De ontwikkeling van het ABN Amro Innovation Centre

Download Report

Transcript De ontwikkeling van het ABN Amro Innovation Centre

Thema HUISVESTING
De ontwikkeling
van het ABN Amro
Innovation Centre
Samensmelting van initiatie- en definitiefase
Flexplekken, staand vergaderen, verlichting in een prettige stand, touch
screen aan. Het is even wennen maar anno 2014 is het Innovation Centre
Casper
Biermans
van ABN Amro in gebruik. Met ondersteuning van adviesbureaus en de
input van jongeren van het Fontys College, is er een ruimte ontstaan waar
medewerkers en stakeholders hun creativiteit kwijt kunnen.
In november 2012 vond de eerste workshop met alle
stakeholders plaats om te brainstormen over een Innovation Centre. Een plek waar ruimte is voor creativiteit. ABN Amro wilde in een vroeg stadium van
de ontwikkeling van dit centrum de initiatie- en definitiefase met elkaar laten samen smelten.
Arjan van Os, verantwoordelijk voor het Innovation
Centre bij ABN AMRO, deed de kick off en schetste
zijn droom: een plek waar alle medewerkers, maar ook
andere stakeholders hun creatieve verbeterpunten kwijt
kunnen. Binnen negen maanden zou het geheel klaar
moeten zijn, van concept tot oplevering. Het is de
bedoeling om radicaal te gaan innoveren gaf hij aan.
Vervolgens gaf Rens de Jong een presentatie over briljant falen om de boel even op te schudden. Daarna zijn
alle stakeholders in kleinere groepen opgedeeld om te
spreken over innovatie. Hierbij kreeg iedere subgroep
de taak om uit te gaan van verschillende scenario’s om
het creatieve denkproces te bevorderen.
Het was de start van een traject waarin ook studenten
om hun mening werd gevraagd. En waarin er al werd
gesloopt terwijl de inkoop nog bezig was. Het projectteam (zie kader) blikt terug. Gerard Halfweeg, pro-
22
fmi 9 - 2014
jectmanager: ‘De inrichting was wat ons betreft een
van de kritische succesfactoren. Als je een omgeving
wilt creëren die werknemers inspireert en motiveert
om nieuwe ideeën te ontwikkelen en te delen, moet
je wel verder gaan dan een standaard kantoorinterieur.
En dan heb ik het niet alleen over de kleur van de
vloer of de vorm van de stoelen. Je moet ook serieus
nadenken over IT- en AV-voorzieningen.
‘Het is dus noodzakelijk om al in een vroegtijdig
stadium verschillende fases samen door te nemen.
ABN Amro legt de lat hoog als het om innovatie gaat:
alle senior managers van de bank stimuleren innovatie. Dit vraagt volgens Halfweeg ook om een innovatieve ruimte: ‘Innovatie is voor ABN Amro een
doorlopend proces geworden, dat geldt ook voor de
ontwikkeling van werkruimte. Dit met als doel om de
productiviteit van medewerkers te verhogen en de
aansluiting met de doelgroep te verbeteren. In je eentje kun je niet innoveren. Dan blijf je hangen in je eigen
waarden en normen, terwijl het juist de bedoeling is
om out of the box te denken. Daarom hebben we
meteen aan het begin hulp van buitenaf ingeschakeld.’
Een van de ingeschakelde adviesbureaus is Procore.
Crowd sourcing
Bij de voorbespreking is besloten om niet direct naar
de tekentafel te gaan. Kurt van Dijk, directeur Procore:
‘Het eindresultaat van een project kan haast niet innovatief zijn wanneer de weg ernaartoe niet innovatief
is. We hebben daarom in een vroeg stadium voorgesteld
om de initiatie- en definitiefase samen te smelten.’
Dick Lussing, manager regional facility services bij
ABN Amro: ‘Op voorhand hebben we aangegeven dat
we innoveren op een manier die aansluit bij de doelgroep, daar doen we het voor.’ Van Dijk: ‘Daaruit
volgend zijn we op het idee gekomen om op een innovatieve manier tot een ontwerp te komen. We
>Projectteam
Het projectteam dat heeft gewerkt aan de ontwikkeling van het
nieuwe Innovation Centre: Gerard Halfweeg (projectmanager),
Dick Lussing (manager regional facility services) en Merijn van
den Bergh (regio facility manager) van ABN AMRO, Kurt van Dijk
(directeur), Marcel van der Hoek (senior consultant), Mark van
den Helder (projectmanager) van Procore.
noemen dit crowd sourcing, waarbij we samen met
alle stakeholders bepalen wat innovatie is voor een
bankbedrijf. Alle stakeholders hebben uiteindelijk
namelijk baat bij innovaties van het bedrijf.’
