Het Europees economisch bestuur

Download Report

Transcript Het Europees economisch bestuur

‘economic governance’ tegen de werkende klasse

april 2012 H. Michiel

Overzicht

Europees economisch bestuur vóór de eurocrisis

Maastricht (1992)

Stabiliteits- en Groeipact (1997)

Europees economisch bestuur vanaf de eurocrisis

1.

2.

3.

4.

Europees Semester ‘Wetgevend pakket’ of ‘sixpack’ (+ 2-pack) Europluspact Begrotingsverdrag

2

Het Europees economisch bestuur vóór de eurocris

 Verdrag van Rome (1957): alleen “coördinatie van de conjunctuurpolitiek”  Vanaf Maastricht (1992) met oog op invoering euro:

budgettaire orthodoxie

 bekommernis was: sterke euro, lage inflatie  staatsfinanciën onder controle houden  Initiatieven:     Maastrichtnormen (1992) Stabiliteitspact (1997) “globale richtsnoeren voor het economisch beleid”, open coördinatiemethode Lissabonstrategie 3

Europees economisch bestuur vóór de eurocrisis

Verdrag van Maastricht (1992):

voorbereiding invoering €

“Maastrichtnormen”

Begrotingstekort < 3% BBP

  

Staatsschuld < 60% BBP Inflatie < (gemiddelde inflatie van de drie ‘beste’ lidstaten) + 1,5% Intrestvoet < (intrestvoet van de drie ‘beste’ lidstaten) + 2% Daarnaast al in stippellijn de contouren van het economisch bestuur van vandaag!

Ter illustratie Art. 103 en 104 van Verdrag Maastricht 4

Europees economisch bestuur vóór de eurocrisis Verdrag van Maastricht 1992

Artikel 103

1.

De Lid-Staten beschouwen hun economisch beleid als een aangelegenheid van gemeenschappelijk belang en coördineren het in het kader van de Raad , overeenkomstig het bepaalde in artikel 102 A. 2. De Raad stelt, op aanbeveling van de Commissie , met gekwalificeerde meerderheid van stemmen een ontwerp op voor de globale richtsnoeren voor het economisch beleid van de Lid-Staten en van de Gemeenschap, en legt zijn bevindingen in een verslag aan de Europese Raad voor. (…) Uitgaande van deze conclusie neemt de Raad met gekwalificeerde meerderheid van stemmen een aanbeveling aan, waarin deze globale richtsnoeren zijn vastgelegd. De Raad stelt het Europees Parlement van zijn aanbeveling in kennis. 3. Ten einde een nauwere coördinatie van het economisch beleid en een aanhoudende convergentie van de economische prestaties van de Lid-Staten te verzekeren , ziet de Raad aan de hand van door de Commissie ingediende rapporten, toe op de economische ontwikkelingen in elke Lid-Staat en in de Gemeenschap , alsmede op de overeenstemming van het economisch beleid met de in lid 2 bedoelde globale richtsnoeren, en verricht hij regelmatig een algehele evaluatie. Met het oog op achten. dit multilaterale toezicht verstrekken de Lid-Staten de Commissie informatie over de belangrijke maatregelen die zij in het kader van hun economisch beleid hebben genomen, en alle andere informatie die zij nodig 5

Europees economisch bestuur vóór de crisis Verdrag van Maastricht (1992):

Artikel 104 C

1. De Lid-Staten vermijden buitensporige overheidstekorten . 2. De Commissie ziet toe op de ontwikkeling van de begrotingssituatie en de omvang van de overheidsschuld in de Lid-Staten, ten einde (…) 3. Indien een Lid-Staat niet voldoet aan deze of aan een van deze criteria, stelt de Commissie een verslag op. In het verslag van de Commissie wordt er tevens rekening mee gehouden of het overheidstekort groter is dan de investeringsuitgaven van de overheid en worden alle andere relevante factoren in aanmerking genomen, met inbegrip van de economische en budgettaire situatie van de Lid-Staat op middellange termijn. Voorts kan de Commissie een verslag opstellen indien zij - ook al is aan de criteria voldaan - van mening is dat er gevaar voor een buitensporig tekort in een Lid-Staat aanwezig is. (…) 5. Indien de Commissie van oordeel is dat er in een Lid-Staat aan de Raad. een buitensporig tekort bestaat of kan ontstaan, brengt zij advies uit (…) 11.

