presentatie - verwijzersplatform.be

Download Report

Transcript presentatie - verwijzersplatform.be

R

EGIONALE

C

OMMISSIE

P

RIORITEITEN

O

OST

-V

LAANDEREN

T IPS EN TRICS BIJ HET INDIENEN VAN EEN PRIORITAIR TE BEMIDDELEN DOSSIER Anneleen Rimbaut (CAR Ter Kouter) Bruno Van Dam en (DMW CM Waas en Dender)

RPC O OST -V LAANDEREN

1 RPC met 2 kamers

Beide kamers op gelijke wijze opgebouwd en behandelen alle vragen

O

PDRACHTEN RPC ( CFR . UR Z ORGREGIE )

  

(al dan niet) toekennen status prioritair te bemiddelen zorgvraag Adviseren over toekenning en opvolgen persoons volgende convenanten Adviseren gemotiveerd voorstel voor opname afwijkend van de prioriteitsbepaling

  

PTB toeleiden naar de Zorgbemiddeling Jaarlijks rapporteren aan de stuurgroep ROG Mogelijks bijkomende opdrachten van de stuurgroep

S AMENSTELLING RPC

Iedere kamer bestaat uit:

Stemgerechtigde leden:

 2 leden vanuit de voorzieningen   2 leden vanuit de verenigingen voor personen met een handicap 2 leden vanuit het platform van verwijzers  + coördinator zorgregie

Niet stemgerechtigde leden

   Het coördinatiepunt handicap Oost-Vlaanderen; Een neutrale voorzitter wordt toegevoegd aan de vergadering. De Oost-Vlaamse coördinator van het VGPH kan toegevoegd worden ter ondersteuning van de gebruikers

S AMENSTELLING RPC

 

Om geldig te vergaderen moeten de drie geledingen aanwezig zijn externe waarnemers (als deskundige ifv. te behandelen onderwerp) kunnen de vergadering bijwonen, maar hebben geen stemrecht

V ERGADERFREQUENTIE RPC

tweemaal per maand (met een maximum interval van 45 kalenderdagen; afgestemd op maximale behandeltermijnen zoals vastgelegd in de uitvoeringsrichtlijnen zorgregie)

A AVRAAGPROCEDURE PTB

     Enkel de hoofdcontactpersoon kan een aanvraag status PTB zorgvraag indienen via de checklist in de applicatie zorgregie De contactpersoon doet de aanvraag steeds in overleg met de cliënt De checklist moet uiterlijk de 10 de bijeenkomst RPC ingevuld zijn in de applicatie zorgregie. de kalenderdag voor de checklists aanvraag PTB, aanvraag PTB PAB en aanvraag persoonsvolgend convenant door de zorgvrager of zijn wettelijk vertegenwoordiger ondertekend (handtekenplicht) Indien de checklist niet actueel of onvolledig is, is de aanvraag niet ontvankelijk.

BEOORDELINGSWIJZE A ANVRAGEN

    Toekenningen rekening houden met een door het VAPH opgelegd quotum: het quotum is bedoeld om de zorgvragers met PTB zorgvraag maximale instroom en/of toeleidingskansen te bieden.

rekening met de beoordelingscriteria zoals vastgelegd in de uitvoeringsrichtlijnen zorgregie. De regionale prioriteitencommissie hanteert bij de bespreking van aanvragen de beslissingsboom de beslissingen genomen worden op basis van een intersubjectieve consensus. Deze intersubjectieve afweging en consensus is hét cruciale element in het proces, door een goede omschrijving van de beslissingscriteria kan echter getracht de objectiviteit te verhogen.

