Cathy van Tuijl

Download Report

Transcript Cathy van Tuijl

Scholingsbijeenkomst 2 Startgroepen Peuters

georganiseerd door SLO Cathy van Tuijl UU/HES [email protected]

/ [email protected]

CvT SLO 28-11-2011 1

Scholingsbijeenkomst 1

 Peuters: hoe denken ze, hoe beleven ze de wereld om hen heen  Opbrengstgericht werken met jonge kinderen – schoolleiders  Taalontwikkeling gecombineerd met spelontwikkeling – begeleider voorschoolse educatie CvT SLO 28-11-2011 2

Scholingsbijeenkomst 2

   Welke attitude is nodig om met peuters ontwikkelingsstimulerend te werken?

Relatie leerlingvolgende attitude, lestijdbesteding en kennis/vaardigheden peuters Aandachtspunten bij de keuze van activiteiten die bijdragen aan educatieve opbrengsten  Zelfregulatie als voorwaarde voor schools functioneren CvT SLO 28-11-2011 3

Uitgangspunt: Heckman (2006) Rendement investeren in vroege jeugd Vier uitgangspunten:  De wisselwerking tussen kenmerken van kind en omgeving zorgen voor plastische ontwikkeling in vroege kinderjaren.  Vroege kennis en vaardigheden (voor 6e jaar) vormen het fundament waarop formeel onderwijs kan voortbouwen.

 Schoolse vaardigheden en sociaal-emotionele kenmerken beinvloeden elkaar wederzijds.  Tekorten in vroeg fundament leiden tot falende schoolloopbanen en hoge kosten samenleving.

CvT SLO 28-11-2011 4

Heckman (2006): rendement investeringen

CvT SLO 28-11-2011 5

Verschillende visies op leren en ontwikkeling

   Om te kunnen leren heb je een bepaalde rijping of ontwikkeling nodig (Piaget): kind volgend onderwijs versus Ontwikkeling krijg je door ‘leren’: voordoen samen doen – zelfstandig doen (Vygotsky): ontwikkelingsstimulerend onderwijs CvT SLO 28-11-2011 6

Hersen- en cognitie-onderzoek

 Rijping is het gevolg van het op elkaar inwerken van neurologische processen bij het kind en omgevingskenmerken. Grote mate van plasticiteit!

 Ontwikkelingsmogelijkheden eerste levensjaren sterk door gezinsomstandigheden beinvloed.

 Cognitieve vaardigheden zijn geen vaststaand kindkenmerk maar veranderen onder invloed van de combinatie van kind- en omgevingskenmerken.

CvT SLO 28-11-2011 7

Mentale groei bij jonge kinderen in armoede met en zonder risicocumulatie (Ayoub et al., 2009) CvT SLO 28-11-2011 8

Nederlands Consortium Kinderopvang Onderzoek

CvT SLO 28-11-2011 9

Attitude in Nederlandse (kleuter)onderwijs     Sterk kindvolgend, faciliteren Negatieve houding leraren omtrent ‘onderwijzen’, instructie = dwingend, opleggend, moraliserend, niet ‘leuk’ Positieve houding t.a.v. exploratie Weerstand tegen vroeg ‘stimuleren’  Hoe werkt deze attitude door in onderwijs aan jonge kinderen en onderwijstijdbesteding?

CvT SLO 28-11-2011 10

Onderzoek Annika de Haan

( Wereld van het jonge kind, Haan en Van Tuijl, 2011)  Soorten activiteiten peuters in pilot startgroepen:   Relatief veel grote groep Nauwelijks kleine groep

50 40 30 20 10 0 Alleen Grote groep Kleine kring Klasgenoten Overig Peuter Kleuter

CvT SLO 28-11-2011 11

Kwaliteit en kwantiteit van taalaanbod: verschil grote versus kleine groep     Minder, en minder uitgebreide taaluitwisselingen, minder uitgebreide woordenschat, beperkingen in taalfuncties, meer conversaties in hier en nu  Spelen en werken in kleine groepjes biedt de meeste mogelijkheden voor verbale interactie, voor uitwijding (elaboratie), praten over wat NIET ‘hier en nu’ is, voor begeleiding in taal denkontwikkeling (waarom en hoe-vragen) CvT SLO 28-11-2011 12

Peuters: leerkrachtgestuurde activiteiten (Haan & Van Tuijl, 2011) : 7,2% taal, 0,2 % rekenen 7,3% 0,2% Leerkracht gestuurde taal act.