Zolang een Lid-Staat zich niet voegt naar een overeenkomstig lid 9 genomen besluit , kan de Raad één of meer van de volgende maatregelen toepassen of in voorkomend geval aanscherpen: - eisen dat de betrokken Lid-Staat door de Raad te bepalen aanvullende informatie openbaar maakt voordat hij obligaties en andere waardepapieren uitgeeft; - de Europese Investeringsbank verzoeken haar beleid inzake kredietverstrekking ten aanzien van de betrokken Lid-Staat opnieuw te bezien; eisen dat de betrokken Lid-Staat bij de Gemeenschap een niet-rentedragend bedrag van een passende omvang deponeert , totdat het buitensporige tekort naar het oordeel van de Raad is gecorrigeerd; boeten van een passende omvang opleggen. De Voorzitter van de Raad stelt het Europees Parlement van de genomen besluiten in kennis. 6

Europees economisch bestuur vóór de crisis

SGP: Stabiliteits- en Groeipact (1997):

pact

politieke afspraak, resolutie van de Europese Raad, Amsterdam, 1997 maar geflankeerd door 2 verordeningen van de Raad

versterkt in 6-pack Inhoud:  De lidstaten verbinden zich ertoe om de middellangetermijndoelstelling van een begroting die vrijwel in evenwicht is of een overschot vertoont , te verwezenlijken.  Het SGP bevat een ‘preventief’ en een ‘ontradend’ gedeelte.  Volgens het preventieve deel moeten de landen jaarlijks een stabiliteitsprogramma indienen. (Bij landen die de euro nog niet gebruiken spreekt men van ‘convergentieprogramma‘). Hierin moeten ze aantonen dat hun begrotingen op middellange termijn (3 jaar) ‘gezond’ blijven. De Commissie en de Raad kunnen waarschuwingen en aanbevelingen richten tot de lidstaat als ze menen dat er ontsporingen dreigen; men spreekt van een ‘multilateraal toezichtsysteem’.  Het ontradende deel van het pact (ook ‘corrigerend’ genoemd) behelst de procedure bij

buitensporige tekorten, d.i. als begrotingstekort > 3% BBP

7

Europees economisch bestuur vóór de crisis

’. procedure bij buitensporige tekorten:

 De Commissie beveelt de Raad aan om de procedure te starten, maar de Raad beslist daarover met gekwalificeerde meerderheid.  Als de Raad oordeelt dat er een buitensporig tekort is, worden er aanbevelingen gedaan en een termijn vastgelegd om dit te corrigeren (“aanpassingstraject”)  Bij niet-naleving kunnen er sancties zijn: renteloos deposito, bestaande uit een vast gedeelte van 0,2% van het BBP, en een variabel gedeelte dat des te groter is naarmate het tekort omvangrijker is. Samen maximaal 0,5% BBP  Een deposito zou dan omgezet worden in een boete als de Raad vond dat na twee jaar het buitensporig tekort nog niet voldoende was gecorrigeerd.

 De sancties werden nooit toegepast, want al vanaf 2002 overtraden veel lidstaten (o.a. Duitsland en Frankrijk) het SGP  Op een Europese top in maart 2005 werd een politiek akkoord gesloten om het SGP soepel te interpreteren 8

Europees economisch bestuur vóór de crisis

“richtsnoeren”, open coördinatiemethode

 “Op het gebied van economisch beleid behouden de lidstaten, anders dan met het monetaire beleid het geval is, hun uiteindelijke verantwoordelijkheid. Ze moeten wel handelen in overeenstemming met het beginsel van een open markteconomie met vrije mededinging en moeten hun economisch beleid zodanig voeren dat dit bijdraagt tot de verwezenlijking van de hoofddoelstellingen van de EU.” (Verdrag Maastricht)  

