Nederlandse Vereniging voor Stereofotografie

Download Report

Transcript Nederlandse Vereniging voor Stereofotografie

1
Seizoen 2009 - 2010
le
a
t
i
g
i
ed
t
e!
s
i
r
t
e
c
e
u
rod
: de
p
r
u
n
i
e
Prim camera
o
stere
3D-Bulletin
Nederlandse Vereniging voor Stereo fotogra fie
3DB185.indd 1
16-8-2009 20:49:07
3
INHOUDSOPGAVE
04
Redactioneel
04 3D-Bulletin 185
Gert-Jan Wolkers
Verenigingsnieuws
06 Verenigingsdag 151
Gert-Jan Wolkers
07 Analogica
Gerrit Frylink
08 Naschrift Analogica
Johan Steketee
08 Mededelingen Bibliotheek
Sophieke Nijhuis-Bouma
09 Algemene Leden Vergadering 2009
Bestuur
10 Routebeschrijving ‘t Visnet
Ledenmutaties
N.V.v.S. e-groep
Jan Broeders
Driedimensionaal
12 Perspectivische vertekening en grote
basis
Johan Steketee
18 Stofvrij maken P200 sensor
Ronald Schalekamp
19 Het maken van een 4-in-1 plaatje
Jaap Zonneveld
24 Presentatie voor een groot publiek
Job van de Groep
28 Fotografisch verslag Otzi
Jan Broeders
29 A 3D Fractal Odyssey
John Hart en Jerry Oldaker
40 Wat wist Brewster over stereo?
Abram Klooswijk
48 Fujifilm lanceert het “Real 3D
Systeem”
Persbericht
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
06
12
52 De Tastbare Verte (6)
Wim van Keulen
11
Verenigingsdagen
11 Programma Verenigingsdag 152 en
Verenigingsdag 153
Jaap van Loon
3DB185.indd 3
58
Content
58
Vraag & Aanbod
59
Wegwijzer
16-8-2009 20:49:25
4
Redactioneel
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
3D-Bulletin 185
We zijn al weer aangekomen in het eerste bulletin van het seizoen 2009 - 2010.
Er zijn in de afgelopen jaren diverse fasen
doorlopen die uiteindelijk hebben geleid
tot het bulletin dat u nu in handen heeft.
Een blad in staand formaat met maar liefst
60 pagina’s full colour. Daarnaast ben ik in
de zomermaanden over gegaan van het
opmaak programma QuarkExpress naar
Adobe Indesign. Veel werk. Maar, het blad
is daardoor een stuk toekomstbestendiger
geworden. Indesign is de huidige standaard
binnen de drukkerij wereld.
De verschijningsdata van het vernieuwde
bulletin zullen liggen rondom 1 september
(voor verenigingsdagen 1 en 2), 1 januari
(voor verenigingsdagen 3 en 4 / de Open
Dag) en 1 mei (verenigingsdag 5). Dankzij
de nieuwe regelmaat valt alles nog steeds
binnen het verenigingsjaar maar wordt het
werk voor mij beter verspreid.
Of het nog zinvol is om in het bulletin het
programma van verenigingsdagen op te
nemen is een vraag die moeilijk is te beantwoorden. Het is nog steeds mogelijk maar
de ervaring leert dat in het digitale tijdperk
mensen op het laatste moment nog met
bijdragen komen. Ik zal mijn best doen zo
veel mogelijk informatie te blijven opnemen. De actuele gegevens zult u altijd kunnen vinden op de verenigingswebsite.
Het heeft mij verheugd dat zo veel mensen
zich weer van hun goede kant hebben laten zien door mij te helpen om dit blad op
interessante wijze te vullen. De “knaller” in
dit bulletin is wat mij betreft het artikel “A
3D Fractal Odyssey” van John Hart en Jerry
Oldaker. Het is een bewerking van een eerder in Stereoscopy verschenen artikel. Dank
aan Johan Steketee die bereid was om het
verhaal voor mij om te zetten van het Engels
3DB185.indd 4
in het Nederlands. Dat scheelde mij weer
heel wat uren werk en tevens heeft u nu
een secuur omgezette versie in begrij-pelijk
nederlands. Ook Abram Klooswijk en Wim
van Keulen hebben weer bijdragen aangeleverd. Job van de Groep beschrijft de ervaringen opgedaan bij een nogal alternatieve
projectie-avond in den lande. En Jaap Zonneveld bleek uiteindelijk meerdere plaatjes
in een stereobeeld zo leuk te vinden dat hij
een receptuur voor u geschreven heeft om
dergelijke beelden te maken.
In dit blad ook het persbericht aangaande
de eerste in serie geproduceerde digitale
3D camera die in september op de markt
komt. Ik hoop daar in 3DB186 een test over
te kunnen schrijven. In dat nummer zult
u ook het verslag van het ISU-congres in
Gmunden kunnen lezen. Stuur uw eigen
bijdragen graag voor eind oktober naar
mij toe!. Maar dan wel graag in ONOPGEMAAKTE VORM!!! Dat betekent: tekst
zonder speciale opmaak (dik, cursief) en
speciale tekens (zoals euro- en dollar tekens). Met name dat laatste heeft mij bij
de opstart van het vernieuwde bulletin heel
wat hoofdbrekens gekost!
Tot ziens in Huizen!
Gert-Jan Wolkers
16-8-2009 20:49:31
“Keukenhof Art” door Jaap van Loon
5
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
3DB185.indd 5
16-8-2009 20:49:41
6
Verenigingsnieuws
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Verenigingsdag nummer 151
De 151e verenigingsdag was er één met
veel variatie. Jaap van Loon had mij vooraf
al een keurig overzicht gestuurd met daarin 28 bijdragen. Eigenlijk waren het er 32
(want er waren 5 nieuwe MoF’s). En zo zagen we heel korte tot wat langere bijdragen, digitaal en hybride (scans), nationale
en buitenlandse bijdragen, bekende en onbekende namen van makers en de derde
editie van de ISUCODE (de internationale
uitwisseling van beelden tussen clubs).
De derde editie van de ISUCODE bestond
vanwege het toenemende succes uit een
deel 3A en 3B die beiden op het programma stonden. Jaap van Loon had echter abusievelijk in twee projectieblokken hetzelfde
deel geplaatst. En zo had de dag een onverwachte primeur; in de lunchpauze werd
het ontbrekende deel van de ISU server
gedownload zodat het alsnog vertoond
kon worden. Dank aan Ernest van Loon die
intussen aardig thuis begint te raken in de
meterkast van ’t Visnet. Eerder redde hij al
de avondvertoning tijdens onze internationale bijeenkomst in 2008 door de “veiligheidslampen” aldaar, na enig gepruts met
minimalistische elektronica, uit te schakelen. Deze keer vond hij in dezelfde kast de
weg naar het internet. Na wat gezoek kon
ik zelf de inlogcodes van de server achterhalen.
De verenigingsdag begon zeer rustig. Tot
10 uur waren er alleen de vaste medewerkers. Later werd het gelukkig drukker alhoewel het zonnige weer en het feit dat de
dag in het Pinksterweekend viel ons parten
bleef spelen. Het was er echter niet minder
gezellig door. Met de planning voor het
aanstaande verenigingsseizoen is gepoogd
feestdagen en evenementen te vermijden.
3DB185.indd 6
Wat mij deze verenigingsdag opviel was
dat er met regelmaat nogal hard door series heen werd gepraat. Dat is jammer want
de makers zoeken in de regel passende muziek bij hun plaatjes om er een “3D beleving” van te maken. Verbale storing is dan
niet erg respectvol naar de makers toe. Ik
denk dat Johan de “show van de dag” had.
Hier draaide het heel erg om de combinatie tussen beeld en geluid. Johan stak op
uiterst subtiele maar toch duidelijke wijze
in “De Schepping” de draak met het bekende scheppingsverhaal. Blijkbaar voelde
niemand zich gekwetst want er werd door
de goede luisteraars flink gelachen!
Van een Australische stereo-hobbyist waren er 5 bijdragen in het programma opgenomen. Jaap had ze ingeroosterd om het
programma te vullen. Er waren niet genoeg
bijdragen van eigen leden. Ten tweede hebben we een zeer intensief contact met de
club uit Sydney en met regelmaat worden
daar ook series van ons vertoond (met toestemming van de makers). Helaas waren de
plaatjes soms een beetje heel erg stereo.
Er valt dus ook nog in het digitale tijdperk
hetzelfde te leren. De principes zijn onveranderd gebleven. Waar de Australiër soms
te veel nabewerking had toegepast viel
het mij ook deze keer weer op dat er nog
heel wat te verbeteren valt aan plaatjes in
series. Verscherpen, iets meer verzadiging
etc. Wel wat werk, het resultaat wordt er
echt stukken beter door.
Al met al was het toch weer een geslaagde
verenigingsdag. Vooral ook door de inzet
van projecteurs en opbouwers!
Gert-Jan Wolkers
16-8-2009 20:49:48
7
Analogica
Hoewel niet gevraagd, wil ik toch enig commentaar leveren op het vele dat wij op de
151ste verenigingsdag te horen en te zien
kregen. Veel moois hebben we gezien en
ook leuke vondsten, laat ik dat vooropstellen. Het is altijd een plezierige ervaring als
je aan het getoonde merkt dat er over is
nagedacht en men zich duidelijk heeft ingespannen er iets goeds van te maken. Hulde
voor die lieden!
Mijns inziens worden eenvoudige vuistregels voor opname en inramen nog steeds
niet in acht genomen. Zo passeerden vele
beelden de revue waar de separatie van
het linker- en rechterbeeld in de achtergrond veel te groot was en de ogen dus
gedwongen werden te divergeren, wat ze
eigenlijk niet kunnen. Ook de mannen van
het projectieteam hebben dit herhaalde
malen geconstateerd en geventileerd.
Zat het in de achtergrond wel goed dan
lag vaak de voorgrond hinderlijk buiten het
schijnraam. De oorzaak hiervan is dunkt mij
dat men bij de opname geen acht slaat op
de regel dat, bij een lensbasis van 6,5 cm,
de voorgrond op minstens 30x6,5=195 cm
van de camera af moet liggen. Bij grotere
lensbasis, wat ook bij gekoppelde digitale
camera’s wel voorkomt, moet die opnameafstand zelfs groter zijn.
Overtreedt men die regel en neemt men onderwerpen in de voorgrond dichterbij, dan
heeft men een niet oplosbaar probleem.
Zet je de boel achter het schijnraam, dan
gaan onherroepelijk de achtergrondbeelden te ver uit elkaar en omgekeerd. Ik ben
blij voor de digitale werkers dat er mooie
3DB185.indd 7
Zover ik mij herinner, kwamen die slechte
beelden hoofdzakelijk voor in de buitenlandse series, maar ook de NVvS-lieverdjes
maken zich er wel schuldig aan. En over
die buitenlandse inzendingen gesproken.
Waarom krijgen we op zo’n clubdag zoveel
extra beeldmateriaal te verwerken dat je
aan het eind niet meer weet wat je in het
begin hebt gezien?. Zo verging het mij tenminste en dat is geen ouderdomskwaal. De
voorzitter zei dat die buitenlandse inzendingen nodig zijn om de ISU-band te versterken. Als dat zo is, dient men wel perfect
materiaal in te sturen want wat ik nu kreeg
voorgeschoteld werkt bij mij averechts.
Wat het meest blijft ‘hangen’, zijn de series
waar bij de beelden als toegevoegde waarde enige uitleg wordt gegeven, mondeling,
via opgenomen geluid of met ondertiteling.
Dat dit ook digitaal goed kan bewees de
serie ‘Lindau en Alpen’ van John Klooster.
Beelden kunnen fotografisch nog zo mooi
zijn, beeldje - muziekje - beeldje - muziekje
enz. verveelt snel. MoF is een verhaal apart.
Wat ik om mij heen hoorde ben ik niet de
enige die zich aan genoemde zaken heeft
gestoord. Mijn leuze is: ‘liever wat minder
en dan goed, dan een rijstebrijberg met rijp
en groen door elkaar waar je je ongans aan
moet eten om er door te komen’.
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Destemeer stoort het mij dan dat er zoveel
slecht beeldmateriaal tussendoor komt. Nu
heb ik het minder over de beeldkwaliteit
dan wel de slordige manier van inramen.
Herhaalde malen heb ik mijn pola-bril moeten afzetten omdat het beeld niet te genieten was en pijn deed aan de ogen.
computerprogramma’s zijn die het inramen
vergemakkelijken. Maar ook die programma’s kunnen bovengenoemde fout niet
herstellen.
Mijn voorstel is ook om de clubdag een
uur eerder te laten eindigen. Steeds meer
lieden, vooral die van ver moeten komen,
verlaten immers bij de theepauze reeds de
bijeenkomst.
