zie bijlage Woordenboek

Download Report

Transcript zie bijlage Woordenboek

Woordenboek Beheer en onderhoud op nieuwe koers

As-built informatie
Informatie die de eigenschappen van een object beschrijft bij oplevering
van een realisatie- of reconstructieproces. De as-built informatie vormt
de basis voor de opvolgende processen. Het beschrijft de startsituatie
voor het beheer en onderhoudsproces. Het is geen statische maar dynamische informatie. Elke wijziging of reconstructie leidt tot een aanpassing van de as-built informatie.

Asset Management: een besturingsproces. Zorgt voor een optimale
beschikbaarheid van een systeem tijdens de levenscyclus (leveren van
gewenste prestaties over een langere periode met een optimale inzet
van middelen). Inzicht in functies, prestaties en onderhoudstoestand van
het systeem is nodig om een goede Asset Management-strategie te
kunnen opstellen. Inzicht in het faalgedrag en het benodigde onderhoud
dragen daarnaast bij aan optimalisatie van de levenscycluskosten van
het systeem. [4]

Beeldbestek: In het beeldbestek bepaalt de opdrachtnemer de frequentie en het moment van het onderhoud. Dit in tegenstelling tot het traditionele bestek. [8].

Degradatiemechanisme: het verouderingsproces van een bepaald materiaal. Er is in toenemende mate aandacht voor de modellering van
degradatiemechanismen en de onderhoudsoptimalisatie [10].

FMEAO: Dit betreft operationele risicoanalyses. FMECA staat voor
"Failure Mode Effect & Criticality Analysis". Het is een stappenplan voor
de risicoanalyse en -beoordeling van bedrijfsmiddelen. Een FMECA
wordt vaak toegepast als onderdeel van RCM (Reliability Centred Maintenance) maar kan ook binnen andere onderhoudsmethodieken worden
gebruikt. [2].

GAO: gebruik afhankelijk onderhoud [1]

Ketenintegratie: Ketenintegratie is het tussen de afzonderlijke schakels
van een keten afstemmen van activiteiten ten behoeve van de planning,
besturing en uitvoering van logistieke processen met als doel het verbeteren van de logistieke prestatie van de gehele keten.[11]

Kwaliteitscatalogus Openbare Ruimte: De Kwaliteitscatalogus Openbare Ruimte geeft landelijke standaardnormen voor het beheer van de
openbare ruimte. De normen bestaan uit meetbare criteria met duidelijke omschrijvingen en illustratieve beelden. Met deze catalogus kunnen
provincies en gemeenten het gewenste kwaliteitsniveau van de openbare ruimte vastleggen. De online kwaliteitscatalogus is gebaseerd op de
publicatie 288 – Kwaliteitscatalogus openbare ruimte 2010, die de gelijknamige publicatie uit 2007 vervangt (publicatie 245). [9]

Life Cycle Costing: geeft inzicht in de kosten die gemoeid zijn met het
uitvoeren van de functies van het systeem in de levenscyclus.[4]
© Gobar adviseurs
Woordenboek Beheer en Onderhoud op nieuwe koers

Onderhoudsoptimalisatie: De focus ligt vooral op de opbouw en
analyse van historische gegevens. Met hulp van een probabilistisch
onderhoudsmodel kan een optimale kostenafweging worden gemaakt
tussen preventief en correctief onderhoud met de toepassingen civieltechnische kunstwerken, rivierbodems en oevers. Er wordt rekening
gehouden met de onzekerheid in de veroudering en het faaltijdstip,
alsmede met rente en inflatie. Reeds in de ontwerpfase kan een optimale balans bepaald worden tussen initiële investeringskosten enerzijds en toekomstige onderhoudskosten anderzijds. [3]

PAS 55-2008: De PAS 55 is een internationale standaard voor assetmanagement. De PAS 55 stelt bedrijven in staat zich te laten certificeren als assetmanagementorganisatie. De PAS 55 toetst op het
aanwezig zijn van een assetmanagementsysteem. Een assetmanagementsysteem is het geheel aan activiteiten, procedures en ondersteunende middelen die nodig zijn om assetmanagement toe te kunnen passen. Belangrijk hierbij is dat het gaat om de gehele assetportfolio, van component tot systeem en om de hele levenscyclus van assets, van ontwerp tot sloop. [2]

PBO: Probabilistisch Beheer en Onderhoud.
Benadering waarbij kansberekening wordt gebruikt om te bepalen of
gepland onderhoud bijdraagt aan de gewenste prestaties.

Prestatiecontracten: zie Prestatiegericht onderhoud

Prestatiegericht onderhoud: Onderhoud wordt uitbesteed aan derden
die de verantwoordelijkheid op zich nemen om de te onderhouden
bouwdelen aan de gestelde eisen te laten voldoen. Een voorbeeld is het
uitbesteden van de controle van installaties of het 5-jaarlijks schilderen
van kozijnen bij woningbouwverenigingen. Dit "prestatiegericht onderhoudswerk" wordt contractueel vastgelegd. In een contract staat beschreven welk onderhoudswerk gedaan moet worden of aan welke
prestaties de in het contract vastgelegde bouwdelen moeten voldoen
gedurende de contractperiode. In het tweede geval spreekt men van
een prestatiecontract. Prestaties in een prestatiecontract moeten meetbaar zijn volgens een beschreven meetmethodiek.[7]

Prestatiesturing: prestatiesturing omvat het monitoren en toetsen van
prestaties, met als doel om inzicht te verkrijgen in welke mate de vastgestelde doelen worden bereikt.

