C1 Urologie/gynaecologie - St. Elisabeth Ziekenhuis
Download
Report
Transcript C1 Urologie/gynaecologie - St. Elisabeth Ziekenhuis
Leerplaatsprofiel
specifiek
UROLOGIE / GYNAECOLOGIE
Afdeling C1
Dit leerplaatsprofiel bevat beperkte informatie. Vraag op je stageafdeling naar een
complete versie. Dit kan in een kennismakingsgesprek ruim voor aanvang van je stage!
St Elisabeth ziekenhuis Tilburg
Hilvarenbeekse weg 60
5022 GC Tilburg
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
1
Verpleegafdeling Urologie / Gynaecologie
Verpleegafdeling C1 maakt deel uit van de zorgeenheid Urologie. Hieronder
ressorteren tevens de polikliniek Urologie, het behandelcentrum Urologie en het
secretariaat Urologie. Voor een deel is de afdeling ook betrokken bij de
zorgeenheid Gynaecologie / Verloskunde. De afdeling heeft 22 bedden. Er zijn 11
bedden beschikbaar voor Urologie en 11 bedden voor gynaecologische patiënten.
Het specialisme nader bekeken
Veel voorkomende zorgvragers op afdeling C1 zijn:
− Urologie; patiënten met
− Prostaatklachten ( hyperplasie of carcinomen)
− Blaasklachten zoals blaascarcinoom
− Nierstenen
− incontinentieklachten
− Gynaecologie; patiënten met
− baarmoederklachten zoals overmatig bloedverlies of vleesbomen
− Vaginaal bloedverlies (bijvoorbeeld t.g.v. abortus in gang)
− Incontinentieklachten ten gevolge van verzakkingen
− Ovariumcarcinoom
− endometriose
De meeste patiënten zijn zorgvragers voor of na een chirurgische ingreep.
Veel (chirurgische) urologische ingrepen zijn:
- Trans Urethrale Resectie Prostaat (TURP)
- Trans Urethrale Resectie Tumor (TURT)
- Radicale prostatectomie
- Nefrectomie
- Uretero-Reno-Scopie (URS)
- Percutane Nefro- Lithotripsie (PNL)
Gynaecologie:
- Vaginale of Abdominale Uterus Exptirpatie (VUE / AUE)
- Voorwand- en/ of Achterwand plastiek (VW / AW)
- Laparoscopie / tomie
- Hysteroscopie
- Curettage
- Tensionfree Vaginal tape (TVt) procedure
- Stagieringslaparatomie
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
2
Specialisten
Op afdeling C1 werken specialisten met elk hun eigen aandachtsgebied.:
Zorgvragers
De volgende zorgvragers worden regelmatig op onze afdeling verpleegd:
− Zorgvragers voor en na een chirurgische ingreep
− Zorgvragers met een beperkte mogelijkheid tot zelfzorg in somatisch opzicht
− Geriatrische zorgvragers
De urologen zijn:
Dr. Van Roijen (medisch
Algemene urologie, andrologie, met name andrologische
manager)
microchirurgie
Dr. Kil
Algemene urologie, oncologie, functionele urologie
Dr. Dubbelman
Algemene urologie, kinderurologie, functionele urologie
Dr. Breeuwsma
Algemene urologie, oncologie, laparoscopie nieren
Dr. Wijsman
Algemene urologie, oncologie
Er zijn drie arts assistenten urologie, waarvan twee in opleiding.. Verder kent de
zorgeenheid nog de continentieverpleegkundige.
De gynaecologen zijn:
Dr. Boekkooi
Algemeen gynaecoloog, prenatale diagnostiek,
perinatologie, verloskunde, preconceptionele advisering,
myomen.
Dr. Fiedeldeij
Algemeen gynaecoloog, verloskunde, kindergynaecologie, psychosomatiek.
Dr. van Oirschot
Algemeen gynaecoloog, verloskunde, kinder
gynaecologie, menopauze
Dr. Reuwer
Algemeen gynaecoloog, verloskunde, high risk
obstetricus, preconceptionele advisering.
Dr. Plaisier
Gynaecoloog, chef de clinique
Dr. Smeenk
Algemeen gynaecoloog, voortplantingsgeneeskunde,
endocrinologie, minimaal invasieve chirurgie.