Leerkracht gestuurde reken act.

Overig 92,6% CvT SLO 28-11-2011 13

Peuters alle activiteiten (Haan & Van Tuijl, 2011) : 22,3% 17,4% 18,1% Kleuters 15,4% 5,3% 1,7% 1,5% 5,3% 6,6% 6,3% Leerkracht gestuurde taal act.

Leerkracht gestuurde reken act.

Kind geinitieerde taal act.

Kind geinitieerde reken act.

Creatieve act.

Vrij spel Eten & drinken Buiten spelen Overig Geen/transitie CvT SLO 28-11-2011 14

Hebben peuters baat bij leerkrachtgestuurde activiteiten?

   Onderzoek pilot gemengde groepen 07-10: Ja !!

kinderen van leidsters die meer sturende activiteiten aanbieden presteren vooral beter op ontluikende rekenvaardigheid dan kinderen van leidsters die dit niet/nauwelijks doen.

CvT SLO 28-11-2011 15

Rol van de leidster/leerkracht in pilot gemengde groepen (Haan e.a. 2011)    Toezichthouder, voorwaardenscheppend versus Begeleidend, inhoudelijk sturend, scaffolding  De URGENTIE van taal- en denkstimulering door goed taalaanbod, uitbreiding woordenschat, functies taal

Conclusie

 Rijpingsideeën en negatieve houding tav van onderwijzen leiden tot afwachtende houding bij leidsters en leerkrachten: is het kind er aan toe?  Tijdsbesteding: minste tijd besteed aan activiteiten die meest ontwikkelingsstimulerend zijn, nl. leerkrachtgestuurde activiteiten.

 Kinderen leren het meest bij leidsters die meer sturende activiteiten aanbieden.

Conclusie

  Er is in startgroepen behoefte aan een betere balans in soort activiteiten (meer kleine groep) en een actiever begeleidende rol van de leidster/leerkracht.

Ook leerkrachtgestuurde activiteiten kunnen spelelementen bevatten, speels aangeboden worden.

 Om dat te realiseren moeten leerkrachten zich bewust zijn van de beperkingen van overheersend kindvolgend onderwijs en kennis hebben van gebalanceerde alternatieven.

CvT SLO 28-11-2011 18

Hoe optimaliseren we de balans in activiteiten?

Hoe zorgen we voor effectieve tijdsbesteding in zeer sensitieve periode?

Startgroepen peuters en opbrengstgericht werken   Maximaliseren van de spelend leertijd Activiteiten die bijdragen aan conceptontwikkeling  Actieve begeleiding door betrokken leidsters/leerkrachten met waarom en hoe vragen, probleemoplossen, redeneren, (door)vragen, hardop denken, benoemen, informatie bieden CvT SLO 28-11-2011 20

Taalaanbod en feedback

  Rijk en gevarieerd aanbod hele dag door Niet versimpelen maar juist nieuwe woorden en moeilijke constructies aanbieden     Taalfouten niet corrigeren maar modelleren Open vragen stellen (‘wat is dat’ maar ook ‘wat kun je ermee’?, hoe en waarom) Gelegenheid bieden om na te denken Gelegenheid bieden om taal te gebruiken

Voorbeeld taaluitwisseling (1)

        Lk: wat gaat jouw paraplu Lk: wat doe jij met je paraplu?

