Wtw 21161 vergunning

Download Report

Transcript Wtw 21161 vergunning

Rijkswaterstaat
Ministerie van Infrastructuur en Milieu
besch ï kki ng
0 3 JULI 2014
Datum
RWS2014/30317 1
Besluit op aanvraag om wijziging van de vergunning als
bedoeld in artikel 6.26, tweede lid Waterwet met
dossiernummer 028.0957.A.wtw2ll6l
Nummer
Onderwerp
Inhoudsopgave
1.
2.
3.
4.
5.
9.
Aanhef
Besluit
Voorschriften
Aanvraag
Toetsing aanvraag
Procedure
Conclusie
Ondertekening
Mededelingen
1.
Aanhef
6.
7.
8.
De minister van Infrastructuur en Milieu beschikt op grond van de volgende
overwegingen op een aanvraag om wijziging van de vergunning zoals bedoeld in
artikel 6.26, tweede lid, van de Waterwet. De aanvraag is ingediend door
ESSO Nederland BV Raffinaderij Rotterdam (hierna te noemen: ESSO),
gevestigd aan de Botlekweg 121 te Rotterdam.
De aanvraag is ontvangen op 27 juni 2014 en geregistreerd onder nummer
028.0957. A wtw2 1161.
.
2.
Besluit
Gelet op de bepalingen van de Waterwet, het Waterbesluit, de Waterregeling,
de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Algemene wet bestuursrecht en
de hieronder vermelde overwegingen besluit de minister van Infrastructuur en
Milieu als volgt:
De wijziging, zoals deze in paragraaf 4.2 van dit besluit is beschreven, voldoet aan
de in artikel 6.26, tweede lid, van de Waterwet gestelde eisen. De wijziging kan
als zodanig worden vergund.
Pagina 1 van 5
3.
Voorschriften
Datum
Aan artikel 3 sub a wordt toegevoegd:
•
4.
Nummer
RwS-2014/30317 1
Water vanuit de slib-ontwateringsinstallatie
Aanvraag
De aanvraag heeft betrekking op de watervergunning d.d. 14 september 1988,
kenmerk AXU/8705.
4.1 Bedrijfssïtuatïe
Esso produceert petrochemische producten door middel van raffinage vanuit de
grondstof ruwe olie. Het afvalwater dat bij de raffinage vrijkomt, wordt afgevoerd
naar de afvalwaterzuiveringsinstallatie (WWTP) en wordt daar behandeld.
Het gezuiverde afvalwater wordt geloosd op de 3e Petroleumhaven.
4.2
Gewenste wijziging
De wijziging betreft het in gebruik nemen van een slib-ontwateringsinstallatie als
onderdeel van de afvalwaterzuiveringsinstallatie. Bij de slib-ontwateringsinstallatie
worden 2 hulpstoffen toegepast te weten BETZ CE1647 en BETZ CE1638.
5.
Toetsing aanvraag
5.1. Slib-ontwateringsinstallatie
De ontwateringsstap wordt een integraal onderdeel van het slibindikkingsproces en
daarmee van de waterzuiveringsinstallatie (WWTP) op het terrein van
Esso Nederland BV.
De functie van de ontwateringsstap is het verkleinen van de indikkerslib afvalstroom
(bestaande uit dode biomassa en vaste stof) vanuit de slibindikker, door deze
stroom te centrifugeren. Deze afvaistroom wordt in de huidige situatie afgevoerd
naar een externe verwerker. De ontwateringsstap zal bestaan uit een polymeer
aanmaakunit en een ontwateringscentrifuge. Voor het ontwateren wordt er een
polymeer aan het indikkerslib toegevoegd om de vaste delen te binden en
effectiever te scheiden. De ontwateringscentrifuge zal niet volcontinu worden
geopereerd. Per batch indikkerslib van ca. 3 13 m3/uur zal ca. 5 20 kg/uur
polymeer worden toegevoegd. De toegevoegde polymeren BETZ CE1638 en
BETZ CE1647 hebben een waterbezwaarlijkheid van 9B. De ontwateringscentrifuge
scheidt het indikkerslib, tijdens dit proces ontstaat een cake met een hoger droge
stofgehalte en een extra afvalwaterstroom.
-
-
De extra afvalwaterstroom vanuit de slibindikker zal worden teruggevoerd naar de
inlaat van de waterzuivering. De kwaliteit van de afvalwaterstroom is vergelijkbaar
met andere afvalwaterstromen die op de afvalwaterzuivering verwerkt worden.
Op basis hiervan wordt geconcludeerd dat de wijziging geen significant
negatief effect voor de chemische en ecologische kwaliteit van het
watersysteem en tevens voldoet aan BBT.
Pagina 2 van 5
6.
Procedure
Datum
Op grond van artikel 6.26, tweede lid, heeft de voorbereiding van dit besluit
volgens het gestelde in artikelen 3.8 en 3.9, eerste lid, onderdeel a en tweede tot
en met vierde lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
jo. afdeling 4.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht plaatsgevonden. Aangezien