Op basis van deze uitgangspunten zijn workshops
georganiseerd met allerlei soorten stakeholders,
waaronder medewerkers, leveranciers en trainees.
Van Dijk: ‘Hierin wilden we nog wat verder gaan.
Innovatie is iets van iedereen en het is overal, 24/7.
We hebben daarom ook een workshop opgezet met
een groep van vijftien tweedejaars studenten van de
Fontys International Lifestyle Studies.’
Merijn van den Bergh, regio facility manager bij ABN
Amro: ‘Het is enorm belangrijk om juist ook de direct
betrokkenen deel te laten zijn van het proces. Uiteindelijk zijn zij immers de eindgebruikers van het pand.’
Halfweeg: ‘Iedereen, tot aan de Raad van Bestuur toe,
was enthousiast en wilde bij de verbouwing betrokken
worden. Het is natuurlijk geweldig om uit zoveel
hoeken ideeën te krijgen. De uiteindelijke verbouwing
zelf werd hiermee innovatief; een soort ongoing proces.’
Tegelijkertijd maakte dit het werk er niet makkelijker
op, geeft hij toe; want hoewel de betrokkenen blij
fmi 9 - 2014
23
Thema HUISVESTING
waren met alle vernieuwende ideeën, hadden ze ook
te maken met de strakke deadline van negen maanden.
Pragmatisch plannen
Behalve adviesbureaus werd ook aan studenten om hun
mening gevraagd. Halfweeg: ‘Ik heb de samenwerking
met de jongeren van het Fontys College als zeer verfrissend ervaren, en dan druk ik me nog zacht uit. Het was
echt bijzonder om te zien hoe zij de boventoon voerden
tijdens de gesprekken. Al snel werd duidelijk dat de
studenten een totaal andere kijk op de zaak hadden. Ze
vonden de eerste ontwerpen erg steriel, misten kleur.
Zij zijn er de reden van dat er nu bijvoorbeeld een strook
namaak-gras op de vloer ligt.’ Dit was een van de suggesties waar de studenten mee kwamen als onderdeel
van een volledig adviesrapport, waarin suggesties zijn
uitgewerkt over kleurgebruik, parallellen met de natuur
en sfeer. Veel van de voorstellen van de studenten zijn
uiteindelijk overgenomen door de architect.
Van den Bergh: ‘Terugkijkend had de voorbereiding wellicht iets meer tijd nodig gehad. Uiteraard is het de meest
gebruikelijke volgorde als het ontwerp volgt op een uitgewerkt beeld van het beoogde gebruik, vertaald in een
programma van eisen. In dit project, met de gegeven
deadline, kon het echter niet anders dan dat deze processen
parallel aan elkaar liepen, wat af en toe wat spanning gaf.
juridisch
‘Maar die dynamische wisselwerking in het ontwerpproces heeft wel zijn vruchten afgeworpen. Het is een
prachtige omgeving geworden, waar dagelijks enorm
veel mensen bijeenkomen en waar we met recht trots
op kunnen zijn. En ook met die deadlines is het uiteindelijk helemaal goed gekomen. Terwijl de inkoop van
de nieuwe inrichting nog onderweg was, waren we al
bezig met de sloop. Door op een dergelijke manier slim
en pragmatisch te plannen, zijn we erin geslaagd binnen
zeer korte termijn de deuren te openen. Het idee voor
het Innovation Centre ontstond in augustus, een jaar
later zijn de deuren al open gegaan.’
Van Dijk: ‘Vanuit Procore hebben we veel bewondering geuit over de ruimte die onder andere de raad
van bestuur van ABN Amro heeft gegeven om samen
met allerlei stakeholders van het bedrijf te bepalen
wat innovatie is. Het resultaat is een open ruimte die
gaat over de doelgroep en innovaties om deze doelgroep ultiem te bedienen. Het creatieve proces om tot
de gerealiseerde oplossingen te komen heeft dan ook
goed uitgepakt.’
Geen kantonrechtersformule meer bij het eindigen van
de arbeidsovereenkomst
Een belangrijk onderdeel van het nieuwe ontslagrecht is dat het huidige
ontslagvergoedingensysteem geheel op de schop gaat en ruimte zal
maken voor de ‘wettelijke transitievergoeding’ en de ‘billijke vergoeding’.