BEOORDELINGSWIJZE A ANVRAGEN

   In essentie blijft de toekenning status prioritair te bemiddelen een inschatting van de discrepantie tussen de ondersteuningsnood enerzijds en de huidige ondersteuning anderzijds. Centraal hierin is de beoordeling van de ernstgraad van de zorgvraag. Verdere bijkomende beoordelingscriteria:    instapbereidheid/expliciete voorkeur periode wachtend het bemiddelingstraject Deze criteria worden door de leden van de prioriteitencommissie verder geconcretiseerd en geoperationaliseerd in een voortdurend proces van aftoetsing aan concrete dossiers

BEOORDELINGSWIJZE A ANVRAGEN B ESLISSINGSBOOM

Inschatting van de discrepantie tussen ondersteuningsnood en huidige ondersteuning Primaire beoordelingscriteria Ondersteuningsnood Ernstgraad zorgvraag Mogelijkheden en draagkracht sociaal netwerk/reguliere hulpverlening Ernst - complexiteit Mogelijkheden netwerk/reguliere hulpverlening Bijkomende beoordelingscriteria Inclusie Instapbereidheid/expliciete voorkeur Geestelijke/lichamelijke integriteit persoon Draagkracht netwerk/reguliere hulpverlening Periode wachtend Snel degeneratief proces Geestelijke/lichamelijke integriteit netwerk/reguliere hulpverlening Bemiddelingstraject Houdbaarheid huidige ondersteuning

BEOORDELINGSWIJZE A ANVRAGEN B ESLISSINGSBOOM

Criteria

1. Ernst - complexiteit 2.Geestelijke/lichamelijke integriteit persoon 3. Snel degeneratief proces 4. Mogelijkheden netwerk 5. Draagkracht netwerk

Operationalisering

Zware ondersteuningsnood vanuit ernst en/of complexiteit. We bedoelen hier niet enkel ‘nursing’zorgvragers, maar ook die zorgvragers waar een complexe problematiek aanwezig is (bvb. personen met een licht mentale handicap en ernstige bijkomende gedragsproblemen…). De inschatting gebeurt op basis van de omschrijving van de zorgvraag.

De geestelijke en/of lichamelijke integriteit van de persoon met een beperking komt in het gedrang, door de problematiek van de persoon zelf, dan wel door elementen in het netwerk (agressie, misbruik, incest…).

De aanwezigheid van degeneratieve evoluties wordt meegenomen. Deze kunnen lichamelijk-somatisch zijn, maar ook psychisch. Het degeneratieve proces is in principe niet of slechts gedeeltelijk om te keren. Het effect van het ontbreken van gepaste ondersteuning op het proces wordt mee afgewogen als belangrijke factor.

De zorgmogelijkheden van het netwerk worden afgewogen. Hierbij hanteren we een volgorde: 1. ontbreken netwerk 2. netwerk zonder ouders of ouders op zeer hoge leeftijd met ernstige gezondheidsproblemen 3. netwerk éénoudergezinnen De draagkracht van het netwerk is uiteraard nauw verbonden met de mogelijkheden. Correctie op de mogelijkheden van het netwerk kan via dit criterium gebeuren. De volgorde die hierboven bepaald wordt bijkomend beïnvloed en gewijzigd worden door de volgende factoren: 1. hoge leeftijd netwerk 2. medische en/of psychische problemen of handicap in het netwerk 3. netwerk is te zwaar belast en kan verantwoordelijkheid niet meer dragen 4. netwerk dreigt uiteen te vallen waardoor er geen continuïteit meer is 5. huisvesting is onvoldoende voor de zorg/ondersteuning 6. financiële draagkracht om ondersteuning te realiseren is niet toereikend 7. dreiging van vereenzaming voor de persoon met de handicap 8. conflictueuze relatie tussen persoon met handicap en netwerk 9. zeer zware ondersteuningsnood van de persoon met de handicap

BEOORDELINGSWIJZE A ANVRAGEN B ESLISSINGSBOOM

6.Geestelijke/lichamelijke integriteit netwerk De geestelijke en/of lichamelijke integriteit van personen in het netwerk (meestal de ouders, broers of zussen) komt in het gedrang. Bvb. bij ernstige gedragsproblemen, medische problemen ouders bij verzorgingsbehoefte zorgvrager… Bij dit criterium wordt eerst afgewogen of reguliere hulpverleningsmogelijkheden uitgeput werden.

7.Houdbaarheid

ondersteuning huidige Vervolgens wordt afgewogen op welke termijn de huidige ondersteuning kan volgehouden worden. Dit is uiteraard afhankelijk van andere criteria o.a. draagkracht en mogelijkheden van het netwerk. De afweging van de houdbaarheid van de ondersteuning gebeurt ook voor mensen die opgenomen zijn in een VAPH-voorziening, maar voor wie de huidige ondersteuningsvorm niet volstaat omdat de ondersteuningsnood te zwaar geworden is. In deze situaties wordt de VAPH-voorziening mee beoordeeld als een deel van het netwerk.