Dr. Smink
Algemeen gynaecoloog
Dr. Vos (Medisch manager)
Algemeen gynaecoloog, oncologie, uro-gynaecologie,
psychosomatiek.
Er zijn meestal 2 vaste arts-assistenten Gynaecologie voor de afdeling.
Duur van de zorg
De opnameduur van patiënten is over het algemeen kortdurend, maximaal 3
weken. Soms liggen patiënten langer omdat zij wachten op plaatsing in een
andere zorginstelling.
Leeftijdscategorie zorgvragers
Er worden patiënten verpleegd vanaf 14 jaar tot boven de 65 jaar.
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
3
Het verhoudingspercentage aantal patiënten <60 jaar en > 60 jaar staat als
Urologie: 50: 50 en Gynaecologie: 80: 20
Visie op verplegen
Op de afdeling gaan we bij de zorgverlening uit van de individuele behoefte van
de patiënt zowel op somatisch, als psychosociaal gebied. De patiënt staat steeds
centraal. Dit doen wij door de patiënt steeds te betrekken bij zijn behandelplan
én garant te staan voor een goede continuïteit en coördinatie van zorg. Wij
streven naar zelfstandigheid in de lichamelijke zorg. Dit betekent stimuleren,
ondersteunen en daar waar nodig overnemen van de zelfzorg. Bij de
psychosociale aspecten zijn de sleutelwoorden ondersteuning en begeleiding van
de patiënt en hun naasten gedurende het totale verpleegproces.
Verpleegsysteem
Wij werken op de afdeling patiëntgericht. Dit gebeurt door kamertoewijzing. Dat
betekent dat op elke unit de patiënten op één kamer toegewezen worden aan
een verpleegkundige. Je staat vaak een aantal dagen op dezelfde kamers
gepland om continuïteit van zorg te bevorderen. Het patiëntendossier is daarbij
een hulpmiddel.
Wanneer een patiënt aan jou is toegewezen, betekent dit dat je verantwoordelijk
bent voor de zorgverlening en coördinatie van zorg van die patiënt. Natuurlijk
krijg je als leerling die ondersteuning die nodig is. Het is wel belangrijk dat je zelf
aangeeft welke ondersteuning je nodig hebt. Jouw inbreng is medebepalend voor
de totale zorgplanning in samenspraak met eigen en andere disciplines, zo nodig
in overleg met een van de verpleegkundigen of teamleiders, afhankelijk van je
opleidingsniveau.
Welke disciplines zijn er werkzaam
Om een optimale zorgverlening te realiseren werken we nauw samen met veel
verschillende disciplines.
Intern werken we veel samen met:
− specialisten
− arts – assistenten
− voedingsassistentes
− fysiotherapeuten
− stoma- verpleegkundige
− Diëtetiek
− pastoraal medewerkers
Extern werken we samen met de transferverpleegkundigen en wij verzorgen de
verpleegkundige overdracht naar artsen en verpleegkundigen /verzorgenden in
de thuiszorg, verzorgingstehuizen en verpleeghuizen.
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
4
Opbouw team: functie en naam
Naast hoofd zorgeenheid, teamleider en opleidingsfunctionaris bestaat het
afdelingsteam uit urologieverpleegkundigen, verpleegkundigen,
ziekenverzorgenden, helpenden, leerlingen, stagiaires en afdelingssecretaresses.
Als leerling/ stagiaire wordt je in de regel toegewezen aan 2 werkbegeleiders.
Verwachtingen
De afdeling verwacht van jou een actieve voorbereiding, o.a. door het lezen van
dit leerplaatsprofiel en het maken van de bijgevoegde voorbereidingsopdracht. Je
persoonlijke leerpunten, de richtlijnen van de afdeling en de eindtermen van de
opleiding vormen samen met het leerplaatsprofiel de noodzakelijke basis die je
nodig hebt om je individuele stagwerkplan op te stellen. Gedurende de hele BPV
is dit werkplan een hulpmiddel om je leerproces actief te sturen en te reflecteren
op je handelen.
