Erwinia in aardbeien

Download Report

Transcript Erwinia in aardbeien

Erwinia in aardbeien
Einde jaren 90 enbegin 2000 werden er sporadischbacteriële aantastingen
aan Ënoinia en Pseudomonas geuonden
oys
aardbeien in België. Het ging dan
meestal om doorteelten aan Ëlsanta maar splradisch
o
ok op aoorj aarsteelten
rsan Clery in tunnels. Typisch waren de ingesnoerde bloemtakken, misaormde
en bruin aerkleurende aruchten waaruit oliedrupp els en slijm kwamen. Toen
zuerden de infecties doorbacteriën als secundairbeschouwd (analyses pcfruit,
België). Ër lagen andere oorzaken ann de bnsis die de planten uerzwakten
en
n a di
en a atb aar m a akt en
o o or
infe ct ies (B elgis ch e F r uit r ea
u e,
j
uni
2 0 0 1).
ten heeft en wel voornamelijk van de
familie van Rosacea. \pische waardplanten zljn Írambozen, bramen, pruimen, kersen, kweepeer, appelbes en
sierplanten zoals Pyracantha, Spiraea,
Sorbus, Cotoneaster.
Duidelijk is nog n iet of er een groot
verschil is in rasgevoeligheid. Tot hiertoe kwamen de aantastingen vooral
voor blj Elsanta. Wel werd ervastgesteid
dat Sonata in dezelfde kassen minder
gevoelig blijkt te zijn. De aantastingen
komen vooral voor bij doorteelt Elsanta
in het voorjaar en minder in de herfst. Er
is ook a1 enkele malen een aantasting
Op zichnietnieuw want er zijn ookmeldingenaanËrwinia amyloaora (het
gesignaliseerd in de vroege stookteelt
gekende perenouur) op nardbeien in Bulgarije in de jaren 2000.
Elsanta onder assimilatiebelichting. In
het verleden zagen we ook aantastingen
bij Clery in de vroege stookteelt onder
Sinds 2008 kwamen er echter op een
zeer beperkt aantal glasbedrijven in
Nederland grote aantastingen voor die
de oorzaak vormden van vruchtmisvorming en slijmrot. Toen in juni en oktober 2013 deze aantastingen van bloemen
en vruchten opnieuw en massaal voorkwamen, werd volgens onderzoek van
UniversiteitWageningen (WUR) i.s.m. de
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
(NVWA) aangetoond dat het hier ging
om de bacterie Erwiniapyrifoliae. Nieuw
hierbij is dat deze bacterie tot hiertoe in
West-Europa nog niet geidentificeerd is
en er ook van uitgegaan wordt dat deze
bacterie een primaire ziekteverwekker
zouzljn. Er zijn namelqk ook meldingen
van Erwinia pyrifoliae in aardbeien eind
jaren negentig in Zuidoost Azië, een bacterie die daar vooral peren aantast.
Symptomen
De bacteriën tasten bloemen, vruchten, bloemtakken en bladstelen aan.
Ze vermenigvuldigen zich in het bladsap dat rijk is aan suikers. Uit de bloem
stengels worden er slijmdruppels naar
buiten gedrukt en na verloop van tijd
verkleuren de bloemstengels zwart.
Slijmvorming komt ook voor op de
bloemen: klelne druppeltjes doorzichtig
slijm kunnen waargenomen worden op
de stampertjes en de bloembodem. Later
kan men witte slijmachtige druppels uit
groene vruchten geperst zien worden.
De plakkerige substantie, vol met bac-
wat weer nadelig kan zijn voor de verdere zetting. Er ontstaan versteende
kromme vruchten die niet meer afrijpen. Vaak worden de rrolledige vruchten
en het kelkblad bruin en komen er gele
oliedruppels uit. Bij doorsnede is de buitenkant van de gezette vruchten zwart
glas en de voorjaarsteelt onder folietunne1s. Onder de doordragers werd ook bij
het ras Ava onder glas de aantasting door
bacteriènvastgesteld. Dit jaar Q014) zijn
er ook aantastingen bij sommige door
dragende ïassen in Belgisch-Limburg
onder tunnels vastgesteld. Het is dus
geen geisoleerd fenomeen.
