Fiscale boete

Download Report

Transcript Fiscale boete


Introductie

Medeplegen
Wettelijke regeling
Strafrecht
Daderschap en deelneming
Medeplegen in het fiscale boeterecht
En nu?

Sinds 1 juli 2009 (invoering vierde tranche AWB)

Artikel 5:1 AWB
Overtreding = gedraging die in strijd is met het bepaalde bij of
krachtens enig wettelijk voorschrift
Overtreder = degene die de overtreding pleegt of medepleegt
Overtredingen kunnen worden begaan door natuurlijke
personen en rechtspersonen. Art. 51 WvSr van toepassing
Het moet gaan om een gedraging
1.
›
›
2.
Een doen of een nalaten
Het laten bestaan van een verboden toestand
Gedraging is alleen een overtreding als
het in strijd is met het bepaalde bij of
krachtens enig wettelijk voorschrift
Alle boetebepalingen in de AWR zijn
overtredingen, zowel de verzuim- als de
vergrijpboeten





Ook zonder opzet of grove schuld
Art.67a
Art. 67b
Art. 67 c
Art. 67 ca
aangifteverzuim bij aanslagbelastingen
aangifteverzuim bij aangiftebelastingen
betalingsverzuimen bij aangiftebelastingen
voor niet voldoen aan genoemde verplichtingen
Maximale boete € 4.920
In BBBB 2011 staan in de paragrafen 21 – 24b beleidsregels mbt
de op te leggen verzuimboete
Op grond van artikel 63b invorderingswet kan er een
maximale boete van € 4.920 worden opgelegd als de
aanslagbelasting niet (tijdig) betaald wordt
Leidraad Invordering
Specifiek voor de belastingschuldigen die stelselmatig niet, niet geheel of te
laat betalen

Opzet of grove schuld vereist
› Art. 67d
› Art.67e
› Art. 67f
› Art.10a

aanslagbelastingen
navorderingsaanslagen
naheffingsaanslagen
informatieplicht
Beleid staat in par. 25-28 BBBB

Dit artikel strekt ertoe om in bepaalde , in een AMvB te
noemen, gevallen een verplichting in het leven te roepen
voor de belastingplichtige of inhoudingsplichtige tot het
spontaan verstrekken van gegevens

Genoemd worden o.a.:
Suppletie-aangiften omzetbelasting
› Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik
› Verklaring geen privé gebruik
›

Opzet of grove schuld vereist

Boete maximaal 100% (zie ook BBBB par. 28a – par. 28e)

Onder overtreder wordt verstaan:
Degene die de overtreding pleegt of
medepleegt

Kwaliteitsdelict:
› alleen degene die de kwaliteit van
belastingplichtige of inhoudingsplichtige heeft
kan het delict plegen
› Een derde kan alleen als medepleger gelden als
de belastingplichtige of inhoudingsplichtige ook
zelf pleger is


Zowel natuurlijke personen als rechtspersonen
kunnen een overtreding begaan
Artikel 51, lid 2 en 3 Wetboek van Strafrecht zijn
van overeenkomstige toepassing
Kortom, niet alleen rechtspersonen zijn zelf
beboetbaar, maar ook degenen die
opdracht hebben gegeven tot of feitelijk
leiding hebben gegeven aan het
beboetbare feit

Fysieke dader
› Degene die de gedraging daadwerkelijk
verrichtte of die naliet waartoe hij verplicht
was

Functionele dader
›
Degene die niet fysiek de delictsgedraging
heeft verricht, maar wel verantwoordelijk is
voor de gedraging. Hij wordt geacht het
delict zelf te hebben verricht

Gedragingen van natuurlijke personen moeten
worden toegerekend aan de rechtspersoon

IJzerdraad-arrest HR 23-2-1954, NJ 1954, 378
Drijfmest-arrest HR 21-10-2003 NJB 2003, 153

› Het moet gaan om handelen of nalaten van een persoon die
werkzaam is voor of bij de onderneming
› De gedraging moet binnen de normale bedrijfsuitoefening
passen
› De gedraging is de rechtspersoon dienstig geweest in het bedrijf
› De rechtspersoon kon beslissen of de gedraging wel of niet zou
plaatsvinden en vergelijkbaar gedrag werd al eerder aanvaard
Tegenover het daderschap waarbij de
dader alleen of met hulp van anderen
de gehele delictsomschrijving vervult,
staat deelneming.
 Deelnemers worden gelijkgesteld met
plegers, maar vervullen niet zelf de
gehele delictsomschrijving
 Art. 47 Wetboek van Strafrecht: doen
plegen, medeplegen en uitlokking


Opdracht geven impliceert een initiërende rol en
actieve betrokkenheid bij de totstandkoming van
het delict

Feitelijk leidinggeven vereist opzet; op het
leidinggeven zelf en op het grondfeit dat door de
rechtspersoon is begaan
› Voldoende is dat de functionaris op de hoogte was van
het plegen door de rechtspersoon van soortgelijke
gedragingen en dat hij bewust de aanmerkelijke kans
aanvaardt dat deze verboden gedragingen zich zullen
voordoen HR 16-12-1986 NJ 1987/321 Slavenburg II




