Transcript Raadsvoorstel Herbenoeming leden cie WCE

VOORBLAD
Adviesnota aan de Raad
Registratienummer:
Z – 9343/1240-1
Datum:
24 september 2013
Soort Voorstel:
Adviesnota
Onderwerp:
Herbenoeming leden commissie WCE
Portefeuillehouder:
Wethouder De Lange
Programma:
Wassenaar leefbaar
Kernboodschap:
De aangegeven personen her te benoemen als lid van de
commissie Welstand en Cultureel Erfgoed.
Bijlagen:
Geen
Stukken ter inzage:
nee
Beslispunten:
1. Voorzitter/commissielid Welstand van de commissie WCE,
mevrouw Ir. A.E.P. Barnhard, met terugwerkende kracht per
1 oktober 2013 voor een termijn van 8 maanden her te
benoemen, met de optie om deze termijn van 8 maanden
vóór 1 juni 2014 te wijzigen in een langere termijn welke
voortduurt tot uiterlijk 1 oktober 2016.
2. Commissielid Erfgoed van de commissie WCE, mevrouw Dr.
G.M. Andela, met terugwerkende kracht per 1 oktober
2013 voor een termijn van 8 maanden her te benoemen, ,
met de optie om deze termijn van 8 maanden vòòr 1 juni
2014 te wijzigen in een langere termijn welke voortduurt
tot uiterlijk 1 oktober 2016.
Blad 1
Adviesnota aan de Raad
Onderwerp
Herbenoeming leden commissie Welstand en Cultureel Erfgoed (WCE).
Inleiding
In 2004 is door de samenwerkende gemeenten Voorschoten en Wassenaar gekozen voor een
geïntegreerde commissie Welstand en Cultureel Erfgoed. Hierbij is uitgegaan van een commissie
met meerdere specifieke disciplines (onder andere cultureel erfgoed, landgoederen, architectuur en
monumenten).
Inmiddels is de wetgeving gewijzigd en dient de eerder gekozen opzet en werkwijze van de
commissie WCE hieraan te worden aangepast. Bij de opzet van de commissie is steeds uitgegaan
van een orgaan waar alle vereiste disciplines deel van uitmaakten. Dit betekent dat ook voor
aanvragen omgevingsvergunning waarbij specifieke deskundigheid niet vereist was, deskundige
commissieleden voor advies aanwezig zijn. De herziene wetgeving van 2010 (WABO en BOR)
maken een efficiëntere opzet en werkwijze van de commissie WCE mogelijk. De ervaringen
daarmee in aangrenzende gemeenten (Leiden en Leidschendam-Voorburg) op basis van deze
nieuwe wetgeving leveren een efficiëntere opzet en werkwijze van de commissie. Dit is aanleiding
om de opzet en werkwijze van de commissie WCE te herzien. Deze herziening heeft consequenties
voor de zittende commissieleden die niet zijn geselecteerd op de brede vakoverschrijdende
deskundigheid die de nieuwe werkwijze noodzakelijk maakt.
Leden van de commissie WCE kunnen worden benoemd voor een bepaalde periode van maximaal 3
jaar met de mogelijkheid voor een eenmalige verlenging met maximaal 3 jaar tot totaal maximaal
6 jaar. Uw raad heeft aangegeven de opzet en werkwijze van de commissie te willen evalueren en
eventueel te willen wijzigen. Voorgesteld wordt daarom de zittende leden die aan het eind van hun
termijn zijn (1 oktober 2013) niet her te benoemen voor een periode van maximaal 3 jaar, maar
voor een periode van 8 maanden. Deze periode sluit aan bij de tijd die wij denken nodig te hebben
om de evaluatie van de werkwijze van de commissie WCE af te ronden.
Beslispunten
3. Voorzitter/commissielid Welstand van de commissie WCE, mevrouw Ir. A.E.P. Barnhard, met
terugwerkende kracht per 1 oktober 2013 voor een termijn van 8 maanden her te benoemen,
met de optie om deze termijn van 8 maanden vóór 1 juni 2014 te wijzigen in een langere
termijn welke voortduurt tot uiterlijk 1 oktober 2016.
Blad 2
4. Commissielid Erfgoed van de commissie WCE, mevrouw Dr. G.M. Andela, met terugwerkende
kracht per 1 oktober 2013 voor een termijn van 8 maanden her te benoemen, , met de optie
om deze termijn van 8 maanden vòòr 1 juni 2014 te wijzigen in een langere termijn welke
voortduurt tot uiterlijk 1 oktober 2016.
