110482 (10.75MB)

Download Report

Transcript 110482 (10.75MB)

ministerie van verkeer en waterstaat
O X : l\OMc32
K r u i s i n g l e i d i n g e n RW59 t e Made /
A. J o n k e r ; D i e n s t Weg- en Waterbouwkunde,
WBA-R-89.100
dienst weg en water bouwkunde
rijkswaterstaat
M
M
ministerie van verkeer en waterstaat
r~±j
kswaterstaat
dienst weg- en waterbouwkunde
NOTITIE:
WBA-R-89100
aan
: H. Grootveld
van
: A. Jonker
d a t u m : 24 o k t o b e r 1 9 8 9
o n d e r w e r p : K r u i s i n g l e i d i n g e n RW-59 t e Made
projectnummer: C 89.02/04
1. INLEIDING
De noordelijke rijbaan van RW 59 te Made k r u i s t een 2 - t a l leidingen:
- 24" stalen olieleiding
- 400 mm. AC rioolpersleldlng
Door de afdellng WX van de DWW Is aan de afdeling WB van de DWW de vraag
gesteld om het door Grondmechanica Delft gegeven advies met betrekking tot de
wijze van krulsen te beoordelen.
In deze notltle wordt het door GD gegeven advies onder de loupe genomen. Beide
leidingen komen achtereenvolgens aan de orde. Tenslotte volgen de conclusies
en aanbevelingen.
2. 24" STALEN OLIELEIDING
De olieleiding, eigendom van RRP, k r u i s t het trace van de rijksweg ter plaatse
van km. 95.87, zoals weergegeven op tekening NBTX1988-1309 van RWS, D i r e c tie Noord-Brabant. Onder de zuidelijke rijbaan ligt de leiding in een mantelbuis.
Deze eindigt (helaas) onder de te maken toerit naar de rijksweg. De leiding is
volgens mondelinge informatie van de opdrachtgever ca. 30 jaar oud. Gegevens
over de opgetreden zetting zijn niet bekend.
Uit het door GD uitgevoerd onderzoek blijkt dat de ondergrond voornamelijk uit
zand bestaat (sonderingen 1 en 2). De te verwachten zetting ten gevolge van
de aan te brengen ophoging bedraagt ca. 10 mm.
Voor de uitvoering van de kruising bestaat ten minste een v i e r t a l mogelijkheden:
1. Kruising uitvoeren zonder enige bescherming van de leiding.
2. Leiding in mantelbuis leggen.
3. Overkluizing maken.
4. Toepassing van ontlastplaten.
nrinisterie van verkeer en waterstaat
r-±d
kswaterstaat
dienst weg- en waterbouwkunde
blad: 2 behoort b i j VBA-R-89100
ad 1. Kruising uitvoeren zonder enige bescherming van de leiding.
In dit geval komt de belasting door aardebaan, verkeer en zetting direct op de
leiding. Dit resulteert in een toename van de spanning in de leiding. Uitgaande
van een geschatte wanddikte is deze toename berekend (bijlage 1). Verwacht mag
worden dat deze spanningstoename voor de leiding acceptabel is.
De volgende overwegingen moeten echter bij de te nemen beslissing worden
meegewogen:
- De bestaande mantelbuis is mogelijk geschikt om opnieuw te worden gebruikt.
Echter waar deze niet aanwezig is, zal de rijbaan voor het verkeer moeten
worden afgesloten om het aansluitende gedeelte te kunnen uitvoeren. Een
alternatief is om bij vervanging geen gebruik te maken van de bestaande
mantelbuis, maar de leiding onder de rijksweg te leggen middels bijv. de h o r i zontaal bestuurbare boormethode (verkeer over de rijksweg wordt niet belemmerd).
- Informatie over de huidige ligging van de leiding in de mantelbuis ontbreekt.
Het enige dat kan worden verondersteld is dat de tot nu toe opgetreden z e t ting van de mantelbuis waarschijnlijk in dezelfde orde van grootte zal liggen
als die door GD is voorspeld ten aanzien van de uit te voeren ophoging
(ca. 10 mm). Dit betekent dat Informatie over de huidige spanningstoestand van
de leiding ontbreekt. Dit geldt overigens ook voor de k w a l i t e i t van de leiding.