de aanvraag tot wijziging van de vergunning voor het lozen van stoffen niet leidt
tot andere of grotere nadelige gevolgen voor de chemische en ecologische
kwaliteit van watersystemen dan volgens de geldende vergunning zijn toegestaan,
is volgens artikel 6.26, tweede lid, van de Waterwet afdeling 3.4 van de Algemene
wet bestuursrecht niet van toepassing.
Nummer
RwS2O14/30317 1
Dit besluit treedt in werking na de bekendmaking.
7.
Conclusie
De ingediende aanvraag en de daarbij overgelegde gegevens voldoen aan de in
artikel 6.26, tweede lid, van de Waterwet gestelde eisen. De beoogde verandering
leidt niet tot andere of grotere nadelige gevolgen voor de chemische en
ecologische kwaliteit van watersystemen dan volgens de geldende vergunning al
zijn toegestaan.
8.
Ondertekening
DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU,
namens deze,
afdelingshoofd Vergunningen
Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid
<-ZTrr
mw. ir. AH. Bos-Massop
Pagina 3 van 5
9.
Mededelingen
Datum
Voor meer informatie over dit besluit kunt u terecht bij de in deze brief genoemde
contactpersoon. De contactgegevens staan in de zijkolom van de brief.
De contactpersoon kan uw vragen beantwoorden en het besluit met u doornemen.
Nummer
Rws2014/30317 1
Om te bepalen of u meer informatie wilt, kunnen de volgende vragen en
aandachtspunten u helpen:
Is de inhoud van het besluit duidelijk en is helder wat het concreet voor u
betekent?
Kunt u beoordelen of het besluit inhoudelijk juist is of niet? Of heeft u behoefte
aan een toelichting?
Kloppen de gegevens over u in het besluit en heeft u alle gegevens verstrekt?
-
-
-
Ook wanneer u andere vragen heeft over het besluit of de procedure, of wanneer
u zich op een of andere manier heeft gestoord aan de wijze waarop bij de
besluitvorming met u of uw belangen is omgegaan, kunt u contact opnemen.
Bent u het niet eens met dit besluit?
Dan kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht bezwaar maken. U moet
hiervoor wel belanghebbende bij het besluit zijn.
De volgende vragen en aandachtspunten kunnen u helpen bij het maken van
bezwaar:
Wat zijn de redenen dat u het met het besluit niet eens bent?
Welk doel wilt u met uw bezwaar tegen het besluit bereiken? Wat verwacht u
van Rijkswaterstaat?
Is het u voldoende duidelijk wat een bezwaarprocedure inhoudt en weet u of u
met een bezwaar uw doel kunt bereiken? Kunt u uw doel op een andere,
wellicht eenvoudigere wijze bereiken?
-
-
-
Wanneer u vragen heeft of wanneer u zich afvraagt of het indienen van een
bezwaarschrift voor u de geschikte aanpak is, kunt u ook hiervoor contact
opnemen met de in de brief vermelde contactpersoon. De contactpersoon kan met
u overleggen over de te volgen procedure en u informeren over andere
mogelijkheden die Rijkswaterstaat u eventueel biedt om tot een oplossing te
komen.
Hoe maakt u bezwaar?
Om bezwaar te maken moet u, binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is
verzonden, een bezwaarschrift indienen. U kunt uw bezwaarschrift sturen naar de
minister van Infrastructuur en Milieu, p/a de hoofdingenieur-directeur van
Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid, Postbus 556, 3000 AN Rotterdam.
In het bezwaarschrift moet in ieder geval het volgende staan:
uw naam en adres, en liefst ook uw telefoonnummer;
een duidelijke omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt
(bijvoorbeeld door de datum en het kenmerk van het besluit te vermelden of
door een kopie mee te sturen);
de reden waarom u bezwaar maakt;
de datum en uw handtekening.
-
-
-
-
Pagina 4 van 5
Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. Dat betekent
dat het besluit blijft gelden in de tijd dat uw bezwaarschrift in behandeling is. Als u
dit niet wilt, bijvoorbeeld omdat het besluit onherstelbare gevolgen heeft voor u,
dan kunt u een verzoek om voorlopige voorziening indienen. Dit doet u door de
Voorzieningenrechter van de rechtbank in het gebied waar u woont te vragen een
voorlopige voorziening te treffen. De rechtbank zal u daarvoor wel griffierecht in
rekening brengen.
Datum
Nummer
RWS2014/30317 1
Pagina 5 van 5