Klik hier voor de Powerpoint.

Download Report

Transcript Klik hier voor de Powerpoint.

Welkom
Voorganger:
Ds. E. Plomp-den Uijl
Ouderling van dienst:
Greet Lindenberg
Organist: Johan Bredewout
Schriftlezingen:
- Genesis 16: 1-16
- Openbaringen 21:1-7a
NLB 216
Zondag 26 februari
Kinderdienst
Thema: Kanjers!
Opwekking 407
Opwekking 407
Opwekking 407
Welkom
Voorganger:
Ds. E. Plomp-den Uijl
Ouderling van dienst:
Greet Lindenberg
Organist: Johan Bredewout
Schriftlezingen:
- Genesis 16: 1-16
- Openbaringen 21:1-7a
Mededelingen
NLB 283
Volkslied: Wilhelmus van Nassaue
Stilte, bemoediging & groet
Kyriegebed
Kyriegebed
Kyriegebed
tussen gebeden zingen we
3x NBL 299d (alleen de eerste drie zinnen)
NLB 705
God stelt zijn voetbalteam samen:
Mattheus 4: 18-25
Gebed bij de opening van de bijbel
Opstap voor kinderen en gemeente
Kinderen naar de kindernevendienst
Schriftlezing Gen. 16: 1 t/m 16 (NBV)
1 Abrams vrouw Sarai baarde hem
geen kinderen. Nu had zij een Egyptische
slavin, Hagar. 2 'Luister,' zei Sarai tegen
Abram, 'de HEER houdt mijn
moederschoot gesloten. Je moest maar
met mijn slavin slapen, misschien kan ik
door haar nakomelingen krijgen.' Abram
stemde met haar voorstel in
Schriftlezing Gen. 16: 1 t/m 16 (NBV)
3 En Sarai gaf hem haar Egyptische
slavin Hagar tot vrouw; Abram woonde
toen tien jaar in Kanaän. 4 Hij sliep met
Hagar en zij werd zwanger. Toen Hagar
merkte dat ze zwanger was, verloor ze
elk respect voor haar meesteres.
Schriftlezing Gen. 16: 1 t/m 16 (NBV)
5 Sarai zei tegen Abram: 'Voor het
onrecht dat mij wordt aangedaan ben jij
verantwoordelijk! Ik heb je mijn slavin ter
beschikking gesteld, en nu ze weet dat ze
zwanger is toont ze geen enkel respect
meer voor mij. Laat de HEER maar
beoordelen wie er in zijn recht staat: ik of
jij.'
Schriftlezing Gen. 16: 1 t/m 16 (NBV)
6 Abram antwoordde: 'Het is jouw
slavin, doe met haar wat je goeddunkt.'
Toen maakte Sarai haar het leven zo
zwaar dat ze vluchtte. 7 Een engel van de
HEER trof haar in de woestijn aan bij een
waterbron, de bron die aan de weg naar
Sur ligt.
Schriftlezing Gen. 16: 1 t/m 16 (NBV)
8 'Hagar, slavin van Sarai, waar kom
je vandaan en waar ga je heen?' vroeg
hij. 'Ik ben gevlucht voor Sarai, mijn
meesteres,' antwoordde ze. 9 'Ga naar je
meesteres terug,' zei de engel van de
HEER, 'en wees haar weer gehoorzaam.'
Schriftlezing Gen. 16: 1 t/m 16 (NBV)
10 En hij vervolgde: 'Ik zal je heel
veel nakomelingen geven, zo veel dat ze
niet te tellen zullen zijn. 11 Je bent nu
zwanger en je zult een zoon ter wereld
brengen. Die moet je Ismaël noemen,
want de HEER heeft gehoord hoe zwaar
je het te verduren had.
Schriftlezing Gen. 16: 1 t/m 16 (NBV)
12 Een wilde ezel van een mens zal
hij zijn: hij schopt iedereen, iedereen
schopt hem. Met al zijn verwanten zal hij
in onmin leven.' 13 Toen riep zij de
