Basis cursus Voedselveiligheid

Download Report

Transcript Basis cursus Voedselveiligheid

Slide 1

Hygiënebewustzijn
voor medewerkers in de
voedselketen


Slide 2

Waarom al deze maatregelen?







Miljoenen mensen worden per jaar ziek van besmet
voedsel
Duizenden sterven elk jaar door een voedselvergiftiging
of -infectie
Voedselvergiftigingen en –infecties zijn een belangrijke
bron van:
menselijk leed
• sterfgevallen
• economische schade


De meeste voedselvergiftigingen en –infecties zijn te voorkomen


Slide 3

Waarom voedselveiligheid



Ter bescherming van:
klanten en collega’s
• jezelf, je vrienden, je familie
• de goede bedrijfsreputatie




Voedselveiligheid en kwaliteit zijn van essentieel
belang voor basis van het bedrijf



Het is een wettelijke verplichting


Slide 4

Voedselvergiftigingen en –infecties


Wat is het?




ziek worden (diarree, maagpijn, overgeven) na het eten van besmet voedsel

Sommige mensen lopen meer risico bij voedselvergiftigingen en –
infecties:
kinderen
• bejaarden
• zwangere vrouwen
• zieken




Voedselvergiftigingen en –infecties zijn te voorkomen:




juiste behandeling van voedsel en goede hygiëne kunnen infecties en
vergiftigingen voorkomen

De meeste voedselvergiftigingen en –infecties worden veroorzaakt
door ziekteverwekkende bacteriën die in het voedsel zijn gekomen


Voorkom de aanwezigheid van bacteriën zo veel mogelijk en dood de
in voedsel aanwezige bacteriën door middel van de juiste verhitting


Slide 5

Kritische zaken



Kruisbesmetting



Persoonlijke hygiëne



Tijd & temperatuur



Reiniging & desinfectie


Slide 6

(Kruis) besmetting



Besmetting:




Kruisbesmetting:




als gevaarlijke stoffen in voedsel komen en ziekte of
verwonding veroorzaken

als een besmetting wordt overgebracht van het ene
voedingsmiddel of gereedschap naar een ander, door
vuile handen, gereedschappen, handschoenen of voedsel

Besmettingsgevaren:
microbiologisch
• chemisch (b.v. reinigingsmiddelen)
• fysisch (vreemde voorwerpen)



Slide 7

Micro-organismen


Micro-organismen (bacteriën, gisten, schimmels,
virussen) kunnen overal voorkomen:


sommigen zijn nuttig (productie van wijn, bier, yoghurt,
kaas …)



sommigen zijn noodzakelijk (spijsvertering)



enkelen kunnen ziekten veroorzaken
(Salmonella, Listeria, E.coli …)



Micro-organismen zijn met het blote oog niet
waarneembaar.



Hebben hulp nodig om zich te kunnen verplaatsen

Zorg er voor dat micro-organismen niet in het voedsel terecht komen!


Slide 8

Persoonlijke hygiëne

Let er op dat je schoon bent:


Was of douche dagelijks



Draag schone (werk)kleding en schorten:


draag geen sieraden en horloges



draag geen persoonlijke items



draag een hoofddeksel



Houd vingernagels schoon, kort en zonder nagellak



Was handen en onderarmen regelmatig


Slide 9

Was de handen!

Was handen en onderarmen regelmatig:


voor aanvang van de werkzaamheden



na gebruik van het toilet



na een pauze



na behandeling van rauw voedsel



na behandeling van afval



na reinigingswerkzaamheden



en natuurlijk als ze vuil zijn


Slide 10

Was de handen

Hoe was je de handen?
1.

Maak de handen nat, neem zeep en verspreid
dit over de huid

2.

Was de handen, onderarmen en tussen de
vingers

3.

Spoel goed na onder warm stromend water

4.

Droog met papieren handdoeken

5.

Sluit de kraan met een papieren handdoek


Slide 11

Persoonlijke hygiëne
Zorg voor een goede gezondheid en laat goede
hygiënegewoonten zien:


Bereid geen voedsel als je ziek bent



Meld verwondingen of ziekte



Dek wondjes af met waterafstotende, felgekleurde
pleisters



Hoesten en niezen verspreidt besmettingen:
wend je af!



Voorkom onnodig aanraken van voedsel



Gebruik schone lepels voor proeven en éénmalig!



Eet, drink of rook niet in ruimten waar met voeding
wordt gewerkt


Slide 12

Temperatuurbeheersing

Gevarenzone: 5 tot 65oC


Bacteriën vermenigvuldigen snel in de
gevarenzone




Koeling doodt micro-organismen niet




één bacterie kan in enkele uren uitgroeien tot miljoenen

het remt slechts de groei

Verhitting doodt micro-organismen


zorg er voor dat het voedsel is verhit en
bewaard wordt op de juiste temperaturen

Dus: houd het voedsel buiten de gevarenzone!