Een werknemer heeft vanaf 1 juli 2015 recht op een
transitievergoeding bij ontslag. Deze vergoeding is
in beginsel verschuldigd als de arbeidsovereenkomst
na 24 maanden door de werkgever wordt opgezegd,
wordt ontbonden of niet wordt verlengd. Verwijtbaarheid van de werknemer speelt geen rol. Wanneer het
eindigen van de arbeidsovereenkomst te wijten is
aan de werknemer, moet de werkgever ook de transitievergoeding betalen. De financiële situatie van
de werkgever maakt ook geen verschil voor de verplichting tot het betalen van een transitievergoeding.
Slechts faillissement of surseance van betaling maakt
dit anders.
fmi
>Casper Biermans is communicatiespecialist bij Van Diemen
Communicatiemakelaars
advertentie
De hoogte van de transitievergoeding
De hoogte van de transactievergoeding zal aanzienlijk lager uitvallen dan de huidige kantonrechtersformule. Daarentegen zal een ontslagverzoek minder
snel kunnen worden toegewezen. De hoogte
van de transitievergoeding wordt als volgt
berekend:
• Over de eerste tien dienstjaren is de
vergoeding gelijk aan 1/6 van het bruto
maandsalaris voor elke periode van zes
maanden dat de arbeidsovereenkomst heeft geduurd.
• Vanaf het tiende dienstjaar krijgt
de werknemer 1/4 van het
bruto maandsalaris over elke
daaropvolgende periode
van zes maanden.
De transitievergoeding
wordt gemaximeerd tot
75.000 euro bruto. Verdient de werknemer
meer dan 75.000 euro
bruto per jaar, dan is
de transitievergoeding maximaal één
jaarsalaris.
We vinden altijd de
optimale klimaatoplossing
Overal waar mensen werken, recreëren of verblijven willen we het klimaat naar onze
hand zetten. Dit bepaalt immers sterk ons gevoel van welbevinden. En dat kan.
Met airconditioning zijn we in staat om ons eigen binnenklimaat te creëren.
Lekker warm voor de één. Heerlijk koel voor de ander. Carrier is ‘s werelds grootste
klimaatexpert. Als uitvinders van de airconditioning zijn we altijd een stap verder in
technologie, om u in iedere situatie de optimale oplossing te bieden. Dus, voor élke
klimaatoplossing: turn to the experts. Carrier Airconditioning. Do you turn?
In mindering te brengen
Op de transitievergoeding kunnen de transitiekosten
en de inzetbaarheidskosten in mindering worden
gebracht.
Transitiekosten zijn kosten die gemaakt worden
wegens het einde van de arbeidsovereenkomst.
Zoals kosten voor scholing, outplacement en kosten
waarbij de werknemer is vrijgesteld van werkzaamheden. Transitiekosten zien op de periode vlak voor
of vlak na het einde van de arbeidsovereenkomst.
Inzetbaarheidskosten zijn kosten die tijdens het
dienstverband door de werkgever zijn gemaakt voor
de bredere inzetbaarheid van de werknemer op de
arbeidsmarkt. Het gaat om kosten die geen directe
relatie hebben met de huidige of toekomstige functie van de werknemer bij de werkgever.
Let wel, indien de werknemer een – in eerste instantie – niet-werkgerelateerde cursus heeft gevolgd en
deze achteraf toch wel werkgerelateerd blijkt te zijn,
komen deze kosten niet voor aftrek in aanmerking.
Inzetbaarheidskosten worden gemaakt tijdens het
dienstverband. In beginsel komen de inzetbaarheidskosten die gemaakt zijn tot vijf jaar voor het eindigen
van het dienstverband niet meer voor aftrek in aanmerking. Een goede registratie van de gemaakte
inzetbaarheidskosten is dus van belang.
Billijke vergoeding
De kantonrechter kan naast de transitievergoeding
een billijke vergoeding toekennen indien er sprake
is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van
de werkgever, of als het dienstverband van de werknemer korter is dan 24 maanden. De kantonrechter
zal de hoogte van deze vergoeding moeten bepalen.
Verwacht wordt dat, ondanks het feit dat de regering
juist af wil van een vaste rekenmethode, wederom
een formule door de rechtspraak zal worden ontwikkeld voor het bepalen van de hoogte van de billijke
vergoeding.
>Dit artikel is verzorgd door mr. Nikki Leeuwrik, advocaat bij Certa
Legal Advocaten
>Certa Legal, een full service juridische dienstverlener, behandelt in
deze rubriek diverse juridische aspecten die van belang kunnen zijn
voor het facilitaire werkveld.
T (071) 341 71 11, www.carrier.nl/klimaatoplossingen
turn to the experts
125car Adv190x135 Optimale.indd 1
23-04-13 09:07
fmi 9 - 2014
25