Innovatieve beweegstimulering in de praktijk en thuis(T
Download
Report
Transcript Innovatieve beweegstimulering in de praktijk en thuis(T
Innovatieve beweegstimulering in de praktijk en thuis
Tinus Jongert
lector Haagse Hogeschool
directeur NPi
1
Innovatieve beweegstimulering in de praktijk en thuis
van begeleid naar zelfstandig bewegen
2
Uitdaging: langer gezond zelfstandig wonen
Zelfmanagement
Empowerment
Technologische ondersteuning
Bewegen als aangrijpingspunt
3
Bewegen is gezond: wetenschappelijke inzichten
Mate van bewijs
Gezondheidsparameters
Ontstaan van
ziekten
(primaire
preventie)
Beloop van ziekten
(tertiaire preventie)
Overtuigend
bewijs positief
effect (+++)
Lichaamsgewicht
Vetpercentage
Bloeddruk
HDL/LDL cholesterol
Glucosetolerantie
Insulinegevoeligheid
Botdichtheid
Slaappatroon
Hart- en
vaatziekten
Diabetes mellitus II
Overgewicht
Osteoporose
Coronaire hartziekten
Diabetes mellitus II
Overgewicht
Beroerte
Depressie
Colonkanker
Borstkanker
COPD
Osteoporose
Beroerte
Angst en depressie
Reumatoïde artritis
Epilepsie
Cystic fibrosis
Sterke
aanwijzingen
positief effect
(++)
Specifieke effecten bewegen voor ouderen
• ↑ zelfredzaamheid
(Barry& Carsson, 2004, Lathman, 2004)
• ↑ participatie (Barry& Carsson, 2004, Lathman, 2004, Vreede 2005)
• ↓valangst (Klieman, 2007)
• ↑ cognitieve functies (Klieman, 2007)
• ↓ depressies
(Klieman, 2007)
5
Exergames als oplossing ???
•
•
•
•
•
•
48 miljoen uur gamen per week
75% van bevolking speelt computergames
57% vd ouderen speelt games
Plezier
Persuasive technology
Adherence
6
voorbeelden
7
voorbeelden
8
Games moeten functioneel zijn
•
•
•
•
•
geen technology push
Games moeten zinvolle bijdrage leveren
Beweegactiviteiten moeten zinvol zijn
Voldoende intensiteit
Gericht op de juiste grondmotorische
eigenschappen
• Functioneel
• Juiste doelgroep bereiken
• Structureel veranderen van gedrag: aansluiten op
gedragsdeterminanten
9
Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB)
Jongeren:
- 1 uur/dag matig intensieve lichamelijke activiteit (5-8 MET),
inclusief ≥ 2x/week activiteiten gericht op verbeteren/
handhaven van lichamelijke fitheid.
Volwassenen:
- ≥ 30 min matig intensieve lichamelijke activiteit (4-6,5 MET)
op ≥ 5 dagen / week.
55-plussers:
- ≥ 30 min matig intensieve lichamelijke activiteit (3-5 MET)
op ≥ 5 dagen/week.
- Trend: meer aandacht voor fitheid/vitaliteit, sedentair
gedrag, normen voor specifieke groepen ouderen
Beweegnormen
• Ned Norm Gezond Bewegen (NNGB): 30 minuten
per dag tenminste matig intensieve
lichaamsbeweging op tenminste 5 dagen van de
week
• Fitnorm: minimaal 3x/week 20 minuten
intensieve lichaamsbeweging
• Combinorm: voldoet aan NNGB en/of fitnorm
• Specifiek voor ouderen: ≥ 2x/week
krachtoefeningen
Actieve leefstijl
(Bron: Department of Nutritional Sciences)
Plan van aanpak
Maatschappelijk probleem: zelfredzaamheid ouderen
Probleemanalyse: aard/omvang
Oorzaken: gedragsdeterminanten
Oplossingen: inventarisatie
Plan van eisen en voorwaarden
Interventie/innovatie : > ontwerpen, effectevaluatie > realisatie
implementatie
Achtergronden beweeggedrag
Norm
% volwassen
bevolking
% ouderen (65+)
Inactief
5,5
14
NNGB
60,9
52,8
Fitnorm
23,5
10,4
Combinorm
68,2
58,4
Ouderen blijven achter bij het landelijk gemiddelde
Chorus, in Hildebrandt et al, 2010
14
Soorten activiteiten ouderen:
gem 103 min /dag (alle activiteiten)
tu
ini
er
en
hu
ish
ou
de
n
n
nd
ele
wa
tse
n
ouderen 65+: 2009
fie
sp
or
t
minuten per
dag
45
40
35
30
25
20
15
10
5
0
Hildebrandt et al, 2010
Bewegingsarmoede: relatie met
achtergrondkenmerken ouderen
• Leeftijd : 75 + bewegen minder
• Geslacht : vrouwen voldoen minder aan
beweegnormen
• Sporten : sporters voldoen vaker aan normen
• Etniciteit : Nederlandse afkomst voldoen vaker
aan normen
• Chronische aandoeningen: mensen met
chronische aandoeningen voldoen minder aan
beweegnormen
16
Beweegstimulering: determinanten van
beweeggedrag
• Attitude tav bewegen is goed; zelfs bij inactieve
