvoeren van de en het opstellen van het plan
van aanpak.
 Draagvlak kunnen creëren voor het plan van aanpak.
 Mensen en partijen kennen die op ontbrekende terreinen deskundigheid
kunnen leveren.
 Als een trekker kunnen optreden voor het tot stand komen van een goed
arbobeleid.
 Op de hoogte zijn van de manier waarop de aanwezige arborisico's zo laag
mogelijk kunnen worden en/of blijven.
Opleidingen
Er zijn diverse opleidingsmogelijkheden. De basisopleiding duurt gemiddeld twee
dagen. Basisopleidingen worden aangeboden door arbodiensten, particuliere
opleidingsbureaus en uitgevers. Onderstaande korte checklist helpt je wellicht te
bepalen welke opleidingsinstantie voor jullie organisatie geschikt is:
 Wat is de locatie van de opleiding?
 Wordt de opleiding ook “incompany” gegeven?
 Wordt de training op maat gemaakt voor de branche, uitgaande van de
digitale branche specifieke risico-inventarisatie (de Risicomonitor) en de
arbocatalogi?
 Wordt er ingegaan op de inhoud van de Risicomonitor?
 Heeft de trainer kennis en ervaring in de branche?
 Wat is de duur en prijs van de opleiding?
 Wordt er een examen afgenomen? Zo ja, is dit een examen volgens de
certificeringeisen?
Veelgestelde vragen
Moet de preventiemedewerker een certificaat behalen?
Nee. De preventiemedewerker hoeft niet gecertificeerd te zijn. Wel is er door o.a.
DNV (Det Norske Veritas, Rotterdam, een certificerende instelling) een basisprofiel
voor de preventiemedewerker opgesteld. Preventiemedewerkers kunnen middels
een examen vrijwillig aantonen dat zij aan deze eisen voldoen.
7 van 13
De Preventiemedewerker
Wie toetst of de preventiemedewerker voldoende deskundig is?
Een gecertificeerde arbodeskundige of gecertificeerde arbodienst adviseert over het
deskundigheidsniveau van de preventiemedewerker(s). Dit in het kader van zijn
toetsing van de risico-inventarisatie. Hoe de werkgever dat advies verwerkt, is
onderwerp van instemmingsrecht van de OR of PVT. De OR moet dus instemmen
met de beslissing die de organisatie neemt.
Organisatie van de preventietaken
Aantal preventiemedewerkers
Op de vraag hoeveel preventiemedewerkers een organisatie moet aanstellen, is
geen eenduidig antwoord te geven. In kleine organisaties kan één
preventiemedewerker voldoende zijn. Bij organisaties met meerdere vestigingen is
het verstandig om meer preventiemedewerkers te hebben. Grotere organisaties
kiezen dan ook vaak voor een centrale preventiecoördinator, met een aantal
decentrale (uitvoerende) preventiemedewerkers op de locaties. Bij middelgrote
organisaties zie je vaak een centrale preventiemedewerker, met een aantal
preventieassistenten op verschillende locaties (bijvoorbeeld de ergocoach, of
agressiecoach).
Tijdsinvestering
De hoeveelheid tijd die een preventiemedewerker nodig heeft, is afhankelijk van de
bedrijfsgrootte, maar ook van de hoeveelheid risico's, de ernst en complexiteit van
de risico's. Het kan variëren van 2 tot 4 uur per week bij kleinere organisaties tot
een complete functie bij grotere organisaties.
Veelgestelde vragen
Moet iedere vestiging van een grote organisatie met meerdere vestigingen een
preventiemedewerker hebben?
Dit hoeft niet. Dat is afhankelijk van de afstand, de zelfstandigheid van de
vestigingen en de risico’s. Ook de manier waarop de taken van de
preventiemedewerker zijn georganiseerd, is bepalend voor de keuze of er in elke
vestiging een preventiemedewerker nodig is.
Wie controleert of de organisatie zich aan de regels houdt?