Met een vriendelijke groet van een:
Analoge monumentale dissident
16-8-2009 20:49:55
8
Naschrift bij Analogica:
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
En dan te bedenken dat deze fout heel eenvoudig is te voorkomen: Cosima plaatst bij
ieder stereopaar o.a. de vertepuntenseparatie erbij in promille van de beeldbreedte.
Bijvoorbeeld Gerrit_18_025_cs waarin de
waarde 025 aangeeft dat de vertepunten
bij projectie in Huizen op 0,025 x 3800 = 95
mm afstand liggen.
Tot voor kort hanteerden we als uiterste
grens 40 promille omdat bij een 3m scherm
dan de vertepunten niet verder dan 12 cm
uit elkaar komen te liggen. Stilzwijgend
hebben we deze eis opgerekt omdat ons
scherm nu een beeldbreedte van meer dan
3,8 m vertoont en eigenlijk zouden we de
eis dus moeten bijstellen tot 32 promille,
maar het ziet er naar uit dat onze leden
weinig moeite hebben met een vertepuntenseparatie van 16 cm. Misschien moet
dat eens in een testserie goed worden onderzocht.
Gebruikers van Stereo Photo Maker maken
gebruik van het raster (grid) door daar de
waarde 25 in te vullen: De vertepunten mogen dan niet meer dan één blokje uit elkaar
liggen (1/25e beeldbreedte). Gebruikers
van Cosima kunnen hiermee hun “afgekeurde” stereoparen repareren.
Johan Steketee
Mededelingen bibliotheek N.V.v.S.
Opruiming dubbele exemplaren
Op de verenigingsdagen is er nog steeds
belangstelling voor de boekencollectie van
de NVvS. Deze belangstelling is echter niet
zo groot dat het gewenst is om dubbele
exemplaren aan te houden. Die dubbele
exemplaren maken de bibliotheekkast onnodig zwaar, want er is nog steeds de nodige mankracht (m/v) voor nodig om de
bibliotheek op z’n vaste stek in de zaal van
het Visnet te plaatsen.
wijlen erelid J. Willink. Die verkocht het via
erelid Klaas Zuidersma aan de NVvS.
Meestal herken je dubbele exemplaren aan
een gelijk uiterlijk, maar in dit geval ging die
regel niet op. Van het standaardwerk van
Herbert C. McKay met de titel Three-dimensional Photography – Principles of Stereoscopy is namelijk ook een kopie aanwezig.
Deze is twee keer zo dik als het origineel
want dubbelzijdig kopiëren was toen nog
niet mogelijk, en is fraai ingebonden in een
groene band.
Dit collectors item met handtekeningen
van genoemde personen wordt nu aangeboden voor de prijs van 5 euro.
Wat betreft de inhoud komen alle basisprincipes van de stereofotografie aan de orde.
Ook het fenomeen stereofilm komt aan de
orde. Wat het boek extra bijzonder maakt,
zijn de aantekeningen van de vorige eigenaren: de blanco pagina’s werden soms gebruikt om de Engelse termen te verklaren.
Wie het eerst komt, die het eerst maalt: reacties zullen op volgorde van binnenkomst
worden afgehandeld.
Sophieke Nijhuis-Bouma
Bibliothecaris
Deze kopie heeft een bijzondere historie.
Hij is eerst eigendom geweest van M. Niemeijer en kwam daarna in handen van ons
3DB185.indd 8
16-8-2009 20:50:03
9
26 september 2009
ALGEMENE LEDENVERGADERING
1. Opening door de voorzitter.
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
2. Vaststellen van de agenda.
3. Verslag ALV 2008 door de secretaris.
4. Ingezonden stukken.
5. Jaarverslag seizoen 2008/2009 door de secretaris.
6. Jaarverslag seizoen 2008/2009 door de penningmeester.
7. Verslag van de kascommissie.
8. Begroting voor seizoen 2009/2010 door de voorzitter.
9. (Her)verkiezing van de kascommissie.
10. Bestuurswisselingen (niet voorzien).
11. Toekomstplannen bestuur door de voorzitter.
a. Werving nieuwe leden.
b. Workshops als vast bestanddeel stereodagen (laatste uur).
c. ISU congres 2011 in Nederland (nieuwe beamers???).
12. Uitreiken “Gouden speldjes” voor 25 jaar lidmaatschap.
13. Erelidmaatschap.
14. Rondvraag.
15. Sluiting.
Het verslag van de ledenvergadering van 2008 heeft in het tweede bulletin van
het seizoen 2008-2009 gestaan. Omwille van de tijd is het handig om dit van te
voren te lezen zodat onze secretaris alleen op vragen/opmerkingen hoeft in te
gaan en het stuk niet hoeft voor te lezen.
3DB185.indd 9
16-8-2009 20:50:11
Verenigingsdagen
11
Programma 152e verenigingsdag
Zaterdag 26 september 2009
10.30 uur: Opening door de voorzitter.
10.45 uur:
ALGEMENE LEDEN VERGADERING
12.00 uur: Lunchpauze.
Minute-of-Fame competitie (met publieks jurering)
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
13.30 uur:
14.30 uur: Theepauze.
15.00 uur: DIGITAAL BLOK
16.00 uur: Sluiting door de voorzitter.
Programma 153e verenigingsdag
Zaterdag 28 november 2009
10.30 uur: Opening door de voorzitter.
10.45 uur: 1ste DIGITALE BLOK
12.00 uur: Lunchpauze.
13.30 uur: 2de DIGITALE BLOK
14.30 uur: Theepauze.
15.00 uur: 3de DIGITALE BLOK
16.00 uur: Sluiting door de voorzitter.
JAAP
VAN
LOON
NVvS- verenigingsdata 2009 - 2010
Zaterdag
Zaterdag
Zaterdag
Zaterdag
Zaterdag
Zaterdag
Zaterdag
3DB185.indd 11
26
28
30
20
29
25
27
september 2009
november 2009
januari 2010
maart 2010
mei 2010
september 2010
november 2010
16-8-2009 20:50:25
12
Driedimensionaal
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Perspectivische vertekening en grote
basis
Bij het proefdraaien van de ingeleverde series viel het ons (Jaap van Loon en ik) op
dat er een vertekening van het perspectief
te zien was in een paar plaatjes in de serie
“Kinderdijk in Winter” die Gert-Jan had gestuurd. Één van die plaatjes staat als anaglief ook op de voorpagina van het 3D-Bulletin 3 08-09 en daarin kan men hetzelfde
waarnemen (figuur 1). Personen en vooral
ook de prachtige berijpte bomen lijken in
het beeld neergezet te zijn als kartonnen
plaatjes zoals we dat vroeger in een diorama van de kinderen mochten bekijken door
een gaatje in een schoenendoos. Wij wisten
dat Gert-Jan deze plaatjes had gemaakt
met een brede basis en aanvankelijk was
onze gedachte dat dit misschien de reden
was van deze vertekening.
Fig. 1. Kinderdijk in Winter (G.J. Wolkers).
Sony DSC-H1, basis 13 cm, Zoom f~ 400 mm (35 mm equivalent).
3DB185.indd 12
16-8-2009 20:50:34
13
Om dat na te gaan, bekijken we figuur 2,
waarin met een stereocamera een foto
gemaakt wordt van een kubus met een
grootte G van de voorkant, terwijl we de
diepte aangeven met D. De figuur is een
bovenaanzicht.
De camera maakt van de voorkant van de
kubus een beeld BB’ met een grootte die
gelijk is aan N x G, waarin N de vergroting
voorstelt (eigenlijk een verkleining). De afbeelding van G door de rechter camera is
niet weergegeven. De diepte D wordt door
de rechtercamera afgebeeld met de afmeting d. De linker camera ziet de diepte D
niet.
d wordt op het scherm afgebeeld als een
lijnstuk 40 d.
Een (verre) toeschouwer op afstand a van
het scherm ziet nu een diepte D’ die bepaald wordt door de groene lijnen, maar
als die toeschouwer wat dichter bij het
scherm gaat zitten, dan ziet hij of zij een
kleinere diepte, die aangegeven wordt
door de blauwe lijnen.
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Fig. 2. Schematisch voorstelling van de Perspectivische Vervorming.
Meetkundig kan men bewijzen dat D’ bij
benadering gelijk is aan;
40N(Sa/Av)D
waarin;
Wat gaan we nu zien bij projectie? Het middendeel van fig. 2 laat zien dat de grootte
van de kubus op het scherm wordt weergeven door G’ en als we even aannemen
dat de projectievergroting 40x bedraagt,
dan is dus G’ = 40 x N x G. Het lijnstukje
3DB185.indd 13
N = vergroting door het camera-objectief,
S = de basis,
a = de afstand van de kijker tot het projectiescherm,
16-8-2009 20:50:42
14
v = de voorwerpsafstand van het object tot
de camera,
D = de diepte van het object,
A = de oogpupilafstand.
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Alleen voor kleinere waarden van de voorwerpsafstand komt er nog een correctiefactor bij.
De diepte D’ zou eigenlijk 40ND geweest
moeten zijn, geheel in overeenstemming
met de vergroting van de grootte G, maar
hij is een factor Sa/Av groter of kleiner.
Daarom noemen we die factor de Perspectivische Vertekening PV, dus;
PV ~ Sa/Av
In fig 2. rechts is een voorbeeldje uitgewerkt voor het gebruik van een brede basis
van 13 cm en een object op 50 m (al dan
niet met telelens opgenomen) terwijl het
diabeeld op 2,5 m van het scherm wordt
bekeken. De Perspectivische Vertekening
bedraagt dan 1/10, dus de kubus wordt
als het ware in de diepte 10x in elkaar gedrukt. Voor een toeschouwer op 5 m van
het scherm is dat wat minder nl 1/5.
Veel mensen denken nog steeds dat die
vertekening ontstaat door het gebruik van
een telelens. De brandpuntsafstand komt
echter in onze formule helemaal niet voor.
Dat klopt omdat een telelens niets anders
doet dan het beeld vergroten, dus behalve
de diepte D wordt ook de grootte G vergroot en de waarde van N verandert dus,
maar voor beide in dezelfde mate. Ik heb
daar al eerder een voorbeeld van laten zien
in 3D-Bulletin 167:19 onder de titel “Brandpunt en Standpunt”, want dat is waar het
om draait: Het standpunt ( v) is bepalend
voor de vertekening in samenhang met de
afstand a tot het projectiescherm.
De conclusie is duidelijk: Omdat de be-kijkafstand a veel kleiner is dan de voorwerpsafstand v bij de opname krijg je een sterke
perspectivische vertekening. Tevens zien
we dat een brede basis in dit geval deze
vertekening tracht tegen te gaan, waarvan
3DB185.indd 14
we mooie voorbeelden kunnen zien in de
artikelen van Wim van Keulen in recente
3D-Bulletins onder de titel De tastbare verte. Om in ons voorbeeld de diepte gelijk te
krijgen aan die in de werkelijkheid zouden
we de basis 10x moeten vergroten dus 650
mm moeten kiezen. Het vervelende daarvan is dat de vertepunten bij het inramen
zover uit elkaar komen te liggen dat de
beelden sterk naar elkaar toegeschoven
moeten worden. Maar dan verplaatst zich
het probleem naar de voorgrond, die dan
derhalve drastisch weggesneden moet worden. Brede basis kan dus eigenlijk alleen
toegepast worden als er op de voorgrond
niets aanwezig is dat men ook nog in het
beeld wil opnemen.
Sommige stereofotografen vinden dat de
beelden van ver verwijderde objecten wel
erg klein worden weergegeven en gaan
derhalve inzoomen ( brandpuntsafstand
vergroten). Zoals we in onze formule voor
PV kunnen zien heeft dat geen consequenties voor de Perspectivische Vertekening
(behalve bij macro-opnamen vanwege
de wel genoemde maar niet nader uitgewerkte correctiefactor) maar nu wordt de
afstand tussen de beeldpunten van vertepunt en nabijpunt – de deviatie d (zie fig.3)
– zo groot dat we bij het inramen hetzelfde
probleem krijgen als hiervoor beschreven.
Wil men de waarde van d gelijk houden
dan moet juist bij een grotere basis S een
kleinere waarde van f gekozen worden of,
en dat streven we hier na, we moeten de
waarde van d zeer klein maken door het
nabijpunt N ver weg te kiezen.
Gebruik van brede basis en zoomen kan
dus alleen als er absoluut niets in de voorgrond van ons beeld aanwezig is (vliegtuig
in de lucht, opnamen vanuit een vliegtuig
zonder dat een vleugel in beeld komt, opnamen vanaf een toren).
Hoe zit dat nu met die vertekening in het
plaatje van Gert-Jan? Het gebruik van
een brede basis zou juist meer diepte in
het beeld hebben moeten brengen en de
brandpuntsafstand heeft geen invloed op
16-8-2009 20:50:49
15
PV. Hier is het enorme verschil tussen de
opname-afstand v en de bekijk-afstand a
debet aan. De bekijk-afstand van het anagliefbeeld is ongeveer 30 cm terwijl de afstand tot de schaatsers bij de tele-opname
ongeveer 80 m bedroeg.
in anagliefen minder diepte valt te beleven
valt hierdoor te verklaren.