Ziek / beter melden
Kijk voor de complete wijze van handelen in het leerplaatsprofiel dat je op je
stageafdeling krijgt!
Bij ziekte dien je dit te melden op alle onderstaande adressen:
• Bij het OOC via de e-mail: [email protected]
• Na overleg met de onderwijscoördinator bij de salarisadministratie tel:
013-5392228.
• Bij de leidinggevende van de afdeling, dit zo spoedig mogelijk, doch
uiterlijk voor 09.30 uur.
• Bij ziekte in het weekend voor 09.30 uur ziekmelden en direct na het
weekend contact opnemen met de leidinggevende. Geef, zo mogelijk, aan
hoelang de ziekte kan / zal duren, dit in verband met het regelen van de
opengevallen diensten.
• Buiten kantooruren via de portier: 013-5391313.
De opleiding informeren volgens de daar geldende afspraken.
Bij herstel:
• Minimaal 1 dag voor werkhervatting OOC en de leiding bellen, s.v.p. in de
ochtend.
• Bij salarisadministratie en opleiding je weer beter melden.
Dienstkleding
Dienstkleding is door het ziekenhuis voorgeschreven kleding die tijdens
uitvoering van de opgedragen werkzaamheden gedragen dient te worden. De
dienstkleding wordt kosteloos ter beschikking gesteld door het ziekenhuis. De
dienstkleding kun je voor elke dienst in een van de kledinguitgifte ruimtes halen
(je krijgt tijdens je werkperiode in het ziekenhuis een pasje om in een van deze
ruimte te komen). Het wassen van de kleding wordt door het ziekenhuis
verzorgd.
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
5
Hygiëne
Het belangrijk om goed verzorgd en hygiënisch op de werkvloer te zijn, wat
neerkomt op o.a.
Geen ringen, horloges, armbanden, etc. dragen tijdens het uitvoeren van
werkzaamheden.
Lange haren bij voorkeur omhoog of in een staart dragen.
Handen schoon en verzorgd, dus tijdig wassen en nagels tijdig knippen (niet
te lang) het liefst ook geen nagellak.
Verdere richtlijnen ten aanzien van hygiëne en infectiepreventie vind je op de
afdeling.
Het werken aan en met competenties.
Vanuit je opleiding werk je aan competenties die je nu in de praktijk gaat
toepassen en mogelijk laat beoordelen. Met je werkbegeleiders en / of de
opleidingsfunctionaris maak je afspraken over het werken aan en met deze
competenties.
Voorbereiding op je stage.
Het spreekwoord zegt: een goede voorbereiding is het halve werk. Dat vinden wij
ook, daarom verwachten wij van jou een goede voorbereiding.
Om je hierbij te helpen hebben wij opdrachten gemaakt waarvan je op je eerste
stagedag de uitwerking meebrengt. Deze opdrachten zijn opgenomen in dit
leerplaatsprofiel. Je vindt ze vanaf pagina 9. Naast het maken van deze
voorbereidingsopdrachten verwachten wij dat je op je eerste stage dag een
concept stagewerkplan hebt gemaakt en bij je hebt ter beoordeling. Het St.
Elisabeth Ziekenhuis heeft een eigen kader ontwikkeld voor de uitwerking van
het stagewerkplan. Dit kader is opgenomen in bijlage.1.
Let op: Alleen 1e jaars VOZ leerlingen hoeven de voorbereidingsopdracht niet te maken
en alle lerenden uit het 1e jaar hoeven de onderstaande rekenopdracht niet te maken.
Consequenties niet voorbereiden op je stage en / of geen globaal
werkplan
Wij verwachten dat je leergierig en gemotiveerd bent om te leren en gemaakte
afspraken nakomt. We gaan er dan ook vanuit dat de voorbereidingsopdrachten
en je concept werkplan klaar zijn op de afgesproken dag. Je stagewerkplan is
noodzakelijk voor een goede stage. Het is de rode draad die je werkbegeleiders
nodig hebben om het begeleidingsproces op te starten en je een adequate
begeleiding te kunnen geven. Het komt voor dat leerlingen/stagiaires dit
vergeten of niet doen. In onze ogen getuigt dat van een beperkte motivatie. Het
tijdig inleveren en bespreken van je voorbereidingsopdrachten en globaal
stagewerkplan stelt de afdeling als eis. Pas als deze klaar en ingeleverd zijn mag
je starten met je stage.