De Arbeidsinspectie heeft een controlerende functie. Zij gaat hierbij uit van de wet
en de invulling daarvan in de opgestelde arbocatalogi en praktijkrichtlijnen. De
Arbocatalogus dient als referentie bij het inspectiebeleid.
Positionering en andere functionarissen
De positionering van de preventiemedewerker hangt nauw samen met de grootte
van de organisatie en de organisatiestructuur. De preventiemedewerker is vaak
dezelfde persoon als de vroegere arbocoördinator. In de ene organisatie is een
arbocoördinator sterk beleidsmatig bezig en in de andere organisatie meer
8 van 13
De Preventiemedewerker
uitvoerend. Komen de taken en verantwoordelijkheden van de arbocoördinator
minimaal overeen met de taken en verantwoordelijkheden van de
preventiemedewerker? Daar waar geen overeenkomst is, moeten aanpassingen
plaatsvinden. Een organisatie kan ervoor kiezen om naast de arbocoördinator een
preventiemedewerker aan te stellen.
Afspraken met de werkgever
Het is belangrijk dat je als preventiemedewerker met de werkgever een aantal
afspraken maakt:
 De taken die je gaat uitvoeren.
 Welke bevoegdheden je krijgt.
 De hoeveelheid tijd die voor deze functie beschikbaar wordt gesteld.
 De opleidingen die je wellicht gaat volgen.
 De wijze en frequentie waarop communiceert met de werkgever en de OR.
 De wijze waarop je contact onderhoudt met andere deskundigen, zoals de
arbodienst.
 Je positie als preventiemedewerker: de preventiemedewerker heeft net als
een OR-lid ontslagbescherming. Deze is vastgelegd in artikel 13 van de
Arbowet, inclusief de memorie van toelichting (er wordt verwezen naar
artikel 21 van de wet op de Ondernemingsraden).
Veelgestelde vragen
Kan de ergocoach ook preventiemedewerker zijn?
De overlap tussen taken van de ergocoach en taken van de preventiemedewerker is
beperkt. Ergocoaches hebben naast hun reguliere taken een extra
verantwoordelijkheid voor de preventie en vermindering van fysieke belasting of
RSI. Deels vallen deze ook onder de drie in de wet genoemde taken van de
preventiemedewerker. Maar de andere verplichte taken worden (nog) niet vervuld
door de ergocoach. Denk daarbij aan:
 Bijdragen aan de risico-inventarisatie.
 Meewerken aan de uitvoering van maatregelen.
 Het overleggen met de OR of PVT over arbeidsomstandigheden.
Ook verschilt het collegiale karakter van de functie van ergocoach van de meer
institutionele rol van de preventiemedewerker. Een ergocoach kan
preventiemedewerker worden, maar het gaat om een duidelijke uitbreiding van het
takenpakket, waarvoor wellicht extra opleidingen nodig zijn.
Kan het hoofd bedrijfshulpverlening preventiemedewerker zijn?
In kleinere organisaties, met weinig grote risico’s, kunnen beide functies verenigd
worden. De bedrijfshulpverlener zal waarschijnlijk wel aanvullende opleidingen
moeten volgen. De taken van de preventiemedewerker zijn namelijk heel anders.
Bedrijfshulpverlening heeft tot doel een calamiteit te beheersen tot het moment dat
externe hulpverlening voor handen is. De preventiemedewerker moet de hele
coördinatie van de arbozorg tot zijn/haar taak rekenen.
9 van 13
De Preventiemedewerker
Wat is het verschil tussen een preventiemedewerker en een gecertificeerde
arbodeskundige?
De preventiemedewerker zorgt voor de dagelijkse veiligheid en is op de werkvloer
aanwezig. De gecertificeerde arbodeskundige is meestal een externe deskundige
(veiligheidskundige, arbeidshygiënist, bedrijfsarts of arbeid- en
organisatiedeskundige) met een formele opleiding die specifieke ondersteuning
biedt, zoals het toetsen van de risico-inventarisatie.