Als in de volgende bijeenkomst in Huizen
de voorste rijen stoelen onbezet blijken te
zijn, weten we nu wat de reden daarvan
is.
Maar, zal iemand opmerken, wij hebben
toch zo vaak te maken met die grote verschillen: molens en kerktorentjes op de
achtergrond. Het grote verschil is dat we
gewend zijn aan de zeer geringe diepte
in de achtergrond (bijna mono), maar dat
stoort ons minder omdat in onze plaatjes
des te meer diepte te beleven is in de voorgrond. Door sterk in te zoomen en daarbij
de storende voorgrond juist weg te snijden,
krijgen we een plaatje dat de indruk wekt
alsof het dichtbij is opgenomen, maar de
daarbij verwachte diepte ontbreekt.
Het grote verschil tussen a en v is wellicht
ook de reden dat veel stereofotografen in
de 19e eeuw vaak gebruik maakten van de
brede basis, omdat de stereokaarten ook
op zeer korte afstand werden bekeken.
Ook de klacht van sommige leden dat er
3DB185.indd 15
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Fig. 3 De deviatie d wordt groter als f groter wordt.
Johan Steketee
16-8-2009 20:50:57
“USA 2009” door Simone Wolkers
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16
3DB185.indd 16
16-8-2009 20:51:00
17
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16-8-2009 20:51:03
3DB185.indd 17
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
18
Stofvrij maken
van de Sony P200
sensor
Al heel lang ergerde ik me mateloos aan het
stof op de sensor van mijn Sony P200 set.
De stereofoto’s van mijn tripje naar Helgoland bevatten allemaal een stofprobleem.
Onuitputtelijk nabewerken en wegwerken
van vlekken is het gevolg. Het probleem
lijkt ook steeds erger te worden. Meerdere
vlekken op steeds dezelfde plek op elke
foto. Dat valt natuurlijk vooral op bij een
egale achtergrond. Niks blauwe lucht; gevlekte lucht. Het probleem met stof blijkt
veel voor te komen, zeker bij de Sony camera’s als de P200. Daar kom je wel achter als
je even op internet zoekt. Zo vond ik ook
de volgende link:
http://forums.dpreview.com/forums/read.
asp?forum=1009&message=18038181
Normaal had ik dit nooit aangedurfd, maar
de ergernis was zo groot, dat ik toch een
poging waagde. En met succes! Hoera, een
compleet stofvrije sensor op beide camera’s. Ik zal niemand aanraden het ook zelf
te doen, want er kan natuurlijk iets misgaan; afbreken etc.
Mij is het in elk geval gelukt. Zweet in de
handen, maar rustig stap voor stap en net
zo lang pielen tot alles lukt. Met name
het metalen deel kwam moeilijk los, maar
uiteindelijk toch. Uiteraard moet je heel
voorzichtig zijn met je sensor en andere
onderdelen. Het resultaat is in mijn geval
geweldig. Werkelijk als nieuw. Na de eerste
camera had ik de handleiding op internet
niet meer nodig; het was in 20 minuutjes
gepiept. Hopen dat het niet snel weer nodig is.
Benodigdheden voor het schoonmaken
van sensor: lenspoetsdoekje, (heel) kleine
kruiskopschroevendraaier, een klein plat
schroevendraaiertje om dingen los te wippen/trekken/duwen, een wattenstaafje en
een hoop lef.
Soms is het de enige manier om een verstofte camera nieuw leven in te blazen. Alles op eigen risico natuurlijk; niet klagen als
‘t mis gaat. Waarschijnlijk kan Co van Ekeren deze klus geheel veilig voor u klaren;
tijdens mijn schoonmaakactie kwam ik de
door hem aangebrachte draden uiteraard
tegen. Was verder geen probleem. Al met
al heb ik Co niet om hulp hoeven vragen
en ik had mijn camera’s op tijd weer topfit
voor Pinkpop 3D.
Ronald Schalekamp
3DB185.indd 18
16-8-2009 20:51:12
Het maken van een vier-in-één plaatje
In de laatste 3d-bijeenkomst van het seizoen 2008/2009 heb ik een plaatje vertoond, waarin vier deel-plaatjes. Het viel
enigszins in het water omdat het sharpeneffect dat ik wilde vergelijken nauwelijks
zichtbaar was, dit in tegenstelling met het
monitor-beeld. Of hier de beamer de schuld
heeft weet ik niet, misschien kan dat nog
bekeken worden.
impliceert w1 := w:4; h1 := h:3; f := min
(w1, h1); w_new := f*4; h_new := f*3;
w en h zijn de breedte en hoogte, w_new
en h_new zijn de parameters voor Crop.
(‘:’ staat voor heling, dwz. integer deling)
4. Met Sidler’s Resize worden alle acht
plaatjes gebracht op 1400*1050, met namen 1_Tl, 1_Tr, 2_Tl, 2_Tr, 3_Tl, 3_Tr, 4_Tl,
4_Tr.
5. Met Sidler’s Create Card worden gekoppeld tot vier plaatjes van 2800*1050:
1_Tl met 2_Tl, noem het resultaat 12_Tl;
1_Tr met 2_Tr, noem het resultaat 12_Tr;
3_Tl met 4_Tl, noem het resultaat 34_Tl;
De diepte en ook het perspectief moeten
goed gelijk zijn. Het voorbeeld voor mijn
recept is een autootje dat om de verticaal
gedraaid is. Dit is een extreem voorbeeld
van gelijk zijn.
De plaatjes worden als volgt in het vier-inéén plaatje gezet
1
2
3
4
Werkwijze voor het maken van een vier-inéén plaatje.
1. Gemaakt moeten zijn vier stereo-foto’s
1, 2, 3, 4.
3_Tr met 4_Tr, noem het resultaat 34_Tr.
6. Met Sidler’s Create Card worden gekoppeld tot twee plaatjes van 2800*525:
12_Tl met 12_Tr, noem het resultaat
12_Tlr;
34_Tl met 34_Tr, noem het resultaat
34_Tlr.
7. Met een foto-bewerkingsprogramma,
b.v. PaintShopPro worden gedraaid over 90
graden tegen de klok in:
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Aangezien vier-in-één plaatjes op zich betekenis hebben geef ik hier een stapsgewijze
beschrijving om ze met aanwezige gereedschappen te maken. Echter naar mijn ervaring moeten de deel-plaatjes aan harde
eisen voldoen opdat men ze comfortabel
kan bekijken en men zonder nieuwe ooginstelling van deel-plaatje kan wisselen.
19
12_Tlr tot 12_Tlr_rot;
2. Per stereo-foto zijn de paren uitgelijnd
met SPM (autopano) of Cosima:
plaatjes 1_l, 1_r, 2_l, 2_r, 3_l, 3_r, 4_l, 4_r.
34_Tlr tot 34_Tlr_rot.
Deze twee plaatjes zijn 525*2800.
3. De linker- en rechter-foto’s van een paar
hebben gelijke afmetingen, de paren onderling niet. Voor de uiteindelijke montage
geldt de eis dat alle plaatjes 700*525 zijn.
Per paar wordt met StereoPhotoMaker
Crop Custom het grootste plaatje gemaakt
dat met 4:3 verhouding mogelijk is. Dit
3DB185.indd 19
8. Met Sidler’s Create Card worden gekoppeld tot een plaatje van 1050*2800:
12_Tlr_rot met 34_Tlr_rot tot een plaatje
genaamd result_rot.
16-8-2009 20:51:18
20
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
1_l
1_r
12_Tl
12_Tr
12_Tlr
9. Met een foto-bewerkingsprogramma,
b.v. PaintShopPro wordt gedraaid over 90
graden met de klok mee:
le of horizontale balken van enkele pixels
breedte; deze ziet men als dunne afscheidingen in result.
result_rot tot result.
3. De genoemde software van Sidler is te
betrekken van Co van Ekeren’s website
www.ekeren3d.com na klikken op ‘download’ en daarna op ‘download imageoperations for pc’.
Dit geeft het gewenste vier-in-één plaatje.
Opmerkingen:
1. De plaatjes 12_Tl, 12_Tr, 34_Tl en 34_Tr
zijn natuurlijk geen stereo-paren;
2. Stap 3 kan overgeslagen worden: dit is
een truc om de output van SPM op 4:3 te
brengen; doet men stap 3 niet, dan doet
Sidler’s Resize het zelf, zij het met vertica-
3DB185.indd 20
4. Zo er belangstelling voor vier-in-één
plaatjes is, kan er een programma geschreven worden dat na input van vier stereo-paren de zaak automatisch afhandelt en een
vier-in-één plaatje aflevert.
Jaap Zonneveld
16-8-2009 20:51:30
21
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16-8-2009 20:51:39
3DB185.indd 21
“Woestijn in bloei” door Gert-Jan Wolkers
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
22
3DB185.indd 22
16-8-2009 20:51:42
23
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16-8-2009 20:51:45
3DB185.indd 23
24
“De natuur in stereo” – een 3D
presentatie voor een groot publiek.
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Of in andere woorden; “Premier demonstration trois dimensionales
par deux personnes avec quatre mains!”
“Eén, twee, drie!” roep ik in de richting van
Chris Vissers. Hij zit in de grote verduisterde zaal zo’n 14 meter verderop achter zijn
computer en moet bij “drie” óók op de ENTER-knop drukken, zodat de betreffende
3D-serie op zijn én mijn computer op vrijwel hetzelfde moment wordt gestart.
Aan zijn computer hangen ook twee Dell
5100MP beamers, die gericht zijn op een
projectiescherm dat op ongeveer dezelfde
afstand van het scherm bij mijn computer
staat. Vanwege het grote aantal toeschouwers én de grootte is deze zaal op ons verzoek in twee blokken verdeeld.
Déze gang van zaken komt nogal amateuristisch over en dat was het natuurlijk ook
wel een beetje. Het vrijwel gelijktijdig de
ENTER-toets indrukken werkte in elk geval
prima: Het synchronisatieverschil tussen de
twee computers was bij elke serie die we
op deze manier startten slechts een fractie van een seconde en omdat het geluid
via één van de twee apparaten werd verzorgd, was er geen storend verschil waarneembaar. Bovendien kon de ene groep
toeschouwers nauwelijks op het andere
projectiedoek kijken.
Natuurlijk was vlak voor de officiële vertoning een succesvolle proef uitgevoerd en
al een week eerder was middels een telefonische test nagegaan of de series op de
computer van Chris en op die van mij ook
na een aantal minuten nog steeds acceptabel parallel liepen. En dát bleek gelukkig
zo te zijn.
Een professionelere oplossing voor het presenteren met twee sets beamers zou echter aanmerkelijk prijziger zijn geweest. En
dat misschien voor slechts één keer ….? Al
3DB185.indd 24
met al was dat geroep een hilarische vertoning, waar ook een zekere ‘charme’ vanuit
ging, zo wist iemand uit het publiek ons na
afloop te melden.
Wat er aan vooraf ging.
Bij onze stereovereniging was begin januari
’09 een verzoek binnen gekomen van de
Stichting Landschap Overijssel om tijdens de
zogenaamde ‘Kapavond” op donderdag 16
april j.l. in Wierden (Twente) een stereopresentatie te verzorgen. Die jaarlijkse afsluiting van het seizoen werd aangeboden aan
de vrijwilligers van de Stichting, die zich in
de afgelopen periode verdienstelijk hebben
gemaakt op het terrein van het landschapsbeheer e.d.. De slotavond is ook bedoeld
hen middels een bijzonder programma
– deze keer een niet alledaagse 3D-presentatie met o.a. natuur- en landschapsfoto’s
- te bedanken voor hun inzet en een aantal van hen wegens bijzondere prestaties in
het zonnetje te zetten.
Via Erwin Dammers en het duo Jaap & Johan was hun verzoek bij mij terecht gekomen. Toen ik mijn medewerking toezegde,
wist ik echter nog niet dat het waarschijnlijk om zo’n 250 toeschouwers zou gaan.
Een 3D-presentatie voor zóveel personen,
daar schrok ik wel even van. Hoe pak je dat
aan?
In de loop van de piekerperiode die volgde,
heb ik een aantal deskundige mede stereoadepten, zoals. Co van Ekeren, Jaap Zonneveld, Jaap van Loon en Johan Steketee,
om raad gevraagd, maar een eensluidend
advies bleek daaruit niet te distilleren.
De volgende opties zijn vervolgens de revue gepasseerd.
16-8-2009 20:51:51
25
Optie 1
Daartoe was ik tijdens de verenigingsdag
eind januari ’09 speciaal helemaal achter
in de zaal in Huizen gaan staan om op dié
afstand het stereo-effect te beoordelen.