“Soft law”–methodes om toch greep te krijgen op domeinen waar EU geen bevoegdheid heeft

Allerlei “processen” of “strategieën”

     

Proces van Luxemburg (1997): werkgelegenheidsbeleid Proces van Cardiff (1998): efficiëntere productie- en kapitaalmarkten Proces van Keulen (1999): sociale dialoog bevorderen Strategie van Lissabon (2000) “meest concurrentiële kenniseconomie ter wereld”, “nationale hervormingsprogramma’s” Proces van Göteborg (2001): duurzame ontwikkeling Strategie Europa 2020 (2010) voortzetting Lissabonstrategie

9

Europees economisch bestuur vóór de crisis

Besluit: Europees economisch bestuur vóór de crisis

  Vanaf Maastricht (1992) sterk op controle openbare financiën gericht, met kwantitatieve doelstellingen en (theoretische) sancties economisch beleid ten dienste van het monetair beleid (sterke munt, lage inflatie)  Eigenlijk economisch beleid: open coördinatiemethode, soft law Economisch bestuur vanaf de eurocrisis = soft law versterkt door hard law 10

Het Europees economisch bestuur vanaf de eurocrisis (2010

)

Verantwoording vanuit standpunt EU: 1.

2.

Het stabiliteitspact (SGP) werd te weinig gerespecteerd, omdat er teveel ontsnappingsmogelijkheden waren (te weinig “automaticiteit”) Bovendien komt SGP meestal te laat: schuld en deficit zijn het gevolg van onderliggende economische onevenwichten 3.

4.

Deze onevenwichten bestaan uit verschillen in

concurrentievermogen

Het is de opdracht van een goed economisch bestuur de onevenwichten weg te werken, en zo te komen tot een level

playing field

11

Europees economisch bestuur vanaf de crisis

Onderdelen:

1.

Europees Semester 2.

‘Wetgevend pakket’ of ‘sixpack’ (+ 2-pack) 3.

Europluspact 4.

Begrotingsverdrag 12

1. Het Europees Semester

In het kort:

Een procedure die elk jaar in elke lidstaat moet doorlopen worden

Over overheidsfinanciën én macro-economie

Goedgekeurd door Ecofinraad op 7 september 2011, in voege sinds januari 2011

Juridisch statuut: aanbevelingen maar: - sindsdien opgenomen in sixpack - gedeelte over budgetcontrole verscherpt in Begrotingspact

13

Europees Semester

Verloop:

1. januari: De Europese Commissie publiceert de Jaarlijkse Groeiraming met algemene aanbevelingen 2. maart (lentetop) De Europese Raad formuleert haar richtsnoeren, geïnspireerd door de Jaarlijkse Groeiraming . 3. april : lidstaten dienen twee documenten in: Stabiliteitsprogramma (begrotingsplannen) en Nationaal Hervormingsprogramma (actiepunten om richtsnoeren te realiseren); 4. juni: De Commissie evalueert de nationale plannen, de Raad ook en de Europese Raad geeft goedkeuring aan definitieve aanbevelingen aan de lidstaten 5. juli: formele goedkeuring door Raad van de aanbevelingen 14

Europees Semester

Aanbevelingen van de Raad van de EU voor België (12 juli 2011):

Begrotingstekort versneld afbouwen door vermindering van de uitgaven (2,8% halen in 2012)  effectieve pensioenleeftijd verhogen; “Hierbij kunnen maatregelen zoals de koppeling van de wettelijke pensioenleeftijd aan de levensverwachting overwogen worden.”  Herstructurering van de banken afronden 

“In overleg met de sociale partners en conform de nationale praktijken het systeem voor het voeren van loononderhandelingen en het loonindexeringssysteem te hervormen teneinde ervoor te zorgen dat de loonstijging beter aansluit bij de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit

en het concurrentievermogen.”  