8. Inclusie Inclusie betekent de volwaardige insluiting van groepen in de samenleving die op sociaal vlak vaak worden uitgesloten, zoals personen met een handicap. Inclusie gaat uit van gelijkwaardige rechten en plichten voor mensen met een handicap (zie Burgerschapsmodel of Burgerschapsparadigma). Inclusie wordt vaak verward met integratie, maar gaat eigenlijk veel verder dan integratie. Bij inclusie past de omge ving zich aan aan de persoon met een handicap, bij integratie past de persoon met een handicap zich aan aan de omgeving.

9. Bemiddelingstraject 10. Instapbereidheid/ exclusieve voorkeur 11. Periode wachtend Voor vragen zorg in natura wordt het aantal bemiddelingspogingen afgewogen tegenover de tijdslimiet en de mogelijkheden, die mee bepaald worden door de andere criteria, o.a. ernst handicap. Dit criterium wordt steeds minder belangrijk. Indien mogelijk wordt ook steeds bekeken of reguliere hulpverlening voldoende verkend is. Indien na langdurige bemiddeling blijkt dat er geen gepast aanbod is kan dit een element zijn in de prioriteitsbepaling, in afwachting van toekomstige afstemming en planning van het aanbod.

Als blijkt dat een persoon met een status prioritair dossier, zonder voldoende motivatie, weigert in te gaan op een passend aanbod leidt dit tot het stopzetten van de status prioritair te bemiddelen.

Voor vragen PAB wordt bekeken in hoeverre de mogelijkheden binnen reguliere hulpverlening voldoende verkend werden.

Instapbereidheid/exclusieve voorkeur is een uitsluitingscriterium. Regionale elementen (hulpverlening dicht bij huis/sociaal netwerk) kunnen wel meegenomen worden via het aangeven en motiveren van een beperktere regio waarin een oplossing gezocht wordt. Belangrijk is dus instapbereidheid te bekijken met respect voor de vraag tot betrokkenheid, nabijheid van het sociaal netwerk.

De duur van de zoektocht naar een geschikte oplossing wordt in de marge meegenomen, maar wordt net als het bemiddelingstraject minder belangrijk als criterium. Het criterium duurtijd wachtperiode kan echter wel spelen als er een afweging moet gebeuren tussen dossiers die een gelijkaardige discrepantie hebben tussen huidige ondersteuning en ondersteuningsnood.

H ERZIENINGEN BIJ NEGATIEF ADVIES

    Negatief besliste aanvragen PTB, kunnen opnieuw geagendeerd worden op voorwaarde dat er nieuwe elementen of argumenten kunnen toegevoegd worden aan het individuele dossier De nieuwe informatie dient expliciet benoemd en aangevuld te worden in de checklist Aanwezigheid netwerk op RPC:     2 per RPC-vergadering maximaal 10 minuten de tijd om het dossier voor te stellen Na de toelichting verlaat de zorgvrager en/of contactpersoon de zaal en de beslissing wordt nadien pas door de RPC-leden genomen. Ten vroegste de dag na de vergadering wordt de beslissing van de RPC aan de contactpersoon meegedeeld

D OSSIERS MINDERJARIGEN : IRPC ( INTERSECTORALE R EGIONALE P RIORITEITEN C OMMISSIE )

  

sinds 16 september 2013: dossiers voor minderjarigen via intersectorale toegangspoort Contactpersoon dient een dossier in bij de IT ITP selecteert:

  Afroepdossiers Discussiedossiers  

De discussiedossiers worden ter discussie geagendeerd op de iRPC Deze commissie wordt samengesteld uit de huidige RPC aangevuld met Jeughulpregisseurs en Regio Coördinator van de ITP.

T IPS & T RICS BIJ INVULLEN CHECKLIST A LGEMEEN

     als er doorheen de ganse checklist bij verschillende rubrieken onvoldoende informatie wordt gegeven dan is het onmogelijk om als RPC zicht te krijgen op het gehele plaatje Proza is niet nodig!  geen hoogstaande literaire werken Bij opnieuw aanbieden, duidelijk onderscheid maken tussen eerste aanvraag en tweede aanvraag de problematiek van de cliënt:   welke problematiek?  Welk Syndroom?