Eerlijk gezegd vond ik dat maar matig, terwijl dát nieuwe scherm nota bene ook nog
eens een meter breder is. Ik gokte derhalve
dat een projectiescherm van 3 meter breed
in de nog veel langere zaal in Wierden onvoldoende groot zou zijn. Dus moest er een
andere oplossing worden gezocht.
Achteraf werd trouwens duidelijk dat de
betreffende zaal niet hoog (ca 320 cm) genoeg zou zijn geweest om zo’n groot (of
nog groter) scherm neer te kunnen zetten,
ervan uitgaande dat de toeschouwers vanzelfsprekend een acceptabel zicht op het
scherm geboden zou moeten worden.
3DB185.indd 25
Het was binnen het programma van die
Kapavond niet mogelijk de aanwezigen in
twee groepen te splitsen, die ná elkaar de
3D-series zouden kunnen bekijken. Omdat
er ook geen tweede zaal beschikbaar was,
groot genoeg voor ca 125 mensen, kwam
het idee boven drijven om twee kleinere
groepen vrijwilligers tegelijk en parallel in
dezelfde zaal náást elkaar te ‘bedienen’.
Daarvoor zou dan wel een tweede set beamers nodig zijn. Bij navraag bleek Chris
Vissers de Dell beamers van Gert-Jan Wolkers overgenomen te hebben; dezelfde beamers die ik destijds op advies van Co van
Ekeren had aangeschaft.
Chris bleek bereid te zijn beamers én zichtzelf beschikbaar te stellen voor die presentatie in Wierden. Omdat ik het “brand-new”
projectiescherm van GJW had gekocht,
beschikte ik toevallig ook nog over twee
schermen, die ongeveer even groot zijn. Ze
kwamen nu goed van pas.
De hamvraag werd: hoe stuur je twee sets
beamers tegelijk aan?
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Het eerste waar ik aan dacht was het lenen
of huren van een veel groter scherm, dan
waarover ik zelf beschik (buitenmaat: 270
x 205, zonder poten). Maar … eh … waar
haal je een projectiedoek vandaan dat
groot genoeg is? Ik wist dat Johan Steketee
in Maassluis nog het oude drie meter brede
reserve doek van de vereniging had liggen,
want dat had ik al eens mogen lenen voor
een presentatie in het Museon. Maar ik
twijfelde heel erg of dát scherm voor 250
mensen wel voldoende groot zou zijn.
Er bestaan wel verdeelkabeltjes die het videokanaal splitsen, maar het gebruik daarvan werd ten zeerste afgeraden, omdat de
kans op stroring van het signaal dan erg
groot is.
16-8-2009 20:51:58
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
26
Optie 2
Optie 3
Het is in principe mogelijk om met zogenaamde actieve splitters (kastjes met versterking) het videosignaal uit de grafische
kaart naar twee (of meer) monitoren en/of
beamers te leiden. Dat deze oplossing tamelijk duur zou uitvallen, bleek na informatie naar de kosten van (twéé) DVI-spitters.
Ook waren de prijzen van DVI-verlengkabels, waarvan we er dan toch twee nodig
zouden hebben, behoorlijk pittig. DVI-kabels van ca 15 meter kon ik trouwens niet
op internet vinden. Door de aansturende
computer in het midden tussen de twee
sets beamers te zetten, zouden kabels van
7,50 meter kunnen volstaan, maar dán heb
je er wel weer 4 nodig. Ik informeerde bij
professionele audio-/videobedrijven naar
de huur van dergelijk materiaal, maar daar
zou ik financieel ook niet veel wijzer van
geworden zijn. Daarentegen schijnen VGAsplitters aanmerkelijk goedkoper te zijn en
VGA-verlengkabels kunnen ook veel langer
zijn, zonder dat er signaalverlies gaat optreden. Al met al zou er aan déze oplossing toch óók nog een pittig prijskaartje
hangen. Misschien een andere keer, wanneer die kosten ook eenvoudiger verrekend
kunnen worden?
Een ander idee was het gebruik van twee
(dubbele) videokaarten in één computer,
dus in totaal vier uitgangen. Het onderzoek
naar deze mogelijkheid heeft ook de nodige hoofdbrekens gekost. Van verschillende
kanten kreeg ik videokaarten en een speciaal moederbord te leen, maar na ampele
overwegingen, veel gepieker én tijdgebrek
besloot ik ook déze optie vaarwel te zeggen. Uiteindelijk ook te duur, vanwege de
aanschaf van nog andere benodigdheden.
Ik heb dit idee helaas niet kunnen testen,
maar ik kreeg van verschillende kanten te
horen, dat dié oplossing zeer waarschijnlijk
ook niet zou werken. Elke kaart moet namelijk in de zogenaamde ‘span-mode” worden gezet: het beeld horizontaal in twee
stukken opdelen en elk naar een uitgang
van de videokaart sturen. Het is nog maar
de vraag of het besturingssysteem van de
computer dat kan ‘regelen’.
3DB185.indd 26
16-8-2009 20:52:06
Optie 4
Omdat aansturen met één computer – de
meest voor de hand liggende en (dus) mooiste oplossing - niet (meer) aan de orde was
- tot op het laatste moment heb ik toch nog
met deze gedachte gespeeld – kwam optie
4 in zicht. Elke set beamers aan een eigen
aansturende computer hangen. De vraag
is dan hoe je er voor zorg dat de serie op
de ene computer precies op hetzelfde moment begint als de (zelfde) serie op de andere computer.
B. Door gebruik te maken van actieve usbverlengkabels, zouden de twee toetsenborden in elk geval naast elkaar op één tafel
kunnen staan, waardoor het eenvoudig(er)
wordt om ‘tegelijk’ de Entertoetsen in te
drukken.
Chris had ook nog idee geopperd om met
behulp van signalen via een lampje o.i.d.
het moment van het indrukken de entertoets aan elkaar door te geven, maar die
methode leek me toch té gevoelig voor
asynchronisatie. Ik had inderdaad nog wel
een aantal usb-verlengkabels gekocht, maar
toen wij in de zaal in Wierden de projectieschermen hadden opgesteld en de usbverlengkabels waren uitgelegd, bleek dat
vanaf de centrale “commandotafel” het andere scherm nauwelijks kon worden gelezen. Jammer. We beschikten dus ook (nog)
niet over een extra computer met monitor,
die de beamers op afstand zou kunnen bedienen, zoals in Huizen.
Dus besloten we op de valreep tot optie 4C,
een soort noodgreep: het op “afroep” met
de hand gelijktijdig starten, zoals in het
begin van dit relaas is verwoord. Ongetwij-
3DB185.indd 27
feld zullen er nog andere opties mogelijk
zijn geweest (waaronder een commerciëlere opstelling: huren van materiaal dat wij
niet in eigen beheer hebben en de rekening
opsturen naar de Stichting …), maar dat is
achterafgepraat .
Voorafgaande aan de uiteindelijke presentatie, toen ik Chris en mijzelf introduceerde, heb ik de toeschouwers verteld wat de
gang van zaken zou zijn en waarom wij op
die manier te werk zouden gaan: dat ik telkens zou aftellen, maar niet eerder dan dat
Chris had aangegeven klaar te zijn. Het was
vermakelijk dat op een gegeven moment
‘zijn’ deel van het publiek aan de ‘cursor’
bij de bestandenlijst op het scherm kon zien
of ie al zover was en mij dan bijna massaal
toeriep: “Nee, nog niet”. Ook dáárdoor is
het een leuke en leerzame avond geworden, in een aangename, informele sfeer.
Na afloop kregen we veel complimenten
over de getoonde series en vroegen nogal
wat mensen om meer informatie over stereofotografie. Aan die belangstellenden
kon ik de flyer uitdelen, waarvan Gert-Jan
mij een groot aantal had toegestuurd. Nu
maar hopen dat zich onder hen ook potentiële NVvS-leden bevinden.
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
A. Ik kreeg een hint om dan een speciaal
toetsenbord te gebruiken, waarmee op
twee computers tegelijk kan worden gewerkt. Er bestaan inderdaad wel van dergelijke toetsenborden, maar er moet dan wel
tussen twee computers geschákeld worden.
Gelijktijdig op twee computers werken is
dus op déze manier niet mogelijk!
27
Job van de Groep
P.S. om 01:00 uur, ’s nachts dus, was ik
weer thuis in Vianen.
16-8-2009 20:52:14
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
28
Een fotografisch verslag van de
gevonden ijsmens “Ötzi”
Het speciale project “Iceman Photoscan”
is uniek in de wereld van wetenschap en
onderzoek naar de oorsprong en het leven
van de mens. Op 19 september 1991 werd
op een hoogte van 3200 meter in de bergen van Zuid-Tirol gemummificeerde resten
van een mens gevonden. De resten lagen
onder een ijslaag aan de rand van een snel
smeltende gletscher op enkele meters van
de Oostenrijkse grens. Naast de resten van
een mens lagen ook meerdere voorwerpen
en werktuigen. De “man uit het ijs” blijkt
na een onderzoek ruim 5300 jaar geleden
geleefd te hebben. Direct na deze vondst
startte een project om alles nauwkeurig te
onderzoeken om achter de raadsels van de
mens “Ötzi” te komen. De wereld keek uit
naar de resultaten, die thans voor een groot
publiek beschikbaar zijn in de vorm van
een prachtig fotoboek met 76 kleuren- en
6 zwart/witafbeeldingen. Het fotoboek bevat ook 7 prachtige driedimensionale foto’s
in de anaglyfentechniek. Er wordt een 3Dbril bijgeleverd. Een juweel van een studieen informatieboek over een wereldwonder
van een super geconserveerd lichaam van
een mens, waarvan tot in de allerkleinste
details alles onderzocht en vastgelegd is.
De exclusieve mogelijkheid om de “Man uit
het ijs” als mummie te conserveren en te
mogen onderzoeken heeft de auteur van
het boek geïnspireerd tot het vinden van
een geweldige onderzoeksmethode via de
techniek van de fotoscan en met gebruik
van enkele al bekende beeldtechnieken.
Voor het organiseren van het onderzoek
is in het Italiaanse Bolzano een instituut
opgericht, het “Institute for Mummies and
the Iceman”. In zes aaneensluitende delen
neemt de auteur de lezers mee naar het laboratorium waar de onderzoeken werden
uitgevoerd en krijgen de lezers een beeld
van de vindplaats, de planning, uitvoering
en de werkelijke conservering. Vooraf is
met alle zorg gekeken naar een mogelijke
3DB185.indd 28
verstoring van het conserveringsproces, bij
het maken van digitale fotobeelden en het
gebruikte kunstlicht. Zoals “Ötzi” is gevonden, zo is “Ötzi” meegenomen voor het onderzoek. De ruimte van onderzoek moest
aan meerdere eisen voldoen om de kwaliteit van de mummie te handhaven. Alle digitale opnamen zijn verwerkt tot complete
beelden en zijn zichtbaar op de speciale site
www.icemanphotoscan.eu. Zelfs de tatoeages op het lichaam van “Ötzi” zijn in detail
zichtbaar.
De zeven groot formaat driedimensionale
foto’s maken de beelden van zo’n unieke
vondst indrukwekkend en uiterst realistisch. Voor liefhebbers van 3D afbeeldingen
geeft de auteur een beeld van de stereoscopische beeldtechniek en een toelichting
op zijn 3D-foto’s van de “Man uit het ijs”.
Met deze driedimensionale toevoeging in
het boek wordt de waarde ervan speciaal.
De teksten in het zeer mooi uitgevoerde
fotoboek zijn geschreven in drie talen en
wel in het Italiaans, Duits en Engels. Met de
beelden op de website zijn het project en
“Ötzi” voor iedereen goed zichtbaar.
ISBN 978-3-89937-098-0, “Iceman Photoscan”, Marco Samadelli, Verlag Dr. Friedrich
Pfeil, 2009, 72 pagina’s + anaglyfenbril,
22 euro.
Jan M. Broeders
16-8-2009 20:52:23
29
A 3D FRACTAL ODYSSEY:
Chaos op weg naar Gmunden.
door John Hart
met beelden van Jerry Oldaker en John Hart
vertaling door Johan Steketee (JS)
Uitgaande van de actuele toestand van
zijn vereenvoudigde atmosfeer konden
deze drie vergelijkingen het klimaat in de
toekomst voorspellen. Lorenz gebruikte
hiervoor een van de eerste PC’s : een tafelmodel met de naam LGP-30, uitgerust met
vacuüm buizen en magneetbandrecorder,
dat het kolossale aantal van 60 vermenigvuldigingen per seconde kon uitvoeren.