“hoge fiscale en sociale lasten voor laagbetaalden op budgettair neutrale wijze te verlichten en door een systeem in te voeren waarbij het niveau van de werkloosheidsuitkeringen geleidelijk afneemt naarmate de periode van werkloosheid langer duur”; “Stappen ondernemen om de belastingdruk te verschuiven van arbeid naar consumptie “concurrentie in de detailhandel stimuleren door de toegangsbelemmeringen en de operationele beperkingen te reduceren”

15

Europees Semester

Groeiraming 2012: (23 nov. 2011):

    

een gedifferentieerd, groeivriendelijk beleid van begrotingsconsolidatie

voeren;

de kredietverschaffing aan de economie normaliseren; groei en concurrentievermogen bevorderen;

de werkloosheid en de sociale gevolgen van de crisis aanpakken en

de overheidsadministratie moderniseren.

Concreet:  uitbouw van de digitale economie,   de vervollediging van de interne dienstenmarkt, de promotie van het ondernemerschap,    bevordering van de mobiliteit van de arbeidskracht, vermindering van de lasten op arbeid, de administratieve voorwaarden vereenvoudigen zodat een nieuw bedrijf op 3 dagen kan van start gaan.

16

2. Wetgevend pakket (‘sixpack’)

In het kort:

     Een pakket van 6 wetten (5 verordeningen, 1 richtlijn) Over overheidsfinanciën én macro-economie Nieuw: “macro-economisch onevenwicht” Goedgekeurd door Europees parlement op 28 sept. 2011, door Ecofinraad op 8 nov. 2011, in voege sinds 13 dec. 2011 Juridisch statuut: Europese wetgeving

Er zijn twee nieuwe verordeningen in de maak

8-pack

17

Sixpack

3 aspecten:

1.

Europees Semester (aanbevelingen) wordt opgenomen in verordening (wetten) 2.

Budgettaire politiek: verscherping stabiliteitspact 3.

Macro-economische politiek: preventie en correctie van “macro-economische onevenwichtigheden”, met financiële sancties voor eurolanden 

totaal nieuw in EU

18

1.Europees Semester opgenomen in verordening

juridische kwadratuur van de cirkel?

Sixpack

In verordening 1175/2011 van 6-pack leest men

wet, bindend

“De lidstaten houden naar behoren rekening met de aan hen gerichte richtsnoeren …”

aanbeveling, niet bindend En

“Als een lidstaat nalaat om de ontvangen richtsnoeren op te volgen, kan dit leiden tot maatregelen op grond van verordening 1467/97”

Gewijzigd door 6-pack, en daardoor voorzien van boetes 

Kan aldus het niet opvolgen van een niet bindende aanbeveling met een boete bestraft worden?

19

Sixpack

2.Verscherping stabiliteitspact

De deficitnorm is niet langer 3% BBP, maar een

nultekort of een overschot op middellange

termijn (~ 3 jaar)

 Een lidstaat die voldoet aan het stabiliteitspact zal dus toch nog moeten bezuinigen 

De EC bepaalt in een ‘aanpassingstraject’ hoe snel afwijkingen van de norm moeten afgebouwd zijn.

Landen met een staatsschuld groter dan 60% van het BBP moeten hun begrotingstekort sneller naar nul brengen dan andere. Ook voor de afbouw van staatsschuld wordt een timing opgelegd. (5% van het teveel boven 60% per jaar) 20

Sixpack  Wijkt een euroland te veel af van het opgelegde traject, dan moet het een ‘rentedragend deposito’ deponeren van 0,2% van zijn BBP (België : 700 miljoen €). Bevindt de lidstaat zich echter in een ‘buitensporigtekortprocedure’, dan ‘renteloos deposito’.

 Een lidstaat wordt in een ‘buitensporigtekortprocedure’ (EDP, excessive deficit procedure) geplaatst als het begrotingstekort 3% van het BBP overschrijdt en/of de staatsschuld groter is dan 60% van het BBP (dit laatste na overgangsperiode van 3 jaar). Momenteel zijn 23 lidstaten in dat geval.  Deze procedure bestond al onder Stabiliteitspact, maar de Raad paste deze niet toe. De sancties krijgen nu een bijna-automatisch karakter omdat beslist wordt volgens de ‘omgekeerde gekwalificeerde meerderheid’: Commissievoorstel aanvaard behalve bij gekwalificeerde meerderheid van Raad ertegen. 21

