Master Taal- en Letterkunde

Download Report

Transcript Master Taal- en Letterkunde

Master Taal- en Letterkunde

Vervolgtrajecten na bachelor ‘Taal- en Letterkunde: Twee Talen’

Master taal- en letterkunde:   traject twee talen traject één taal Master in de historische taal- en letterkunde Master in de vergelijkende moderne letterkunde

1. MASTER TAAL- EN LETTERKUNDE

Traject twee talen: Wat?

29 afstudeerrichtingen met twee talen: Nederlands-Duits, Nederlands-Engels, Nederlands-Frans, Nederlands-Grieks, Nederlands-Italiaans, Nederlands-Latijn, Nederlands-Scandinavistiek, Nederlands-Spaans, Frans-Duits, Frans-Engels, Frans-Grieks, Frans-Italiaans, Frans-Latijn, Frans Scandinavistiek, Frans-Spaans, Engels-Duits, Engels-Grieks, Engels-Italiaans, Engels-Latijn, Engels-Scandinavistiek, Engels Spaans, Duits-Grieks, Duits-Italiaans, Duits-Scandinavistiek, Duits Spaans, Latijn-Grieks, Latijn-Italiaans, Latijn-Scandinavistiek, Latijn Spaans

Wat?

Traject één taal/talengroep:

8 afstudeerrichtingen met één taal/talengroep: Nederlands, Frans, Engels, Duits, Scandinavistiek, Latijn, Grieks, Iberoromaanse talen

Traject twee talen:

Voor wie?

BA taal- en letterkunde, dezelfde afstudeerrichting als die van de master BA taal- en letterkunde, waarvan de afstudeerrichting één taal omvat die behoort tot de afstudeerrichting van de masteropleiding + een getuigschrift van de postgraduaatsopleiding van de andere taal

Voor wie?

T raject één taal: BA taal- en letterkunde, waarvan de afstudeerrichting de taal bevat van de afstudeerrichting in de master BA taal- en letterkunde, waarvan de afstudeerrichting niet de taal bevat die behoort tot de afstudeerrichting van de masteropleiding, maar met een getuigschrift van de postgraduaatsopleiding van de taal van de afstudeerrichting van de masteropleiding

Opbouw programma Totaal: 60 ECTS traject twee talen:

  taalspecifieke vakken: 30 à 40 ECTS keuzevakken: 10 à 0 ECTS  masterproef: 20 ECTS

traject één taal:

 taalspecifieke vakken: 30 ECTS  keuzevakken: 10 ECTS  masterproef: 20 ECTS

Taalspecifieke vakken traject twee talen: 30 à 40 ECTS

 verschillende combinatiemogelijkheden: 3 vakken taal 1 + 3 vakken taal 2 = 30 ECTS 3 vakken taal 1 + 4 vakken taal 2 = 35 ECTS 4 vakken taal 1 + 4 vakken taal 2 = 40 ECTS NIET: 2 of 3 vakken taal 1 + 4 of 5 vakken taal 2  opletten: vakken met referentie a (k) en/of b (k+) en/of c

Voorbeeld 1: Nederlands / Engels

Voor de groep Nederlands: minstens 3, hoogstens 4 vakken uit         Nederlandse taalkunde: historische ontwikkeling van het Nederlands Nederlandse taalkunde: taalkundige analyse van historische teksten Nederlandse taalkunde: het hedendaagse Nederlandse taalsysteem Nederlandse taalkunde: het hedendaagse Nederlandse taalgebruik Nederlandse letterkunde: oudere periode I Nederlandse letterkunde: oudere periode II Moderne Nederlandse letterkunde I Moderne Nederlandse letterkunde II

Voorbeeld 1: Nederlands / Engels

Voor de groep Engels: minstens 3, hoogstens 4 vakken  minstens één vak uit (referentie k):  Engelse taalkunde: taal en literatuur Engelse taalkunde: functionele grammatica Engelse taalkunde: generatieve grammatica Engelse taalkunde: Oud- en Middelengels minstens één vak uit (referentie k+): Historische Engelse letterkunde I Historische Engelse letterkunde II Engelstalige letterkunde: nieuwere periode Hedendaagse Engelstalige letterkunde Amerikaanse letterkunde: oudere periode Amerikaanse letterkunde: nieuwere periode Hedendaagse Amerikaanse letterkunde

Voorbeeld 2: Grieks / Latijn

Voor de groep Latijn: ten minste 3, ten hoogste 4 vakken uit     Latijnse taalkunde: bijzondere vraagstukken I Latijnse taalkunde: bijzondere vraagstukken II Latijnse poëtica: Oudheid 