- Bij een eventueel optredende lekkage komt olie In de aardebaan terecht.
ad 2. Leiding In mantelbuis leggen.
Voordelen:
- zetting kan worden opgenomen door de mantelbuis;
- bij eventuele lekkage van de leiding komt geen olle in de aardebaan;
- bij vervanging van de leiding zou de bestaande mantelbuis eventueel kunnen
worden gebruikt.
Nadelen:
- Door de (grotere diameter van de) mantelbuis zal de zetting wat meer zijn dan
door grondmechanica is voorspeld;
- Koppeling van de bestaande aan de nieuw te maken mantelbuis is gecompliceerd. Het gevolg is dat waarschijnlijk geen waterdichte overgang wordt gecreeerd. Overigens mag worden verwacht dat bij een eventueel optredende l e k k a ge het grootste gedeelte van de uitstromende olie buiten de aardebaan terecht
zal komen.
- Voor het aanbrengen van de mantelbuis moet grond onder de bestaande o l i e leiding worden verwijderd. Hoewel het technisch gezien mogelijk is om klink
van de grond onder de mantelbuis te voorkomen (bijv. onderstoppen met b e ton), moet rekening worden gehouden met enige zakking (orde grootte 10 mm).
ad 3. Overkluizing maken.
Hierbij worden de belastingen opgevangen door een op damwandprofielen g e f u n deerde betonnen plaat.
ministerie van verkeer en waterstaat
i r ± i kswaterstaat
dienst weg- en waterbouwkunde
blad: 3 behoort b i j WBA-R-89100
Voordelen:
- Geen verandering v a n de spanningssituatie v a n de olieleiding;
- Redelijke a f v o e r v a n olie bij een eventueel optredende lekkage;
- Vervanging v a n de leiding is onder de o v e r k l u i z i n g v r i j eenvoudig.
Nadelen:
- Hoewel de damwandplanken op kleef moeten worden gezet, bestaat er een kans
dat de o v e r k l u i z i n g zich i n het wegdek zal aftekenen;
- Gelet op het zware materieel vereist de u i t v o e r i n g (op korte afstand van de
olieleiding) speciale aandacht.
ad 4. Toepassing van ontlastplaten.
Voordelen:
- geen spanningsverhoging van de bestaande leiding.
Nadelen:
- Bij vervanging van de leiding moet het deel van de rijksweg ter plaatse van
de ontlastplaten worden afgesloten voor het verkeer;
- Bij een eventueel optredende lekkage komt olie in de aardebaan terecht.
3. 400 MM. AC RIOOLPERSLEIDING
Deze leiding k r u i s t de a f r i t naar een verzorgingsplaats bij km. 98.67, zoals
weergegeven op de bijlagen IB en 7 van het door GD uitgebrachte rapport. Deze
leiding is ca. 4 Jaar oud. Gegevens over de reeds opgetreden zetting ontbroken.
Ook hier blijkt de ondergrond voornamelijk uit zand te bestaan (sonderingen 3
en 4). De te verwachten zetting bedraagt ca. 8 mm.
Voor de uitvoering van deze kruising worden dezelfde mogelijkheden beoordeeld
als voor de olieleiding:
ad l . Kruising uitvoeren zonder enige bescherming van de leiding.
Met behulp van de Pijpleidingcode is een berekening gemaakt van de optredende
spanningen in de leiding (bijlage 2). Deze blijven binnen de toegestane waarden.
De Pijpleidingcode gaat er evenwel (stilzwijgend) van uit dat de leiding niet is
gesegmenteerd. Uitgaande van de maximaal te verwachten zetting van 5 mm over
de segmentlengte van 5 meter (bijlage 2), zal een hoekverdraaiing optreden van
0,06V De maximaal toegestane hoekverdraaiing bedraagt voor trekvaste resp.
normale koppelingen 1,75' resp 3,5°. Dit betekent dat de optredende h o e k v e r draaiing toelaatbaar is.