Preventiemedewerker en de ondernemingsraad
De relatie tussen de ondernemingsraad en de preventiemedewerker vloeit deels
voort uit de Wet op de ondernemingsraden, deels uit de Arbowet. De
preventiemedewerker heeft als taak de OR of PVT te adviseren en samen te werken
bij het nemen van maatregelen gericht op een zo goed mogelijk
arbeidsomstandighedenbeleid. Er is instemming van de OR of PVT nodig voor:
 Het aantal preventiemedewerkers in de organisatie.
 De tijdsbesteding.
 De opleiding en het niveau van de preventiemedewerkers.
Er is een aparte pdf beschikbaar voor de OR-leden die met arbobeleid te maken
krijgen: Arbeidsomstandigheden en medezeggenschap <Hyperlink>.
Praktijkvoorbeelden
Door de grote verscheidenheid in organisaties worden preventietaken op vele
manieren ingevoerd. De taken rond preventie moeten passen binnen het arbobeleid
en binnen de bestaande organisatiestructuur. Hier onder staan een aantal
uiteenlopende voorbeelden uit de praktijk.
Voorbeeld 1: uitbesteden aan extern bureau
Een middelgrote organisatie krijgt ondersteuning van een extern bureau, waar
personeelszaken (PZ) is ondergebracht. Zij willen daar ook een
preventiemedewerker aanstellen voor 4 uur per week. Deze moet het arbo- en
verzuimbeleid opstellen en ter goedkeuring aan het management voorgelegen.
Daarnaast hoort het bewaken van de uitvoering van het plan van aanpak naar
aanleiding van de risico-inventarisatie tot het aandachtsgebied. Evenals het
bijhouden van onderhoudscontracten, registratie van ongevallen en het verzorgen
van voorlichting. De preventiemedewerker kan iemand zijn die uit de branche komt
en op arbogebied opleidingen gaat volgen of een arbodeskundige die ingewerkt
wordt in de branche.
Voordelen van deze oplossing:
 Bij het ondersteuningsbureau komen verschillende vragen om ondersteuning
binnen en dus ook de arbovragen.
 Met dertig vestigingen is het niet mogelijk om de preventiemedewerker op
de vestiging onder te brengen en is een positie bij het ondersteuningsbureau
logisch.
10 van 13
De Preventiemedewerker
Nadelen van deze oplossing:
 “Afstand” tot vestigingen kan te groot zijn.
 Afbreukrisico door één preventiemedewerker.
Voorbeeld 2: Preventietaken bij BHV’er en vrijwilligers
Een kleine organisatie met tien medewerkers en veel vrijwilligers heeft ervoor
gekozen om preventietaken neer te leggen bij de medewerker die gebouwbeheer en
BedrijfsHulpVerlening in haar pakket heeft. Belangrijke taken, naast het organiseren
van de BHV, zijn geworden: het uitvoeren van de risico-inventarisatie met de
Risicomonitor, het bewaken van de uitvoering van het daarbij behorende plan van
aanpak en frequent overleg met directeur en een afgevaardigde van de
medewerkers. Een aantal actieve vrijwilligers mag een opleiding tot
preventiemedewerker volgen. Dit in het kader van het betrekken van hen bij de
kwaliteit. Zij werken samen met de preventiemedewerker aan de preventie in de
instelling.
Voordelen van deze oplossing:
 Medewerker is al betrokken bij arbo en heeft hier affiniteit mee.
 Andere medewerkers zien dit ook zo en spreken haar hier op aan.
 Vrijwilligers zijn betrokken bij hun eigen arbeidsomstandigheden.
Nadelen van deze oplossing:
 Extra opleiding nodig.
 Afbreukrisico vrijwilligers.
Voorbeeld 3: Een coördinator en meerder preventiemedewerkers
Een grote organisatie met 450 medewerkers had al een arbocoördinator. Deze is
daarnaast tot preventiemedewerker/coördinator benoemd. De organisatie is
verdeeld in vier clusters. Elke cluster stelt een allround preventiemedewerker aan.
