Transcript Minder `drop-outs` op Friesland College door `de school als werkplaats`

heerenveen
GROOTHEERENVEEN.NL
9
Minder ‘drop-outs’ op Friesland
College door ‘de school als werkplaats’
Frank van Hout (56) uit Heerenveen is lid van het College van Bestuur van het Friesland College. Met hem
hadden wij een gesprek over leerlingen die tussen de wal en het schip raken. Die thuis zitten, maar eigenlijk op
school zouden moeten zijn: ‘drop-outs’.
We hebben afgesproken op het station van
Leeuwarden om vervolgens in een restaurant
in de buurt met elkaar onder het genot van
een verse muntthee met honing het gesprek
aan te gaan. Voordat we over drop-outs in
het onderwijs beginnen, eerst nog even wat
meer info over Frank zijn loopbaan en met
name wat zijn werk als bestuurder inhoudt.
FRIESLAND COLLEGE
“Ik ben een Brabantse jongen, die daar dertig
jaar heeft gewoond. Daarna vanwege mijn
werk verhuisd naar Utrecht en in 2008 de
stap naar Friesland gezet omdat ik hier in
het bestuur van het Friesland College kwam.
Voordat ik bestuurder werd heb ik eerst acht
jaar als leraar Nederlands gewerkt, vervolgens
als decaan en daarna ben ik bij de schoolbegeleidingsdienst gekomen. In 2007 ben ik
als interimmanager bij het Friesland College
gekomen en in 2009 officieel benoemd als
lid van het College van Bestuur van het Friesland College.”
“Het Friesland College is een grote school. In
het MBO hebben wij een kleine tienduizend
studenten en daarnaast nog volwassenen
educatie, inburgeringcursussen en ‘vavo’. Die
laatste afkorting staat voor voortgezet algemeen volwassenenonderwijs, waarbij je bij
ons de mogelijkheid hebt om de certificaten
te halen voor de examenvakken, waarvoor
je op je eigen school een onvoldoende had.
Ik noem het altijd een reparatietraject voor
vmbo-tl, mavo, havo en vwo. Die tak naast
het MBO bestaat uit zo’n 3000 studenten en
dat kan verschillen van mensen die een cursus van een paar avonden volgen tot iemand
die het hele jaar voltijds onderwijs geniet. Als
lid van het College van Bestuur ben ik verantwoordelijk voor verbinding van onderwijs en
ontwikkeling met een gezond bedrijfsleven.
Ik probeer hierbij vooral om bedrijfsvoering
ten dienste van primaire processen te laten
staan, zoals dat zo mooi heet. Ik probeer dat
zo flexibel, transparant en vraag gestuurd te
doen.”
DROP-OUTS
DE SCHOOL ALS WERKPLAATS
Regelmatig komen er berichten in de publiciteit dat er in Nederland veel leerlingen zonder
diploma de school verlaten en thuis komen
te zitten. Frank van Hout over wat hij onder
drop-outs verstaat en wat het Friesland College voor maatregelen neemt om het aantal
voortijdige schoolverlaters te voorkomen.
“Wij willen dat aantal nog verder naar beneden brengen en zitten er dus bovenop. Wat
wij tot nu toe gedaan hebben en nog doen
is het vroegtijdig signaleren van potentiële
drop-outs. Gedrag als laat komen en niet op
school komen, dat zijn de eerste voortekenen
van uitval. Om uitval te voorkomen hebben we de laatste jaren een project de school
binnengehaald onder de noemer ‘De school
als werkplaats’. Dat betekent dat wij allerhande hulpinstanties zoals Jeugdzorg, School
Maatschappelijk werk, GGZ, Verslavingszorg
binnen onze muren hebben gehaald. Wij
willen zo laagdrempelig mogelijk zijn om zo
snel mogelijk te acteren in de richting van
studenten die een risico lopen om school
voortijdig te verlaten. We hebben het dan
over de leeftijdsgroep tussen de 16 en 23
jaar. Het valt mij op dat jongeren in die
leeftijdscategorie een lastig leven hebben. De
complexiteit neemt toe en dat komt bij alle
niveaugroepen in het MBO voor. Hoe ga je
met je verkregen zelfstandigheid om. Hoe is
de thuissituatie. Geldproblematiek.”
“Een drop-out in het onderwijs is iemand die
wat mij betreft zonder kwalificatie bij ons
vertrekt en ook niet op een andere plek weer
terugkomt. Daar waren er de laatste jaren
beslist te veel van. Hoeveel drop-outs wij
exact hadden heb ik nu even niet paraat en
die absolute getallen verschillen ook nog wel
eens. Bij ons op het Friesland College hadden
wij op de tienduizend studenten ongeveer
zo’n 500 voortijdige schoolverlaters. Ik denk
dat het aantal nu rond de 300 zit.”
RANDPROBLEMATIEK
“Heel vaak zijn er dingen om de studie heen
die maken dat de studie niet meer op de
eerste plaats komt. Als dat het geval is dan
gaat het ook vaak mis met de studie. Met ‘de
school als werkplaats’, gaat het ons om de
aandacht voor wat ik dan noem ‘de totale
mens’, met alles wat daarbij een rol speelt.
Die aandacht geven de docenten ook wel aan
de leerlingen, maar dat kun je met specialisten in huis nog beter voor elkaar krijgen. Die
specialisten lopen gewoon bij ons door de
school, het zijn ‘de straathoekwerkers in de
school’. Ze maken uiteraard afspraken met
studenten, maar ook vragen ze bij de koffie
automaat ‘hoe gaat het’. Ze zitten soms in
het klaslokaal om te kijken hoe een jongen of
een meisje zich tijdens de les gedraagt, wat
er speelt. We noemen deze mensen ‘werkers
van de school als werkplaats’ en ze zijn niet
op afstand te herkennen; docenten weten
uiteraard wie ze zijn. Trouwens de werkers
raken steeds beter bekend onder de studenten die elkaar ook naar de hulpverleners
verwijzen.”
Door het project ‘de school als werkplaats’,
raken er steeds minder studenten tussen de
wal en het schip. Het Friesland College wil op
deze manier voorkomen dat studenten doorverwezen moeten worden naar instanties
buiten de school, vandaar de naam ‘de school
als werkplaats’. Het werk vindt op school
plaats! Het project wordt gefinancierd vanuit
drie bronnen: het Friesland College, de Friese
Gemeentes en de Zorgverzekeraar.