verkleurd terwijl de binnenkant een
natte glans vertoond. §pisch zijn ook
misvormde vruchten met hierop grove
zaadjes. In de doorteelten van Elsanta,
waar het probleem zich vooral sltueer!
is er op de eerste tros geen aantasting
zlchtbaar maar we1 op de volgende tros-
lnvloed van factoren
Bij de secundaire infecties die in hetver-
Ieden werden vastgesteld, werden een
aantal mogelijke factoren genoemd die
zouden bijdragen aan het stuk drukken
van de
ce11en
in bloemen, bloemstelen en
sen. De eerste primaire en vaak vruch
ten van tweede orde rvorden aangetast.
De latere gezette vruchten zijn meestal
wel goed gezet en niet geïnfecteerd.
Soms krijgen ook in tunnels de aange[aste bladslelen een glazige insnoering
van 2 tot 3 cm waaruit na korte tijd kleine
zweetdruppels naar buiten geperst worden. Vervolgens wordt deze zone zwart
en verdroogt en gaat de bladsteel slap
hangen en omkiepen (vandaar de naam
vruchten en zo verantwoordelijk zouden
zijn voor de vruchtmisvormingen. De
infecties door Erwinia pyrifoliae worden
echter door de onderzoekers van WUR
kiepers). Bladsymptomen zijn tot hiertoe niet visueel waargenomen.
2000 bij een doorteelt van Elsanta onder
Aantasting in de praktijk
Vermoedelijk is Erwinia sp. symptoomloos op aardbeienplanten aanwezig en
komt deze pas bij bepaalde omstandigheden tot ontwikkeling. Van waar de
a1s
primaire directe ziekteverwekkers
beschouwd. Waar de infectiebron vandaan komt en hoe zij het aardbeigewas
infecteert wordt momenteel onderzocht.
lnvloed van voeding
In de Proeftuin Meerle (België) werd in
folietunnel een aantastingdoorErwinia
sp. vastgesteld bij K/Ca bemestings
proeven. Dit kwam toen vooral voor bij
aardbeienplanten die gedurende lange
tijd te weinig calcium toegediend kregen bij de doorteelt op substraat. Er werden veel glazige ingesnoerde bloemste-
initië1e bron - en zeker deze van Erwinia
1en
teriën, veroorzaakt kromme vruchten.
pyrifoliae - vandaan komt, heeft men
nog het raden naar. Men weet van
Erwinia amylovora, het zo gekende
1en
Andere bloemen raken via bestuiving en
teelthandeling mogelijk ook besmeurd
perenvuur dat peren en appels aantast,
dat het een brede waaier aan waardplan-
tige druppels druppelden. Ook waren
er vruchten waaruit druppels slijm kwa-
10 .
FRUTTTEELTNTEUwS
r_s
- 8.a.ucusrus
zor4
waargenomeni er ontwrkkelden zich
bruine waterige zones van 1 tot 4 cm lang
op de bloemtakken en op de bladste-
waaruit bruine slijmerige olieach-
1
J,
FoÍo's - Aantasting ztan Ërwinia: ruisoormde en
oersteende uruchten, slijmdrtLppels op unrcht
en bladsteel.
rvaardoor er een groeistilstand ontstond
er-r de verdamping ook werd afgeremd.
lnvloed van het knippen
van blad en ranken
A1s er rigoureus blad geknipt r.vordt bij
men en die volledig brujn werden. In
het onderzoek werd op deze vruchten
de bacteriën Erwinia en Pseudomonas
teruggevonden.
Hierbij werd geconcludeerd dat waarschijnlilk door het lage gehalte aan cal-
cium de celwanden van bladstelen,
bloenrt.lkken en r ruchterr rrict stevig
genoeg waren en ze bij periodes van veel
rvorteldruk bij hoge luchtvochtigheid en
weinig verdamping stuk geperst werden. Op het vrijgekomen celvocht, rijk
aan suikers, konden zich dan de bacte
riën ontraikkelen.