Wetgever heeft expliciet verwezen naar
artikel 47 Wetboek van Strafrecht
Twee of meer personen plegen gezamelijk een
delict
Niet vereist dat ieder afzonderlijk alle bestanddelen
van het delict vervullen
Wel vereist dat er sprake is van een bewuste en
nauwe samenwerking
› Dubbel opzet: opzet gericht op de samenwerking en
opzet gericht op het doel van de samenwerking, het
strafbare feit

Oplichtingsarrest HR 6-12-2005 LJN AU2246
› Volgens de Hoge Raad kan van medeplegen geen sprake zijn
als het opzet bij de mededader(s) ontbreekt

Hof Den Bosch (bel.adviseur Hiddink) 4-3-2009
› Er hoeft niet te worden vastgesteld dat de personen met wie de
belastingadviseur heeft medegepleegd eveneens opzet
hadden op de gedraging en de samenwerking

HR 6 maart 2012 (bel.adviseur Hiddink)
› Als vaststaat dat opzet bij de mededader ontbreekt dan kan er
geen sprake zijn van medeplegen, maar dat opzet hoeft niet uit
de bewezenverklaring te volgen

Voor medeplegen moet voldoende duidelijk verband
bestaan tussen de handeling van de adviseur en het
beboetbare feit, bijv het indienen van een onjuiste of
onvolledige aangifte

Vaststellen van belang want alleen dan kan er een
fiscale boete worden opgelegd, bij medeplichtigheid
kan dit niet. Bij medeplichtigheid is er sprake van een
ondergeschikte rol, er wordt slechts hulp verleend.

Verder moet er enige vorm van overleg zijn geweest,
waaruit de samenwerking kan blijken

Kleine quiz………

Tussenpersoon beleggingen

Clickfonds

Leverancier afroom kassa systemen

Belastingadviseur Guus Hiddink

Accountant en geantedateerde brief

Het in samenspraak met de klant niet melden van
een fout in de vermogensetikettering

het opvoeren van fictieve posten of het opvoeren
van een aftrekpost waarvan men weet dat er
geen recht op bestaat

Het indienen van een aangifte op basis van
stukken waarvan men weet dat deze vals zijn

Ook passieve aanwezigheid en het zich niet
distanciëren van de gedraging kunnen
medeplegen opleveren

Het gaat er dan om dat iemand na laat te
handelen waar dit wel is geboden, bijvoorbeeld:
› Wel aanwezig, maar niets (meer) doen of niet ingrijpen
› Een situatie laten voortduren


Schietpartij Bacchus
Maja Bradaric

Passieve aanwezigheid alleen als
medeplegen aanmerken als:
› De betrokkene een belangrijke rol speelde bij
het maken van plannen of afspraken
› Indien zijn aanwezigheid voorwaarde was om
het delict tot uitvoer te brengen
 hetzij omdat de andere mededaders daardoor gesterkt
zijn
 hetzij omdat de medepleger de reële mogelijkheid om
anderen van het feit af te houden onbenut heeft
gelaten
Adviseur doet onjuiste aangifte. Collega
weet hier van
 Adviseur weet dat zijn klant
afroomsoftware gebruikt
 Adviseur weet dat klant knoeit met zijn
administratie
 Adviseur ziet geen inkomen maar wel
een ruim bestedingspatroon


In een verweer tegen een opgelegde boete aan
een adviseur moet altijd gesteld worden dat bij de
belastingplichtige opzet of grove schuld ontbreekt
› Gevolg is dat de inspecteur moet bewijzen dat
bij beiden opzet of grove schuld aanwezig was
› Toerekening niet meer mogelijk
› Bewijs kan wel geleverd worden mbv
vermoedens
› Belastingplichtige heeft zorgplicht mbt keuze
adviseur
› Inspecteur moet ook bewijzen dat er sprake was
van bewuste en nauwe samenwerking
› Ook de grondslag van de boete aan de orde
stellen
Art. 47 AWR?
 Niet meewerken aan eigen veroordeling
 Fairplay beginsel
 Informeel verschoningsrecht




Geen aparte regels voor medepleger, Passend en Geboden
Strafverzwarende dan wel strafverminderende
omstandigheden
Aandachtspunten:
› De inhoud van de overtreding (listige fraude of ‘gewone’
›
›
›
›
›
›
›
›
verwijtbaarheid
De mate van verwijtbaarheid
De rol die de medepleger heeft gespeeld
De mate waarin hij heeft geprofiteerd van de gedraging
Diens persoonlijke (wo financiële) omstandigheden
Het aantal malen dat de medepleger dezelfde norm heeft
overtreden
De eventuele aanwezigheid van recidive in het algemeen
De maatschappelijke repercussies
Het uitstralingseffect van de boete aan de belastingplichtige
naar de medepleger