Het traditioneel gebruik van de geneeskrachtige planten die vandaag door de etnobotanici geïdentificeerd worden en door de etnofarmacologen bestudeerd worden, gaat terug naar het verre verleden en naar de bodem van.
Download ReportTranscript Het traditioneel gebruik van de geneeskrachtige planten die vandaag door de etnobotanici geïdentificeerd worden en door de etnofarmacologen bestudeerd worden, gaat terug naar het verre verleden en naar de bodem van.
Het traditioneel gebruik van de geneeskrachtige planten die vandaag door de etnobotanici geïdentificeerd worden en door de etnofarmacologen bestudeerd worden, gaat terug naar het verre verleden en naar de bodem van alle continenten. De geneeskunde, de farmaceutica en de biologie, die gedurende duizenden jaren één waren, zijn zo oud als de mensheid zelf. Deze wetenschappen resulteren uit de waarneming en de grondige kennis van het milieu en van de geneeskrachtige planten die een determinerende rol in hun ontwikkeling gespeeld hebben. Tientallen duizenden jaren beefde de mens van koorts, was hij beangstigd door knagende ziekten en er was voor hem geen andere keuze dan in zijn milieu naar originele remedies te zoeken. Hij was niet de eerste die zulke keuze moest maken tussen de soorten die nuttig waren en die welke gevaarlijk waren en die welke zijn leven konden verbeteren. In het begin heeft de mens waarschijnlijk het gedrag van bepaalde diersoorten overgenomen, gedrag dat wij vandaag beter en beter kennen. Sommigen hebben dat vertrekpunt geïnterpreteerd als de start van de occulte wetenschappen, het irrationele, gesteund op pogingen met onzeker succes, immorele testen van de Mens op de Mens, en daarenboven gesanctioneerd door talrijke fouten, veel leed en valse hoop. Maar hierbij vergeet men wel dat de « genezer» vroeger veel kennis moest cumuleren. De genezer was tegelijkertijd een natuurkundige bij het kiezen van de nuttige plantensoorten, een apotheker in de wijze van voorbereiden en toedienen, en arts met een onzekere diagnose door ontbreken van elke anatomische en fysiologische aangepaste kennis, zonder meetapparatuur. Hij moest daarenboven over een ernstige kennis van de psychologie van zijn patiënten beschikken. De «genezer» verbond meestal bijgeloofrites aan zijn behandelingen, wat de geneeskunde onderworpen heeft aan empirisme en ideologieën waarvan ze zich later moeilijk heeft kunnen bevrijden. Maar hoeveel geneesmiddelen tegen voorbijgaande ongesteldheden tot en met de ergste ziekten zijn geboren uit dat eerste gestamel van de primitieve Mens ? Maar de onverschilligheid en de lichtzinnigheid vieren hoogtij en er is geen tijd te verliezen. De oude kennis en de tradities van die volkeren lopen gevaar voor altijd te verdwijnen. Daarenboven brengen de diepe wijzigingen aan hun biotopen die al hun rijkdom nog niet hebben vrijgegeven het overleven van plantensoorten, die voor hen onmisbaar waren, in gevaar. Een van de belangrijke markante feiten van de laatste jaren is de nieuwe belangstelling van grote farmaceutische firma’s voor de planten, die in de traditionele geneeskunde gebruikt werden en vergeten werden te voordele van de geneesmiddelen geproduceerd door de scheikundige synthese. Ze hebben hun onbegrip of hun misprijzen laten vallen en vervangen door een razende jacht op het “groene goud” en brevetten en doorkruisen de wereld op zoek naar de laatste geheimen van de genezers. De plaatselijke gemeen-schappen worden met “bio-piraterij” geconfronteerd en trekken geen voordeel van hun bijdrage. Meeste geïndustrialiseerde landen bevolken vergeten niet het gebruik van genees-krachtige planten, ongeacht het feit dat zij een techno-logisch meer gevorderde geneeskunde kennen. Het betreft hier geen simplistisch terugkeren naar de bron of systematische zoeken naar het natuurlijke, vermits producten van natuurlijke oorsprong nog altijd in de lange lijst van de hedendaagse geneesmiddelen voorkomen. Daarenboven vergemakkelijken en oriënteren de studies door de etnobotanisten en de etnofarmacologen van de oude kennis, die resulteerde uit een empirische benadering met vallen en opstaan, nog altijd het werk van de vorsers. De poging om het ontstaan van het gebruik van geneesmiddelen en van hun ontdekking te doen herleven steunt dus op een analyse van de geschiedenis waarin zich thema’s vermengen die essentieel zijn en verbonden met de essentiële belangen van de menselijke gemeenschappen, zoals de integratie van de betrekkingen tussen Mens en Natuur. Ze werden tussen vele anderen gekozen en aan elkaar verbonden met het doel de geschiedenis te doen herleven van wat het onuitputtelijke