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
6
Intranet verpleegkundige (vervolg-) opleidingen.
Het St. Elisabeth Ziekenhuis beschikt over een eigen intranet. Het intranet is
alleen te openen met computers die zijn aangesloten op het ziekenhuis netwerk.
Op de intranet pagina van verpleegkundige (vervolg-) opleidingen vind je allerlei
handige en actuele informatie en hulpmiddelen die je kunt gebruiken tijdens je
stage. Hierbij kun je denken aan:
Beoordelingsformulieren;
Overzicht medewerkers verpleegkundige opleidingen;
Richtlijnen en afspraken voor gesprekken;
Hulpmiddelen bij beoordeling;
Lesroosters, etc.
Het is zeker aan te raden om gebruik te maken van intranet tijdens je stage.
Maak in je inwerkperiode dan ook eens tijd om te kijken wat deze pagina je
allemaal te bieden heeft.
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
7
Voorbereidingsopdracht.
Let op: Alleen 1e jaars VOZ leerlingen hoeven de voorbereidingsopdracht niet te maken
en alle lerenden uit het 1e jaar hoeven de onderstaande rekenopdracht niet te maken.
Het spreekwoord zegt: een goede voorbereiding is het halve werk. Dat vinden wij
ook, daarom verwachten wij van jou een goede voorbereiding.
Omdat goed voorbereiden vaag is, hebben wij een opdracht gemaakt waarvan je
op je eerste stagedag de uitwerking meebrengt. Voor het uitwerken heb je
ongeveer 8 uur nodig.
De uitwerking van deze opdracht kan je weer helpen bij het opstellen van je
werkplan.
Omdat we de opdracht aan laten sluiten bij jouw opleiding zijn er twee
opdrachten. Eén voor niveau 4 lerende en één voor niveau 5 lerende. Het is de
bedoeling dat je de opdracht maakt die bij jouw opleidingniveau past.
Doel van de opdracht:
− Je hebt kennis van de kenmerken en eigenschappen van de doelgroep van de
afdeling.
− Je kent in grote lijnen de vaak voorkomende ziektebeelden, de daarbij
relevante anatomie en belangrijke verpleegkundige interventies.
Maak de volgende opdracht
Lerende niveau 4 maken van elke opdracht vraag 1 t/m 4. Lerende niveau 5
maken alle vragen.
Elke lerende maakt de rekenopdracht(en)
I)
Dhr. Van Gemert, 56 jr. oud wordt opgenomen via de wachtlijst i.v.m.
mictieklachten. Dhr. kon al langere tijd moeilijk plassen. Dhr. vertelt dat hij nooit
eerder naar een dokter is gegaan. Zijn vrouw is twee maanden geleden
overleden.
De uroloog heeft op de polikliniek voorafgaand aan de ziekenhuisopname onder
andere een rectaal toucher verricht en geconcludeerd dat de prostaat flink
vergroot is. Hij heeft voorgesteld om dhr. te gaan opereren. Hij zal een laserTURP operatie gaan krijgen. Voor deze operatie wordt dhr. vandaag opgenomen
op de afdeling.
Beantwoord met bovenstaande gegevens de volgende vragen:
1. Wat zijn mictieklachten ?
2. Wat is een TURP operatie?
3. De dag na de operatie mag de katheter verwijderd worden. Welke observaties
verricht je nadien en waarom?
4. Benoem 4 (potentiële) verpleegproblemen, doelen, acties
5. De patiënt moet na de operatie eenmalig een gift Co-trimoxazol 960 Mgr.
krijgen. Dit moet worden opgelost in 250 ml Nacl 0,9 %. Je hebt op de
afdeling beschikking over ampullen met vloeistof. Er zit 10 ml in de ampul. Op
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
8
het etiket staat vermeld: 5 ml = 480 Mgr. Co-trimoxazol. Het antibioticum
moet in minimaal 1 uur ingelopen zijn. Op welke snelheid stel je de pomp in?
Niveau 5 bovendien:
5. Welke andere ziektebeelden kunnen mictieklachten veroorzaken. Noem er
minimaal 2.