Wordt semester 1

Latijnse poëtica: Middeleeuwen 

Wordt semester 2

Voor de groep Latijn: max. 5 ECTS te kiezen uit:  niet-gevolgde opleidingsonderdelen van de groep Latijn of de afstudeerrichting Latijn-Grieks van de Bachelor in de taal- en letterkunde; opleidingsonderdelen van de Masters van de faculteit of van een andere universiteit in de Vlaamse Gemeenschap

Voorbeeld 2: Grieks / Latijn

Voor de groep Grieks: minstens 3, hoogstens 4 vakken uit      Oudgriekse taalkunde: bijzondere vraagstukken Oudgriekse letterkunde: bijzondere vraagstukken Middeleeuws-Griekse taal- en letterkunde Nieuwgriekse taalkunde: bijzondere vraagstukken Nieuwgriekse letterkunde: bijzondere vraagstukken Voor de groep Grieks: nog eventueel 1 vak te kiezen uit:  de groep Grieks of de afstudeerrichting Latijn-Grieks van de Bachelor in de taal- en letterkunde (niet-gevolgde opleidingsonderdelen), of uit de Masters van de faculteit (te bepalen limitatieve lijst).

Voorbeeld 3: Frans / Spaans

Voor de groep Frans: minstens 3, hoogstens 4 vakken  minstens één vak uit (referentie a):  Moderne Franse taalkunde: bijzondere vraagstukken I Moderne Franse taalkunde: bijzondere vraagstukken II Moderne Franse taalkunde: bijzondere vraagstukken: variatie Diachronie van het Frans minstens één vak uit (referentie b): Moderne Franse letterkunde: bijzondere vraagstukken I Moderne Franse letterkunde: bijzondere vraagstukken II Moderne Franse letterkunde: bijzondere vraagstukken III

Voorbeeld 3: Frans / Spaans

Voor de groep Spaans: minstens 3, hoogstens 4 vakken  minstens één vak uit (referentie k): Spaanse taalkunde: bijzondere vraagstukken Spaanse taalkunde: het Spaans van Latijns-Amerika

NIEUW VAK: Syntaxis en semantiek van het Spaans (UAntwerpen)

 minstens één vak uit (referentie k+): Bijzondere vraagstukken : Spaanse literatuur en cultuur 

wordt semester 2

Bijzondere vraagstukken : hedendaagse Hispano-Amerikaanse literatuur

wordt semester 1

 Literatuur en cultuur 1: Spaans-Amerika, met bijzondere aandacht voor het Caraïbisch gebied (UAntwerpen) Literatuur en cultuur 2: Spanje en de culturele relaties met de Zuidelijke Nederlanden (14de-17de eeuw) (UAntwerpen)

Voorbeeld 4: Duits / Italiaans

Voor de groep Duits: minstens 3, hoogstens 4 vakken uit:        Duitse letterkunde: vertelanalyse en retoriek: bijzondere vraagstukken Duitse letterkunde: tekstanalyse en interpretatie: bijzondere vraagstukken Duitse taalkunde: systeemlinguïstiek: bijzondere vraagstukken Duitse taalkunde: variatielinguïstiek: bijzondere vraagstukken 

wordt semester 1

Duitse taalkunde: Historische ontwikkeling van het Duits 

wordt semester 2

Duitse Geistesgeschichte: bijzondere vraagstukken Duitse Landeskunde: bijzondere vraagstukken

Voorbeeld 4: Duits / Italiaans

Voor de groep Italiaans: minstens 3, hoogstens 4 vakken  Italiaanse letterkunde: bijzondere vraagstukken I   Italiaanse letterkunde: bijzondere vraagstukken II Italiaanse taalkunde: bijzondere vraagstukken I  Italiaanse taalkunde: bijzondere vraagstukken II

Taalspecifieke vakken Traject één taal: 30 ECTS

 Meeste talen enkele keuzemogelijkheden  Opletten: vakken met referentie a (k) en/of b (k+) en/of c

Voorbeeld 1: Scandinavistiek

Moderne Scandinavische taalkunde Scandinavische taalkunde: Oudnoors en taalgeschiedenis Scandinavische letterkunde: bijzondere vraagstukken I Scandinavische letterkunde: bijzondere vraagstukken II

Voor 10 ECTS:

Niet-gevolgde taalspecifieke vakken uit de groep Zweeds van het bachelorprogramma

Voorbeeld 2: Iberoromaanse talen

Minstens 4 vakken uit (k = verplicht):        Spaanse taalkunde: bijzondere vraagstukken (k) Spaanse taalkunde: het Spaans van Latijns-Amerika (k) Bijzondere vraagstukken: Spaanse literatuur en cultuur (k) 

semester 2 wordt

Bijzondere vraagstukken: hedendaagse Hispano-Amerikaanse literatuur (k) 

wordt semester 1

Literatuur en cultuur 1: Spaans-Amerika, met bijzondere aandacht voor het Caraïbisch gebied (UAntwerpen) Literatuur en cultuur 2: Spanje en de culturele relaties met de Zuidelijke Nederlanden (14de-17de eeuw) (UAntwerpen)