ouderen bij 54%
• De sociale omgeving is weinig stimulerend; bij
inactieve ouderen is er slechts bij 6% veel
stimulans uit directe sociale omgeving
• Zelf effectiviteit is laag; 25% van de inactieve
ouderen denkt dat het lukt om meer te gaan
bewegen
• Chronische aandoeningen leveren
drempels/barrieres (door klachten, angst)
17
Beweegnormen en chronische aandoeningen
Normen:
Algehele
bevolking
Chronisch
Zieken
H&v
Ziekten
Long
COPD
DM
kanker
inactief
3,5 %
12,3
21,5
15,6
14,1
15,3
NNGB
61,7
54,9
40,7
48,7
51,2
49,3
Fitnorm
21,8
16,7
11,0
15,7
10,8
13,8
Combinorm
69,1
61,3
46,2
55,5
56,6
58,9
2006-2009, Chorus, in Hildebrandt 2010
18
Determinanten beweeggedrag
chronisch zieken
•
•
•
•
•
Attitude tav bewegen is slechter
Meer bewegen wordt minder prettig ervaren
Eigen effectiviteit tav bewegen is laag
Ervaren sociale steun is relatief laag
Klachten symptomen agv aandoening vormen
drempel
• Idem tav (beweeg)angst
19
Registraties ouderen verpleeghuis :
gem 5 min lich activiteit/dag
(1953 counts= 3 MET’s)
Bron: Leni de Ligny 2007
Kracht
norm :≥2x/week krachtoefeningen
Belang krachttraining (Chorus in Hildebrandt, 2010,
Nelson, 2007):
• Tegengaan functionele achteruitgang
• Tegengaan verlies aan zelfstandigheid
• NB 23% van de ouderen
• (65+) voldoet aan krachtnorm
(Hildebrandt, 2010)
21
Trainingen om dagelijks functioneren te
verbeteren zijn in te delen in (de Vreede, 2002, 2005):
1.
Training voor basisfuncties (=motorische
grondeigenschappen);
2.
Training gericht op het verbeteren van
handelingen uit het dagelijks leven, ofwel
functionele trainingen;
Vergelijkend onderzoek
(Skelton, 1995, Meijer,
1999, de Vreede, 2005):
Trainen van motorische grondeigenschappen
leidt:
-Wel tot een verbetering van motorische
grondeigenschappen;
-Niet tot een verbetering van adl-functioneren.
functioneel trainen is noodzakelijk voor
verbetering in adl-functioneren (de Vreede,
2002,2005)
Gemiddelde Totaal score ADL
56
(ADAP score)
*
*
54
52
50
Kracht
Functie
Controle
ADAP
48
units
46
44
42
40
Baseline
* p<0.05 vs baseline
3 maanden
9 maanden
De Vreede et al, J Am Geriatric Soc 2005;53(1):2-10
Zelfmanagement: regie in eigen handen
• Teamwork waarbij de cliënt stuurman is
• Ondersteuning bij zelfmanagement:
- aanmoedigen
- aanreiken
- adviseren
- afspreken
- assisteren
25
Zelfmanagement vraagt om
• Kennis
• Eigen aandeel
• Self-efficacy
– eigen doelen
– actieplan
– Vaardigheden om zelf problemen op te lossen
• Leven met beperkingen
26
Bewegstimulering voor ouderen
•
•
•
•
•
•
•
Case finding / verwijzing / instroom
Intake
Doelen formuleren
In/exclusie
Plan van aanpak maken
Wegnemen drempels barrières
Structureel werken aan gedragsverandering
rekening houdend met determinanten, individuele
kenmerken, versterken zelfmanagement
• Afbouw begeleiding / opbouw eigen activiteiten
27
Is innovatieve beweegstimulering / gaming
een optie?
• Beweeggames zijn leuk
• Beweeggames kunnen leiden tot voldoende
trainingsintensiteit
• Ouderen kunnen games spelen
• Games voor thuisgebruik zijn (steeds meer)
beschikbaar voor ouderen
• Effectiviteit voor specifieke doelen is onvoldoende
bekend
• Lange termijn effecten (tr effecten, adherence)
zijn onvoldoende bekend
28
Goede games (plan van eisen)
•
•
•
•
•
•
-
Zijn praktisch bruikbaar (oa qua bedieningsgemak)
Zijn beschikbaar en betaalbaar voor de doelgroep
Sluiten aan op fysieke, mentale eigenschappen doelgroep
Richten zich op specifieke effecten bv vergroten spierkracht/
functioneel trainen, vergroten zelfredzaamheid, valpreventie
Zijn in staat om het gebruik, de belasting en prestaties te
monitoren
Sluiten aan op gedragsdeterminanten zoals
Vergroten zelf effectiviteit
Vergroten sociale steun
Stimulerende omgeving
29
Toekomst (lectoraat IBS)
Game toepassingen van bewezen effectieve
programma’s die ouderen zelfstandig thuis
kunnen uitvoeren en die monitoren oa
• Functioneel trainen (Funtex-achtig)
• Valpreventie (Vallen verleden tijd)
30
Bedankt
www.paramedisch.org
[email protected]
31