6. Behalve een rectaal toucher worden er nog meerdere onderzoeken gedaan
om BPH (benigne prostaathyperplasie = goedaardige prostaatvergroting).
Welke zijn dit?
II)
Mw. van Veen 64 jr. moet worden opgenomen voor een abdominale
uterusextirpatie. Ze had al enkele maanden buikpijnklachten. Op de echo waren
meerdere grote vleesbomen te zien en was de uterus flink vergroot. De
gynaecoloog heeft na overleg met mw. besloten om mw. te opereren.
Bij aankomst op de afdeling is mw. Erg zenuwachtig. Ze geeft aan erg bang te
zijn om “nooit meer wakker te worden” na de narcose. Ze is nog nooit eerder
geopereerd. Ze heeft van de gynaecoloog wel informatie gekregen over de
operatie maar dat is ze allemaal weer vergeten. “Als ze toch maar weer wakker
wordt”, is het enige waar ze zich zorgen over maakt.
Beantwoord met de bovenstaande gegevens de volgende vragen:
1. Wat is een uterusextirpatie? Wat wil zeggen: “abdominaal”?
2. Op welke manier heeft mw. na de operatie ondersteuning of begeleiding
nodig in de ADL? Noem minstens 3 aandachtspunten.
3. Welke observaties verricht je vlak na de operatie?
4. Benoem (potentiële) verpleegproblemen, doelen en acties. Waarvan 2
preoperatief en 2 postoperatief
5. De patiënt heeft na de operatie een infuus van 2,5 liter NACL 0,9% per 24
uur. Op welke snelheid stel je het infuus in? Geef je antwoord in aantal
druppels per seconde en geef weer hoe je aan het antwoord komt.
Niveau 5 bovendien:
6. Mw. moet worden voorbereid voor de operatie. Welke voorbereidingen kun je
bedenken en welke voorlichting geef je daarbij?
7. Welke vormen van anesthesie zijn er en welke is voor deze patiënt van
toepassing?
8. Welke indicaties kun je noemen voor het verrichten van een uterusextirpatie?
9. Na de operatie heeft de patiënt veel pijn. Op welke manier kun je de
pijnklachten objectiveren/ inzichtelijk maken?
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
9
Bijlage 1. Kader stagewerkplan
Dit kader stagewerkplan is bedoeld voor alle lerenden die binnen het St.
Elisabeth Ziekenhuis(EZ) een stage volgen. Het kader geeft aan op welke manier
je een volledig stagewerkplan dient te maken. Het stagewerkplan is voor
lerenden en voor de werkbegeleider(s) een houvast in het leerproces. Een goed
stagewerkplan helpt bij het lopen van een succesvolle stage. Je werkbegeleider
zal je plan beoordelen op haalbaarheid binnen de stageplaats.
Het EZ verwacht van alle lerenden dat ze volgens dit kader hun BPV plan
opstellen. Met de diverse opleidingsinstituten zijn hierover afspraken gemaakt.
Doelstelling stagewerkplan
Het stagewerkplan is een hulpmiddel voor de lerende om middels zelfsturing en
zelfdiagnose inzicht te bieden in zijn leerproces aan werkbegeleider en team. Met
deze leidraad voor het leren laat hij zijn eigen verantwoordelijkheid voor zijn
leerproces zien, maakt zijn leerproces inzichtelijk en vergaart bewijslast.
Kader stagewerkplan
Het kader geeft aan welke gegevens er minimaal in het stagewerkplan vermeldt
moeten worden.
Je begint met de vermelding van onderstaande gegevens:
Algemene gegevens
naam
opleiding
groep/ leerjaar/ welke stage/ cohort/ klasnummer ROC/ schoolcode
datum stageperiode (begin- en einddata)
mentor EZ
werkbegeleiders
opleidingsfunctionaris
zorgeenheid/ afdeling
Intranet info over competenties/werkprocessen.