De volgende punten moeten worden meegewogen:
- Bij vervanging van de leiding moet de rijbaan voor het verkeer worden a f g e sloten, of moet de k r u i s i n g middels een boring onder de weg worden gevoerd.
- Bij een eventuele lekkage bestaat (afgezien van gevolgen voor het milieu)
kans op verweking van de aardebaan door uittredend rioolwater.
ministerie van verkeer en waterstaat
i r ± i kswaterstaat
dienst weg- en waterbouwkunde
blad: 4 behoort b i j WBA-R-89100
ad 2. Leiding i n mantelbuis leggen.
Voordelen:
- Zetting kan worden opgenomen door de mantelbuis;
- Bij eventuele lekkage komt geen rioolwater i n de aardebaan;
- Bij vervanging van de leiding zou van de mantelbuis gebruik gemaakt kunnen
worden.
Nadelen:
- Door de grotere diameter van de mantelbuis zal de zetting wat meer zijn dan
door GD is voorspeld;
- Voor het aanbrengen van de mantelbuis moet grond onder de bestaande p e r s leiding worden verwijderd. Hoewel het technisch gezien mogelijk is om k l i n k
van de grond onder de mantelbuis te voorkomen (by'v. onderstoppen met b e ton), moet rekening worden gehouden met enige zakking (orde grootte 10 mm).
ad 3. Overkluizing maken.
Hierbij worden de belastingen opgevangen door een op damwandprofielen g e f u n deerde betonnen plaat.
Voordelen:
- Geen verandering van de spanningssituatie van de rioolpersleidlng;
- Redelijke afvoer van rioolwater bij een eventueel optredende lekkage;
- Vervanging van de leiding is onder de overkluizing vrij eenvoudig.
Nadelen:
- Hoewel de damwandplanken op kleef moeten worden gezet, bestaat er een kans
dat de overkluizing zich in het wegdek zal aftekenen;
- Gelet op het zware materieel vereist de uitvoering (op korte afstand van de
rioolleiding) speciale aandacht.
ad 4. Toepassing van ontlastplaten.
Voordelen:
- geen spanningsverhoging van de bestaande leiding.
Nadelen:
- Bij vervanging van de leiding moet het deel van de rijksweg ter plaatse van
de ontlastplaten worden afgesloten voor het verkeer;
- Bij een eventueel optredende lekkage komt rioolwater in de aardebaan terecht.
4. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN.
1. Olieleiding.
De indruk bestaat dat de toename van de spanningen in de leiding door de
bovenbelastingen geen probleem zou moeten vormen. Toch l i j k t het gewenst
om een uitvoeringswijze te kiezen waarbij geen spanningstoename in de leiding
wordt veroorzaakt, De reden hiervoor is dat geen informatie bekend is omtrent
de spanningsgeschiedenis van de huidige leidingkruising. Vanuit grondmecha-
ministerie van verkeer en waterstaat
r~±j
kswaterstaat
dienst weg- en waterbouwkunde
blad: 5 behoort b i j WBA-R-89100
nisch oogpunt zou toepassing v a n ontlastplaten een goede oplossing z i j n .
Vanuit beheersoogpunt moet echter worden overwogen of de nadelen die aan
deze methode zijn verbonden deze keuze rechtvaardigen, of dat een ander
alternatief de voorkeur verdient.
2. Rioolpersleiding.
De spanningen i n de leiding door de belasting en de te verwachten zetting
vormen geen probleem voor de constructie.
Overigens geldt ook hier dat v a n u i t beheersoogpunt moet worden overwogen
of de nadelen die aan deze methode zijn verbonden deze keuze rechtvaardigen,
of dat een ander a l t e r n a t i e f de voorkeur verdient.
N.B. Voor het a l t e r n a t i e f ontlastplaten moet bijzondere aandacht worden gegeven
aan een aantal details, zoals:
- afstand ondersteuningspunten tot leiding;
- verdichtlng ondersteuningspunten;
- overlap met bestaande mantelbuis bij olieleiding;
- ruimte en v u l l i n g tussen leiding en onderkant ontlastplaat.
ministerie van verkeer en waterstaat
j<ru\Si'K^
r~±i
e l >'e l&i'gJ''^
$H
O
A* miotic LOft^dd. lite
*S(pa^ni\^
i
t
l
d<?
