Problematiek omtrent ventilatie en afzuiging

Download Report

Transcript Problematiek omtrent ventilatie en afzuiging

Cursus
PREVENTIEADVISEUR
VENTILATIE
door
Karl Verhoeven
Lucht samenstelling
De normale samenstelling van de lucht is:
•Stikstof
•Zuurstof
•Waterdamp
•Edelgassen
•Waterstof
•Koolstofdioxide
N2
O2
78%
21%
afhankelijk van temperatuur en relatieve vochtigheid
CO2
tot 0,5%
tot 0,5%
tot 0,05%
De mens als grootste vervuiler van zijn omgevingslucht.
De uitgeademde lucht van personen is als volgt samengesteld:
•Zuurstof
O2
16%
sterke daling
•Waterdamp
100%
sterke stijging
•Koolstofdioxide
CO2
3,9 à 4,4%
sterke stijging
•Temperatuur
36,5°C
De mens
De mens geeft ook warmte af door straling, door
convectie, een beetje door geleiding en
door verdamping van zweet.
Ademhalingsdebiet
Activiteit
O2-verbruik
CO2-productie
Warmte
l/min
l/min
l/h
l/min
l/h
Watt
rust - liggend
6
0,240
14
0,200
12
82
rust - staand
8
0,360
22
0,333
20
117
licht werk
16
0,750
45
0,667
40
133
wandelen 6 km/h
26
1,200
72
1,100
66
407
zwaar werk
30
1,500
90
1,333
80
489
zeer zwaar werk
50
2,400
150
2,250
135
727
max. inspanning
65
3,000
180
2,700
162
977
100
4,000
350
4,500
270
1396
Andere vervuilers
Stoffen uit bouwmaterialen, meubilair, verf, apparatuur
• Radon, VOC’s, Ozon, …
Verdampende vloeistoffen
• Water, chemische stoffen, detergenten, …
Nevels, rook, gassen
• Spuitbussen, sigaretten, parfum, koolmonoxide CO, …
meer info kan gevonden worden op de IAQ website van KAVEE
Reglementering
Voor de Belgische reglementering verwijzen we naar:
• ARAB art. 56, 57 en 58
betreffende werklokalen, natuurlijke en kunstmatige luchtverversing
• ARAB art.103ter en 103octies
Bepalingen betreffende de bescherming van de werknemers tegen de
risico’s verbonden aan blootstelling aan chemische, fysische en
biologische agentia.
Voor meer informatie zie presentatie PA Klimaat.ppt
Natuurlijke verluchting
Voor open ruimte meestal geen probleem
Gesloten ruimten zijn de te verwachten wisselingen:
Aard van het lokaal
Aantal
wisselingen/h
kamer zonder vensters of buitendeuren
0,5
0,75
rechthoekige kamer met ramen in de lange wand en binnendeur
0,75
1
rechthoekige kamer met ramen in de korte wand en binnendeur
0,5
0,75
1
1,5
1,5
2
kamer met ramen in drie wanden en binnendeur
2
2,5
bureelgebouw met dichtklappende deur
2
6
magazijn of hotel, met herhaald openen van deuren
3
5
0,5
3
0,25
1
0,5
3
2
6
vierkante kamer met ramen in één wand en binnendeur
kamer met ramen in twee wanden en binnendeur
magazijnafdeling met dichtklappende deur of portaal
modern gesloten constructie, groot vloeropp in verhouding tot de oppervlakte van de wanden
fabrieksgebouw, gewone constructie
fabrieksgebouw, grote ramen, ondichte constructie
Natuurlijke verluchting
Geen controle en geen garantie over hoeveelheid verse lucht.
In een lokaal heerst door temperatuursverschillen (warme lucht stijgt),
tegen de vloer een lagere druk dan onder het plafond. Hierbij stelt
zich ergens een neutrale zone in. Openingen ter hoogte van deze
neutrale zone hebben geen invloed op de verversing.
Door de stuwkracht van wind kan de toe- en afvoer via natuurlijke
ventilatie openingen sterk beïnvloed worden.
Afvoer openingen worden best bovenaan in het lokaal geplaatst. Dit
versterkt de onderdruk op vloerniveau.
Toevoeropeningen bevinden zich zo laag mogelijk tegen de vloer, bvb
onder de radiatoren.
Kunstmatige verluchting
Kunstmatige verluchting moet soms toegepast worden om tegemoet te
komen aan de hogere ventilatie eisen die niet door een natuurlijke
ventilatie bekomen kunnen worden.
De grote weersafhankelijkheid is dus nog meer uitgesproken en kan
meestal niet toegelaten worden.
Een goed werkende kunstmatige moet best onafhankelijk zijn van de
weersomstandigheden.
Drie principes:
• Enkel afvoer van verontreinigde lucht; toevoer van “verse” lucht via
spleten en kieren is niet gecontroleerd.
• Enkel toevoer van verse lucht; afvoer van bedorven lucht niet onder
controle.
• Zowel toevoer van verse lucht, als afvoer van bedorven lucht
gebeurd op een kunstmatig manier.
Kunstmatige verluchting
Doelmatig ontwerp en uitvoering van een installatie is noodzakelijk.
Let op:
• Tocht
• Te hoge temperaturen
• Te lage temperaturen
• Vochtigheid
• Filtering
• Geluidsniveaus
Installaties kunnen vrij complex worden en zijn soms voorzien van
verwarming, koeling, bevochtiging, ontvochtiging, filtering, warmte
recuperatie, lucht verdeelsysteem, roosters, …
Ook het regelmatige controle en onderhoud is enorm belangrijk om
een gegarandeerde luchtkwaliteit te kunnen blijven waarborgen.
Afzuiging aan de bron
Er zijn geen universele oplossingen
Bij het ontwerp dient rekening gehouden te worden met:
• Aard van het gevaarlijke product
• Snelheid waarmee de verontreiniging vrijkomt
• Vorm van de afzuigopening
• Vangsnelheid
• Aansluitingen op het kanalensysteem
• Luchtsnelheden in de kanalen
• Geluidsniveau van de installatie
• Aanvoer van voldoende verse lucht
• Bescherming van het milieu
• Controle van de installatie
• Onderhoud van de installatie
Afzuiging aan de bron
Principes:
• Afzuiging zo dicht mogelijk bij de bron
• Voldoende hoge vangsnelheid in functie van de contaminant
(deze kan variëren van 0,25 (voor dampen) tot 10 m/s (zandstralen)
• Bron voor zover mogelijk zo goed mogelijk inkapselen
• Luchtstroom van de persoon weg
Voor bepaalde toepassingen zoals bijvoorbeeld lassen bestaan er
specifieke toestellen zoals puntafzuiging of geventileerde lastafels.
Ook voor bepaalde labo toepassingen worden afzuigkappen en/of
zuurkasten gemaakt.
Steeds moeten de gebruiksvoorschriften punctueel gevolgd worden
om een efficiënte afzuiging te bekomen.
Voor alle advies inzake ontwerp, audits, klachtenbehandeling,
IAQ dossiers kan U terecht bij
http://www.kaveegroup/KaVee
[email protected]
Koolstofdioxide CO2
1000 ppm is ca 0,1%