NIEUW VAK: Syntaxis en semantiek van het Spaans (UAntwerpen)

Hoogstens 2 vakken uit:  Portugees II (k)   Portugese literatuur Portugese taalkunde

Voorbeeld 3: Nederlands

Minstens 2 vakken te kiezen uit (referentie a):     Nederlandse taalkunde: historische ontwikkeling van het Nederlands Nederlandse taalkunde: taalkundige analyse van historische teksten Nederlandse taalkunde: het hedendaagse Nederlandse taalsysteem Nederlandse taalkunde: het hedendaagse Nederlandse taalgebruik Minstens 2 vakken te kiezen uit (referentie b):     Nederlandse letterkunde: oudere periode I Nederlandse letterkunde: oudere periode II Moderne Nederlandse letterkunde I Moderne Nederlandse letterkunde II Indien niet meer dan 2 a-vakken, verplicht:  Nederlandse letterkunde: onderzoeksseminarie

Keuzevakken (1)

Traject twee talen: Traject één taal: 0, 5 of 10 ECTS 10 ECTS      Module Algemene Taalwetenschap: 10 ECTS Algemene taalwetenschap: theoretische linguïstiek Algemene taalwetenschap: capita selecta Module Algemene Literatuurwetenschap: 10 ECTS Theoretische literatuurwetenschap Literatuur en maatschappij Een vak behorend tot de taalspecifieke vakken van de afstudeerrichting Een nog niet gevolgd vak uit de bacheloropleiding taal- en letterkunde, aansluitend bij één van de gevolgde talen (of een nog niet gevolgd trajectvak) (in principe geen vak uit Ba1, m.u.v. taalvaardigheidsvakken) Een taalvaardigheidsvak van een 3de taal taal- en letterkunde!) (enkel talen uit de opleiding

Keuzevakken (2)

Traject twee talen: Traject één taal: 0, 5 of 10 ECTS 10 ECTS       Een vak taal- of letterkunde uit de ‘Talen en culturen’-opleidingen, voor zover je aan de begincompetenties voldoet.

Een vak uit een masteropleiding van de faculteit Universiteitsbreed keuzevak Een vak uit de SLO: enkel mogelijk zijn en/of ‘Bewegen en sport: nu en later’ ‘Krachtige leeromgevingen’ Een vak uit de masters van de opleiding Toegepaste Taalkunde (de algemene vakken, de vakken ‘X: maatschappelijke ontwikkeling in het taalgebied ’, de keuzevakken met uitzondering van taaltechnologie) ! Keuzevakken van 3 of 4 SP  minder inpasbaar in curriculum van de T&L Een vak dat het door de student gekozen wetenschappelijk profiel van de opleiding ondersteunt uit de opleidingsprogramma's van de Universiteit Gent ! Keuze grondig motiveren in Oasis

Keuzevakken (3)

Traject twee talen: Traject één taal: 0, 5 of 10 ECTS 10 ECTS 

NIET

mogelijk zijn: Vakken uit de master-na-masters (bv. Manama Meertalige bedrijfscommunicatie , Advanced Studies in Linguistics, …) Taalvakken uit de opleiding economie Vakken van het UCT Specifieke taalvakken uit de toegepaste taalkunde

Masterproef

Voor iedereen: 20 ECTS Overleg promotor essentieel !!!

Drie commissarissen Afhankelijk van het onderwerp: ca. 25 000 woorden (zonder bibliografie en bijlagen) Bachelorpaper mag als basis gebruikt worden, maar dient verder uitgediept, aangevuld te worden Onderwerp en promotor vastleggen tegen eind november

Stage ?

Niet mogelijk binnen TL-opleiding Wel in HTL en VML Vrijwillige stage    Zelf zoeken Contract & verzekering UGent Max. 60 dagen Erasmus+: stage na je studie     Aanvragen tijdens je master Ga langs bij International Office [email protected]

Erasmus+ beurs

Stage ?

 

www.Reconfirm.eu

Zelf online registreren = noodzakelijk meedelen vóór formeel vóór ontvangst van het eindresultaat van je studie ! Zelf stageplaats vinden, zie stappenplan op Reconfirm

International Days UGent, ca. 21 oktober 2015

Ook interessant voor verdere buitenlandplannen na de master, zoals verder studeren in UK, VS, etc.

Stage ?

Go Strange: Portaal voor buitenlandse ervaring Aiesec: interessant aanbod van stages voor taalstudenten (tegen kleine vergoeding) www.kamiel.info

: statuut & paperassen

2. MASTER HISTORISCHE TAAL- EN LETTERKUNDE

Voor wie?