reservoir van de geneesmiddelen was en nog lang zal blijven: de geneeskrachtige planten. Op die wijze maakt het empirische gebruik van de geneeskrachtige planten deel uit van de geschiedenis en is het verweven met de geschiedenis van de Mensheid. Het Museum wil het geheugen, de rehabilitatie en een herwaardering zijn van de waarnemingen en de keuze van farmaceutische stappen van de Mensheid sedert het begin van haar bestaan in een vijandig milieu. Anderzijds belicht het Museum talrijke ontmoetingspunten en de duidelijke blijken van verstandhouding tussen de Medische wetenschappen en de Kunst die elkaar doorheen de Geschiedenis wederzijds verrijkt hebben. Het openbreken van deze disciplines maakt het mogelijk doorheen hun evolutie de geschiedenis van de “groene apotheek” te beschrijven als orgelpunt voor de artistieke en historische aspecten die ze begeleiden of illustreren. Daarom worden de achttien gekozen thema’s die hierna uiteengezet werden opzettelijk gereduceerd tot die plantensoorten en dekken geen andere bronnen van geneesmiddelen van natuurlijke oorsprong, als mineralen, diersoorten, microorganismen of nog organismes uit de zee, waarvan het belang onbetwistbaar is: Vitrine 1. Het therapeutische potentieel van de planten (de evolutie als motor voor het verschijnen van geneeskrachtige stoffen in planten ; het gebruik van geneeskrachtige planten door de diersoorten); Vitrines 2 tot 4. Beknopte geschiedenis van de groene apotheek (de eerste sporen, de ontwikkeling en de jaren van verstand); Vitrines 5 tot 8. De Botanica eerst (het belang van de botanica bij de identificatie van de geneeskrachtige planten) ; Vitrines 9 en 10. De geneeskrachtige planten in de tekst ballonnen (onderwerpen bestemd voor de jonge bezoekers) ; Vitrines 11 tot 18. Over de planten in de kloostertuinen (bijdrage van de traditie van de kloosters bij het overleven van de traditionele Westerse en Arabische geneeskunde); Vitrines 19 tot 26. Planten tranen (essentiële oliën, harsen, latex, plantenslijm en gommen in de geneeskunde) ; Vitrines 27 en 28. Van de berkenschors tot de aspirine (de salicylaat derivaten van de berk aan de basis van de buitengewone carrière van de aspirine) ; Vitrines 29 en 30. “De harten vrouwen” (de actieve elementen getrokken uit vingerhoedskruid als nog steeds onvervangbare geneesmiddelen van de cardiologie) ; Vitrines 31 tot 36. De voorschriften van meneer Purgon (een inleiding tot het goed gebruiken van laxatieven van plantaardige oorsprong) ; Vitrines 37 en 38. De Japanse notenboom (de Ginkgo biloba, een voorbeeld van een recent ingevoerde plant in de therapie) ; Vitrines 39 en 40. De druïdenboom (een illustratie van de ontdekking in de taxus en in andere planten van antikanker stoffen) ; Vitrines 41 tot 46. Filatelie en gezondheid (een blik van de filatelie op de meest in de hedendaagse fytotherapie gebruikte planten) ; Vitrines 47 en 48. De ontdekking van de alkaloïden (een eenvoudige inleiding tot de kennis van de actieve stoffen in de planten) ; Vitrines 49 en 50. Vergiftigde pijlen (de oude jachtmethodes aan de bron van de ontdekking van curarisante stoffen die vandaag in anesthesie worden gebruikt); Vitrines 51 en 52. Van een moordende oogst tot een oogst aan geneesmiddelen (moederkoorn, oorzaak van veel vergiftigingen in de Middeleeuwen, heeft toegelaten een molecule te isoleren met zeer uiteenlopende geneeskrachtige eigenschappen) ; Vitrines 53 en 54. In het land van de “colches », leed Jason niet aan jicht (de colchicine getrokken uit de (herfst)tijloos, een nuttige remedie voor patiënten met gewrichtsziekten); Vitrines 55 tot 57. De geneesmiddelen in de heksenketel (de planten gebruikt in hekserij, bronnen van verschillende geneesmiddelen en modellen voor geneesmiddelen die vandaag nog worden voorgeschreven) ; Vitrines 58 tot 60. Jezuïetenpoeder (de kina als eerste middel tegen malaria). Wij wensen u een interessant bezoek in het Museum. Met een geïllustreerde samenvatting van de in het Museum voorgestelde teksten (37 pagina’s, in het Nederlands) kan men het bezoek echter zonder probleem volgen. Dit document is verkrijgbaar (prijs: 4 euro) in hetzelfde gebouw, ofwel in het secretariaat van de Faculté de Pharmacie, gelegen op de derde verdieping, ofwel in de Bibliotheek A. Herlant, gelegen op de vierde verdieping). De geïllustreerde gids van het Museum (alleen in Frans) : « Plantes d’autrefois, médicaments d’aujourd’hui », 2de , volledig herziene editie 2010, in kleur, 349 pagina’s (prijs: 15 € + verzendingskosten in geval van bestelling ; korting van 20 % voor studenten) is beschikbaar in dezelfde afdelings.