Met zijn model was het apparaat dan ook
verschillende dagen bezig. Hij merkte op
dat hele kleine verstoringen in de aanvankelijke weercondities konden leiden tot totaal verschillende voorspellingen. Hij verzon
hiervoor de term “het vlindereffect”, (daarbij doelend op het gefladder van vlinders)
en de elegante grafieken van de uitkomsten van zijn 3-componenten model in de
X-Y-Z ruimte vormen prachtige objecten die
bekend geworden zijn als “strange attractors” oftewel vreemde attracties.
Het vlindereffect, beter omschreven als
“ sensitieve afhankelijkheid (sensitive dependence) van initiële condities”, is een hoeksteen in de dynamica van fractalen. Benoit
Mandelbrot, een van de grondleggers van
fractalen als kunst, toonde aan dat deze
afhankelijkheid leidt tot mathematisch gegenereerde beelden die verbazingwekkend
complex zijn. In de jaren 70 bestudeerde
Mandelbrot iteraties met recursieformules,
gebruikmakend van de computers van het
IBM Research Centrum in New York.
3DB185.indd 29
Een recursieformule is een formule waarmee je een volgend resultaat uit het voorgaande kunt afleiden, b.v. voor getallen:
un = un-1 + 3.
Iteratie is letterlijk herhaling en duidt in de
wiskunde het proces aan waarbij men het
gevonden resultaat uit een formule weer
opnieuw invoert als aanvangs- of initiële
waarde in dezelfde formule (JS).
Zijn klassieke model gaat uit van een punt
in het X-Y vlak en produceert daarbij een
nieuw punt (Xnieuw, Ynieuw) dat bepaald
wordt door:
waarin A en B vaste parameters zijn.
Hij vond dat , na duizenden iteraties, het
punt X,Y òf “ontsnapte” naar extreem
grote waarden (waarbij X2 en Y2 naar
oneindig gaan), òf begrensd bleef afhankelijk van de keuze van de startwaarden. De
“sensitieve afhankelijkheid” komt hierin tot
uiting doordat startpunten die zeer weinig
van elkaar verschillen tot enorm afwijkende
resultaten kunnen leiden. Als je kijkt naar
steeds kleinere gebieden van het Xstart Ystart vlak en die verder vergroot en dan
een overzicht maakt van welke startpunten naar extreme waarden leiden en welke
begrensd blijven, dan zie je gelijkvormige
maar prachtige en complexe structuren,
zelfs binnen minuscule gebiedjes. Mandelbrot noemde zulke niet-samenhangende
objecten met die zelfgelijkende wijze van
kopiëren “Fractals”.
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
In 1963 ontdekte Edward Lorenz, een
hoogleraar in de meteorologie aan het Massachusset Institute of Technology (MIT),
wat hij destijds noemde “deterministische
chaos”. Hij gebruikte een eenvoudig weersvoorspellings-model dat bestond uit slechts
drie voorspellings vergelijkingen.
16-8-2009 20:52:29
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
30
Een andere. naar mijn mening wat duidelijker definitie van een Fractal, ook wel fractaal genoemd, is een meetkundige figuur
die zelfgelijkend is, d.w.z. opgebouwd uit
delen die min of meer gelijkvormig zijn met
de figuur zelf. Van Dale noemt het “een
grillige meetkundige figuur, ontstaan door
het uitzetten van punten, die de uitkomsten weergeven van een formule, die vele
malen op zijn eigen uitkomst wordt toegepast.” Deze definitie sluit aan bij het al genoemde iteratieproces (JS).
Als de parameters A en B worden gevarieerd, krijg je opmerkelijk verschillende
formaties. Door een algoritme te gebruiken waarbij aan de startpunten een kleur
wordt toegekend gebaseerd op hoeveel
iteraties nodig zijn om een gespecificeerde
“ontsnappingswaarde” te bereiken, krijg je
de nu beroemde en bekende Mandelbrot
Fractal. Het is een beetje ironisch dat de
Mandelbrot objecten, en de meeste van de
artistieke beelden die afgeleid zijn van zijn
methodologie, zelfs nog heden ten dage
gepresenteerd worden als tweedimensionale platte kunst. In het werk van Lorentz
zijn alle banen begrensd en het kan mathematisch aangetoond worden dat weermodellen, beschreven met twee vergelijkingen, nooit chaotisch of fractaal zijn. Dus
er treedt iets merkwaardigs op als je voorspellingen maakt met drie vergelijkingen,
d.w.z. in drie dimensies. De door hem genoemde “strange attractors “ kunnen dan
alleen spectaculair bekeken worden als ze
stereoscopisch worden geprojecteerd.
Ik heb de fascinerende historie van de
fractale dynamica jarenlang bewust meegemaakt. Ik was een promovendus in de
atmosfeer-wetenschap aan het MIT en
kreeg in 1966 een kamer toegewezen in
Lorentz’ laboratorium waar zijn LGP-30 om
de zoveel minuten met veel lawaai een uitdraai produceerde van zijn model met een
hoogst irritant rat-a-tat van de aangesloten
teletypemachine. Een groot deel van mijn
carrière als wetenschapper was ik betrokken bij het bestuderen van chaotische dynamica en turbulentie in zowel geofysica
3DB185.indd 30
als astrofysica. Toen ik in 1999 startte met
stereofotografie bedacht ik dat fractalen in
3D heel spectaculair zouden kunnen zijn,
speciaal vanwege hun ruimtelijke gecompliceerdheid en bizarre vormen. Maar ik werd
in beslag genomen door andere dingen....
Toen ontmoette ik op het NSA/ISU congres
in Boise in 2007 Jerry Oldaker. Jerry, zo
leerde ik, had al meer dan vijf jaar driedimensionale fractale kunst gecreëerd, maar
hij had zijn beelden aan niet meer dan een
twaalftal mensen kunnen laten zien. Slechts
een paar daarvan konden de cross-eye paren succesvol fuseren. In feite was de eerste keer dat hij iets van zijn werk ooit had
geprint een week voordat hij naar Boise
ging. En als zijn vrouw Sandy hem niet min
of meer gedwongen had om naar Boise
te gaan, zou zijn werk nu nog steeds onbekend geweest zijn in de stereogemeenschap. Het bleek dat Jerry gewerkt had
met een vriend, die software geschreven
had waarmee het genereren van fractalen
op een nieuw niveau wordt getild door gebruikmaking van een meertraps methode
onder de naam van Iteration Function System (IFS).
Denk daarbij maar aan een verzameling
van weermodellen beschreven met drie vergelijkingen. Je maakt een groot aantal iteraties met deze modellen, maar voor iedere
iteratie kies je , willekeurig, precies één van
de set modellen. Na honderdduizenden
iteraties, vallen de X-Y-Z punten samen tot
een “strange attractor” in de driedimensionale ruimte als een spectaculaire, haast
buitenaardse verschijning. De natuurlijke
wijze om dergelijke objecten te visualiseren
is stereoscopisch, hoewel maar weinig mensen dat geprobeerd hebben.
Met de inbreng van Jerry werden de codes
geschikt gemaakt voor het maken van 3Dbeelden. In Boise presenteerde Jerry verschillende grote prints, die met gekruiste
oogassen (cross-eye) bekeken konden worden in de zeer succesvolle stereo kunstgalerie. Ik was verbluft. Niet alleen voerden
deze stereoweergaves mij terug naar mijn
16-8-2009 20:52:34
31
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16-8-2009 20:52:43
3DB185.indd 31
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
32
3DB185.indd 32
16-8-2009 20:52:45
33
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16-8-2009 20:52:47
3DB185.indd 33
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
34
3DB185.indd 34
16-8-2009 20:52:50
35
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16-8-2009 20:52:51
3DB185.indd 35
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
36
tijd als promovendus waarin de chaostheorie werd ontwikkeld, maar ze leidden me in
een nieuw universum van stereoscopische
mogelijkheden.
Het was onmiddellijk duidelijk dat Jerry’s
kunstobjecten als animaties uitgevoerd
zouden kunnen worden in de Ken Burns
stijl, met zooms en pans en diverse lagen
van fractalen over elkaar heen bewegend,
die als digitale projecties aan een veel breder publiek vertoond kunnen worden dan
de cross-eye view prints. Onze eerste coproductie heette “Fractal Fantasy” en bevatte
trucs als fractalen die door andere fractalen
heen bewogen en botsten of juist elkaar
vermijdend als ruimteschepen in een surrealistisch deel van de kosmos. Hij werd
voor het eerst vertoond tijdens de Grand
Rapids NSA conventie in 2008 en won de
Paul Wing prijs voor de beste stereo theaterpresentatie.
In Grand Rapids spraken we over het komende ISU congres in Gmunden in Oostenrijk. Jerry was nog nooit in dat deel van Europa geweest en vertelde dat hij en Sandy
daar naar toe wilden. We besloten dat we
zouden proberen om een bijdrage te maken voor het congres. Ik wilde speciale aandacht besteden aan bewegende videoclips
van fractale vormen, waarin bij voorbeeld
langzame tijdvariaties (zoals A en B in de
Mandelbrot iteraties) plotselinge en dramatische mutaties van fractale objecten kunnen veroorzaken.
Jerry had aanvankelijk veel bezwaren:
Het computer rekenwerk bleek ontmoedigend. Ken Burns effecten vragen om
minimaal één enkele fractaal te verschuiven, te draaien en in grootte te veranderen. Een volledige videoscene vraagt de
complete berekening van 30 verschillende
fractalen voor iedere seconde van het programma. En omdat we die objecten ook
nog “smooth” en “anti-aliased” wilden
maken voor projectie met hoge resolutie
(1920x1200 of meer) zouden we rekening
moeten houden met zo’n honderdduizend
uur computertijd. Maar nadat de eerste 10
3DB185.indd 36
seconden videoclip klaar was, bleek Jerry
overtuigd te zijn en sinds september 2008
hebben al onze computers staan zwoegen
om de verzameling videofilms op te bouwen, die in de show voor het ISU congres
bijeengebracht zullen worden. Tijdens de
rit is, niet verbazingwekkend, nogal eens
chaos opgetreden, niet alleen in ons beeldwerk, maar ook in de vorm van computercrashes, slechte parameter instellingen en
overdreven gekartelde weergaven. Dat
heeft tot complicaties geleid, maar niet tot
ontsporing van onze prestaties.
Zoals de statische beelden illustreren, die
getoond worden in dit artikel, is er een fascinerende sortering objecten te vinden in
de ‘fractale kosmos”, van variaties op het
Mandelbrot thema waar je eindeloos kunt
inzoomen op fijnschalige structuren tot
adembenemende halfdoorzichtige fractale
vlammen of tot wonderbaarlijke metaalachtige hemellichamen tegen etherische
achtergronden. Wat je met de statische
beelden niet kunt beoordelen is het fantastische gedrag van fractalen in de 4e dimensie: de tijd. Wij hebben in hart en nieren
genoten van onze persoonlijke Odyssee in
het scheppen van dit werk en we kijken er
al naar uit om naar Oostenrijk te reizen om
het daar te vertonen.
Technische aantekeningen:
Onze fractalen zijn berekend door gebruik
te maken van een massa beschikbare programma’s of combinaties van programma’s,
waarvan enkele speciaal gemodificeerd zijn
om een stereoscopisch resultaat te krijgen.
De show behelst meer dan vijf geslachtstypen fractalen, inclusief quaternions (een
bijzonder soort hypercomplexe getallen in
de algebra, JS.), strange attractors, fractale
vlammen en 3D-IFS. Elk daarvan vereist een
verschillend programma, maar in het algemeen maken we reeksen van stilstaande
beelden waarbij de relevante parameters
zo gevariëerd worden dat de fractaal van
vorm verandert of muteert in de loop van
de tijd. Terwijl de vormverandering wordt
uitgevoerd kan de effectieve camerapositie
16-8-2009 20:52:57
37
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16-8-2009 20:53:06
3DB185.indd 37
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
38
ook worden gemanipuleerd, leidend tot
een rotatie-, translatie- en/of zoomeffect.
Het is normaal nodig om de linker en rechter reeksen apart te berekenen, of in het
geval van “escape-time Fractals” een afgeleide van de escape-baan te gebruiken om
diepte te produceren. De beeldseries zijn
gerenderd tot video-clips in het programma
Adobe After Effects met passend gebruik
van transparantie in frames die toegepast
worden in scènes met meer lagen.
De video-clips , waaronder ook de stilstaande beelden die volgens de methode Ken
Burns tot een bewegende animatie zijn
samengesteld, zijn choreografisch bewerkt
in ProShow Producer, dat efficiënter is in
laagsgewijs werken en in het combineren
van video’s en stilstaande beelden dan standaard niet-lineaire video-edit programma’s.
ProShow Producer levert enorme niet-gecomprimeerde .avi bestanden, die tenslotte
in VirtualDub gecomprimeerd zijn om ze
geschikt te maken voor normale videoweergave met 30 beelden per seconde.