Lk: Als het regent ga je dan zo naar buiten?

K1: nee Lk: wat moet je dan doen?

K1: zo (maakt paraplu open) .. En zo ..

Lk: heel goed, maar hoe heet dat nu?

K1: paraplu CvT SLO 28-11-2011 22

Voorbeeld taaluitwisseling (2)

     Lk: welke sjaal is het kortst?

K1: (wijst) die blauwe Lk: ja deze is het kortst. En welke sjaal is het langst?

K2; die. Die van juf B.

Lk: vertel: waarom is die het langst? Hoe weet je dat?

  K2: want deze is met heel veel kleuren Lk: OK maar is er nog een andere manier waarop je kan zien ..

 K3: meten CvT SLO 28-11-2011 23

Voor formeel leren belangrijke vaardigheden  Taal- en woordenschat ontwikkeling, boekoriëntatie, verhaalbegrip  kleuren, materialen benoemen, categoriseren, ordenen, sorteren

Het woordje ‘kat’

Ontluikende rekenvaardigheid: vormen, Kleinste kat CvT SLO 28-11-2011 24

Voor formeel leren belangrijke vaardigheden

 Sociaal-emotionele kenmerken: nieuwsgierigheid en persistentie en zelfregulatie; constructief omgaan met andere  Motorisch: Oriëntatie op eigen lichaam en de ruimte CvT SLO 28-11-2011 25

Activiteiten peuters

   Spel: van hanterend naar fantasiespel; Ook spelplanning en –evaluatie door kids Interactief voorlezen, met uitwijdingen naar leefwereld kind, verhaal (na)vertellen   Rijmpjes, liedjes, bewegingsspel Concrete oriëntatie, categoriseer- en sorteerspellen (kleur, vorm, grootte, materiaal, gewicht, geluid), oriëntatie op tijd (vroeger-nu-toekomst, dag) CvT SLO 28-11-2011 26

Opbrengstgerichte startgroepen

  Heldere doelen staan centraal, niet te verwarren met middelen of methodes Actieve begeleiding vanuit idee van ‘erin’ (within-ness) zitten, heel nabij activiteiten volgen EN begeleiden, meedoen, -spelen  Kinderen uitdagen CvT SLO 28-11-2011 27

Opbrengstgerichte startgroepen

  Data analyseren en op basis van data je doelen en activiteiten bijstellen  Ontwikkeling monitoren: bv Cito-peuter volgsysteemtoetsen naast observaties EN bewust zijn: welk niveau streef je na?

Tijd inruimen voor structureel overleg over tussendoelen, voorbereiding en planning van activiteiten (beperking transitietijd) CvT SLO 28-11-2011 28

Ook voor formeel leren en kunnen functioneren in schoolse setting belangrijk: zelfregulatie

 Gedrag kunnen stoppen, (bij) sturen: bevriesspel, gebruik symbolen  Aandacht kunnen vasthouden of juist verschuiven  Emoties leren hanteren: emotionele woordenschat, emoties benoemen en herkennen, hulp vragen bij conflicten CvT SLO 28-11-2011 29

Last but not least: Ouders

 Waar mogelijk ouders informeren en betrekken  Thema-bijeenkomsten met ruimte voor ouders om onderling ervaringen uit te wisselen  Inloopochtenden: kennis maken met andere omgangswijze, activiteiten en materialen, gelegenheid voor informele gesprekjes CvT SLO 28-11-2011 30

Samenvatting

    met individuele aandacht en activiteiten in kleine groepen,  Om ontwikkelingsstimulerend te werken is een actief begeleidende basishouding van de leidster of leerkracht van belang, met meer balans in leidster- of leerkrachtgestuurde en andere activiteiten, met veel uitdaging in taal en denkvermogen en aandacht voor zelfregulatie.

CvT SLO 28-11-2011 31

Vragen?

Hartelijk dank voor uw aandacht!

CvT SLO 28-11-2011 32