Gevolgd door:
Inhoudelijke gegevens
beginsituatie
vorige afdeling (voor BBL-ers / VOZ-ers de beoordelingen van de vorige
stage)/ stage/ werkervaring
aandachtspunten
behaalde scores
bijzonderheden (sterktezwakte analyse)
score theorie op school/ herkansingen/ opdrachten vanuit school
hoe maak jij je leerproces inzichtelijk (hulpmiddelen)
leerdoelen
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
10
verwachtingen naar je stageafdeling
wat kan de stageafdeling van jou verwachten
Welke eindscore wil je behalen?
Dan volgen je leerdoelen:
Bijvoorkeur werk je één leerdoel op maximaal 1 tot 1,5 A4 uit.
Leerdoelen
Een leerdoel is een eenduidig te interpreteren formulering, in concreet
waarneembaar en toetsbaar gedrag, van datgene wat je na een bepaalde
tijdsperiode en met behulp van bepaalde leeractiviteiten (of onder bepaalde
voorwaarden) bereikt wilt hebben.
De omschrijving van het concrete leerdoel dient te voldoen aan de SMART eisen.
Deze zijn:
Specifiek
Meetbaar
Acceptabel
Realistisch
Tijd gebonden
De volgende punten moeten aanwezig zijn binnen het geformuleerde leerdoel:
Aandachtspunt:
Ik wil deze praktijkleerperiode aandacht besteden aan…
Concreet leerdoel:
Pas de SMART-eisen toe in de omschrijving van je leerdoel
Verduidelijking van elementen uit het leerdoel:
Begripsverheldering. Geef hier aan wat de onduidelijke elementen uit je leerdoel
betekenen of inhouden. Je hoeft niets te vermelden als alles duidelijk en dus
eenduidig te interpreteren is.
Mijn beginsituatie:
Tot nu toe heb hier aan gewerkt door…
Leeractiviteiten:
Om dit leerdoel te bereiken ga ik…
Geef hier alle leeractiviteiten aan die je nodig hebt om je doel te bereiken. Let
erop dat je ze in een logische volgorde aangeeft.
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
11
Vraag om begeleiding:
Van mijn begeleid(st)er verwacht ik…
Toets:
Mijn verantwoording zal bestaan uit:
Vermeld hier de toetsmethode, wie beoordeelt en de normering.
Niveau 4 lerenden geven onder het leerdoel aan welke kernta(a)k(en) en
werkproces(sen) bij het leerdoel horen.
Niveau 5 en SVVO lerenden geven hun competenties aan. Alles wordt voluit
geschreven.
Voorbeeld leerdoel
Leerdoel 1 Meest voorkomende ziektebeelden
Aandachtspunt:
Ik wil deze BPV aandacht besteden aan opdoen van kennis over ziektebeelden.
Naast medische en verpleegkundige kennis gaat het mij ook om de ervaringen
van de patiënt. In een later leerdoel wil ik een koppeling van theorie naar de
praktijk maken.
Concreet leerdoel:
Ik kan na 6 weken van 5 veel voorkomende ziektebeelden op afdeling X de
belangrijkste aspecten beschrijven op complex niveau.
Verduidelijking van elementen in mijn leerdoel:
In overleg met mijn werkbegeleider ga ik de 5 onderstaande ziektebeelden
uitwerken:
Met complex niveau bedoel ik…..
De belangrijkste aspecten zijn:
Mijn beginsituatie:
De gehele anatomie is op school behandeld. Pathologie deels. Ik heb op de
vorige afdelingen en zorginstellingen verschillende ziektebeelden uitgewerkt.
Leeractiviteiten:
• Een literatuurstudie naar de ziektebeelden;
• Een literatuurstudie naar de medicatie bij dit ziektebeeld;
• Het zorgpad in beeld brengen bij de patiënt;
• Verpleegkundige interventies onderzoeken;
• Ervaringen van patiënten inventariseren door het houden van gesprekken;
• Bovenstaande informatie samenbundelen in een verslag per ziektebeeld;
• Feedback vragen aan wb-ers gedurende de uitwerking.
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
12
Vraag om begeleiding:
Ik zou het fijn vinden als mijn begeleider mee wil kijken naar de uitwerking. Ook
vind ik het fijn dat, als ik vragen heb, ik bij haar terecht kan. Ook zou ik graag
feedback willen op wat ik doe. Ik zal de begeleider laten zien hoe ver ik ben en
tussentijds zelf om feedback vragen.