HEER, die tot haar had gesproken, zo aan:
'U bent een God van het zien. Want,' zei
ze, 'heb ik hier niet hem gezien die naar
mij heeft omgezien?'
Schriftlezing Gen. 16: 1 t/m 16 (NBV)
14 Daaraan dankt de bron die daar
is zijn naam, Lachai-Roï; hij ligt tussen
Kades en Bered. 15 Hagar bracht een
zoon ter wereld, en Abram noemde de
zoon die zij hem gebaard had Ismaël. 16
Abram was zesentachtig jaar toen Hagar
hem Ismaël baarde.
Psalm 103: 5 en 8
Schriftlezing Op. 21: 1 t/m 7 (NBV)
1 Ik zag een nieuwe hemel en een
nieuwe aarde. Want de eerste hemel en
de eerste aarde zijn voorbij, en de zee is
er niet meer. 2 Toen zag ik de heilige
stad, het nieuwe Jeruzalem, uit de hemel
neerdalen, bij God vandaan. Ze was als
een bruid die zich mooi heeft gemaakt
voor haar man en hem opwacht.
Schriftlezing Op. 21: 1 t/m 7 (NBV)
3 Ik hoorde een luide stem vanaf de
troon, die uitriep: 'Gods woonplaats is
onder de mensen, hij zal bij hen wonen.
Zij zullen zijn volken zijn en God zelf zal
als hun God bij hen zijn.
Schriftlezing Op. 21: 1 t/m 7 (NBV)
4 Hij zal alle tranen uit hun ogen
wissen. Er zal geen dood meer zijn, geen
rouw, geen jammerklacht, geen pijn,
want wat er eerst was is voorbij.' 5 Hij
die op de troon zat zei: 'Alles maak ik
nieuw!' – Ik hoorde zeggen: 'Schrijf het
op, want wat hier wordt gezegd is
betrouwbaar en waar.' –
Schriftlezing Op. 21: 1 t/m 7 (NBV)
6 Toen zei hij tegen mij: 'Het is
voltrokken! Ik ben de alfa en de omega,
het begin en het einde. Wie dorst heeft
geef ik vrij te drinken uit de bron met
water dat leven geeft. 7 Wie overwint
komen al deze dingen toe. Ik zal zijn God
zijn en hij zal mijn kind zijn.
NLB 737: 1, 2, 3, 13, 18 en 21
Overdenking
NLB 747: 1, 4 en 6
Kinderen komen terug de kerk in
Kinderlied: Hij is machtig
Hij is machtig, Hij is krachtig,
Hij is prachtig en waarachtig,
Hij is machtig Jezus de Heer.
2x
Alle macht, alle macht
in de hemel, in de hemel
en op aarde, en op aarde
is hem gegeven, is hem gegeven.
Hij is machtig, Hij is krachtig,
Hij is prachtig en waarachtig,
Hij is machtig Jezus de Heer.
2x
En geen ding, en geen ding
is onmogelijk, is onmogelijk
voor degene, voor degene
die hem gelooft, die hem gelooft.
Hij is machtig, Hij is krachtig,
Hij is prachtig en waarachtig,
Hij is machtig Jezus de Heer.
2x
Dankgebed, voorbeden, stil gebed en
gezongen Onze Vader ELB 466
Onze Vader die in de hemelen zijt,
uw Naam worde geheiligd.
Uw Koninkrijk kome,
Uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood
en vergeef ons onze schulden
gelijk ook wij aan anderen vergeven;
en leid ons niet in verzoeking,
maar verlos ons van de boze.
Want van U is het Koninkrijk
en de kracht en de heerlijkheid
tot in eeuwigheid, in eeuwigheid.
Amen.
Collecte, bestemd voor de kerk
NLB 103c: 1, 3 en 5
Wegzending en zegen
Gezongen amen