Omschrijf de problematiek is van de cliënt omschrijf waarvoor het syndroom staat! : waarvoor staat dit, heeft dit invloed op gedrag, op wie de persoon is, hoe de persoon zich uit,…  in welke situaties komt de problematiek nog meer tot uiting,…  fysiek beperking, mentale beperking, … is er een verzwarende problematiek. netwerk:  wat kan het netwerk nog aan/niet meer aan en waarom, wat zorgt ervoor dat een terugkeer naar huis niet meer mogelijk is   blijf concreet: niet elke bejaarde is hoogbejaard … is er geen netwerk meer. Is dit recent? Had de persoon een goede band met die netwerkfiguur?....

T IPS & T RICS BIJ INVULLEN CHECKLIST A LGEMEEN

 de ondersteuningsnood/ de zorgvraag  welke ondersteuning heeft de cliënt nodig? Bij welke domeinen?

  heeft de cliënt eigen wensen? zo ja, welke? Wat vindt de cliënt belangrijk?

zijn er noden binnen het netwerk? wat geeft het netwerk aan?

 de huidige situatie:  waar verblijft de persoon op het moment van de aanvraag.   Wat wordt er vanuit deze situatie/dit verblijf vastgesteld naar gedrag, mogelijkheden, problemen. waarom is draakkracht van het netwerk zwak?  waarom is het aanbod niet meer passend?

T IPS & T RICS BIJ INVULLEN CHECKLIST A LGEMEEN

CONCLUSIE: omschrijven is de boodschap!!

Maak concreet zonder ellenlange epistels te schrijven

T IPS & T RICS BIJ INVULLEN CHECKLIST A LGEMEEN

Criteria waarop de leden van de RPC een dossier

moeten beoordelen :        Kloof tussen huidige en noodzakelijke ondersteuning Onhoudbaarheid van de huidige situatie op korte termijn Draagkracht sociaal netwerk Geestelijke integriteit PMH en/of netwerk Bemiddelingstraject van de zorgvraag Wat is het ondersteuningsperspectief en de houdbaarheid hiervan Instapbereidheid en expliciete voorkeur PMH

O VERLOPEN C HECKLIST

Vraag 14: her aanvraag PTB

Specifieer waarom je een her aanvraag doet: vb: De klant vraagt het je heel expliciet De sociale context kan zorg niet meer aan. Je kan geen plaats vinden: je hebt een aantal maal aangemeld?

Vraag 17: wat is er anders

Maak dit concreet, zoals: moeder ligt in het ziekenhuis, zij is de voornaamste zorgdrager. GH kan/wil niet meer komen.

Vraag 16: vraagverduidelijking

Denk hierbij aan perspectief 2020, de concentrische cirkels Zijn de mogelijkheden duidelijk voor klant? Zijn de cirkels doorlopen? Is er een aanvraag lopende bij DOP. Wat zijn hun conclusies?

Vraag 17: problematiek + ernst

Een diagnose zegt niet alles. Niet elke klant met MS zit in vb in dezelfde fase … Een diagnose kan nog maar recent gesteld zijn en er is nog prognose of achteruitgangmogelijk … Bepaalde diagnoses zijn vrij zeldzaam , leg ze uit…

O VERLOPEN C HECKLIST

Vraag 18: functioneren

Ga hier heel concreet op in: soms lezen we ‘betrokkene is afh voor ADL’: is dat dan OL? BL? Enkel voeten en rug enz. Soms kan iemand in ideale omstandigheden volledig zelfstandig zijn met transferplank, maar woning is niet aangepast (dus hebben ze veel hulp nodig) Bij combi problematiek: vb fysieke handicap en mentale beperking. Soms kan de fysieke beperking niet zo groot zijn, maar door de mentale beperking kan de klant niet ‘leren’ om hiermee om te gaan. Daardoor wordt er veel zorg ingeschakeld.