• BA taal- en letterkunde (alle afstudeerrichtingen)

Opbouw programma (60 ECTS)

vakken: 35 ECTS   Algemeen: 10 ECTS (verplicht) Boekgeschiedenis Onderzoeksproject (jaarvak) Keuze: 25 ECTS (zie volgende slide) minstens 3 vakken met referentie k hoogstens 2 vakken zonder referentie hoogstens 1 vak vrij (na goedkeuring) stage: 10 ECTS masterproef: 15 ECTS

Keuze (k)

            Minstens 3 vakken (15 ECTS) te kiezen uit: Duitse taalkunde: Historische ontwikkeling van het Duits 

wordt sem 2

Duitse taalkunde: variatielinguïstiek: bijzondere vraagstukken 

sem 1 wordt

Engelse taalkunde: Oud- en Middelengels Historische Engelse letterkunde I Historische Engelse letterkunde II Moderne Franse letterkunde: bijzondere vraagstukken III Diachronie van het Frans Oudgriekse taalkunde: bijzondere vraagstukken Oudgriekse letterkunde: bijzondere vraagstukken Middeleeuws-Griekse taal- en letterkunde Italiaanse taalkunde: bijzondere vraagstukken II Italiaanse letterkunde: bijzondere vraagstukken II

Keuze (k, vervolg)

              Latijnse taalkunde: bijzondere vraagstukken I Latijnse taalkunde: bijzondere vraagstukken II Latijnse poëtica: Oudheid 

wordt sem 1

Latijnse poëtica: Middeleeuwen 

wordt sem 2

Oudnederlands Nederlandse taalkunde: historische ontwikkeling van het Nederlands Nederlandse taalkunde: taalkundige analyse van historische teksten Nederlandse letterkunde: oudere periode I Nederlandse letterkunde: oudere periode II Portugese taalkunde Scandinavische taalkunde: Oudnoors en taalgeschiedenis Gotisch Spaanse taalkunde: het Spaans van Latijns-Amerika Bijzondere vraagstukken: Spaanse literatuur en cultuur 

wordt sem 2

Keuze

          Maximum 2 vakken (10 ECTS) kiezen uit: Language Variation and Change Historische antropologie van de Middeleeuwen en de Vroegmoderne Tijd Religie- en cultuurgeschiedenis van West-Europa Theorieën van de cultuurgeschiedenis Theoretische geschiedenis Wetenschapsgeschiedenis Grondige studie van teksten uit de antieke en middeleeuwse wijsbegeerte Oorkondeleer Paleografie Geschiedenis van de Europese expansie tijdens de Vroegmoderne Tijd

Keuze

 Maximum 1 vak (5 ECTS) kiezen uit: Het aanbod van de faculteit of de UGent (o.a. universiteitsbrede keuzevakken) of een universiteit van de Vlaamse Gemeenschap. Goed motiveren in Oasis!

Stage (10 ECTS)

25 werkdagen onderzoeksmatige stage:    Leidt tot een (voorstel van een) artikel Mag niet samenvallen met voorstel van masterproef (wel verwant) Begeleid door of aansluitend bij onderzoekers van de volgende UGent-onderzoeksgroepen: GIKS (Gents Instituut voor Klassieke Studies) H. Pirenne Institute for Medieval Studies GEMS (Group for Early Modern Studies) Historical linguistics and language variation Centre for the Study of Text and Print Culture Sarton Centre for History of Science

Stage (10 ECTS)

Professionele stage:   (Vrij) zelfstandig werk in een erfgoed- of aanverwante instelling in binnen- of buitenland, bv.: Rijksarchief (Brussel) Museum Plantin-Moretus (Antwerpen) KB (Brussel) Stadsarchief Gent KANTL (Gent) Gentse onderzoeksgroepen Davidsfonds Uitgeverij (Leuven) Brepols Publishers (Turnhout) KB (Den Haag) Huygens-ING (Den Haag) UB Leiden Bibliothèque d’agglomération de Saint-Omer – Section Patrimoniale Leidt tot stageverslag  Meer info: http://www.htl.ugent.be/

3. EN VERDER … ?

Specifieke Lerarenopleiding (SLO) http://www.lerarenopleiding.ugent.be

Meer info?

Infobrochures taal- en letterkunde/HTL/VML:

http://www.taalenletterkunde.ugent.be/

Nog vragen?

[email protected]

 Secretaris van de examencommissies master taal- en letterkunde: twee talen, master historische taal- en letterkunde en postgraduaatsopleidingen taal- en letterkunde [email protected]

 Trajectbegeleider opleiding taal- en letterkunde [email protected]

 Beleidsmedewerker opleiding taal- en letterkunde