Beoogd effect
Door het niet herbenoemen van de genoemde commissieleden voor een maximale termijn van 3
jaar, behoudt de gemeente de ruimte om adequaat in te kunnen spelen op de gewijzigde
wetgeving, de daling van het aantal te beoordelen plannen, de financiële taakstelling en de
noodzaak om de opzet en werkwijze van de commissie Welstand en Cultureel Erfgoed te herzien.
Hierdoor kan de commissie opnieuw worden vormgegeven en worden samengesteld uit leden die
voorbereid zijn op de huidige wetgeving en de nieuwe werkwijze. De bestaande deskundige leden
met specifieke disciplines als cultureel erfgoed en landgoederen kunnen in deze nieuwe opzet
worden ingezet wanneer een aanvraag dit vereist.
Er wordt ingezet op een efficiënte, proportionele en klantgerichte inzet van de deskundigheid
binnen de commissie WCE. Door de nieuwe opzet en mandaatstelling is de commissie WCE
compleet en kan zij naar behoren functioneren.
Argumenten
1. Benoeming en herbenoeming van leden van de commissie WCE is een bevoegdheid van de
gemeenteraad.
Op grond van de Wabo en artikel 1 sub n van de Woningwet, artikel 12b lid 4 Woningwet, juncto
artikel 9.3 sub a van de Bouwverordening, worden de voorzitter, de secretaris en de overige leden
van de welstandscommissie en hun plaatsvervangers, op voorstel van de burgemeester en
wethouders benoemd en ontslagen door de gemeenteraad.
De huidige commissie WCE functioneert op basis van ‘oude’ wetgeving. De leden zijn benoemd
door uw raad in afgelopen jaren voor periodes van 3 jaar:
-
Mevrouw Ir. A.E.P. Barnhard is als voorzitter/commissielid welstand en plaatsvervangend
erfgoedlid van de commissie WCE op 1 oktober 2010 benoemd voor 3 jaar. Zij is nu aan het
einde van haar eerste zittingsperiode van 3 jaar.
-
Mevrouw Dr. G.M. Andela is als commissielid erfgoed/Cultuur historica van de commissie WCE
op 1 oktober 2010 benoemd voor 3 jaar. Zij is nu aan het einde van haar eerste zittingsperiode
van 3 jaar.
Voor de leden Barnhard en Andela is nu het moment aanwezig om herbenoeming te heroverwegen.
Blad 3
Wij adviseren u niet tot herbenoeming voor een periode van 3 jaar over te gaan, maar deze
periode te beperken tot maximaal 8 maanden, maar wel de optie op te nemen deze 8 maanden te
wijzigen in een langere periode voor ten hoogste 3 jaar gerekend van af 1 oktober 2013.
Kanttekeningen
De volgende leden blijven deel uitmaken van de commissie WCE:
-
Mevrouw Ir. A.G.M. Goemans is als commissielid welstand/plaatsvervangend voorzitter van de
commissie WCE op 1 maart 2011 herbenoemd voor 3 jaar. Zij is op 1 maart 2014 aan het
einde van haar tweede zittingsperiode van 3 jaar en kan niet worden herbenoemd.
-
De heer Ir. M.E. Enderman is als commissielid erfgoed/restauratiearchitect van de commissie
WCE op 1 oktober 2011 benoemd voor 3 jaar. Het betreft de eerste zittingsperiode van 3 jaar.
Hij is op 1 oktober 2014 aan het einde van zijn eerste zittingsperiode van 3 jaar en kan
worden herbenoemd voor een tweede zittingsperiode van maximaal 3 jaar.
-
De heer Ir. M. de Boer is als commissielid welstand/Stedebouwkundige van de commissie WCE
op 1 oktober 2011 benoemd voor 3 jaar. Het betreft de eerste zittingsperiode van 3 jaar. Hij is
op 1 oktober 2014 aan het einde van zijn eerste zittingsperiode van 3 jaar en kan worden
herbenoemd voor een tweede zittingsperiode van maximaal 3 jaar.
-
De heer Dr. H.M.J. Tromp is als commissielid erfgoed/deskundige buitenplaatsen en
landgoederen met als zwaartepunt de historische tuinaanleg van de commissie WCE op 3 mei
2010 voor het leven benoemd.
Communicatie
De betreffende commissieleden schriftelijk in kennis stellen van de herbenoeming.
Financiën
Het voorstel heeft geen financiële consequenties.
Met vriendelijke groet,
het college van burgemeester en wethouders,
secretaris
Blad 4
burgemeester