Vraag 19: Kwaliteit

Denk hierbij aan wat klant aangeeft als zijnde een enorm gevolg die zijn of haar kwaliteit van leven aantast. Vb klant ging graag werken, kan dit niet meer: heeft hierdoor minder inkomsten en sociale contacten Vb klant kan niet meer stappen, heeft kleine kinderen: moet hierdoor minder activiteiten opnemen met kinderen. Vb klant kan beperking niet aan, is hierdoor depris …

Vraag 20 sociale context

Denk terug aan de concentrische cirkels. Mantelzorger: relatie ten aanzien van klant (gehuwd, samenwonend) Familie – belangrijke derden ….enz

O VERLOPEN C HECKLIST

Vraag 21: problemen relatie sociale context

Verschil tussen wat vraagt klant ten aanzien van mantelzorger en wat wil mantelzorger bieden klant en zussen  soms hierdoor discussies Vb zussen zorgen voor klant: klant wil geen hulp; er is hierdoor ruzie tussen Soms lezen we: PMH is onhandelbaar thuis: Wat wil dit concreet zeggen?

O VERLOPEN C HECKLIST

Vraag 22: problemen binnen sociale context

Vb echtgenoot van mantelzorger wil niet meer dat zijn vrouw aan huis gaat bij klant “

Cliënt is alleenstaand en heeft 2 zussen”.

  welke rol nemen de zussen op? Wat is hun draagkracht? Welke band is er tussen broer en zussen? als er ook in de andere rubrieken geen informatie wordt weergegeven over het netwerk dan krijgt de RPC geen concreet zicht op wat lukt er (nog)/wat lukt niet meer binnen het netwerk? “mama heeft een zwakke draagkracht. De draagkracht is ook erg wisselend. Mama wordt begeleid vanuit een thuisbegeleidingsdienst en krijgt gezinshulp. “ de zorgvraag van betrokkene is niet specifiek maar des te meer de sociale context. Geen terugvalbasis sociaal netwerk – opvang in bezigheidstehuis is noodzakelijk.’     geen informatie over de zorgvraag mbt de cliënt? Waarom heeft de cliënt bezigheidstehuis nodig? wat is er specifiek aan de sociale context? Ietwat meer omschrijving van de draagkracht mama. Wat zorgt ervoor dat de draagkracht zwak is? is er zicht op de problematiek van de mama? “de relatie tussen de ouders en de jongere is met momenten zeer conflictueus. Het komt hierbij soms tot fysieke agressie. Jongere dreigt ook met geweld. De ouders zijn er niet meer gerust in. geen concrete omschrijving van conflictueus. Wanneer (op welke momenten) zit het niet goed tussen ouders en jongere? wat is soms? geen omschrijving van de momenten.  geen omschrijving van de fysieke agressie (is het slaan, schoppen, bijten, met materiaal gooien,…)

O VERLOPEN C HECKLIST

Vraag 23 en 24: korte termijn relatie + problemen korte termijn sociale context

Partner gaat wel uit het huis en wil niet meer voor klant zorgen. verhuis= 1 dec. Mantelzorger moet OP krijgen op … en zal X aantal weken uit zijn. Mantelzorger heeft depressie en moet opgenomen worden (opname moet ASAP).

Vraag 25: protectieve factoren

Kind woont bij bejaarde ouders. Vraag nursing. Ouders moeten klant kunnen bezoeken. Hebben geen auto. Bepaalde instellingen zijn te bereiken met openbaar vervoer: vb ….

Vraag 26: huidige woonsituatie + dagbesteding

Blijf praktisch: klant gaan in de VM naar reva, woont gvl, enz … Maak een spreekwoordelijke foto van sit

Vraag 28 + 29: VAPH + tijdelijk karakter

Vb PAB: inkoop van zorg via GH Vb nu in crisisopvang Tijdelijk karakter: vb opvang via noodsituatie vb opname in kortverblijf: moet weg 1dec

O VERLOPEN C HECKLIST

Vraag 30: voldoet vraag

Vb klant nu in dagopvang: familie heeft dit genomen, maar volstaat niet. Klant ’s avonds en WE alleen thuis. Te risicovol …. Kortverblijf geprobeerd: veel beter, sluit meer aan op de vraag van klant en familie.