Slide 13

Temperatuur controle

Verhit voedsel tot de juiste temperatuur!
Bewaar warm voedsel warm (>65°C)!
Bewaar koud voedsel koud (<4°C)!
Bewaar diepvriesproducten bevroren!

Of… BEWAAR HET NIET!


Slide 14

Voedsel hygiëne

Voorkom besmetting


Bewaar voedsel altijd afgedekt



Sla op de juiste manier op:


bewaar rauw en verhit voedsel gescheiden



bewaar het niet bij kamertemperatuur



houd de tijd tussen bereiding en consumptie kort



label en dateer voedsel op de juiste manier



Verwarm slechts één keer opnieuw



Gebruik schoon gereedschap


Slide 15

Reiniging & desinfectie


Alle objecten, oppervlakken en gereedschappen moeten goed
worden gereinigd
om er zeker van te zijn dat geen schadelijke stoffen in het
voedsel kunnen komen en zo ziekte of verwondingen
kunnen veroorzaken
• of dat vuil of afval ongedierte kunnen aantrekken




Reiniging verwijdert micro-organismen; desinfectie doodt ze.
Het doel is het aantal te reduceren tot een veilig en onschadelijk
niveau




Let speciaal op voedselcontactplaatsen (snijplanken, schalen
en bakken, gereedschappen) en handcontactplaatsen
(deurkrukken, handvatten, kranen…). Deze objecten moeten
worden gedesinfecteerd


Slide 16

Reiniging & desinfectie



Reinig tijdens en na bereiding van
rauw en kant-en-klaar voedsel
• voedsel met een hoog risico




Aan het eind van de werkdag



Steeds als besmetting kan zijn opgetreden



Gebruik alleen toegelaten producten
Gebruik ze veilig
Volg de instructies
Bewaar ze op de juiste plaats



Gebruik kleur-gecodeerde hulpmaterialen
en reinig en droog ze op de juiste manier


Slide 17

Wat kun jij doen?





Jij bent een belangrijk onderdeel van het
voedselveiligheidsprogramma in jouw bedrijf

Jij kan helpen voedselvergiftigingen en –infecties te
voorkomen door:


te begrijpen hoe je op de juiste manier met voedsel omgaat



de juiste voorschriften voor persoonlijke hygiëne te volgen



je werkplek schoon te houden



te weten wat je moet doen als er iets fout gaat!


Slide 18

Wat te doen



Controle ontvangst goederen


controleer datumcodering en conditie van de producten



meld afwijkende afleveringen



plaats alle levensmiddelen met een hoog risico in de juiste
opslag binnen 30 minuten



Verhit voedsel tot de juiste temperatuur


stel vast dat al het voedsel door en door is verhit, op
een kerntemperatuur van tenminste 75oC


Slide 19

Wat te doen



Gebruik veilig voedsel en veilig water


gebruik altijd vers voedsel: controleer de
‘houdbaarheidsdatum’ (THT/TGT/Interne)





gebruik gepasteuriseerde eieren in onverhitte producten



gebruik gepasteuriseerde melk i.p.v. rauwe melk



gebruik alleen drinkwater

Bewaar warm voedsel WARM en koud voedsel KOUD


bewaar voedsel niet bij kamertemperatuur



verhit, ontdooi, bevries of presenteer voedsel nooit meer
dan één keer



bewaar gekoelde producten onder 4oC



bewaar warm gehouden producten boven 65oC


Slide 20

Wat te doen





Bereid en bewaar rauw voedsel gescheiden van kant-en-klaar
voedsel


voorkom contact tussen rauw en kant-en-klaar voedsel



bewaar kant-en-klaar voedsel boven rauw voedsel, vlees en vis



bewaar voedsel altijd afgedekt

Bij twijfel, gooi het weg!!


label alle opgeslagen levensmiddelen



controleer houdbaarheidsdata (THT/TGT/Interne)



hanteer het FEFO-systeem (First Expired, First Out)


Slide 21

Wat te doen
Weer dieren en ongedierte





houd deuren en ramen zo veel mogelijk gesloten



houd dieren buiten voedsel-bereidingsruimten



ruim gemorste levensmiddelen op



ruim vuil en afval op

Houd de keuken schoon


reinig regelmatig



reinig en desinfecteer de werkplek en gereedschappen
na voedselbereiding



volg de reinigingsinstructies



gebruik geen hand- of theedoeken bij de reiniging



gebruik alleen toegelaten middelen bij reiniging en desinfectie


Slide 22

Wat te doen



Houd jezelf schoon en gezond


was de handen uitgebreid voor de bereiding van voedsel



was de handen na gebruik van het toilet, eten of drinken



bedek sneetjes of wonden



draag geen sieraden of horloges



draag schone, beschermende kleding bij het werken met
voedsel



bereid geen voedsel als je ziek bent