Transcript Argumentatie

Drogredenen
Voorbeelden
 In
een goede redenering
wordt met een aantal
argumenten een
mening onderbouwd.
Anders gezegd:

Een goede redenering bestaat uit één of
meer premissen (stellingen) of axioma's
(niet bewezen aannames) waaruit na het
stellen van causaal verband een conclusie
wordt getrokken. of een aantal
argumenten waarmee een mening wordt
onderbouwd.
Wat is een redenering?
Maiorpremisse: Alle mensen zijn sterfelijk
 Minorpremisse: Alle Norbertusleerlingen
zijn mensen
 Conclusie: Alle Norbertusleerlingen zijn
sterfelijk


Premisse = aanname
Syllogisme = grondvorm van alle
redeneringen
"Alle alcoholisten zijn ooit met limonade
begonnen."
 "Als we homo's laten trouwen, laten we
dieren later vast ook trouwen."

Maak hiervan syllogismen
Bedenk
zelf drie
syllogismen
Syllogismen
Maiorpremisse: Alle mensen krijgen de
Mexicaanse griep.
 Minorpremisse: Alle Norbertusleerlingen
zijn mensen.
 Conclusie: Alle Norbertusleerlingen krijgen
de Mexicaanse griep.

Syllogisme / fout
 Mensen
die veel drinken, weten
niks van politiek
 Jan drinkt veel
 Jan weet niet veel van politiek
Syllogisme – fout
 Mensen
die vroeger stalen
mogen anderen niet verwijten
dat die nu stelen.
 Jan stal vroeger zelf.
 Jan mag anderen niet verwijten
dat zij nu stelen.
Syllogisme – fout
 Een
reden of redenering klopt
niet maar lijkt wel aannemelijk.
Het is een ongeldige redenering.
Of: de redenering is niet valide.
Drogredenen
 Opzettelijk:
in de politiek
 Onopzettelijk
 Humor
 Dubbelzinnigheid
 Reclame
Waarom?
 Tandartsen
bevelen Prodent
aan.
 Deze crème is
dermatologisch getest.
Reclames
 "Als
je niet voor ons bent dan
ben je tegen ons."
 "Als je het niet eens bent met
ons plan, dan ben je tegen onze
ideologie."
 De kat is zwart of wit.
 Ik weet dat de kat niet wit is.
 Dus is de kat zwart.
Wat gebeurt hier?
 Ik
heb hem nooit met een vrouw op
stap gezien, dus hij heeft geen
vriendin."
 "Je kunt niet bewijzen dat God niet
bestaat, dus God bestaat."
 "Je kunt niet bewijzen dat God
bestaat, dus God bestaat niet."
Wat gebeurt hier?
 "Maar
ik heb drie jaar aan dit
rapport gewerkt, dus je moet
me gelijk geven."
Wat gebeurt hier?
 Rein:
"Erik, ik wil niet dat Lucy
(leerlingverpleegster) jou als
arts tutoyeert."
 Erik: "Maar dat hoort toch bij
deze tijd." (voorbeeld uit
Medisch Centrum West)
Wat gebeurt hier?
Over drogredenen
die je moet kennen
 "Graancirkels
zijn echt van
buitenaardse wezens, want
dat staat op internet."
 "zingen
is slecht, want
Swami Bami heeft het
gezegd"
Beroep op autoriteit
 "Dit
geneesmiddel werd al
gebruikt in het oude
Egypte/China/India".
 Al meer dan 2000 jaar geloven
mensen in God. Dan moet Hij
wel bestaan."
Beroep op traditie
 "Wat
weet een dronkenlap zoals
jij van politiek?"
Persoonlijke aanval
"Ik ben de baas omdat ik het hier voor
het zeggen heb."
 "Natuurlijk had ik er een reden voor, want
anders had ik het niet gedaan."
 "God bestaat, want het staat in de bijbel.
Wat in de bijbel staat is waar, omdat het
Gods woord is."
 "Ik heb dat niet gestolen, want ik ben
geen dief."

Cirkelredenering

"Ik vind dit een goed plan. Bent u het niet
met mij eens? Kom dan eerst maar eens
met argumenten!"
Verschuiven van de bewijslast
 Dus
je bedoelt dat …..
 Vrouwen
niet kunnen schaken
 Negers niet kunnen denken
 Blanken niet kunnen dansen
 Ajax-supporters tegen Joden zijn
 Belgen dom zijn
 Enz.
De ander woorden in de mond
leggen
 Jij
vindt CKV maar een
zinloos vak? Dus jij geeft
helemaal niets om kunst.
De ander woorden in de mond
leggen
 "Waarom
verwijt je mij dat ik
steel? Dat heb je zelf vroeger
ook gedaan..."
jij net zo, jij-bak
 "Bij
25% van de dodelijke
ongevallen had de bestuurder
alcohol gedronken en bij 80% van
de dodelijke ongevallen had de
bestuurder koffie gedronken. Het is
dus veiliger als de bestuurder alcohol
drinkt i.p.v. koffie."
Oorzaak/gevolg - Logische
conclusie?
 "Kinderen
die veel tv kijken,
zijn vaak gewelddadiger. De
tv maakt kinderen
gewelddadig."
Oorzaak - gevolg
 "De
patiënt genas enkele dagen
nadat hij middel X kreeg, dus dit
middel heeft hem genezen."
 "De zon komt altijd op nadat de
haan gekraaid heeft, dus de zon
komt op dóórdat de haan
kraait."
Oorzaak - gevolg
 "Dat
zeiden de nazi's ook".
 "Hitler was ook vegetariër".
 "Hitler vond ook dat er meer
snelwegen moesten komen".
 "Het is fout om naar muziek van
Wagner te luisteren, want Hitler
luisterde daar ook naar."
Verkeerde vergelijking
 "Gisteren
vlogen de
zwaluwen hoog en het is
vandaag mooi weer. Nu
vliegen de zwaluwen weer
hoog, dus het zal morgen
ook mooi weer worden."
Verkeerde vergelijking
 Je
moet het meteen uitmaken
met Hans. Je hebt het met
Patrick tenslotte ook uitgemaakt.
(En Hans is net zo’n rokkenjager
als Patrick.)
Verkeerde vergelijking
 Het
is de afgelopen vijf jaar
erg warm geweest, dus het
klimaat verandert."
Overhaaste generalisatie
 "Ieder
weldenkend mens zal
het ermee eens zijn dat..."

Vul dit zelf aan met drie voorbeelden.
Voorkomen van een afwijkende
mening
 "Dit
toonde dr. Pjtrovski al
aan in 1931 in de Verslagen
van het Slowaaks Filologisch
Genootschap."
Voorkomen van een afwijkende
mening
"Ik
bespaar u de
details."
Voorkomen van een afwijkende
mening
 Als
jij vandaag niet komt
opdagen, dan kun je je
diploma wel vergeten.
Stok achter de deur/als-dan
 Taallijnen,
blz. 132-145
 Stencil Cursus Argumenteren
 Aantekeningen van deze powerpoint
 Oefenzinnen
Argumenteren/drogredenen