Publiek-Private Samenwerking (PPS): is een samenwerkingsvorm
tussen een overheid en één of meer private ondernemingen. In tegenstelling tot de openbare aanbesteding, waarbij de aanbestedende overheid de uitvoering gedetailleerd vastlegt in een bestek en/of Programma
van Eisen (PvE), bemoeit de overheid zich bij PPS-constructies niet met
de inhoud en stuurt volledig op het gewenste einddoel (de 'output'). Op
deze wijze hebben de marktpartijen alle vrijheid om naar eigen inzicht
de uitvoering (de 'input') vorm te geven. Op die manier wil de Rijksoverheid gebruikmaken van de denk- en innovatiekracht van de markt. De
marktpartij wordt voor een lange periode gecontracteerd om niet alleen
© Gobar adviseurs
Woordenboek Beheer en Onderhoud op nieuwe koers
te ontwerpen, te bouwen en/of te beheren, maar vaak ook om het project te financieren.
N.B. De meest gangbare vorm van PPS in Nederland is het zogenoemde DBFM-contract (Design, Build, Finance & Maintain). Hiermee worden
genoemde verantwoordelijkheden overgedragen aan marktpartijen met
als bedoeling dat meerwaarde wordt gerealiseerd: projecten zijn van dezelfde kwaliteit tegen een lagere prijs of zijn van betere kwaliteit tegen
een gelijke prijs. Bovendien kunnen projecten sneller worden opgeleverd (voorbeeld: N31 Waldwei).[6]

RAMS[HEC]: Reliability Availability Maintenability Safety [Health Environment Cost] is een specifieke aanpak deel uitmakend van een kwaliteitsmanagementsysteem cq. verbetercyclus met als doel de mate van
betrouwbaarheid, beschikbaarheid, onderhoudbaarheid en veiligheid in
samenhang te kwantificeren en het proces daar naar toe naspeurbaar
vast te leggen.
RAMS is inmiddels een zelfstandig begrip. Voor diverse vakgebieden
maakt de aanpak deel uit van vakgerelateerde normen (bijvoorbeeld de
Europese norm EN50126 Railway applications). In de onder Systems
Engineering beschreven werkwijze voor het ontwikkelen van systemen
is RAMS een vast onderdeel.
Steeds vaker worden naast de aspecten betrouwbaarheid, beschikbaarheid, onderhoudbaarheid en veiligheid ook gezondheid en omgeving betrokken. Het acroniem is dan RAMSHE. Als daarnaast ook de
kosten meegenomen worden praat men over RAMSHEC, ook wel aangeduid met RAMS(HEC).[4]

RCM (Risicogestuurd onderhoud en beheer): (Reliability Centred
Maintenance, RCM). RCM is een onderhoudsmethode waarbij de mate
van het onderhoud via een operationele risicoanalyse wordt afgestemd
op de vereiste beschikbaarheid van een bedrijfsmiddel. De vereiste beschikbaarheid van een bedrijfsmiddel is direct gekoppeld aan bedrijfsdoelstellingen zoals de leveringscontinuïteit, veiligheid, milieu en kosten.
RCM is een wereldwijd toegepaste onderhoudsmethode die ook in de
watersector wordt toegepast. [2] Ofwel de koppeling tussen het te onderhouden onderdeel en de rol die dit speelt bij het behalen van de
doelstellingen: kritische (preventief onderhoud) en niet kritische onderdelen (correctief onderhoud). [1]

TAO: toestand afhankelijk onderhoud [1].

Waardebepalingsmethoden: Waardebepaling van infrastructuur speelt
een rol bij fusies, uitbestedingscontracten en tariefsontwikkeling. Er zijn
verschillende waardebepalingsmethoden voorhanden die al naar gelang
de situatie worden toegepast. Een aantal van deze methoden is [2]:
o historische afschrijving met of zonder inflatiecorrectie
o nieuwbouwwaarde met of zonder afschrijving
o Modern Equivalent Asset Valuation (MEA)
o Optimised Depreciated Replacement Cost (ODRC)
o marktwaarde
o netto contante waarde van toekomstige kosten/baten
© Gobar adviseurs
Woordenboek Beheer en Onderhoud op nieuwe koers
Bronnen:
[1] Presentatie ‘Risicogestuurd onderhoud bij de afvalwaterketen’’, Workshop OM bij Waterschappen; Waterschap Groot Salland
[2] http://www.colibri-advies.nl/RCM.html
[3] Onderhoudsoptimalisatie; Het modelleren en optimaliseren van onderhoud aan civieltechnische kunstwerken ten behoeve van het opstellen van
een instandhoudingsplan. Prof. Dr. Ir. J.M. van Noortwijk. HKV Lijn in Water,
Lelystad en TU-Delft
[4] Leidraad RAMS, Uitgegeven door Rijkswaterstaat.
[5] http://www.rijkswaterstaat.nl/kenniscentrum/
[6] Wikipedia
[7] http://www.planmatigonderhoud.nl/prestatiecontract.htm
[8] http://www.crow.nl/nl/Cursussen/cursusdetail.aspx?code=4130
[9] http://www.crow.nl/kwaliteitscatalogus/
[10] http://pao-tudelft.nl/internetForms/toonCursus.php?i_evt_id=657
[11] http://www.mijnwoordenboek.nl/vertaal/NL/EN/ketenintegratie
© Gobar adviseurs