Sixpack  Wie zich in een buitensporigtekortprocedure bevindt moet maatregelen treffen om eruit te komen. Doet men dit niet, onvoldoende of niet tijdig, dan moet een boete betaald worden.  Deze bestaat uit een vast gedeelte (0,2% van het BBP) en een variabel gedeelte. Het variabel gedeelte hangt af van de grootte van de overtreding. Variabel en vast gedeelte samen maximaal 0,5% van het BBP (België: 1,75 miljard €).  Er wordt ook een boete van 0,2% van het BBP voorzien voor het manipuleren van de cijfers i.v.m. deficit of schuld. 22

Sixpack

3. “macro-economisch onevenwicht”

 De bepalingen zijn van toepassing op alle lidstaten; de sancties alleen voor eurolanden.

 Er wordt door de Europese Commissie per land een scorebord opgesteld: een reeks economische indicatoren (zoals handelsbalans, schulden, loonkost…) die moeten toelaten te besluiten of er zich ‘onevenwichtigheden’ zullen voordoen. Het concurrentievermogen staat centraal.

 Iedere lidstaat wordt jaarlijks doorgelicht;  Als de Commissie vermoedt dat een land ‘geraakt is, of het risico loopt geraakt te worden door onevenwichtigheden’, wordt een ‘diepgaande evaluatie’ gemaakt. 23

Sixpack  Bij ‘onevenwichtigheden’ komen er aanbevelingen die door de lidstaat moeten opgevolgd worden.  Bij ‘buitensporige onevenwichtigheden’ wordt de ‘procedure bij buitensporige onevenwichtigheden’ opgestart. Er worden aanbevelingen gedaan, en de lidstaat moet een plan met corrigerende maatregelen indienen waarin deze aanbevelingen geïntegreerd zijn.

 De Commissie ziet toe op de naleving van dit plan, en stuurt eventueel missies, waarbij ook de Europese Centrale Bank kan vertegenwoordigd zijn.  Bij niet naleving moet een rentedragend deposito gestort worden van 0,1% van het BBP (België: 350 miljoen €). Bij een tweede niet-naleving verliest men dit bedrag als boete. Boetes kunnen jaarlijks opnieuw geheven worden. 24

Sixpack 25

Sixpack 26

Sixpack 27

Sixpack 28

Sixpack

De stemming over het sixpack in het Europees parlement op 28 sept. 2011:

GUE (rad. links) 5% Groen 8% S&D stemde voor macro economisch toezicht, onthield zich bij de sancties. Stemde tegen versterking stabiliteitspact. Uitzondering: Nederlandse PvdA stemde steeds mee met rechts EVP (chr.dem) 36% S&D (soc. dem) 25% NI (extr. rechts) 4% EFD (euroscept.) 4% ECR (conserv.) 7% ALDE (lib.) 11% Groenen stemden voor macro economisch toezicht en voor de bijhorende sancties. Tegen versterking stabiliteitspact.

Uitzondering: Nederlands Groenlinks stemde steeds mee met rechts Alleen GUE steeds tegen Noot: NI, EFD, ECR soms verdeeld 29

2-pack

Nog een 2-pack erbij …

 2 bijkomende verordeningen (voor eurolanden) voorgesteld door EC op 23 nov. 2011; nog niet goedgekeurd  Landen in moeilijkheden verliezen groot stuk soevereiniteit, moeten financiële steun zoeken als de EU dat oplegt  In alle eurolanden moet de ontwerpbegroting ten laatste op 15 oktober voorgelegd worden aan EC en eurogroep;  de groeiprognoses moeten door onafhankelijk instituut gebeuren;  De EC kan binnen twee weken een gewijzigde ontwerpbegroting eisen als ze meent dat er inbreuken dreigen op stabiliteitspact  De EC kan tegen 30 november in een opinie bekend maken dat ze niet akkoord gaat met de ontwerpbegroting. 30

2-pack 

Een ‘opinie’ doet toch niemand pijn?