Toets:
De 5 verslagen worden door mijn werkbegeleidster beoordeeld op complex
niveau zoals beschreven in de verduidelijking.
Niv4 Kerntaak… Werkproces...( schrijf deze voluit)
Niv 5 Dit leerdoel hoort bij de competentie: 1 ...( schrijf deze voluit)
Adviserende hulpmiddelen bij leerdoelen
Tijdspad
Je tijdspad kun je inzichtelijk maken door in een grafiek de tijd tegen je
leerdoelen te plaatsen.
Tijd in weken →
Leerdoel ↓
Basiszorg
Informatie geven
Kennis
ziektebeelden
1
X
2
3
4
X
X
X
X
X
X
X
Een dergelijke grafiek kun je ook maken voor je competenties of werkprocessen.
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
13
Zorgeenheid Specifieke Informatie / Zorgeenheid Urologie
Portfolio ( stagemap)
In je portfolio bewaar je naast je BPV plan ook:
-
Eindbeoordeling laatste stage met de toen geformuleerde
aandachtspunten en eventuele verbetertrajecten.
-
Beoordeling- en evaluatieformulieren EZ m.b.t. huidige stage.
-
Overzicht ziektedagen.
-
Logboek en/of Starr verslagen.
-
Bewijslast. Deze bewaar je achter je leerdoelen.
Het is handig voor jezelf en je werkbegeleiders dat je portfolio goed is ingedeeld
en overzichtelijk is. Maak dus gebruik van tabbladen en een inhoudsopgave. Je
portfolio dient zoveel als mogelijk op de afdeling aanwezig te zijn.
Tips voor leerdoelen
Het stagelopen op een nieuwe afdeling is, naar we hopen, een mooie maar ook
intensieve ervaring. Om je te helpen je leerproces vorm te geven en een
succesvolle stage te lopen hebben we binnen zorgeenheid Urologie een aantal
onderwerpen samengesteld waarover je leerdoelen kunt maken. Deze
onderwerpen hebben veelal betrekking op een deel van de competenties waarin
jij je ook vanuit school dient te bekwamen. Gebruik maken van deze
onderwerpen is niet verplicht. Toch denken wij dat je als leerling/stagiaire zo
snel structuur en studievoortgang in je BPV krijgt. Er blijft voldoende ruimte om
je leerproces vorm te geven zodat ook je andere werkprocessen/competenties
aan bod kunnen komen tijdens je stage.
In onderstaand schema staan de betreffende onderwerpen. Deze zijn grotendeels
gericht op lerenden vanaf het 2e leerjaar. Voor 1e jaars lerenden adviseren we de
aandacht aanvankelijk te richten op de basiszorg, contact maken en
onderhouden met de zorgvrager en de ontwikkeling van een juiste beroeps- en
leerhouding. Zorg ervoor dat je in je leerplan een koppeling maakt tussen de
beroepsproducten, werkprocessen en competenties die je voor je school moet
behalen!
Onder je leerdoel geef je deze aan. Als alles vermeld is behaal je met je
leerdoelen dus ook al je werkprocessen en competenties. Tussen haakjes staat
de hoeveelheid tijd die wij adviseren voor realisering van het leerdoel uit te
trekken. Voor de uitwerking van de leerdoelen volg je het kader stagewerkplan.
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
14
Afd. C1
Onderwerpen:
- Oriëntatie op de afdeling (dagindeling, kennis maken, protocollen,
afdelingsmappen lezen e.d. 2 weken)
- 3 urologische en 3 gynaecologische ziektebeelden en bij behorende
therapie / operatie behandelwijzen uitwerken met daarbij beschreven de
verpleegkundige interventies
- Pre- en postoperatieve zorg
- Coördinatie van zorg
- Wond en stomazorg
- Omgaan met hoge turn over
- Professionaliteit in snelheid van handelen
- Klanttevredenheid
- Omgaan met andere disciplines
- Kennis ziektebeelden, handelen bij complicaties
- GVO
- Opname en ontslag
- Verpl. tech. vaardigheden
Afspraken:
Afspraken maken we om je leerproces en de begeleiding vlot te laten verlopen.