John Hart
John Hart is emeritus hoogleraar in de Atmosfeer Wetenschappen aan de Universiteit
van Colorado. Hij studeerde Natuurkunde
aan het Amherst College en promoveerde
in de Meteorologie en Oceanografie aan
het MIT in 1970. Na een lange carrière in
2D natuurfotografie begon hij in 1999 met
stereo. Zijn voornaamste interesse is nu
toegespitst op het bestuderen van de wereld van het onzichtbare met behulp van
de volle inzet en extra “openbaring” van
stereoscopie, zoals beelden maken in 3D
van microscopische kristallen en biologische
monsters, het converteren van beelden van
de Hubble Telescoop in 3D, gebruikmakend
van fysische en chemische astrofysica-computermodellen, en in de tijd vastleggen
van tot de verbeelding sprekende evenementen met behulp van ultra-high-speed
3D fotografie. Hij blijft doorgaan met zijn
passie voor bergbeklimmen, kajakken en
kanoën, die samen met zijn honden en
de lokale kolibries veel mogelijkheden bie-
3DB185.indd 38
den voor stereofotografie. Hij onderhoudt
twee websites www.crystalcanyons.net en
www.stereo3dgallery.com waar voorbeelden van zijn prestaties alsmede van andere
talentvolle stereofotografen kunnen worden bekeken.
Jerry Oldaker
Jerry is gemotiveerd door zijn onweerstaanbare drang om stereokunst te maken en
zijn verlangen om met zijn eigen creatieve
“stem” te communiceren met iedereen die
wil “luisteren met zijn ogen”. Zijn artistieke
doel is visueel opwindende fractale composities te maken met gebruikmaking van
verbeeldingsvolle fantasieën van vorm en
kleur, die een kinderlijk gevoel van ontdekking en vreugde opwekken bij de kijker.
Jerry maakt fractalen om zijn innerlijke wezen tot uitdrukking te brengen. Door zijn
beelden te delen met de wereld streeft hij
ernaar om zowel rust als complexe emotie
over te dragen aan iedereen die bereid is
om te leren hoe je de diepte moet zien in
wat hij doet. Zoals hij zelf zegt: “Ik ben een
overgevoelig experimentele kunstenaar.
Ik benadruk het ruimtelijke visuele drama
door een sterk focus op ontwerp, contrasterende lichtverdelingen en complementaire kleuren. Als ik tevreden ben met de
compositie en lichtverdelingsstudie brengt
het actuele renderingsproces mijn originele
visie tot leven.” Zijn werk is vertoond in de
Verenigde Staten in het 3D Center for Art
and Photography in Portland Oregon, in de
Oregon Historische Vereniging en hij heeft
de “Best Stereo Artist” prijs gewonnen tijdens de NSA Grand Rapids Convention in
2008. Zijn website, www.gostereoartist.
com laat een klein deel van zijn werk zien.
*Odyssee: een lange avontuurlijke reis
(RED: Ik zal in Gmunden de heren achter
hun broek aan zitten om deze show
beschikbaar te krijgen voor een vertoning
in Huizen. Misschien wel voor de Open
Dag.)
16-8-2009 20:53:11
39
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16-8-2009 20:53:20
3DB185.indd 39
40
Wat wist Brewster over Stereoscopie?
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
1. Brewsters verdiensten
De eerste lezingen over stereoscopie hield
de toen 36-jarige Charles Wheatstone in
1838, in juni in Londen voor de Royal Society en een verkorte versie in augustus in
Newcastle voor de British Association for
the Advancement of Science. Onder de vele
geleerde leden die de tweede presentatie
bijwoonden waren o.a. John Herschel en
David Brewster. (De astronoom John Herschel vond kort daarna de “hypo”-fixatie
uit, hij was ook de naamgever van “negatief“ en “positief” voor Talbots fotografische procédé.)
De toen 56-jarige Sir David Brewster (17811868) was zeer enthousiast over Wheatstones voordracht, de verslaggever in “The
Athenaeum” (Journal of Literature, Science, and Arts) schreef:
“Sir David Brewster was bang dat de leden
nauwelijks konden beoordelen, uit de korte en bescheiden weergave door professor
Wheatstone van het principe, en van het
instrument ontworpen om het te illustreren, hoe zeer fraai en algemeen het is. Hij
beschouwde de voordracht als één van de
meest waardevolle optische voordrachten
die aan de Sectie gepresenteerd waren. Hij
merkte op dat, in samenhang met de wet
van de visuele richting bij kijken met één
oog, het al die visuele fenomenen verklaart
waardoor natuurfilosofen al zolang verbijsterd waren en dat driedimensionaal zien
geheel verklaard werd door Prof. Wheatstone’s onderzoek.”
(Maar de toepassing van de “law of visual
direction” bleek later wishful thinking…)
In 1843 sprak Brewster voor de Royal Society of Edinburgh over de lezing van juni
1838:
3DB185.indd 40
“the interesting paper of my distinguished
friend Professor Wheatstone” en “Het is
onmogelijk het belang van dit artikel te
overschatten, of de waarde en schoonheid
van de voornaamste ontdekking die het beschrijft te zeer te bewonderen, namelijk de
perceptie van een object van drie dimensies
door de vereniging van de twee ongelij-ke
beelden die op de netvliezen gevormd worden …”.
Brewster was toen één van de voornaamste
deskundigen op het gebied van de Optica
in Brittannië. Hij had tientallen publicaties
gedaan, vooral over spectroscopie en polarisatie. De Brewsterhoek, volgend uit de
Wet van Brewster (1812) is misschien zijn
voornaamste resultaat op het gebied van
de polarisatie, terwijl hij ook publiceerde
over de polarisatie-eigenschappen van talloze afzonderlijke stoffen.
(Terzijde, dit was natuurlijk lang voordat
polarisatie gebruikt werd voor stereoprojectie. Het is merkwaardig dat ook Wheatstone onderzoek deed op de gebieden van
spectroscopie en polarisatie, waaruit o.a.
in 1848 de z.g. “polar clock” voortkwam.
Deze is gebaseerd op Brewsters ontdekking
dat ook bij bedekte hemel het zonlicht gepolariseerd is, zodat de richting van de zon
en daaruit de tijd is te bepalen.)
In 1817 vond Brewster de Kaleidoscoop
uit, eerst bedoeld als wetenschappelijk
instrument, maar het werd onmiddellijk
een commercieel succes, hoewel Brewster
er weinig aan verdiende omdat delen van
de uitvinding al eerder publiek waren gemaakt. Hij schreef in 1819 “A treatise on
the kaleidoscope” (een uitgebreide versie
verscheen in 1858).
16-8-2009 20:53:26
Fig. 1 De jonge BREWSTER
Voor wetenschapshistorici is Brewster dan
ook zowel onderwerp van hun studies als
een collega-historicus. Newton (1643-1727)
was Brewsters grote held, als wiskundige
(differentiaalrekening, “Principia”), als algemeen natuurkundige (algemene zwaartekrachtswet enz.) en als opticus (spiegeltelescoop, zonlicht ontleed in kleuren van
de regenboog, Newton-ringen, aard van
het licht).
Ondanks de successen van de golftheorie
van het licht bleef Brewster lang trouw aan
de deeltjestheorie van Newton. Hij had wel
moeite met het feit dat Newton ook alchemie bedreef en de Drie-eenheid verwierp,
het laatste was ketterij voor een orthodoxe
evangelische calvinist als Brewster. Volgens
Brewster moest de wetenschap het ontwerp
en het doel van de schepping aantonen. Hij
was natuurlijk tegen Darwins theorieën. Hij
geloofde ook dat vrijwel alle planeten van
het zonnestelsel bewoond waren, en misschien was daar de Hemel gelokaliseerd.
Fig. 2 Brewster met Newtons
OPTICKS
In 1831 verscheen zijn “Treatise on Optics”,
al snel vertaald in het Frans en Duits, tweede druk 1837. Hierin stond ook een korte
passage over enkelvoudig zien met twee
ogen, maar niets over diepte zien met twee
ogen. In 1831 schreef hij ook een korte levensbeschrijving van Sir Isaac Newton, in
1855 gevolgd door een uitgebreide versie.
3DB185.indd 41
41
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Het enorme succes van het instrument (of
speelgoed?) moet gezien worden in de
vroeg 19-eeuwse tijd, vóór stereoscopie,
fotografie, trein, film, telegraaf, telefoon
enzovoorts, en zelfs een paar jaar vóór
de Thaumatroop, de Phenakistoscoop en
de Zoötroop. In Londen en Parijs werden
naar schatting 200.000 kaleidoscopen verkocht in de eerste drie maanden, meer dan
van de latere lenzenstereoscoop. Brewster
schreef geërgerd dat van dat enorme aantal er misschien maar duizend volgens wetenschappelijke principes waren gemaakt
en dat misschien maar honderd mensen
een idee hadden van het principe van de
constructie.
Op Brewsters aandringen was in 1831 de
British Association for the Advancement of
Science opgericht (naar Duits voorbeeld),
omdat hij ontevreden was met het wetenschappelijk gehalte van de Londense Royal
Society en een wetenschappelijke vereniging wilde waarin ook Schotse geleerden
als hijzelf een rol speelden. Er ontstonden
16-8-2009 20:53:35
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
42
snel ruzies, maar Brewster werd als beloning kort daarna geridderd (met als gevolg
het “Sir”-predicaat).
Kort na de genoemde vergadering van de
British Association in 1838, waar hij Wheatstones spiegelstereoscoop zag, bestelde
Brewster er een bij de firma Andrew Ross
in Londen, en met dat instrument deed hij
tien jaar onderzoek, want zijn eigen lenzenstereoscoop werd pas in 1849 gepresenteerd (ook op een bijeenkomst van de
British Association). In deze stereoscoop
gebruikte hij gehalveerde lenzen om links
en rechts dezelfde brandpuntsafstand te
hebben. Brewster gebruikte er halve brilleglazen voor, die toen nogal klein waren.
Instrumentmaker George Lowdon uit
Dundee vond dat door grotere lenzen te
gebruiken meer mensen de stereoscoop
zouden kunnen gebruiken. Hij meldde dat
aan Brewster, maar die hield vast aan zijn
kleine lenzen. Lowdon vroeg toen patent
aan voor zijn verbetering, waarop Brewster
hun samenwerking beëindigde.
Brewster vond geen andere instrumentmaker in Brittannië bereid om de lenzenstereoscoop in productie te nemen, dus nam hij
in begin 1850 een van Lowdons exemplaren mee naar Parijs, waar François Soleil en
zijn schoonzoon Jules Dubosq de lenzenstereoscoop wel ging bouwen, en zij zonden er één met stereo-daguerreotypieën in
naar de eerste Wereldtentoonstelling, “the
Great Exibition”, in 1851 in Londen in het
Crystal Palace. “The Queen” keek in de stereoscoop en was amused.
De Parijse firma maakte vervolgens een
speciaal fraai exemplaar, die Brewster aan
Hare Majesteit Victoria aanbood. De koninklijke goedkeuring werd uitgebreid in
de pers gemeld, en de zegetocht van de
stereofotografie begon.
In dezelfde vergadering van de British Association in 1849, waar Brewster de lenzenstereoscoop toonde, presenteerde hij ook de
“binocular camera”, dus de eerste twee-lenzige stereocamera. “Omdat het onmogelijk
is twee lenzen […] te slijpen en te polijsten
met exact dezelfde brandpuntsafstand […]
stel ik voor de lenzen te halveren, en het instrument te construeren met halve lenzen,
die ons afbeeldingen zal geven van precies
dezelfde grootte en scherpte”, aldus Brewster. In de camera gebruikte hij een separatie van 2 1/2 inch. Hij toonde daarbij ook
een stereofoto, van een beeld met een steigerend paard, maar het is twijfelachtig of
die foto met de stereocamera gemaakt is.
Fig. 3 Binocular Camera
3DB185.indd 42
16-8-2009 20:53:43
43
Het schema van de stereocamera is ook eigenaardig, de afbeeldingen in de camera
lijken in de lucht te hangen, er wordt geen
gevoelige laag aangegeven en een septum ontbreekt. De stereofoto’s die hij later
waarschijnlijk wel zelf maakte zijn bij een
brand in 1903 verloren gegaan, er is er nog
één over, uit 1864, in het natte collodiumprocédé, die toont een landschap met drie
personen, achterop is in Brewsters handschrift een beschrijving.
Fig. 5 Stereofoto van landschap
3DB185.indd 43
In 1851 publiceerde Brewster ook over “several new and simple stereoscopes”, maar
behalve de lenzenstereoscoop waren dat
oninteressante varianten met één of twee
spiegeltjes of prisma’s.
Brewsters voornaamste publicatie over stereoscopie was natuurlijk zijn boek uit 1856
“The Stereoscope, Its History, Theorie and
Construction, with its application to the fine
and useful arts and to education”, meestal
kortweg “The Stereoscope” genoemd.
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Fig. 4 Foto gemaakt met de Binocular Camera (?)