Deze rapporteert gevraagd en ongevraagd aan het clusterhoofd en aan de
arbocoördinator over de arbeidsomstandigheden. De preventiemedewerkers hebben
daarnaast een actieve rol in het uitvoeren van hun deel van de risico-inventarisatie
en het bewaken van de uitvoering hiervan. De coördinator voert overleg met OR en
de directie.
Voordelen van deze oplossing:
 Elk cluster heeft een eigen preventiemedewerker.
 Verantwoordelijkheid voor arbo komt lager in de organisatie te liggen.
 Arbo blijft in de lijn.
 Meerdere preventiemedewerkers geeft minder afbreukrisico.
 Preventiemedewerkers kunnen van elkaar leren.
 Gevoelige onderwerpen in het cluster kan de arbocoördinator met de
leidinggevende opnemen.
11 van 13
De Preventiemedewerker
Nadelen van deze oplossing:
 Vier preventiemedewerkers moeten worden opgeleid.
 Onderlinge afstemming, ook bij uitvoeren risico-inventarisatie, kost extra
tijd.
 Preventiemedewerker informeert eigen leidinggevende.
 Naast de leidinggevende kan de preventiemedewerker ook gezien worden
als verantwoordelijk voor arbeidsomstandigheden en hiermee kan de
leidinggevende verantwoordelijkheid afschuiven.
Voorbeeld 4 : Arbo en preventie bij Hoofd P&O van grote organisatie
Een organisatie met 400 medewerkers kiest ervoor om hoofd P&O
preventiemedewerker te maken. Hij is nu ook al de arbocoördinator. Hij zal centraal
beleid ontwikkelen en dit onder de leidinggevenden uitzetten. In deze situatie
verandert er nauwelijks iets ten opzichte van vroeger.
Voordelen van deze oplossing:
 In de praktijk verandert er niet zoveel. Het loopt op dit moment goed.
 Arbocoördinator is al zeer deskundig.
Nadelen van deze oplossing:
 Extra taken voor hoofd P&O belasten het hoofd meer.
 Afbreukrisico door alles bij één persoon neer te leggen.
 Kans gemist om met invoering van preventiemedewerker arbotaken elders
en ook lager in de organisatie neer te leggen.
Voorbeeld 5: Meerdere assistent-preventiemedewerkers
Een middelgrote organisatie heeft vier vestigingen met op elke locatie een
locatiehoofd. De locatiehoofden hebben uitvoerende arbotaken (‘assistentpreventiemedewerker’) en zijn actief bij het uitvoeren van de risico-inventarisatie.
Zij zijn ook verantwoordelijk voor de begeleiding van verzuim. De stijl van
leidinggeven is laagdrempelig, direct en afspraken worden nagekomen. De
locatiehoofden rapporteren wekelijks aan het hoofd P&O, zij is tevens
preventiemedewerker. Ze maken ook kwartaalrapportages, waar de stand van
zaken ten aanzien van arbo en verzuim een onderdeel van is.
Voordelen van deze oplossing:
 Elke locatie heeft een eigen assistent-preventiemedewerker.
 Iedereen weet wie er uitvoerende en verantwoordelijk is voor arbo.
 Laagdrempelig en altijd aanwezig.
 Verantwoordelijkheid voor arbo komt lager in de organisatie te liggen.
 Arbo blijft in de lijn.
 Meerdere preventiemedewerkers geeft minder afbreukrisico.
 Assistent-preventiemedewerkers kunnen van elkaar leren.
12 van 13
De Preventiemedewerker
Nadelen van deze oplossing:
 Vier assistent-preventiemedewerkers moeten extra kennis wat betreft arbo
aanleren.
 De meeste kennis zit bij hoofd P&O op hoofdkantoor (grote afstand).
 Onderlinge afstemming en ook het uitvoeren van de Risico-inventarisatie
kost extra tijd.
 De “assistent-preventiemedewerker” heeft een dubbele pet (mede
leidinggevende). Dit kan voor een drempel zorgen voor medewerkers om
arbozaken te melden.
13 van 13