Daarom onderstaand een aantal afspraken die de basis vormen voor onze
samenwerking. We bespreken deze in het introductiegesprek.
o Lerende is verantwoordelijk voor het eigen leerproces (o.a. leervragen
stellen,grenzen aangeven, laten weten waar je mee bezig bent,portfolio en
stagewerkplan bijhouden en aanpassen indien nodig, dagelijks aangeven
aan welk leerdoel je werkt en eind van dag/regelmatig evalueren).
o Werkbegeleiding en opleidingsfunctionaris zijn verantwoordelijk voor
begeleiding van het leerproces.
o Afspraken worden door lerende en begeleiding nagekomen.
o Je leerproces dient goed inzichtelijk te zijn. Dat is ondermeer nodig voor
goede begeleiding en het vergaren van bewijs. Lerende gebruikt hierbij
logboek en STARR methode.
o Boven iedere STARR die je schrijft, geef je aan: de datum en op welke
leerdoel de STARR betrekking heeft/ wat je wilt bewijzen.
o Onder STARRs, logboekreflectie of verslag geef je aan, aan wie en
wanneer je om feedback hebt gevraagd. In het postvak van de collega een
kun je een herinneringsbriefje leggen. Zo weet je wb-er wie aan te
spreken als feedback uitblijft.
o STARR verslagen worden beoordeeld op drie onderdelen:
1. Functioneren; sluit de inhoud aan bij wat je in de praktijk hebt laten
zien.
2. Methodiek.
3. De mate van reflectie.
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
15
o
o
o
o
o
o
Alle bewijslast bewaar je achter het desbetreffende leerdoel in je portfolio.
Bij mondelinge- of praktijktoetsing van leerdoelen maak je nadien een
verslagje over deze toetsing. Dit laat je ondertekenen door je
(werk)begeleider en je stopt het eveneens achter het betreffende leerdoel.
Je bent verantwoordelijk voor de gesprekplanning. Deze kun je doen in
overleg met je werkbegeleider en de opleidingsfunctionaris.
Werkbegeleider(s) printen zelf het EZ beoordelingsformulier uit en vullen
dit 1 week voor het beoordelingsgesprek in. De taak van de leerling is het
3 dagen voor het gesprek bij de wb-ers op te halen, zijn zelfbeoordeling te
laten lezen en het geheel bij de opleidingsfunctionaris in te leveren. Niet
tijdig inleveren kan tot gevolg hebben dat het gesprek wordt uitgesteld.
Je portfolio bewaar je op de afdeling en is overzichtelijk ingericht.
(tabbladen).
Leerdoelen uitwerken conform tips en feedback.
Tips:
-
-
-
Geef dagelijks aan, aan welk leerdoel je werkt. Tijdens de
dagstart aan het begin van de vroege dienst krijg je gelegenheid
om te benoemen wat je die dag wil gaan leren / oefenen.
Veel werkbegeleiders vinden het prettig als je vragen stelt. Zo
laat je zien dat je interesse hebt en merkt je werkbegeleider
waar je mee bezig bent. Natuurlijk is het ook goed als je zelf
dingen opzoekt in boeken en/of via internet. Laat dan nadien aan
je werkbegeleider weten wat je hebt opgezocht en ga na hoe
men op de afdeling daarmee omgaat. Communiceer dus over je
leren.
Onder iedere STARR, logboekreflectie en/of verslag kun je
aangeven aan wie en wanneer je om feedback hebt gevraagd.
Eventueel kun je in het postvak van de collega een
herinneringsbriefje leggen.
Het stagewerkplan kan altijd bijgesteld worden.
Het is een dynamisch hulpmiddel!
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
16
Aanbevolen literatuur
Bruggen, van der dr. H.J., (2000) Stage in de verpleging. De Tijdstroom,
Maarssen
Kwalificatiedocumenten verpleegkunde.
www.calibris.nl
Verpleegkundige toekomst in goede banen.
Samenhang en samenspel in de beroepsuitoefening
VBOC – AVVV, Utrecht 2006
Drs. C. de Laat
De competentiegerichte student
Thieme Meulenhoff
ISBN 9006950971
Leerplaatsprofiel extern Urologie juli 2014
WdB
17