The extent to which the opinion referred to in Article 6(1) has been taken into account by the Member State concerned shall be taken into account by: (a) the Commission when conducting a report under Article 126(3) of the Treaty and when recommending the imposition of a non-interest bearing deposit in accordance with Article 5 of Regulation (EC) No XXX/2011; (b) the Council when deciding whether an excessive deficit exists in accordance with Article 126(6) of the Treaty.

31

3. Europluspact

In het kort:

Een ‘pact’, d.w.z. politieke afspraak tussen lidstaten

  

Eindresultaat van ‘competitiviteitspact’ voorgesteld door Merkel en Sarkozy, februari 2011 17 eurolanden +6 = 23 lidstaten (niet: GB, Zweden, Hongarije, Tsjechië.) Over overheidsfinanciën én macro-economie

  

Goedgekeurd door Europese Raad 24-25 maart 2011 Juridisch statuut: ‘pact’

open coördinatiemethode

Speelde grote rol voor publieke opinie

32

Europluspact

Op de top van 4 februari 2011 pakken Merkel en Sarkozy uit met nog verdergaande disciplineringsvoorstellen om concurrentievermogen te verhogen (“competitiviteitspact”):

1.

Afschaffing loonindexkoppelingssystemen (België, Luxemburg) 2.

Herziening pensioensystemen 3.

Een zekere harmonisatie van de vennootschapsbelasting door middel van minimumvereisten; 4.

Inschrijving in de grondwet [!] van de lidstaten van een artikel dat het maken van schulden aan banden legt (een ‘ gulden regel ’) 5.

Erkenning van diploma’s (met oog op het mobieler maken van arbeidskracht) 6.

Nationaal crisismanagement voor de banken 33

Europluspact  Het Merkozy-plan wordt uitgewerkt door de diensten van Van Rompuy; aanvankelijk vooral bestemd voor eurozone gaan nu ook andere landen meedoen  Zo ontstaat eind maart 2011 het Europluspact, met 23 deelnemers (niet:GB, Zweden, Hongarije, Tsjechië)  ‘Pact’  afspraken onder regeringen  Concreet houdt het in dat deelnemende landen nog verdergaande toezeggingen doen dan in Europees Semester  Deze toezeggingen worden opgenomen in het Stabiliteitsprogramma en Nationaal Hervormings programma (Eur. Semester) 34

Europluspact

Barroso op Europese Raad 9 dec. 2011:

« De deelnemende lidstaten [aan Europluspact] komen op het hoogste niveau

een samenstel van concrete maatregelen overeen die binnen 12 maanden verwezenlijkt moeten worden. … Deze verplichtingen moeten ook terug te vinden zijn in de jaarlijks in te dienen nationale hervormingsprogramma’s en nationale stabiliteitsprogramma’s …in het kader van het Europees semester»

Elke lidstaat geeft tegen april 2012 concrete maatregelen aan(in NHP’s/ SCP’s)

Maatregelen zijn duidelijk, meetbaar

Dringend werk maken van werkloosheid en concurrentiepositie

Commissie beoordeelt en doet aanbevelingen inmei 2012

Europese Raad trekt conclusies in juni 2012

35

Europluspact Bron: http://ec.europa.eu/europe2020/pdf/euro_plus_pact_presentation_december_2011_nl.pdf

36

4. Begrotingsverdrag (*)

In het kort:        Een internationaal verdrag tussen 25 Europese staten (niet: GB en Tsjechië) Gelanceerd op de top van 8-9 december 2011, nu (april 2012) in het stadium van de ratificatie door ondertekenende landen (Ierland: referendum 31 mei 2012) In voege vanaf 1 jan. 2013 mits 12 landen ondertekend hebben Nog strakker begrotingsbeleid (0,5% BBP) door ‘gouden regel’ in (grond-)wet Financiële sanctie (0,1% BBP) ; toezicht Europees Hof van Justitie Ondertekening = voorwaarde om ESM-steun te kunnen krijgen Europees Vakverbond (EVV) verwerpt dit verdrag: een primeur!