Vraag 32 en 33: reguliere diensten

GH, PH met DC TVE Dagopvang in ouderenzorg Tijdelijk: Dagopvang stop omdat vervoer niet meer te betalen is.

Vraag 34 en 35: voldoet ondersteuning? Waarom niet meer?

GH is prima , maar komt beperkte tijd: klant kan niet meer betalen. AO verzekering betaald voor 200 dienstencheques: klant kan hiermee X aantal hulp per maand betalen. RIZIV normering voor TVE geeft hem maar recht op 1x in de week TVE: klant kan niet meer betalen Geen reguliere diensten: klant wil niet

“Cliënt verblijft in internaat schoolgaanden en gaat, met verlengingen CABO, nog steeds naar het buitengewoon onderwijs type 2, opleidingsvorm 1. Het klasverlopen verloopt problematisch en gaat (veelvuldig) gepaard met zware gedragsproblemen

.”  geen omschrijving van problematisch  geen omschrijving van de zware gedragsproblemen. Welke gedragsproblemen zijn er? Tov van wie en/of wat?)

Vraag 36: hulpmiddelen

VAPH IMB: aanpassing badkamer, enz RIZIV: rolwagen Verzekering: … Hulpmiddel X zou zelfstandigheid bevorderen, maar klant heeft hiervoor geld niet. Is in aanvraag bij …

O VERLOPEN C HECKLIST

Vraag 37: huidige ondersteuning behouden

Vb: dagcentrum: omwille van vrije tijd enz Vb GH: samen koken Vraag 38 : zorgbemiddeling Binnen VAPH Met familie is op bezoek gegaan naar … Er is aangemeld bij: Niet gelukt omwille van te ver voor familie, niet passend in instelling Al in kortverblijf gegaan bij: niet passend omwille van Vraag 39: zorgbemiddeling Buiten VAPH Plaats RVT aangevraagd: KATZ te laag , mentale handicap scoort niet op katz Dagopvang via ouderzorg: niet aanvaard omwille van leeftijd

Vraag 40: ondersteuningsnood

Maak verhaal logisch voor een buitenstaander. Vb GH kan niet in de avonduren … dagelijks hulp is te duur. Ouders kunnen niet voor klant zorgen  dus hij zit alleen , valt veel; gevaar sit: vuur aansteken, enz Dus : tehuis

Vraag 41 en 42: kloof huidige ondersteuning en gevraagde ondersteuning + situatie veranderen

Vb nu dagopvang in VAPH: waarom is dit niet genoeg? Welke momenten loopt het mis en waar kan VAPH hier het verschil maken… Let op: indien reguliere diensten kunnen oplossing zijn (denk aan de concentrische cirkels) moet dit duidelijk zijn waarom dit niet ‘gebruikt’ wordt

O VERLOPEN C HECKLIST

Vraag 43 : kwaliteit

Vb gezin met verschillende kinderen, waarvan 2 klanten met PMH Ouders moeten tijd heel strikt verdelen, hebben geen tijd voor 1/1 aandacht. Gezien problematiek (vb autisme) is dit wenselijk. Doordat 2 kinderen (PMH) niet samen thuis zijn, kan dit mgl zijn. Volgens therapeuten is dit een minimum. Gedrag zou vele veranderen indien dit mogelijk zou zijn.

O VERLOPEN C HECKLIST

Vraag 44 : inclusie

Vb begeleid wonen : klant zou hierdoor vrijwilligerswerk kunnen doen …

Vraag 45: context veranderen

Vb: oma zorgt nu voor kinderen (waaronder 1 PMH= klant) klant is rolwagen afh en doet met veel ondersteuning transfers. Vraag voor PAB: Gezien leeftijd oma (88j) is heffen en tillen geen optie.

O VERLOPEN C HECKLIST

Vraag 46 en 47: PTB?

Denk hier terug aan de concentrische cirkels! Wat is er zo uitzonderlijk waarom dit een PTB is.

Vraag 49: inhoudelijke feedback

Soms wil klant aanvullingen doen of bepaalde info weglaten

handtekening

1 v/d mogelijkheden moet aangeklikt worden. waarom was het niet mogelijk: je hebt een afspraak met de klant volgende week en dan zal klant tekenen

V RAGEN ??