In de jaren 2007 2008
r,t erden bij een
aantal telers die teelden op kokos en een
voedingsschema met een hoog kalicij
fer toedienden ook in hoge mate mis
vormde en vruchten met oliedruppels
gevonden. Het is geweten dat kokos
veel calcir-rm bindt en anderzijds voedingsoplossingen met hoge kalicijfers
antagonistisch werken t.o.v. de opname
ontstaat er een sterke opr,r,aartse sapstroom door worteldruk.
De maanden februari-maart r,vorden
soms gekenmerkt door zeer lichtrijke
dagen. De gert,asreactie komt dan ineens
in een stroomversnelllng, zeker als cr dar.r
nogveel extra CO, gedoseerd r'vordt en
er grote verschillen zijr-r tussen dag- en
nachtten,peratuur. Als er in dic perioden
ook weinig geventilecrd rvordt vann ege
lage buitentemperaturen, dan loopt de
luchtvochtigheid snel op n at bijdraagt tot
extra worteldrr-rk. We zien ook de luchtvochtigheid snel oplopen's avonds als er
al vroeg in de namiddag ramen r,r,orden
gesloter-r. Op zonnige dagen verzadigt
de kas dan snel met vocht rvat een 6;rote
rvorteldruk tot gevolgheeft. \\Ie zien dan
bij teelten met een lagere vruchtbelasting
dat er door worteldruk zich meer korre
lige vruchten kunnen ontwikkelen. Er
kunnen dan ook jonge en zlvakkere ce1
1en kapot geperst lvorden.
van calcium. Irr de belichte voorjaarsteelt zien we vaak ook problemen met
tipburn dat gelinkt is aan onvoldoer-rde
calcium in de celwanden.
lnvloed van klimaat
Van Erwinia bacterièn is geweten dat zij
zich vooral ontwikkelen bij temperaturen tussen de 18 en 24'C en een hoge
1uc1-rtvochtigheid. Net bij omstandigheden van relatief hoge temperatuur en
luchtvochtigheid in de tunnels of de kas
lnvloed van foggen
Op enkele bcdrijven is vastgesteld dat
na het foggen met een insecticide tegen
bladluizen in de late namiddag de luchtvochtigheid sterk omhoog ging. De dagen
daarna ging het gewas r,vat doffcr staan
en bleven de bloemen meer dicht gekne
pen. Er werd toen ook verondersteld dat
door het vrijkomen van r-ritlaatgassen van
de benzinemotor of gasverbranding de
huidmoncljes enige tijd gesloten bleven,
doorteelten kort voor het schuivcn van
de bloerntakken, dan clruppelt er vaak
door worteldruk celsap u jt cle bladstelen. Ook wanneer later tijdens de bloei
ranken gesneden worden, kan er celsap druppelen op bloemen en vruch
ten. Hierop kunnen zich dan gemakkelijk bacteriën ontwikkelen.
Teeltmaatregelen
Naar alle vermoeden worden de bacteriën door insecten, u,ind en regen ver-
spreid. Teelthandelingen zoals bladplukken, bloemtakken doorhalen en
oogsten kunnen allemaal bijdragen tot
het verder verspreiden van de bacterièr'r.
Het is daarom aangewezen om blad en
ranken zo kort mogelijk af te snijden
zodat het vrijgekomen celsap zo wei
nig mogelijk op bloemen en vruchten
kan druppelen. Daarnaast is het goed
mogelijk dat bljen en hommels zorgen
voor het verder overbrengen van de bacteriën. Bij elke teelt nieuwe nesten plaat
sen is daarom aanbevolen.
Tijdens de teelt is l-ret zaak om zo te
telen dat er geen te hoge luchtvochtig-
heid en te hoge worteldruk ontstaat.
Voldoende luchten en opstoken in tunnels en onder glas en de voedingsoplossing voldoende voorzien van calclum,
vooral op kokos, is aangewezen. Het
foggen kort voor de bloei of in de bloei
wordt voor alle veiligheid afgeraden.
Intussen is er een onderzoek naar de
oorzaken van Erwinia pyrifoliae gestart
door WUR in Nederland.
P1-ri1ip
Lieten
Fragaritr Hollrtnd
FnurrrrsrrNrsuws r5 8 eucusurus
2014
. 11