(*)In het Engels: ‘fiscal compact’, en daarom vaak totaal fout vertaald als ‘fiscaal pact’ 37

Begrotingsverdrag  Officiële benaming: Verdrag inzake stabiliteit, coördinatie en

governance in de Economische en Monetaire Unie, te vinden op

http://european-council.europa.eu/media/639170/15_-_tscg.nl.12.pdf

 Twijfelachtige rechtsgrond; in art. 2 zelf staat:

Dit Verdrag is van toepassing voor zover het verenigbaar is met de Verdragen waarop de Europese Unie is gegrondvest en met het recht van de Europese Unie.

Bedoeling is dat het Europees recht wordt in 2018.

 ‘Gulden regel’: Art. 3: “De begrotingssituatie van de algemene overheid van een

verdragsluitende partij moet in evenwicht zijn of een overschot

vertonen”, en dit houdt in dat het structureel tekort hoogstens 0,5% van

het BBP is, of 1,0% op voorwaarde dat de staatsschuld aanzienlijk kleiner is dan 60% van het BBP.

Bij significante afwijkingen treedt automatisch een correctie mechanisme in werking.

Deze regels worden ingeschreven “in het nationaal recht van de

verdragsluitende partijen middels bindende en permanente, bij voorkeur constitutionele, bepalingen of door andere garanties voor de volledige inachtneming en naleving ervan”

38

Begrotingsverdrag 

Art.4 : de ondertekenaar verbindt er zich toe een schuld groter dan 60% van het BBP af te bouwen zoals vastgelegd in sixpack (nl. per jaar 1/20 van het teveel)

 waarom in een pact vastleggen dat men de wet zal naleven?

Art. 6: uitgifte van nationaal schuldpapier wordt vooraf aan de Raad en aan de Europese Commissie gemeld. Art. 11: idem voor “grote hervormingen van het economisch beleid”

Art. 7: eurolanden steunen de Commissie als ze een land in gebreke stelt in het kader van de niet-naleving van de buitensporigtekortprocedure. 39

Begrotingsverdrag  Art.8 : Als de commissie of een ondertekenende lidstaat vinden dat een lidstaat de ‘gouden’ regel niet correct in zijn wetgeving heeft opgenomen, velt het Europees Hof van Justitie een bindend oordeel.

Niet-naleving van dit oordeel kan leiden tot boete van 0,1% van het BBP. (ook voor niet-eurolanden)  Art. 12: jaarlijks minstens 2 bijeenkomsten van de Eurotop   Art. 16: ten laatste binnen 5 jaar stappen ondernemen om de inhoud van dit Verdrag in het rechtskader van de Europese Unie te integreren.

Het Grieks parlement ondertekende op 28 maart 2012 40

Governance in vogelvlucht

• Deficit <3%, schuld <60% Maastricht ’92 Stabil. Pact ’97 • Deficit <3%, (schuld <60%), theoretische boetes Eur. Semester 2011 • Begrotingsplannen voorleggen in april, + jaarlijks macro-economisch hervormingsplan • Aanbevelingen van EC in Groeiraming Euro+pact 2011 • Elk jaar bijkomende hervormingstoezeggingen, te realiseren op 12 maanden 6-pack 2011 • Deficit 0% ; staatsschuld >60% nu ook reden voor buitensporigtekortprocedure (EDP); • Aanbevelingen worden versterkt door semi-automatische boetes (omgekeerde meerderheid) , zowel buitensporig tekort (deficit of schuld) als buitensporig onevenwicht (scorebord) 2-pack 2012?

Ontwerpbegroting eerst naar EC tegen 15 oktober; EC kan nieuw ontwerp eisen ; opvolgen opinie EC meebepalend in opleggen EDP Begrotingsverdrag 2013?

Gulden regel: Nultekort in nationale (grond-)wet ; ondertekening = voorwaarde voor financiële steun ???

41

Governance democratie

Governance:

 nieuwe vorm van machtsuitoefening  Verwant aan ‘corporate governance’  Maatschappelijke klassen met tegenstrijdige belangen technocratisch beheer , ‘efficiëntie’  Democratische beslissingen open coördinatiemethode 42

43