\)&r\(CQf^ L e ' a c t ' - j
1.
3fiU''
^p'""'.^ei,
V*
Ca.-|.o
\ttiL
7
0
o 4o+
AMP
8 a »o
(£«cliVi^ doe«"
1
^d I.
3cswa.tzexrs taat
dienst weg- en waterbouwkunde
door
dc iK^i-cliije d r a l t
2 ^
bwjWi
c^rs-a c £ ! C : L.na
*n*0&e*&*
lo" *
1° = 3cis
W / ^ K ' PUIS
BIJLAGE 1, blad 1
ministerie van verkeer en waterstaat
xr± _i kswaters t
aat
dienst weg- en waterbouwkunde
^o*!^-*
C
^/o"
= ooiej
W/h.*/
Lis
H- <*? wr
o
W :
it*
w
W ^ Q U U
--
8* =
Sw.u.-'
r
=
f
w
l
/
•1
o, m
r
lo
?
iLLL-j^J
-
0,2.1
Mr**.
-
o /*/ mi fct*.
lo, a&i
— ~
(
3
8/0
V,
1
^
o, 177
r
cx,
lea^l
1
0
0
0
'°
*
3
ice. s "V s«n,a
u
i.a
)
J
18 _
v
3
BIJLAGE 1. blad 2
'aid
ministerie van verkeer en waterstaat
dienst weg- en waterbouwkunde
C^P3clatte
7etii'^
( $)
ov,a€^rU.fii:-?<a V b r
^Ipf^s
V^p Iftid
Oa^Pu S
I}
1
CrD - rapport
Code
-
2 **"•<
:
/,s*
0\jerCa.\~j
* 10
IT * r * b
1
M -
tr
t-
s ao8 / v / V - '
7
Doer t S 3 V.
S K K .
r
C,'
1
x
-:
o,Ckji ^
8,8
8,8^8
-
0,807
-
0
J
0
\J I ^ J
A//K*^'
1
L
Ulu.^
BIJLAGE 1, blad 3
r*±i k s w a t e r s t a a t
dienst weg- en waterbouwkunde
ministerie van verkeer en waterstaat
t.-Svw^t
t
;
I Q K . K
;
ol'2.+
<
/
O,
1*1
+•
o, 8o-j
0,
_-
R
1,017
0,8^3
A ;
'^^'
A W * * * . "
1
1
BIJLAGE 1. blad 4
ministerie van verkeer en waterstaat
dienst weg- en waterbouwkunde
o.^*
3—I
3
•
b
3-
o
I
loaudelate c
-°
BIJLAGE 2. blad 1
ministerie van verkeer en waterstaat
rr± j k s w a t e r s t a a t
dienst weg- en waterbouwkunde
legating
^«
3 - ^
< S
Q.* r
<0£» r
ol^s
o ol
IV /^>K
r
— T
"
•
'J
•
1.8
V3 - °. ^
<5n
=
b
BIJLAGE 2, blad 2
•
ministerie van verkeer en waterstaat
M
W^r
dienst weg- en waterbouwkunde
3 F X <S
Tt r
b
r
-
TT" * <m
* SLl
3,4/
i
*
^
3
4
1*// ¥ /o'
-
^pl^oliHAcock :
^
-
loKJlu,^
8,15 W / L .
1
BIJLAGE 2. blad 3
rijkswaterstaat
ministerie van verkeer en waterstaat
vCJp ^
dienst weg- en waterbouwkunde
i * 8,0]
v
r 4,o3£T A ^ / W
3
BIJLAGE 2. blad 4
rr± j kswaterstaat
ministerie van verkeer en waterstaat
dienst weg- en waterbouwkunde
E
E
o
z
10
(school
1:200)
1,5 * UftWftcltg 2£bb'hg
*~
BIJLAGE 2. blad 5