16-8-2009 20:53:56
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
44
Originelen van dit boek zijn zeldzaam (er
zijn geloof ik twee exemplaren in Nederlandse bibliotheken), maar de facsimileuitgave uit 1971 is vaak op eBay te koop
(gebonden of paperback) en sinds kort
is bij Google Books de volledige tekst te
downloaden
(http://books.google.com).
Ik heb er zelfs drie pdf-versies van, één uit
Harvard, één uit Berkeley en één uit de
Bodleian Library in Oxford. Bovendien is
onlangs in Italië een nieuwe gedrukte facsimile-editie verschenen. Dat lijkt mij nu niet
meer nodig.
De catalogus van de “Binocular Pictures”
die de London Stereoscopic Company te
koop aanbood staat ook in enkele pdf’s,
twaalf bladzijden lang, achter in het boek.
Het is een lijst van vele honderden stereofoto’s, gemaakt in Engeland en verschillende
andere Europese landen, en dat nauwelijks
vijf jaar na de Wereldtentoonstelling van
1851.
Fig. 6 Binocular Pictures London
Stereoscopic Company catalogus
Brewster kan beschouwd worden als één
van de “grootvaders” van de Magic Eye-stereogrammen (SIRDS). Deze door Christopher Tyler uitgevonden stereogrammen zijn
een combinatie van “gewone” Random Dot
Stereogrammen (waarvan de computerversie door Bela Julesz werd uitgevonden) en
multipele stereogrammen, waarin een rechter beeld van een stereopaar steeds het linker is van het volgende stereopaar. De oervorm van de laatste staat niet in Brewsters
boek, maar wel in het artikel uit 1851 over
de “new and simple stereoscopes”. Het zijn
drie afbeeldingen van een afgeknotte kegel (Brewsters favoriete figuur), die twee
aan twee stereoparen vormen.
Fig. 7 Drievoudige Kegel
Brewster was tegen het gebruik van lenzen
met grote diameter in fotocamera’s (toen
3 tot wel 12 inch doorsnede) omdat dan
a.h.w. sterk uiteenliggende standpunten
gecombineerd werden. Hij zei ook hoe met
een enkelvoudige camera stereofoto’s gemaakt konden worden: maak in een lenskap twee diametraal gelegen openingen
(c en d in de figuur), “2/10 inch [5mm]
groot, of zoveel groter als juist wordt ge-
Fig. 8 Excentrisch diafragma
De tekst in “The Stereoscope” is gebaseerd
op een aantal artikelen die Brewster tussen 1838 en 1856 schreef, maar er staat
ook veel nieuw materiaal in. Zo is er een
verhandeling over het z.g. behangseleffect
(wallpaper effect), waarvan de ontdekking
door velen aan Brewster wordt toegeschreven, maar Charles Blagden had het al in
1813 gezien, bij waarnemingen aan een
schoorsteenmantel met verticale groeven
(cannelures).
3DB185.indd 44
16-8-2009 20:54:04
acht, hoewel 2/10 de juiste maat is”. Door
twee opnamen te maken met steeds één
van de twee gaten afgedekt ontstaat een
stereopaar.
Brewster ging in 1851, bij de presentatie
van de stereocamera, ook uit van de mogelijkheid van hyperstereo-opnamen, die
hij uitvoerig beschreef en waarvoor hij een
formule gaf. Hij meende b.v. dat een standbeeld dat tien voet (ca 3 m) breed was gefotografeerd moest worden met ook een
basis van tien voet. Maar in zijn boek, vijf
jaar later, was hij radicaal veranderd. De binoculaire camera met een basis van 2 1/2
inch wordt dan geschikt genoemd voor
voorwerpen van iedere afmeting en op alle
afstanden.
Antoine Claudet (1798-1867), de beroemde (stereo-)fotograaf van wie nog veel stereo-daguerreotypieën bestaan, en die ook
wordt beschouwd als de uitvinder van het
schijnraam (stereo window), had gezegd
dat de keuze van de basis (of de convergentie-hoek zoals toen gezegd werd) een
zaak was van smaak en artistieke illusie.
Tenzij we een versterkt reliëf voor een speciaal doel nodig hebben, moeten [alle onderwerpen] met een basis van 2 1/2 inch
opgenomen worden. [Alle onderwerpen]
kunnen niet mooier of groter gemaakt
worden dan zoals de reiziger het zelf ziet.
“Een kunstmatige diepte [reliëf] toevoegen
is slechts een truc die de vulgaire kan verbazen maar die de liefhebber van de waarheid in de natuur en de kunst niet kan bevredigen”.
Tenslotte, velen zullen verbaasd zijn te horen dat Brewster ook de vader is van de
2D naar 3D conversie. Dat lijkt nu niet zonder computer te kunnen, maar Brewster
schreef er in 1856 een apart hoofdstukje
over. Daarin staat nauwkeurig meetkundig beschreven hoe de “artist” te werk zou
moeten gaan om van een enkele foto of
schilderij een stereopaar te maken. Zou,
want er ontbreken resultaten.
Brewster was bij dit alles ook nog wetenschapsjournalist en redacteur van wetenschappelijke tijdschriften, schrijver voor de
Schotse encyclopedie en voor de Encyclopedia Britannica.
Maar een volgend maal over zijn minder
gunstige kanten.
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Dit is dus het gebruik van een excentrisch
diafragma. Het kan nog steeds, vooral voor
macrostereo’s, al is het muurvast fixeren
van de monocamera een probleem. Ferwerda bouwde zijn beroemde macrocamera ook met twee excentrische diafragma’s,
maar dan met een septum en een spiegelconstructie achter het ene objectief om de
twee beelden verder uit elkaar te krijgen en
ze in één belichting vast te leggen.
45
Maar hij eindigt dit onderwerp met:
Brewster reageert: “Geen vraag van wetenschap kan een zaak van smaak zijn, en
geen illusie kan artistiek zijn die een onjuiste interpretatie van de natuur is”. Alleen
bij kolossale beelden, gebouwen, of voor
landschappen zou de basis vergroot mogen
worden.
Abram Klooswijk
3DB185.indd 45
16-8-2009 20:54:11
“Natuur in Nederland” door Ronald Schalekamp
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
46
3DB185.indd 46
16-8-2009 20:54:14
“Varia” door Job van de Groep
47
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
3DB185.indd 47
16-8-2009 20:54:17
48
Fujifilm introduceert het “Real 3D
Systeem”
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Persbericht
Fujifilm kondigt met grote trots de introductie van een baanbrekende nieuwe beeldvormende technologie aan: het “FinePix
Real 3D Systeem”. Het eerste digitale driedimensionele (3D) beeldvormende systeem
waarmee u driedimensionale beelden kunt
bekijken zonder het gebruik van een speciale 3D-bril. Het FinePix Real 3D-systeem
bestaat uit een digitale 3D-camera “FinePix
Real 3D W1”, een 3D-afspeelapparaat, de
pictureviewer “FinePix Real 3D V1” en 3Dprints.
In 2009 zal Fujifilm, de pionier in de digitale beeldvormende sector, het volledige
3D-pakket kunnen aanbieden: van digitale
fotografie tot digitale afdrukken. Fujifilm
opent opnieuw nieuwe perspectieven en
gaat door met het wekken van grote verwachtingen bij de ontwikkeling van nieuwe
3DB185.indd 48
beeldvormende producten. Door zich ten
doel te stellen “dierbare momenten precies
zo vast te leggen als onze ogen ze waarnemen”, heeft Fujifilm in de afgelopen tien
jaar unieke lenzen, CCD’s en processors
ontwikkeld, naast andere toonaangevende digitale cameratechnologieën. Dit jaar
volgt de introductie van de eerste digitale
camera ter wereld die 3D-foto’s en -films
kan maken, de “FinePix Real 3D W1”, en
van de “Fine Pix Real 3D V1”, een 8-inch
viewer waarop spectaculaire 3D-beelden
afgespeeld kunnen worden. In aanvulling
hierop heeft Fujifilm, door geheel nieuwe
stappen te zetten in de hoge precisie productietechnologie, met succes een 3D-afdrukmogelijkheid ontwikkeld waarmee u
uw 3D-foto’s kunt afdrukken en bewaren
als nooit tevoren.
16-8-2009 20:54:30
Bovendien synchroniseert de “RP (Real Photo) Processor 3D”, die gebaseerd is op de
fototechnologie die Fujifilm door de jaren
heen ontwikkeld heeft, de data die hij vanuit de twee lenzen en de twee CCD-sensors
ontvangt over de opnameomstandigheden
zoals scherpstelling, helderheid en tonaliteit, en combineert deze informatie tot
een enkel symmetrisch beeld, zowel voor
foto’s als voor films. Het 3D/2D LCD-beeldscherm is voorzien van Fujifilms eigen LCDpaneel, exclusief voor het weergeven van
3D/2Dbeelden op digitale camera’s, zodat
u met het blote oog prachtige, natuurlijke
3D-beelden kunt bekijken. Omdat de camera automatisch een serie beeldvormende
stappen uitvoert, kan iedereen 3D-foto’s en
3D-films met een geweldige beeldkwaliteit
maken door gewoon de camera te richten
en op de ontspanknop te drukken.
Creatieve mogelijkheden
Op de Real 3D-camera kunt u de instellingen aanpassen aan het onderwerp dat u
wilt fotograferen. Bij het gebruik van de
tweevoudige 3D-opnamefunctie maakt de
camera een tweede opname na de eerste
en wordt een enkele 3D-opname handmatig in de camera opgeslagen. Op deze manier kunt u de 3D-afbeeldingen nabewerken, wat erg handig is bij het gebruik van
opnamen met groot zoombereik, waarbij
een 3D-beeld moeilijk te realiseren is, of
juist bij macro-opnamen, waarbij het 3D-ef-
3DB185.indd 49
fect snel te sterk is. Met 3D “Intervalfotografie” beschikt u over nog meer flexibiliteit; het is mogelijk zeer snel twee opnames
na elkaar te maken vanuit verschillende
standpunten, terwijl de fotograaf beweegt,
bijvoorbeeld vanuit een trein, vliegtuig of
auto, om 3D-foto’s van onderwerpen op
grote afstand te maken. De gebruiker verkrijgt dynamischere 3D-beelden, of hij nu
een wolkenmassa fotografeert vanuit een
vliegtuig, of 3D-foto’s van de omgeving
neemt vanuit een autoraam. Met de functie “Parallax Control” (Parallaxcorrectie)
kunnen de 3D-foto’s handmatig aangepast
worden, tijdens het opnemen of tijdens het
terugspelen op het LCD-scherm; door deze
eenvoudige gebruiksmogelijkheid kunnen
gebruikers volop hun creativiteit kwijt bij
het fotograferen in 3D!
2D-fotografie
Maar vergeet niet dat deze camera ook
aantrekkelijke nieuwe mogelijkheden biedt
voor 2D-fotografie! U kunt werkelijk profiteren van het feit dat deze camera eigenlijk twee digitale camera’s in één is. Met
de “Advanced 2D Mode” (geavanceerde
2D-stand) kunt u twee verschillende opnamenstegelijkertijd nemen door de ontspanknop maar één keer in te drukken. In de
stand “Tele+Wide” (Tele+Groothoek) is het
mogelijk een close-up van het onderwerp
te nemen en tegelijkertijd een foto met een
grotere beeldhoek - gewoon door de instelling van de beide lenzen te veranderen. In
de stand “2-Colour” (2 kleuren) kunt u foto’s nemen van hetzelfde onderwerp, maar
met verschillende kleurtonen, bijvoorbeeld
“Standaard” en “Fujichrome”, door de verwerkingsinstellingen op de twee sensors te
veranderen.
49
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
De Real 3D W1-camera beschikt over het recent ontwikkelde “Real 3D Lens Systeem.”
Om een natuurlijk 3D-beeld te krijgen was
het nodig om twee beelden naadloos samen te laten vloeien, waarvoor twee Fujinon lenzen, die bekend staan om hun hoge
resolutie en hun uitstekende prestaties, geinstalleerd werden. Er is gebruik gemaakt
van een robuuste gegoten aluminium huls
om de lenzen te beschermen tegen schokken en trillingen. Een 3x optische zoom, die
in 3D-fotografie moeilijk te verwezenlijken
is vanwege de benodigde precisie bij het
uitlijnen van de twee lenzen, is ook mogelijk.
Met de stand “2-Sensitivity” (2 gevoeligheden) kunt u de gevoeligheid van de twee
opnamesystemen wijzigen, zodat u het
bereik van de fotografische expressiemogelijkheden vergroot. In omstandigheden
waarbij het moeilijk is de optimale camerainstellingen te bepalen kunt u opnamensmaken met de beeldstabiliteit als voorkeu-
16-8-2009 20:54:36
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
50
ze en met beeldkwaliteit als voorkeuze en
later de beste opname kiezen, of bij meetrekken de beeldstabilisatie-instellingen wijzigen om tegelijkertijd twee verschillende
opnames te maken.
dat u uw opnames eenvoudig kunt samenstellen en terugspelen.
