Vraag en aanbod ELASTICITEIT Prijselasticiteit van de vraag: Procentuele verandering vraag Procentuele verandering prijs Inkomenselasticiteit van de vraag: Procentuele verandering vraag Procentuele verandering inkomen ETC. Procentuele verandering: Nieuw – oud.

Download Report

Transcript Vraag en aanbod ELASTICITEIT Prijselasticiteit van de vraag: Procentuele verandering vraag Procentuele verandering prijs Inkomenselasticiteit van de vraag: Procentuele verandering vraag Procentuele verandering inkomen ETC. Procentuele verandering: Nieuw – oud.

Vraag en aanbod
ELASTICITEIT
Prijselasticiteit van de vraag:
Procentuele verandering vraag
Procentuele verandering prijs
Inkomenselasticiteit van de vraag:
Procentuele verandering vraag
Procentuele verandering inkomen
ETC.
Procentuele verandering:
Nieuw – oud x 100%
oud
Punt elasticiteit:
Om het op 1 punt uit te rekenen kan je:
1. Ander punt erbij verzinnen en oude formule
gebruiken
2. Afgeleide x P/Q
Soorten producten prijselasticiteit
1.Ev groter dan 0 zeer ongebruikelijk
snobgoederen en giffengoederen
2.Ev tussen 0 en -1  inelastisch: prijs reageert
weinig op prijs (basisgoederen: prijsstijging
leidt tot stijging omzet)
2. Ev kleiner dan -1  elastisch: prijs reageert
sterk op prijs. (luxe goederen: prijs verhoging
leidt tot daling omzet)
Soorten producten
inkomenselasticiteit
Ei kleiner dan 0: inferieure goederen
Ei tussen 0 en 1: basisgoederen
Ei groter dan 1: luxe goederen
Engel Kromme:
Qv
C
b
a
A = DREMPELINKOMEN
A-B= LUXE GOED
BC = BASISGOED
C - = INFERIEUR GOED
INKOMEN
Kruiselingse elasticiteit
Kruiselingseprijselasticiteit van de vraag:
Procentuele verandering vraag goed a
Procentuele verandering prijs van goed b
Soorten producten kruiselingse
elasticiteit
Ek negatief: complementaire goederen
Ek positief: substitutiegoederen
Ondernemingsvormen
Eenmanszaak: geen rechtspersoon
Vof: vennootschap onder firma (geen
rechtspersoon
Bv: Besloten Vennootschap (rechtspersoon)
NV: Naamloos Vennootschap
Bedrijfskolom
Strategieën
Integratie: kolom wordt korter (meelfabrikant
neemt bakker over
Differentiatie: Kolom wordt langer
(broodfabrikant besteedt het vervoer uit)
Specialicatie: kolom wordt smaller (bakker gaat
alleen nog maar taarten bakken)
Paralellisatie: kolom wordt breder (bakker gaat
ook wat groenten verkopen
Producent
• We gaan uit van markt van volkomen
conurrentie:
– De prijs is gegeven en wordt bepaald op de markt
– Dus: TO = P x Q met P die word bepaald door qa
en qv.
Marktmechanisme
• De gehele markt (voorbeeld):
qA = 2p – 20
qv = -p + 100
Er is dus evenwicht op de markt bij een prijs van
40 en een hoeveelheid van 60
De TO functie luidt dus:
TO = 60q
De Markt
• Let op aanbod heeft vrijwel altijd positief
verband met p
• Vraag heeft vrijwel altijd negatief verband met
p.
Als het goed werkt zorgt de prijs voor ruimende
markten:
Vraag en aanbod worden gelijk door het
prijsmechanisme
Collectieve aanbodfunctie
• Hoe kom je aan de collectieve aanbodfunctie:
Het is een optelling van alle individuele
aanbodfuncties.
Stel er zijn 30 aanbieders die individueel een
aanbodfunctie hebben van:
qa = 3p – 40
De collectieve aanbodfunctie luidt dan:
qa = 90p – 1200
Proportioneel variabele
Kostenfuncties:
TK
TVK
TCK
De variabele kosten per product blijven gelijk bv:
TK = 4q + 30
Grafiek proportioneel variabele kosten
met gemiddelden
GTK
GVK
GCK
DEGRESSIEF VARIABELE KOSTEN
TK
TVK
TCK
VOORBEELD:
TK: -5q2 + 20q + 100
SCHETS GCK GTK GVK MK
PROGRESSIEF VARIABELE KOSTEN
TK
TVK
TCK
TK: 5q2 + 100
SCHETS GCK GTK GVK MK
Break-even analyse
• TO = TK of GTK = GO
Vb:
TO = 300 q
TK = q2 +1000
Q in 1000 producten
1.Stel ze aan elkaar gelijk en bepaal snijpunten
2. Bepaal break-even omzet en afzet
Hoogste mogelijke winst
• MO = MK
De winst is maximaal daar waar MO = MK
Stel:
TO = 200 q
TK = 2q2 + 1000
Bepaal de maximale winst
• MO = 200
• MK = 4q
Winst maximaal bij q = 50
Winst is:
TO = 200 x 50 = 10.000
TK = 2x 50x50 + 1000 = 6000
Winst = 4.000
MAXIMALE WINST
• Schets de maximale winst:
• MO MK GTK GO