Een fraai en geavanceerd uiterlijk, duurzaam en toch eenvoudig te gebruiken. Dit
is onmiskenbaar een prachtige camera met
een vernieuwende stijl. De gladde metalen
schuif die de twee lenzen beschermt is speciaal gevormd om stevig met beide handen
vastgehouden te worden. De buitenkant is
luxueus afgewerkt in pianozwart met een
fantastische, elegante hoogglans. En voor
wat extra glamour licht het neonblauwe
“3D”-logo op als de camera wordt ingeschakeld.
De 8.0 inch 3D-pictureviewer waarmee u 3Dbeelden kunt bekijken op een beeldscherm
met hoge resolutie. De 8.0-inch 3D-pictureviewer “FinePix Real 3D V1” is voorzien
van Fujifilms onlangs ontwikkelde 3D/2D
weergevende 8.0-inch LCD-beeldscherm,
waarmee u 3D-beelden kunt bekijken en
afspelen zonder speciale 3D-bril. Schuif
een SD-geheugenkaart waarop 3D-beelden
staan in het apparaat en geniet van een 3Ddiavoorstelling door het apparaat gewoon
aan te zetten. Met de functie “Disparity
Adjustment” (verschillen aanpassen) kunt
u het 3D-effect op het scherm handmatig
aanpassen.
Op de achterzijde van de camera zijn de
bedieningsknoppen, zoals de 3D/2D-schakelaar, aan beide zijden van de camera geplaatst zodat u hem eenvoudig met beide
handen kunt bedienen. Het nieuw ontwikkelde 2.8-inch Real 3D-beeldscherm toont
natuurlijke en fraaie 2D- en 3D-beelden, zo-
De 3D-pictureviewer past met zijn slanke en
minimalistische uiterlijk in elke huiskamer.
Met de verschillende weergavefuncties
kunt u kiezen uit meer dan 20 soorten 2Den 3D-diavoorstellingen, MicroThumbnails
en een eenvoudig te gebruiken fotozoekfunctie.
3DB185.indd 50
16-8-2009 20:54:50
Met de verstelbare voet kunt u de hoek
instellen voor duidelijk 3D-beeld en de bij
het apparaat geleverde intuïtieve afstandbediening is eenvoudig te bedienen. De
getoonde data kunnen niet alleen worden
overgezet op een geheugenkaart, maar
ook door high-speed infraroodoverdracht,
en series kunnen vanaf de 3D-camera worden overgezet via een USB-aansluiting. Bovendien kunt u alle afbeeldingen die zich
op uw computer bevinden, tonen en afspelen door ze via een USB-aansluiting naar de
camera te sturen.
1. Ondersteunt het afspelen van natuurlijke
3D-foto’s en -films.
2. 3D/2D LCD-scherm met 480.000 pixels
(800 x 600 pixels).
3. Eenvoudig te bedienen.
4. Beelden overzetten naar andere opslagmedia; SD/SDHC-kaarten, Real 3D-camera,
en ook naar uw computer via USB of een
high speed infraroodsysteem.
3DB185.indd 51
Fujifilm heeft hoge precisie prints met spectaculair resultaat geïntegreerd met lenticulaire printvellen, wat resulteerde in de mogelijkheid 3D-beelden met hoge resolutie
te produceren. Het proces gaat uit van het
integreren van de 3D-beeldgegevens met
gebruik van zeer geavanceerde technologie en het projecteren door een lens van
lenticulair materiaal, wat een beeld geeft
dat door beide ogen verschillend wordt
waargenomen. Hiermee worden bijzonder
fraaie 3D-prints met ongelooflijk veel detail
verkregen, die kostbare momenten voor
eeuwig levend houden.
Beschikbaarheid & Prijzen
De 3D camera zal voor de Nederlandse handel rond september 2009 beschikbaar zijn.
De bruto adviesprijs is 549 euro voor de camera en 399 euro voor de viewer.
51
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Belangrijkste functies
5. PLUS, print uw 3D-foto’s met de hoge
precisie Fujifilm-technologie!
16-8-2009 20:55:02
52
DE TASTBARE VERTE (6)
Over historische en moderne toepassingen
van de brede-basis-techniek.
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
Hyperstereo en de luchtvaart.
De uitgave van een serie stereokaarten met
brede-basis-opnamen vanuit vliegtuigen
door de Keystone View Company in de jaren 1930 maakte duidelijk dat ook de luchtvaart spectaculaire mogelijkheden bood
voor deze 3-D opnametechniek naast de
reeds tijdens de Eerste Wereldoorlog ontwikkelde methode voor fotomechanische
luchtkartering. De opnamen voor de serie
werden gemaakt door de Fairchild Corporation boven de Niagara-watervallen (afb.
l) en van Amerikaanse steden als Washington, Boston, Cleveland, Pittsburgh en New
York met het Empire State Building als middelpunt. (afb.2) Tot een vervolg van zulke
uitgaven kwam het echter niet meer omdat het tijdperk van de commerciële stereokaart al bijna voorbij was.
Van militaire toepassingen tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn enkele luchtkarteringtype stereokaarten van Duitse linies
overgeleverd. Over militaire toepassingen tijdens de Tweede Wereldoorlog heb
ik in de stereoliteratuur geen gegevens
gevonden. Wel zijn er op verzoek van
het Airborne Museum “Hartenstein” in
Oosterbeek door mij in 1996 een aantal
3-D reconstructies gemaakt uit overlappende fragmenten van luchtfoto’s die door
de R.A F. waren gemaakt voor, tijdens en
na de slag om Arnhem in September 1944.
Tengevolge van vliegrouteverschillen bevatten identieke fragmenten voldoende
perspectiefverschillen voor bruikbare deelbeelden.
Hoewel luchtkartering een belangrijke
foto-mechanische brede-basis-techniek is
met een zuiver wetenschappelijk doel als
het in kaart brengen van het aardoppervlak, valt dit onderdeel vanwege de vaak
extreme deelbeeld-verschillen, buiten het
3DB185.indd 52
kader van de brede-basis toepassing in de
creatieve stereofotografie. Over het maken
van brede-basis-opnamen op luchthavens
en vanuit lijnvliegtuigen zijn, kennelijk door
gebrek aan ervaring, nog geen instructieve
artikelen verschenen. Wel werden stereofoto’s van wolkentypen, opgenomen vanuit een vliegtuig door meteoroloog Dieter
Lorenz, als anaglyphendruk geplaatst in de
ook in het Nederlands vertaalde catalogus
van de Duitse tentoonstelling “Das Stereobild in Wissenschaft und Technik” uit 1985.
In 1991 in het kleurennummer van Stereo World publiceerde Lorenz een artikel
over “Hyper-stereos from Ground, Air and
Space” met ondermeer twee wolkenstereo’s, waarvan één opgenomen vanuit een
helicopter en één vanuit een lijnvliegtuig.
Opnametechnische gegevens werden niet
vermeld. Het grootste deel van mijn bij
dit onderwerp afgebeelde opnamen uit
de jaren 1975-98 konden alleen worden
gemaakt d.m.v. een spiegelreflex monocamera met een variabel sneltransport; in dit
geval een Minolta X 300 met een los verkrijgbare Motordrive en zoomlenzen van
35-70mm of 28-80mm brandpunt.
Of men zich nu voor een brede-basis-opname lopend verplaatst of wordt gereden of
gevlogen, de motordrive maakte het mogelijk tijdens de twee opnamen in de zoeker
te blijven kijken. De lichtgevoeligheid van
de gebruikte Kodak diafilms was 64 of 100
ASA. De belichting in de automaatstand op
diafragma 8 of 11 heeft altijd perfect gewerkt. Verder was ik me ervan bewust dat
vanuit bewegende standpunten vaak snelle
keuzes moeten worden gemaakt. Minstens
zo belangrijk zijn de opnamecondities in het
vliegtuig, zoals een raamplaats met schone
of te reinigen ruiten van waaruit de vleugel
16-8-2009 20:55:08
53
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16-8-2009 20:55:17
3DB185.indd 53
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
54
niet in beeld kan komen. De camera met
zonnekap moet zo dicht mogelijk bij de ruit
en haaks op de vliegrichting worden gehouden; in de ruit reflecterende.-. storende
elementen als de metalen gespen van veiligheidsriemen moeten worden afgedekt. De
intervalsnelheid van de Minolta motordrive
varieert tussen 2 en 3,5 beelden per seconde op de autostand; na elke twee opnamen
moet de ontspanknop tijdig worden losgelaten. Voor intervallen van meer dan een
halve se¬conde heeft de motordrive een
singlestand. De kennis en de ervaring over
dit onderdeel van de brede-basis-fotografie
dank ik mede aan de vele vliegreizen met
het K.C.O. die grotendeels uit chartervluchten bestonden. Door de overcapaciteit aan
vliegtuigstoelen was ik altijd verzekerd van
een gunstige raamplaats.
Op lijnvluchten met besproken plaatsen
kon ik altijd ruilen met een collega. Waarom bij deze opnametechniek de vleugel altijd buiten beeld moet blijven zien we op
afb.5. waar de vleugel een monofunctie
krijgt in het stereobeeld. Tijdens de vlucht
verschuift alles t.o.v. de camera behalve de
vleugel. Een verschuiving van de camera
van 6,5 cm tussen twee opnamen in biedt
ook geen oplossing door de discrepantie
die ontstaat tussen de normale basis t.o.v.
de vleugel en de brede basis als resultaat
van het tijdsinterval. Met een normale basis
kan de 3-D weergave van een vliegtuigvleugel als onderdeel van een fraai uitzicht heel
zinvol zijn,zoals op deze Belplasca-opname
kort voor de landing bij de Noorse stad Bergen, (afb.4)
De keuze uit de sluiterintervallen van de
motordrive hangt af van de verschuivingssnelheid zowel op de beganegrond als tijdens de vlucht. Deze opname van Schiphol
maakte ik vanuit het vliegtuig op weg naar
de terminal. De korte afstand tot het onderwerp vroeg om het snelste tijdsinterval
(afb.5). Eveneens vanuit een vliegtuig op de
landingsbaan maakte ik met een halve seconde verschil deze opname van het in- of
uitladen van een Turks lijntoestel. (afb.6)
3DB185.indd 54
Afb.7: Voor mijn eerste brede-basis-opname van een vliegtuig moest ik in de wachtruimte van Washington Airport twintig minuten alert blijven tot de laadactiviteiten
even stopten. In 3 seconden maakte ik met
de motordrive in de singlestand de eerste
opname, de stap opzij en de tweede opname, meteen waarna het laden werd voortgezet. Afb.8: Met dit toestel zò dicht bij de
wachtruimte van de luchthaven van Frankfurt bleek de 75mm basis van de Twinolta
met de zoomlens op 28mm, ideaal voor dit
onderwerp.
Afb.9. Het vliegen tussen stapelwolken bij
het opstijgen of landen is altijd weer een
fascinerend gebeuren dat bij het vastleggen vraagt om de snelste stand van de motordrive. Afb.10. Een mooi Nederlands wolkenlandschap dichtbij de Noordzeekust,
eveneens met de snelste intervalstand.
Afb.11. Met een seconde verschil maakte ik
op weg naar Parijs deze opname van een
indrukwekkende muur van stapelwolken
boven een door de zon verlicht stadsdeel.
Afb.12 & 13. Twee voorbeelden van zeer
verschillende wolkenformaties in lagen
waarvan ik er tijdens de vele vluchten
slechts twee heb gezien. Omdat de onderwerpen veel verder weg waren dan in de
hyperstereo wordt gesuggereerd, gebruikte ik intervaltijden van een halve seconde,
waarmee een opnamebasis ontstond van
vele honderden meters. Afb.14; Op een
vlucht van San Francisco naar Orange County trok deze verre turbulente wolkenpartij
mijn aandacht. Met de zoomlens verkortte ik de werkelijke afstand en schatte het
opnameinterval op 3 seconden gezien de
traagheid van de verschuiving.
De fascinatie ontstaat pas bij het bekijken
van de resultaten die ons helpen even te
ontsnappen aan de beperkingen van onze
oogbasis.
Wordt vervolgd.
Wim van Keulen
16-8-2009 20:55:22
55
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16-8-2009 20:55:31
3DB185.indd 55
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
56
3DB185.indd 56
16-8-2009 20:55:34
57
3D-Bulletin nummer 185 - verenigingsseizoen 2009 - 2010
16-8-2009 20:55:36
3DB185.indd 57
COPYRIGHT © NEDERLANDSE VERENIGING VOOR STEREOFOTOGRAFIE, REG.NR . V 40407102
K.V.K. TE ’S -GRAVENHAGE, ISSN 1382-0974
16-8-2009 20:55:56
3DB185.indd 60